Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Lansingerland

Rectificatie: Verordening op de heffing en de invordering van leges gemeente Lansingerland 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLansingerland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRectificatie: Verordening op de heffing en de invordering van leges gemeente Lansingerland 2024
CiteertitelLegesverordening gemeente Lansingerland 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Legesverordening 2023.

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 156, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 156, tweede lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
  4. artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet
  5. artikel 7 van de Paspoortwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-01-2024nieuwe regeling

21-12-2023

gmb-2024-14502

Tekst van de regeling

Intitulé

Rectificatie: Verordening op de heffing en de invordering van leges gemeente Lansingerland 2024

[Deze publicatie betreft een rectificatie omdat per abuis in de tarieventabel onder artikel 1.36 sub e ontbreekt. De oorspronkelijke publicatie is op 28 december 2023 bekendgemaakt, beschikbaar via Gemeenteblad 2023, 564345.]

 

De raad van de gemeente Lansingerland,

 

gelezen het voorstel BR2300114 van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lansingerland d.d. 21 december 2023

 

gelet op artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, art 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet, artikel 2, tweede lid en artikel 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet

 

besluit vast te stellen de:

 

Verordening op de heffing en de invordering van leges gemeente Lansingerland 2024 (legesverordening 2024)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • c.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • d.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • e.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

  • 1.

    Leges worden niet geheven voor:

    • a.

      diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

    • b.

      diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

    • c.

      het in behandeling nemen van aanvragen als bedoeld in artikelen 1.21 en 1.34 en van de bij deze verordening behorende tarieventabel voor het uitoefenen van hun functie van:

      • a.

        raadsleden;

      • b.

        politieke partijen of hun besturen;

      • c.

        de pers.

    • d.

      het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een subsidie c.q. bijdrage.

    • e.

      het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikelen 1.33e, 1.38.5 en 1.38.6b van de bij deze verordening behorende tarieventabel, indien deze aanvraag een vergunning, ontheffing of verklaring van geen bezwaar betreft voor een plaatselijke instelling die zich de uitoefening van activiteiten van maatschappelijke, sociale, liefdadige, godsdienstige, sportieve en culturele aard ter bevordering van het algemeen belang ten doel stelt. De activiteiten worden in hoofdzaak verricht door vrijwilligers en - voor zover er sprake is van een (geldelijke) opbrengst - tenminste 80% van de opbrengst bestemd is voor een “goed doel”.

  • 2.

    Leges worden beperkt geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikelen 1.31.3, 1.38.3a, 1.38.3b, 1.38.4, 1.38.8, 3.6 a t/m f, 3.7a, 3.8, 3.9 en 3.10 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, indien deze aanvraag een vergunning, ontheffing of verklaring van geen bezwaar betreft voor een plaatselijke instelling die zich de uitoefening van activiteiten van maatschappelijke, sociale, liefdadige, godsdienstige en culturele aard ter bevordering van het algemeen belang ten doel stelt. De activiteiten worden in hoofdzaak verricht door vrijwilligers en – voor zover er sprake is van een geldelijke opbrengst – tenminste 80% van de opbrengst bestemd is voor een “goed doel”. Er wordt een bedrag van € 30,- per aanvraag in rekening gebracht.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 3.

    Onverminderd het bepaalde in de verordening bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen: 10% van het legesbedrag.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:

    • a.

      van zuiver redactionele aard zijn;

    • b.

      een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

      • i.

        paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

      • ii.

        paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

      • iii.

        artikel 1.17 (schriftelijke verstrekking uit de basisregistratie personen);

      • iv.

        artikel 1.25, onder a (verklaring omtrent het gedrag);

      • v.

        artikel 1.31 (Wet op de kansspelen);

    een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

  • 2.

    Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van de in artikel 2.1 van de tarieventabel genoemde normbouwkostenregeling.

Artikel 11 Hardheidsclausule

Het college van burgemeester en wethouders kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze verordening indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Matiging kan plaatsvinden op grond van de fiscale hardheidsclausule, zoals vermeld in artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, juncto artikel 231 van de Gemeentewet.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1.

    De Legesverordening 2023, zoals laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 9 februari 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

  • 3.

    Het in artikel 2.1, vijfde lid van de tarieventabel genoemde Bouwkostenkompas (normbouwkosten) worden bekendgemaakt door terinzagelegging op het gemeentehuis, Tobias Asserlaan 1 te Bergschenhoek. Wanneer u deze wilt raadplegen kunt u een afspraak maken door contact op te nemen met het team Omgevingsrecht van de gemeente Lansingerland.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening gemeente Lansingerland 2024

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Lansingerland in zijn openbare vergadering van 21 december 2023,

de griffier,

drs. Eveline Hamelink – van Rens

de voorzitter

drs. Pieter van de Stadt

Bijlage Tarieventabel behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van leges gemeente Lansingerland 2024

(bijlage raadsvoorstel BR2300114)

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op:

a.

Kosteloos huwelijk:

Maandag tot en met vrijdag om 09.00 en 09.10 uur uitsluitend indien tenminste één van de partners inwoner is van Lansingerland. De werkdagen waarop het kosteloze huwelijk wordt voltrokken staan genoemd op de website. De voltrekking vindt plaats in het gemeentehuis door een ambtenaar van de burgerlijke stand. Er vindt geen toespraak plaats, er mogen maximaal twee getuigen aanwezig zijn en geen bezoekers. De huwelijksvoltrekking duurt maximaal 10 minuten.

€ 0,00

b.

 

 

Regulier huwelijk overdag:

Maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 en 17.00 uur door een bijzonder ambtenaar van de burgerlijke stand. Er vindt een persoonlijke toespraak plaats door de BABS, gebaseerd op een persoonlijk voorgesprek. De BABS neemt hiertoe tijdig contact op met het bruidspaar. Er is geen maximum voor het aantal bezoekers. Het huwelijk kan plaats vinden in de trouwzaal van het gemeentehuis of op een externe locatie. De huwelijksvoltrekking duurt maximaal 45 minuten en tezamen met de tijd voor ontvangst en vertrek totaal maximaal 75 minuten en start op het vooraf vastgestelde tijdstip.

 

Externe locatie

€ 640,00

Trouwzaal van een gemeentelijke locatie

€ 740,00

c.

 

 

Regulier huwelijk avond:

Maandag tot en met vrijdag tussen 17.00 en 22.00 uur door een bijzonder ambtenaar van de burgerlijke stand. Er vindt een persoonlijke toespraak plaats door de BABS, gebaseerd op een persoonlijk voorgesprek. De BABS neemt hiertoe tijdig contact op met het bruidspaar. Er is geen maximum voor het aantal bezoekers. Het huwelijk kan plaats vinden in de trouwzaal van het gemeentehuis of op een externe locatie. De huwelijksvoltrekking duurt maximaal 45 minuten en tezamen met de tijd voor ontvangst en vertrek totaal maximaal 75 minuten en start op het vooraf vastgestelde tijdstip.

 

Externe locatie

€ 840,00

Trouwzaal van een gemeentelijke locatie

€ 940,00

d.

 

Regulier huwelijk weekend:

Zaterdag, zon- of feestdag tussen 09.00 en 22.00 uur door een bijzonder ambtenaar van de burgerlijke stand. Er vindt een persoonlijke toespraak plaats door de BABS, gebaseerd op een persoonlijk voorgesprek. De BABS neemt hiertoe tijdig contact op met het bruidspaar. Er is geen maximum voor het aantal bezoekers. Het huwelijk kan plaats vinden in de trouwzaal van het gemeentehuis (enkel op zaterdag) of op een externe locatie. De huwelijksvoltrekking duurt maximaal 45 minuten en tezamen met de tijd voor ontvangst en vertrek totaal maximaal 75 minuten en start op het vooraf vastgestelde tijdstip.

 

Externe locatie

€ 940,00

Trouwzaal van een gemeentelijke locatie (zondag en feestdag niet mogelijk)

€ 1040,00

 

Artikel 1.2 Benoemen van een trouwlocatie

Toeslag voor het eenmalig benoemen van een trouwlocatie voor 1 dag

€ 525,00

Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in bijzonder huis

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:

€ 470,00

Artikel 1.4 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis 

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:

€ 470,00

Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag:

a.

als beëdiging bij de rechtbank al heeft plaatsgevonden:

€ 250,00

b.

als beëdiging bij de rechtbank nog niet heeft plaatsgevonden:

€ 250,00

Artikel 1.6 Beschikbaar stellen getuige door gemeente

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige:

€ 39,50

Artikel 1.7 Annuleren of wijzigen datum

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een gereserveerde datum voor de huwelijksvoltrekking, registratie van het partnerschap of omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk te annuleren of te wijzigen:

a.

Annuleringskosten huwelijk (in te houden leges bij verzoek teruggaaf):

 

tot acht weken voor trouwdatum

25%

van acht tot twee weken voor trouwdatum

50%

van twee weken tot de dag voor de trouwdatum

75%

op de trouwdatum

100%

b.

Administratiekosten annulering (kosteloos) huwelijk:

 

tot acht weken voor de trouwdatum

€ 40,00

van acht tot twee weken voor de trouwdatum

€ 60,00

van twee weken tot op de trouwdatum

€ 75,00

c.

Administratiekosten wijzigingen huwelijk (datum, tijdstip, getuigen, locatie)

 

1e wijziging

€ 0,00

2e wijziging en verder, per wijziging

€ 40,00

Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

a.

een trouwboekje of partnerschapsboekje of een duplicaat daarvan:

€ 40,00

 

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

a.

een nationaal paspoort:

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,87

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,42

b.

een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel a (zakenpaspoort):

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,87

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,42

c.

een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,87

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,42

d.

een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen:

€ 63,42

Artikel 1.10 Nederlandse identiteitskaart

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

a.

een Nederlandse identiteitskaart:

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 75,80

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 40,92

b.

een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon:

€ 36,93

Artikel 1.11 Modaliteiten

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

a.

voor de versnelde uitreiking van een in de artikelen 1.9 en 1.10, onder a, genoemd document, zijnde een toeslag op de in die artikelen genoemde bedragen:

€ 57,09

b.

voor het bezorgen van een in de artikelen 1.9 en 1.10 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de artikelen 1.9 en 1.10 en onder a genoemde bedragen:

€ 18,01

 

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Artikel 1.12 Rijbewijzen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

€ 51,10

Artikel 1.13 Modaliteiten

a.

Het tarief genoemd in artikel 1.12 wordt:

1.

bij een spoedlevering vermeerderd met:

€ 39,65

2.

bij een aanvraag in verband met [beschadiging of] vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met:

€ 29,00

b.

De verhogingen genoemd in het lid a zijn in voorkomend geval cumulatief verschuldigd.

 

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

Artikel 1.14 Definities

1.

Voor de toepassing van artikel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

2.

reserveren

Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:

€ 15,00

b.

Tot het verstrekken van digitaal aangevraagde en betaalde gegevens, per verstrekking:

€ 10,00

c.

reserveren

d.

tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200):

€ 13,80

Artikel 1.16 RESERVEREN

Artikel 1.17 RESERVEREN

Artikel 1.18 Op aanvraag doornemen basisregistratie personen

a.

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan te besteden kwartier:

€ 19,75

b.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken

Artikel 1.19 RESERVEREN

Artikel 1.20 RESERVEREN

 

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Artikel 1.21 Plan- of kaartinformatie

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie van een ruimtelijk plan of deel daarvan, zoals omgevingsvisie, omgevingsplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in artikel 1.22, onderdeel b:

a.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde:

€ 0,90

b.

in formaat A3, per bladzijde:

€ 1,50

c.

in formaat A2, per bladzijde:

€ 6,25

d.

in formaat A1, per bladzijde:

€ 8,50

e.

in formaat A0, per bladzijde:

€ 14,75

f.

in formaat 2 x A0, per bladzijde:

€ 25,50

2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrek-ken van een afschrift van of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 59,00

3.

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in het Kadaster online voor signaleringen niet-gemeentelijke Publiekrechtelijke Beperkingen, voor ieder daar aan besteed kwartier

€ 22,00

4.

Het tarief voor het geven van informatie over de verstrekte fotokopieën of plannen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 22,00

Artikel 1.22 Reserveren

Artikel 1.23 Reserverem

 

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

Artikel 1.24 RESERVEREN

Artikel 1.25 Overige publiekszaken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag:

€ 41,35

b.

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag voor vrijwilligers die werken met mensen in een afhankelijkheidssituatie

€ 0,00

c.

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 6,50

 

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Artikel 1.26 RESERVEREN

Artikel 1.27 Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrek-ken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

a.

voor minder dan 6 kopieën:

€ 0,00

b.

voor 6 tot 13 kopieën:

€ 4,50

c.

voor 14 of meer kopieën, per kopie

€ 0,35

Artikel 1.28 RESERVEREN

 

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Artikel 1.29 RESERVEREN

Artikel 1.30 RESERVEREN

Artikel 1.31 Wet op de kansspelen

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

a.

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat:

€ 56,50

b.

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 34,00

c.

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd:

€ 226,50

d.

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 226,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 136,00

2.

Het eerste lid, onderdelen a en b, is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden.

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

€ 88,00

4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in [artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening]:

€ 835,00

Artikel 1.32 RESERVEREN

Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving en Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990:

€ 38,05

b.

een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen:

€ 38,05

c.

voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten

€ 38,05

d.

ter verkrijging of wijziging van een parkeervergunning op grond van de “Parkeerverordening vrachtwagens Jan van der Heydenstraat”

€ 152,70

e.

tot het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar voor gebruik van de openbare weg voor andere doelen dan regulier verkeer

€ 38,05

f.

het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 8 van de Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels (openstellingsvergunning tunnel):

€ 150.000

g.

het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 8a van de Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels (wijziging openstellingsvergunning tunnel):

€ 100.000

h.

tot het verkrijgen van een vergunning voor een gehandicaptenparkeerplaats inclusief de plaatsing van een kentekenbord

€ 136,70

i.

tot het verkrijgen van een gewijzigd kentekenbord voor de gehandicaptenparkeerplaats

€ 68,35

j.

tot het verkrijgen of vervangen van een invalidenparkeerkaart

€ 68,35

 

Paragraaf 1.10 Diversen

 

Artikel 1.34 Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gewaarmerkte afschriften van stukken, een beschikking op aanvraag, stukken of uittreksels welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, of kopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

a.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde:

€ 0,90

b.

in formaat A3, per bladzijde:

€ 1,50

c.

in formaat A2, per bladzijde:

€ 6,25

d.

in formaat A1, per bladzijde:

€ 8,50

e.

in formaat A0, per bladzijde:

€ 14,75

f.

in formaat 2 x A0, per bladzijde:

€ 25,50

Artikel 1.35 Kinderopvang

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

a.

het in exploitatie nemen van een kindercentrum of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen kinderopvang.

€ 3.006,94

b.

het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen kinderopvang.

€ 823,78

c.

Indien de in artikel 1.35 lid a of lid b bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan, bedraagt de teruggaaf 75% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

Artikel 1.36 Telecommunicatie en overige kabels en leidingen

a.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag, als bedoeld in artikel 2.1 van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur

€ 223,55

b.

Het tarief onder a wordt verhoogd:

1.

Met een bedrag per strekkende meter, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare grond zoals bedoeld in artikel 1.1 Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur.

€ 1,65

2.

Als er sprake is van een tracélengte van 5000 strekkende meters of meer, is de bepaling 1.36.b.1 gelimiteerd tot 5000 strekkende meters. Voor de tracélengte boven de 5000 strekkende meters wordt een aparte projectovereenkomst met de aanvrager afgesloten, waarin de kosten voor de inzet vanuit de gemeente worden vastgesteld.

3.

Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, met een bedrag van

€ 268,00

4.

indien de aanvrager verzoekt om inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van een aanvraag, met een bedrag van

€ 268,00

5.

indien met betrekking tot een aanvraag onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

c.

indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.36.b.5 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

d.

Het tarief voor het goedkeuren van werkzaamheden van niet ingrijpende aard < 25 meter, als bedoeld in artikel 2.1 onder 2 van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur

€ 48,00

e.

Toeslag voor het niet invullen van het straatwerk binnen 20 werkdagen na afloop van de werkzaamheden.

€ 1000,00

Artikel 1.37 Rotterdampas

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een Rotterdampas:

1.

voor volwassenen vanaf 18

€ 65,00

2.

voor inwonende kinderen (van 3 t/m 17 jaar)

€ 20,00

3.

voor minima (<130% toepasselijke bijstandsnorm). Voor inwonende kinderen (3 t/m 17 jaar) van minima waarvoor de pas gelijktijdig wordt opgehaald is de pas gratis.

€ 5,00

4.

voor tusseninkomens (130-150% toepasselijke bijstandsnorm). Voor inwonende kinderen (3 t/m 17 jaar) van tusseninkomens waarvoor de pas gelijktijdig wordt opgehaald kost de pas € 10,00

€ 32,50

5.

duplicaat, per pas

€ 2,50

Artikel 1.38 Diverse aanvragen, vergunningen of beschikkingen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een:

 

1.

aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor de aanleg of wijziging van een rioolaansluiting op het gemeenteriool als bedoeld in artikel 1 van de Verordening éénmalig rioolaansluitrecht

€ 72,00

2.

aanvraag tot het verstrekken van een vergunning voor de verkoop van vuurwerk, als bedoeld in artikel 2:72 van de Algemene Plaatselijke Verordening Lansingerland

€ 440,00

3.

aanvraag van een ontheffing op het verbod geluidhinder tussen 23.00 uur en 7.00 uur, als bedoeld in artikel 4.6 van de Algemene plaatselijke verordening Lansingerland, voor:

 

a.

particulieren

€ 220,00

b.

bedrijven

€ 440,00

c.

indien met betrekking tot een aanvraag van een ontheffing op het verbod op geluidhinder advies gevraagd moet worden van de DCMR, verhoogd met de kosten van het advies; per uur

€ 113,25

4.

aanvraag tot ontheffing van het kampeerverbod, als bedoeld in artikel 4:18 van de Algemene plaatselijke verordening Lansingerland

€ 176,00

5.

aanvraag om een vergunning ten behoeve van het inzamelen van geld of goederen of leden- of donateurwerving, als bedoeld in artikel 5:13 van de Algemene plaatselijke verordening Lansingerland

€ 40,00

6.

aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening Lansingerland voor het gebruiken van de weg of een weggedeelte, anders dan overeenkomstig de bestemming:

 

a.

voor het plaatsen van bouwmaterialen en/of containers:

 

bij ecotoiletten

€ 71,75

bij een container tot en met een oppervlak van 15 m²

€ 143,50

bij een container groter dan 15 m² oppervlak of meerdere containers

€ 231,50

b.

voor overig gebruik van de weg (terrassen) of weggedeelte anders dan overeenkomstig de bestemming

€ 231,50

7.

aanvraag tot het verstrekken van een verklaring van geen bezwaar (openbare orde)

€ 88,00

8.

aanvraag tot een ontheffing van het verbod om vuur te stoken, als bedoeld in artikel 5:34 lid 3 van de Algemene plaatselijke verordening Lansingerland

€ 88,00

9.

Aanvraag uitstel verlof tot begraven/cremeren

€ 26,25

10.

aanvraag om een andere, in deze titel niet genoemde beschikking:

€ 353,00

 

Artikel 1.39 Verminderingen

Vermindering als gevolg van intrekking van een aanvraag voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een percentage voor is opgenomen: Als een aanvrager zijn aanvraag intrekt terwijl deze al in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op verlaging van het legestarief

1.

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 2 weken na het in behandeling nemen ervan van de verschuldigde leges

50,00%

2.

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 2 weken en binnen een termijn van 13 weken na het in behandeling nemen ervan van de verschuldigde leges

25,00%

 

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

 

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1 Definities

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

-

Aanlegkosten:de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzet-

belasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeel-telijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft

-

Sloopkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzet-belasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerk-zaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

4.

In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving:

  • -

    onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567;

  • -

    onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk;

  • -

    - onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting.

5.

In aanvulling op bijlage I bij de Omgevingsregeling geldt het volgende: De bouwkosten zijn niet lager dan het referentiebedrag dat voortvloeit uit een berekening aan de hand van de kengetallen voor soortgelijke bouwwerken in het Bouwkostenkompas, zoals deze ten tijde van het indienen van de aanvraag golden. De berekening wordt uitgevoerd aan de hand van de benchmark ‘laag’. Indien het in de aanvraag opgegeven bedrag lager is dan het referentiebedrag, wordt het bedrag aan bouwkosten vastgesteld op het referentiebedrag, tenzij de afwijking met de benchmark “laag” kleiner is dan 10%. In dat geval worden de door de aanvrager opgegeven bouwkosten vastgesteld. Indien het Bouwkosten-kompas niet voorziet in kentallen voor de aangevraagde werkzaamheden, wordt een onderbouwing opgevraagd die beoordeeld wordt op aannemelijkheid.

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

omgevingsoverleg;

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

Artikel 2.3 Bepalen tarief

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

6.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

Paragraaf 2.2 Vooroverleg/conceptaanvraag

Artikel 2.4 Vooroverleg/conceptaanvraag

Variant 1

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een

Vooroverleg/conceptaanvraag in verband met het verkrijgen van een indicatie of een

voorgenomen project met een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving wenselijk en haalbaar is:

€ 0.

 

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

bij bouwkosten vanaf € 0 tot € 50.000:

€ 200

b.

bij bouwkosten vanaf € 50.000 tot € 200.000:

0,4 %

 

van de bouwkosten.

 

c.

bij bouwkosten vanaf € 200.000 tot € 1.000.000:

0,3 %

 

van de bouwkosten, vermeerderd met ;

€ 200

d.

bij bouwkosten vanaf € 1.000.000:

0,25 %

 

van de bouwkosten, (tot een maximum van € 17.000.000 aan te hanteren bouwkosten als grondslag voor de heffing), vermeerderd met

€ 500

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplan-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

1.

 

 

a.

bij bouwkosten vanaf € 0 tot € 50.000:

2,7 %

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 100

b.

bij bouwkosten vanaf € 50.000 tot € 200.000:

2,5 %

van de bouwkosten, vermeerderd met

€ 100

c.

bij bouwkosten vanaf € 200.000 tot € 1.000.000:

2,0 %

van de bouwkosten, vermeerderd met

€ 1000

d.

bij bouwkosten vanaf € 1.000.000:

1,65 %

van de bouwkosten (tot een maximum van € 17.000.000 aan te hanteren bouwkosten als heffingsgrondslag), vermeerderd met

€ 3500

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

1.

a.

bij bouwkosten vanaf € 0 tot € 50.000:

2,8 %

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 100

b.

bij bouwkosten vanaf € 50.000 tot € 200.000:

2,6 %

van de bouwkosten, vermeerderd met

€ 100

c.

bij bouwkosten vanaf € 200.000 tot € 1.000.000:

2,1 %

van de bouwkosten, vermeerderd met

€ 1000

d.

bij bouwkosten vanaf € 1.000.000:

1,75 %

van de bouwkosten (tot een maximum van € 17.000.000 aan te hanteren bouwkosten als heffingsgrondslag), vermeerderd met

€ 3500

c.

als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met:

€ 310

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

1,6%

Van de sloopkosten, met een minimum van:

€ 530;

 

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplan-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, voorbeschermd gemeentelijk monument of voorbeschermd provinciaal monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel 12 van de Erfgoedverordening Lansingerland 2016 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

voor het verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 0

voor het herstellen van een monument of voorbeschermd monument

€ 0

2.

Reserveren

3.

Het eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument of archeologisch monument dat op grond van de Erfgoedverordening Lansingerland 2016 is aangewezen respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing:

  • a.

    als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en

  • b.

    als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven.

Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumenten-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 0;

b.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 0.

Artikel 2.10 RESERVEREN

Artikel 2.11 RESERVEREN

 

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevings-plan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 2240.

Artikel 2.13 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen, afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3360;

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2800;

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2240.

Artikel 2.14 Milieubelastende activiteiten, afdeling 3.4 t/m 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: :

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3360;

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2800;

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2240.

Artikel 2.15 t/m 2.20 RESERVEREN

 

 

Paragraaf 2.6 RESERVEREN

 

 

 

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.23 RESERVEREN

Artikel 2.24 RESERVEREN

Artikel 2.25 RESERVEREN

Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplan-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevings-besluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 2584.

Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplan-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 150.

Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplan-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

0,8%

van de aanlegkosten, met een minimum van:

€ 150

 

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Artikel 2.29 RESERVEREN

Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplan-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 3 van de Bomen-verordening Lansingerland 2018 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a

Bij 1 tot en met 5 bomen

€ 90

b

Bij 6 tot en met 10 bomen

€ 180

c

Bij 11 tot en met 50 bomen

€ 360

d

Bij meer dan 50 bomen bedraagt het tarief per 50 bomen

€ 450

 

Waar het aantal bomen niet is opgegeven wordt uitgegaan van 400 bomen per hectare.

 

Artikel 2.31 RESERVEREN

Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken of objecten plaatsen op de weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplan-activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel [2:10] van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken groter dan 15m²,:

€ 150;

b.

als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:

€ 275.

Artikel 2.33 RESERVEREN

Artikel 2.34 RESERVEREN

 

Paragraaf 2.9 RESERVEREN

Artikel 2.35 RESERVEREN

Artikel 2.36 RESERVEREN

Artikel 2.37 RESERVEREN

 

Paragraaf 2.10 RESERVEREN

Artikel 2.38 RESERVEREN

 

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Artikel 2.39 RESERVEREN

Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning

a.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft, uitgezonderd het gestelde in lid b.

b.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project, onder de voorwaarde dat nog niet geheel gebruik is gemaakt van de vergunning:

0 %

Artikel 2.41 RESERVEREN

Artikel 2.42 RESERVEREN

Artikel 2.43 RESERVEREN

Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten

De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit.

Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan:

€ 6500

Artikel 2.46 RESERVEREN

 

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

10%,

Artikel 2.48 RESERVEREN

Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

a.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 310;

b.

voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:

€ 310;

c.

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 500.

Artikel 2.50 Advies 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

a.

Reserveren

b.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de Commissie ruimtelijke kwaliteit gemeente Lansingerland dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet:

1

Voor bouwkosten tot € 50.000

€ 100

2

Voor bouwkosten vanaf € 50.000 tot € 2.000.000

0,2%

3

Voor bouwkosten vanaf € 2.000.000 tot 6.000.000

(bouwkosten -/- € 2.000.000) x 0,05%

Vermeerderd met

€ 4000

4

Voor bouwkosten vanaf € 6.000.000

€ 6000

De legeskosten worden naar boven afgerond op €5.

Artikel 2.51 RESERVEREN

 

Paragraaf 2.13 Vermindering

Artikel 2.52 Vermindering

De verschuldigde leges voor een aanvraag om omgevingsvergunning worden met:

100%

verminderd indien sprake is van:

Een aanvraag om omgevingsvergunning op basis van de verplichting van de gemeente om een stalling te laten plaatsen voor een (elektrisch) hulpmiddel. Deze verplichting moet voortvloeien uit het besluit van de gemeente om een Wmo-indicatie af te geven voor de verstrekking van een hulpmiddel gezien op basis van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning.

Artikel 2.53 RESERVEREN

 

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

100%.

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt:

100%.

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen drie weken na de indiening van de aanvraag:

75%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf drie weken tot vijf weken na de indiening van de aanvraag:

55%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vijf weken na de indiening van de aanvraag:

35%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:

75%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken tot twaalf weken na de indiening van de aanvraag:

55%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf twaalf weken na de indiening van de aanvraag:

35%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunning-houder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 1,5 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

a.

Bij intrekking binnen 6 maanden na verlenen

20%

b.

Bij intrekking tussen 6 en 18 maanden na verlenen

10%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges

Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

a.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges

 

b.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

Artikel 2.61 Minimumbedrag voor teruggaaf

Voor de artikelen 2.56 tot en met 2.59 geldt dat een bedrag minder dan € 100 niet wordt teruggegeven.

Artikel 2.62 Teruggaaf als gevolg van het omzetten van een tijdelijke terras-vergunning in een permanente, voor zover het bouwactiviteiten betreft en/of een binnenplanse of buitenplanse omgevingsplanactiviteit

Indien een tijdelijke omgevingsvergunning is verleend voor het plaatsen van een terras, voor zover het de activiteit bouwen en/of een binnenplanse of buitenplanse omgevingsplanactiviteit betreft, zijn voor het aanvragen van het omzetten hiervan naar een niet-tijdelijke omgevings-vergunning geen leges verschuldigd.

Artikel 2.63 Intrekking aanvraag omgevingsvergunning op verzoek van de gemeente

Indien een aanvraag omgevingsvergunning op verzoek van de gemeente wordt ingetrokken, waarbij sprake is van het gelijktijdig indienen van een aanvraag voor dezelfde werkzaamheden, zal voor de intrekking van die aanvraag geen leges in rekening worden gebracht.

 

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

 

Paragraaf 3.1 Horeca

Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel [2:28] van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 472,00

b.

een aanvraag om een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel [2:29, tweede lid,] van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 264,00

Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet:

€ 472,00

b.

reserveren

c.

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet:

€ 200,00

d.

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet:

€ 88,00

e.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet:

€ 264,00

 

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of om de verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel [3:3] van de Algemene plaatselijke verordening:

a.

voor een escortbedrijf:

€ 1.347,50

b.

voor andere prostitutiebedrijven dan bedoeld in onderdeel a:

€ 1.347,50

c.

voor andere seksbedrijven dan bedoeld in de onderdelen a en b:

€ 1.347,50

2.

RESERVEREN

3.

RESERVEREN

4.

RESERVEREN

Artikel 3.4 RESERVEREN

 

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Artikel 3.5 Ontheffing winkeltijden

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet:

€ 220,00

b.

wijziging van een in onderdeel a bedoelde ontheffing:

€ 88,00

 

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Artikel 3.6 Organiseren evenement

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel [2.25, eerste lid,] van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), als het betreft:

a.

categorie A

€ 176,00

b.

categorie B

€ 946,25

c.

categorie C

€ 1.574,30

d.

een evenement categorie-0, zoals een straatfeest of een buurtbarbecue, dient alleen te worden gemeld

e.

een jaarverzamelvergunning voor diverse evenementen bij 2 of meer A-evenementen tarief gelijk

€ 352,00

f.

Indien met betrekking tot een aanvraag van een evenement overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere instanties en/of aanvrager anders dan regulier overleg, per uur verhoogd met

€ 88,00

g.

Extra kosten categorie A evenement bij te laat indienen van de vergunningsaanvraag van minder dan 4 weken voorafgaande aan de datum van het evenement

€ 30,00

h.

Extra kosten categorie B evenement bij te laat indienen van de vergunningsaanvraag van minder dan 8 weken voorafgaande aan de datum van het evenement

€ 60,00

i.

Extra kosten categorie C evenement bij te laat indienen van de vergunningsaanvraag van minder dan 12 weken voorafgaande aan de datum van het evenement

€ 90,00

Artikel 3.7 Organiseren markt

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning:

a.

voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel [5:23] van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 88,00

b.

voor het organiseren van een markt als bedoeld in artikel [4] van de Marktverordening Lansingerland:

€ 88,00

 

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

Artikel 3.8 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een vaste-standplaatsvergunning als bedoeld in de Marktverordening Lansingerland

€ 220,00

b.

reserveren

c.

reserveren

d.

een bedienvergunning als bedoeld in de Marktverordening Lansingerland

€ 220,00

2.

Als een aanvraag om een vaste-standplaatsvergunning, te verlenen via het selectiestelsel, niet leidt tot vergunningverlening, bestaat aanspraak op teruggaaf van € 132,00 van de op grond van het eerste lid, onderdeel a, verschuldigde leges

3.

Reserveren

Artikel 3.9 Overige administratieve dienstverlening markt

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

overschrijving van een vaste-standplaatsvergunning als bedoeld in de Marktverordening Lansingerland:

€ 88,00

b.

toestemming met vervanging van de vergunninghouder als bedoeld in de Marktverordening Lansingerland:

€ 88,00

c.

toekenning van een andere vaste standplaats als bedoeld in de Marktverordening Lansingerland:

€ 88,00

d.

ontheffing van de verplichting om de standplaats in te nemen tot de sluitingstijd van de markt als bedoeld in de Marktverordening Lansingerland:

€ 88,00

Artikel 3.10 Losse standplaatsen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen of hebben van een standplaats, bedoeld in artikel [5:18] van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 88,00

 

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014 en Wet goed verhuurderschap

Artikel 3.11 Vergunning [of ontheffing] onttrekken woonruimte

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om woonruimte aan de bestemming tot bewoning te onttrekken of onttrokken te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder a, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

€ 725,00

Artikel 3.12 RESERVEREN

Artikel 3.13 RESERVEREN

Artikel 3.14 RESERVEREN

Artikel 3.15 Splitsingsvergunning [of -ontheffing]

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om een recht op een gebouw te splitsen in appartementsrechten, als bedoeld in artikel 22, eerste[, respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

€ 725,00

Artikel 3.16 RESERVEREN

Artikel 3.17 RESERVEREN

Artikel 3.18 RESERVEREN

 

Paragraaf 3.7 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

Artikel 3.19 Niet benoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:

€ 353,00

 

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Lansingerland in zijn openbare vergadering van 21 december 2023,

 

de griffier,

drs. Eveline Hamelink – van Rens

 

de voorzitter

drs. Pieter van de Stadt