Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gorinchem

Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Gorinchem 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGorinchem
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingReglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Gorinchem 2023
CiteertitelReglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Gorinchem 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Reglement van Orde voor raadsvergadering gemeente Gorinchem 2020.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 16 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-01-2024nieuwe regeling

19-12-2023

gmb-2024-14368

D-879027

Tekst van de regeling

Intitulé

Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Gorinchem 2023

De gemeenteraad van Gorinchem,

 

gelezen het voorstel van het fractievoorzittersoverleg d.d. 7 december 2023;

gelet op artikel 16 van de Gemeentewet;

 

 

Besluit:

 

  • 1.

    Het Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Gorinchem 2023 vast te stellen;

  • 2.

    Het Reglement van Orde voor raadsvergadering gemeente Gorinchem 2020 in te trekken

 

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN

  • 1.

    In dit reglement wordt verstaan onder:

    • agendacommissie: de agendacommissie zoals benoemd door de gemeenteraad van Gorinchem, conform artikel 2 van dit reglement;

    • amendement: voorstel van een raadslid tot wijziging van een ontwerpverordening of ontwerpbeslissing;

    • burgemeester: bestuursorgaan met eigen taken en bevoegdheden;

    • burger: inwoner van of (rechts)persoon gevestigd in Gorinchem;

    • college: college van burgemeester en wethouders;

    • fractie: een fractie conform artikel 7 van dit reglement;

    • fractie-assistent: de vertegenwoordiger van een politieke groepering die door een fractie is aangewezen om namens de fractie deel te nemen aan parallelsessies;

    • fractievoorzitter: lid van de raad dat tevens voorzitter is van een fractie;

    • fractievoorzittersoverleg: het fractievoorzittersoverleg conform artikel 3 van dit reglement;

    • griffier: griffier van de raad of zijn door de raad aangewezen plaatsvervanger;

    • initiatiefvoorstel: voorstel van een raadslid voor een verordening of ander voorstel;

    • motie: verklaring waarmee een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken;

    • parallelsessie: een parallelsessie conform artikel 10 en 11 van dit reglement;

    • portefeuillehouder: lid van het college;

    • secretaris: de gemeentesecretaris of diens plaatsvervanger;

    • subamendement: voorstel van een raadslid tot wijziging van een aanhangig amendement;

    • voorzitter: voorzitter van de raad of diens plaatsvervanger;

    • wethouder: lid van het college niet zijnde de burgemeester.

  • 2.

    In het verkeer tussen voorzitter en raad dan wel burgers wordt voor de toepassing van dit reglement met schriftelijk berichtenverkeer gelijk gesteld verzending of indiening langs elektronische weg mits dit verkeer op een voldoende betrouwbare wijze kan geschieden, gelet op aard en inhoud van het bericht en bij of krachtens wettelijk voorschrift niet anders is bepaald.

ARTIKEL 2. DE AGENDACOMMISSIE

  • 1.

    De agendacommissie bestaat uit de voorzitter en vier raadsleden.

  • 2.

    De vier raadsleden van de agendacommissie worden in de eerste vergadering van de raad in nieuwe samenstelling door de raad benoemd. De raad streeft daarbij naar een evenwichtige samenstelling, gelet op de samenstelling van de raad.

  • 3.

    Tot de vergaderingen van de agendacommissie hebben tevens toegang de griffier alsmede de door hem aangewezen griffiemedewerkers en een door het college aan te wijzen wethouder. De agendacommissie kan voorts anderen uitnodigen deel te nemen aan haar vergaderingen.

  • 4.

    De voorzitter zit de vergaderingen van de agendacommissie voor.

  • 5.

    De agendacommissie heeft in ieder geval de volgende taken:

    • a)

      het vaststellen van de data en tijdstippen van de vergadercyclus van de raad en de parallelsessies met inachtneming van artikel 17 van de Gemeentewet;

    • b)

      het voorbereiden en vaststellen van voorlopige agenda’s voor raadsvergaderingen en parallelsessies. De agendacommissie kan voorstellen tot benoemingen en voorstellen die kennelijk een hamerstuk zijn, rechtstreeks agenderen voor een raadsvergadering.

  • 6.

    Om de taken zoals genoemd in lid 5 van dit artikel uit te oefenen is de aanwezigheid van de voorzitter en tenminste twee raadsleden in een vergadering van de agendacommissie vereist.

  • 7.

    De agenda van de agendacommissie en de bijbehorende stukken moeten 6 dagen van te voren aangeleverd worden aan de agendacommissie.

ARTIKEL 3. HET FRACTIEVOORZITTERSOVERLEG

  • 1.

    Het fractievoorzittersoverleg bestaat uit de voorzitter en de fractievoorzitters.

  • 2.

    Fractievoorzitters wijzen elk een raadslid aan dat hen bij afwezigheid in het fractievoorzittersoverleg vervangt.

  • 3.

    Het fractievoorzittersoverleg doet aanbevelingen aan de raad inzake de organisatie en het functioneren van de raad voor zover het niet betreft de taken van de agendacommissie.

ARTIKEL 4. DE GRIFFIER

  • 1.

    De griffier is aanwezig in raadsvergaderingen en vergaderingen van de agendacommissie, bij het fractievoorzittersoverleg en de commissie voor de geloofsbrieven.

  • 2.

    Bij verhindering of afwezigheid wordt de griffier vervangen door de adjunct-griffier of een raadsadviseur die door de raad als plaatsvervanger benoemd zijn.

  • 3.

    De griffier, de adjunct-griffier of een raadsadviseur is aanwezig in de parallelsessies.

  • 4.

    De griffier kan op uitnodiging van de voorzitter of aangewezen voorzitter van de parallelsessie aan beraadslagingen in raadsvergaderingen en parallelsessies deelnemen.

ARTIKEL 5. ONDERZOEK GELOOFSBRIEVEN EN BEËDIGING RAADSLEDEN

  • 1.

    In de eerste vergadering van de raad in nieuwe samenstelling benoemt de raad een commissie voor de geloofsbrieven, bestaande uit drie raadsleden.

  • 2.

    De commissie voor de geloofsbrieven onderzoekt de geloofsbrieven en de daarop betrekking hebbende stukken van nieuw benoemde raadsleden en brengt vervolgens advies uit aan de raad over de toelating van de nieuw benoemde raadsleden tot de raad. Indien van toepassing, wordt van een minderheidsstandpunt melding gemaakt in dit advies.

  • 3.

    Het onderzoek van het proces-verbaal van het centraal stembureau na de raadsverkiezingen gebeurt in de laatste raadsvergadering in oude samenstelling.

  • 4.

    Na een raadsverkiezing roept de voorzitter de toegelaten raadsleden op om in de eerste raadsvergadering in nieuwe samenstelling, bedoeld in artikel 18 van de Gemeentewet, de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

  • 5.

    In geval van een tussentijdse vacaturevervulling roept de voorzitter in afwijking van het voorgaande een nieuw benoemd raadslid op voor de raadsvergadering waarin over diens toelating wordt beslist om de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

ARTIKEL 6. ONDERZOEK AANBEVOLEN WETHOUDERS

  • 1.

    Indien in een raadsvergadering een wethouder moet worden benoemd doet de commissie voor de geloofsbrieven tevoren onderzoek naar de benoembaarheid van aanbevolen kandidaten.

  • 2.

    De commissie vormt zich daartoe een oordeel over de vraag of een aanbevolen kandidaat voldoet aan de artikelen 36a, 36b, 41b, eerste, derde en vierde lid, en artikel 41c, eerste lid van de Gemeentewet.

  • 3.

    De commissie brengt vervolgens advies uit aan de raad over de benoeming tot wethouder. Zij licht tevoren de burgemeester in.

  • 4.

    De burgemeester zal voor aanvang van iedere ambtstermijn opdracht geven om de kandidaat-wethouders aan een risicoanalyse integriteit te onderwerpen. De burgemeester brengt over het eindresultaat daarvan verslag uit aan de raad.

ARTIKEL 7. FRACTIES

  • 1.

    De leden van de raad, die door het centraal stembureau op dezelfde kandidatenlijst verkozen zijn verklaard, worden bij de aanvang van de zitting, als bedoeld in artikel 18 Gemeentewet, als één fractie beschouwd. Is onder een lijstnummer slechts één lid verkozen, dan wordt dit lid als een afzonderlijke fractie beschouwd.

  • 2.

    Indien boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in de raad deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidatenlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van de raad, als bedoeld in artikel 18 Gemeentewet, aan de voorzitter mee welke naam deze fractie in de raad wil voeren.

  • 3.

    De namen van degenen die als voorzitter van de fractie en als diens plaatsvervanger optreden worden zo spoedig mogelijk doorgegeven aan de voorzitter.

  • 4.

    Indien:

    • a.

      twee of meer bestaande fracties als één fractie gaan optreden of

    • b.

      één of meer leden van een fractie zich aansluiten bij een andere fractie,

  • wordt hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling gedaan aan de voorzitter, met vermelding van de gewenste fractienaam.

  • 5.

    Met de onder lid 4 beschreven veranderde situatie wordt rekening gehouden met ingang van de eerstvolgende vergadering van de raad na de mededeling daarvan.

ARTIKEL 8. ZELFSTANDIG LID OF ZELFSTANDIGE GROEP

  • 1.

    Er wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling gedaan aan de voorzitter indien:

    • a.

      één of meer leden van een fractie respectievelijk als zelfstandig lid of zelfstandige groep gaan optreden,

    • b.

      twee of meer zelfstandige leden als één zelfstandige groep gaan optreden,

    • c.

      één of meer leden van een fractie zich aansluiten bij een zelfstandig lid of zelfstandige groep.

  • 2.

    Een zelfstandig lid of zelfstandige groep bedoeld in het eerste lid, wordt aangeduid als:

    • a.

      lid, gevolgd door van de achternaam van het betreffende lid, indien het één lid van de raad betreft.

    • b.

      groep, gevolgd door achternamen van de betreffende leden van de raad, indien het meerdere leden betreft.

HOOFDSTUK 2. PARALLELSESSIES EN ZEEPKIST

ARTIKEL 9. PARALLELSESSIES ALGEMEEN

  • 1.

    Parallelsessies kunnen bestaan uit:

    • a.

      parallelsessie met een informatief karakter

    • b.

      parallelsessie met een oordeelvormend karakter

    • c.

      parallelsessie met een combinatie van een informatief en oordeelvormend karakter (bij uitzondering).

  • 2.

    Behandeling in de parallelsessie vindt plaats aan de hand van door de agendacommissie in de agendering vastgestelde voorstellen en onderwerpen.

  • 3.

    De parallelsessie wordt geleid door een raadslid, daartoe per parallelsessie door de agendacommissie aangewezen, of door de voorzitter. De voorzitter van de parallelsessie wordt ondersteund door een door de griffier aan te wijzen griffiemedewerker. Indien er in een parallelsessie een tekort aan ruimte is, is aan tafel tenminste ruimte voor één vertegenwoordiger per fractie.

  • 4.

    Parallelsessies vinden in de regel op donderdagavond plaats, de week van de raadsvergadering en vakantieperiodes uitgezonderd. Datum, tijdstip en agenda van parallelsessies worden vastgesteld door de agendacommissie

  • 5.

    Parallelsessies kunnen opeenvolgend met maximaal 3 en tegelijk met maximaal 2 plaatsvinden waarvan de eerste om 19.30 uur aanvangt.

  • 6.

    De agendacommissie, dan wel in spoedeisende gevallen de voorzitter kan in bijzondere gevallen een andere dag, een extra dag, een andere aanvangstijd bepalen of een andere vergaderlocatie aanwijzen.

ARTIKEL 10. PARALLELSESSIE MET EEN INFORMATIEF KARAKTER: INFORMATIE & ONTMOETING

  • 1.

    Een parallelsessie met een informatief karakter wordt aangeduid als Informatie & Ontmoeting.

  • 2.

    Een Informatie & Ontmoeting heeft tot doel raadsleden en fractie-assistenten over een onderwerp informatie te laten vergaren.

  • 3.

    In een Informatie & Ontmoeting kan een concept raadsvoorstel deel uit maken van de bijeenkomst.

  • 4.

    Aan Informatie & Ontmoeting kan worden deelgenomen door raadsleden, fractie-assistenten, het college en vertegenwoordigers van het college. Daarnaast kan de griffier, al dan niet op advies van de agendacommissie, burgers uitnodigen aan een Informatie & Ontmoeting deel te nemen. Ook andere belanghebbenden wordt de gelegenheid geboden mee te praten in Informatie & Ontmoeting.

  • 5.

    Van een Informatie & Ontmoeting is tenminste de helft van de tijd van de parallelsessie beschikbaar voor het stellen van vragen over het onderwerp en/of concept raadsvoorstel door raadsleden, fractie-assistenten en deelnemende burgers en andere belanghebbenden.

  • 6.

    Van een Informatie & Ontmoeting wordt een actielijst opgemaakt.

ARTIKEL 11. PARALLELSESSIE MET EEN OORDEELVORMEND KARAKTER: BERAAD & ADVIES

  • 1.

    Een parallelsessie met een oordeelvormend karakter wordt aangeduid als Beraad & Advies.

  • 2.

    Een Beraad & Advies heeft tot doel raadsleden en fractie-assistenten een oordeel te laten vormen over een onderwerp door te beraadslagen over het desbetreffende onderwerp tussen raadsleden en fractie-assistenten, al dan niet met de portefeuillehouder.

  • 3.

    In een Beraad & Advies ligt over een onderwerp een concept raadsvoorstel voor dat deel uitmaakt van de bijeenkomst

  • 4.

    In een Beraad & Advies is er per fractie of zelfstandig lid respectievelijk zelfstandige groep zoals genoemd in artikel 8 lid 2 maximaal één woordvoerder.

  • 5.

    Wanneer de voorzitter van Beraad & Advies vaststelt dat een voorstel voldoende is besproken, sluit hij de beraadslaging en verwoordt hij het advies. Indien de meerderheid van de woordvoerders een nieuw Beraad & Advies over het onderwerp en/of concept wenst, maakt de griffier aan de agendacommissie gemotiveerd kenbaar dat een vervolgbijeenkomst nodig is.

  • 6.

    Van een Beraad & Advies wordt een schriftelijk samenvattend verslag opgemaakt.

ARTIKEL 12. OPROEP PARALLELSESSIES

  • 1.

    Ten minste zes dagen voor een parallelsessie stelt de griffier aan de raadsleden, de fractie-assistenten en het college ter beschikking de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in hoofdstuk Va Gemeentewet bedoelde stukken.

  • 2.

    In gevallen als bedoeld in artikel 9, zesde lid, kan de termijn als bedoeld in het eerste lid, worden verkort tot minimaal 48 uur.

  • 3.

    In spoedeisende gevallen kan de voorzitter een aanvullende voorlopige agenda opstellen. Deze wordt met de daarbij behorende stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de parallelsessie digitaal aan de raadsleden, de fractie-assistenten en het college ter beschikking gesteld.

  • 4.

    Als omtrent de inhoud van stukken geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier en verleent deze de raadsleden op verzoek inzage.

ARTIKEL 13. TER INZAGE LEGGEN EN PUBLICEREN VAN STUKKEN PARALLELSESSIES

  • 1.

    Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een voorlopige agenda van een parallelsessie dienen, worden op de website van de gemeente gepubliceerd.

  • 2.

    Als omtrent stukken op grond van hoofdstuk Va van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier.

  • 3.

    Indien op aan de raad verstrekte informatie geheimhouding is opgelegd door een ander orgaan, is alleen de raad bevoegd om die informatie vervolgens aan anderen te verstrekken. Indien de raad deze informatie heeft verkregen van het college of burgemeester, mag het college of burgemeester als uitzondering op deze regel alsnog aan anderen na de raad verstrekken indien dit onmiskenbaar noodzakelijk is voor het dagelijks bestuur van de gemeente.

ARTIKEL 14. OPENBARE KENNISGEVING PARALLELSESSIES

Parallelsessies worden ten openbare kennis gebracht door aankondiging in de daarvoor geselecteerde lokale media.

ARTIKEL 15. INSPRAAK

Inspraak door middel van een inspraakreactie door een burger of belanghebbende over een voorliggend concept raadsvoorstel vindt plaats in een parallelsessie voor Beraad & Advies. De spreektijd per inspreker bedraagt vijf minuten. Namens een belanghebbende organisatie, instelling of belangengroepering kan maximaal 1 inspreker het woord voeren.

ARTIKEL 16. INFORMATIE & ONTMOETING VANUIT BURGERINITIATIEF

Het is mogelijk voor burgers om een onderwerp aan de orde te brengen aan de raad in Informatie & Ontmoeting als wordt voldaan aan de voorwaarden conform de leden van dit artikel.

  • 1.

    Om een Informatie & Ontmoeting vanuit burgerinitiatief te kunnen aanvragen, moet er minimaal één vertegenwoordiger zijn, waarvan de volledige naam, adres, geboortedatum en handtekening aangeleverd moeten worden.

  • 2.

    Om een Informatie & Ontmoeting vanuit burgerinitiatief te kunnen aanvragen, moet er minimaal één persoon zijn die de vertegenwoordiger zoals bedoeld in het eerste lid van dit artikel kan vervangen indien nodig en die aan dezelfde vereisten voldoet als genoemd in het eerste lid .

  • 3.

    Om een Informatie & Ontmoeting vanuit burgerinitiatief te kunnen aanvragen, dient de verzoeker steun te hebben van 50 initiatiefgerechtigden woonachtig in de gemeente Gorinchem.

  • 4.

    Initiatiefgerechtigden in de zin van artikel 16 lid 3 zijn degenen die kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad, alsmede burgers van de gemeente van zestien jaar en ouder die met uitzondering van hun leeftijd voldoen aan de vereisten voor het kiesrecht voor de leden van de gemeenteraad. Zij laten steun blijken door het geven van een handtekening en het vermelden van naam, adres en geboortedatum.

  • 5.

    Het onderwerp dat aan de orde gebracht kan worden in een Informatie & Ontmoeting vanuit burgerinitiatief moet nauwkeurig omschreven worden.

  • 6.

    Het onderwerp dat aan de orde gebracht kan worden in een Informatie & Ontmoeting vanuit burgerinitiatief moet vallen onder de besluitbevoegdheden van de gemeente.

  • 7.

    Het aanvragen van deze Informatie & Ontmoeting vanuit burgerinitiatief verloopt via de griffie.

ARTIKEL 17. ZEEPKIST

  • 1.

    Voorafgaand aan de raadsvergadering is er de gelegenheid voor burgers de raad en het college toe te spreken over een onderwerp wat hen bezighoudt na voorafgaande aanmelding bij de griffie uiterlijk om 12.00 uur de dag voorafgaand aan de betreffende raadsvergadering. Het is niet toegestaan om persoonlijke zaken, bezwaren in de zin van artikel 5:1 van de Algemene Wet bestuursrecht of klachten in de zin van artikel 9:1 van de Algemene Wet bestuursrecht aan de orde te brengen.

  • 2.

    Van het door burgers ingevolge lid 1 van dit artikel gesprokene wordt een schriftelijk samenvattend verslag opgemaakt.

HOOFDSTUK 3. RAADSVERGADERINGEN

PARAGRAAF 1. VOORBEREIDING

ARTIKEL 18. SAMENSTELLING EN DOELSTELLING RAADSVERGADERING

  • 1.

    De raad komt bijeen in raadsvergaderingen.

  • 2.

    In de raadsvergadering nemen de raadsleden inhoudelijke besluiten over de voorgelegde raadsvoorstellen.

  • 3.

    In de raadsvergadering debatteren raadsleden over ingediende moties en amendementen.

ARTIKEL 19. VERGADERFREQUENTIE

  • 1.

    Raadsvergaderingen vinden in de regel op donderdag, één keer per maand plaats, de vakantieperiodes niet meegerekend. De agendacommissie maakt daarbij onderscheid tussen een reguliere raadsvergadering en een hamerraad. Een hamerraad bestaat uit ter kennisname en zonder verder debat afhameren van eerder behandelde voorstellen. Hierbij kunnen korte stemverklaringen worden gegeven.

  • 2.

    Raadsvergaderingen worden gehouden in het stadhuis van de gemeente Gorinchem.

  • 3.

    Raadsvergaderingen starten in de regel om 19.30 uur.

  • 4.

    De agendacommissie, dan wel in spoedeisende gevallen de voorzitter kan in bijzondere gevallen een andere dag, een extra dag, een andere aanvangstijd bepalen of een andere vergaderlocatie aanwijzen.

ARTIKEL 20. AGENDA RAADSVERGADERINGEN

  • 1.

    De agendacommissie stelt de voorlopige agenda vast.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van een schriftelijke oproep een aanvullende voorlopige agenda opstellen.

  • 3.

    De agenda wordt bij aanvang van een raadsvergadering door de raad vastgesteld.

ARTIKEL 21. OPROEP RAADSVERGADERINGEN

  • 1.

    De voorzitter zendt via de griffier ten minste zes dagen voor een raadsvergadering de raadsleden een schriftelijke oproep onder gelijktijdige uitnodiging aan het college. Hij draagt er tevens zorg voor dat gelijktijdig de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in hoofdstuk Va van de Gemeentewet bedoelde stukken, digitaal aan de raadsleden ter beschikking wordt gesteld.

  • 2.

    In gevallen als bedoeld in artikel 19, vierde lid, kan de voorzitter de termijn als bedoeld in het eerste lid, verkorten tot minimaal 48 uur.

  • 3.

    Als een aanvullende agenda als bedoeld in artikel 20, tweede lid, wordt vastgesteld, wordt deze met de daarbij behorende stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de raadsvergadering digitaal aan de raadsleden en het college ter beschikking gesteld.

  • 4.

    Als omtrent de inhoud van stukken op grond van hoofdstuk Va van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier en verleent deze de raadsleden op verzoek inzage.

ARTIKEL 22. TER INZAGE LEGGEN EN PUBLICEREN VAN STUKKEN RAADSVERGADERINGEN

  • 1.

    Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een voorlopige agenda van een raadsvergadering dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep op het gemeentehuis ter inzage gelegd en op de website van de gemeente gepubliceerd.

  • 2.

    Informatie van de raad of aan de raad verstrekte informatie waaromtrent op grond van hoofdstuk Va van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijft in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier en verleent deze raadsleden op verzoek inzage.

ARTIKEL 23. OPENBARE KENNISGEVING RAADSVERGADERINGEN

Raadsvergaderingen worden ten openbare kennis gebracht door aankondiging in de daarvoor geselecteerde lokale media.

 

PARAGRAAF 2. TER VERGADERING

ARTIKEL 24. PRESENTIELIJST

  • 1.

    De griffier draagt zorg voor het bijhouden van presentielijsten van raadsvergaderingen.

  • 2.

    Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekenen raadsleden de presentielijst. Aan het einde van elke raadsvergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.

ARTIKEL 25. BERAADSLAGING

  • 1.

    Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raad anders beslist.

  • 2.

    Spreektermijnen worden door de voorzitter afgesloten.

  • 3.

    Raadsleden mogen in een termijn niet meer dan éénmaal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4.

    Het derde lid is niet van toepassing op een raadslid dat een amendement, een subamendement, een motie of een initiatiefvoorstel heeft ingediend, ten aanzien van de beraadslaging over het door dat raadslid ingediende.

  • 5.

    Bij de bepaling conform het genoemde in lid 3 hoeveel malen een raadslid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

  • 6.

    Al dan niet op verzoek van een raadslid of het college kan de voorzitter de beraadslagingen schorsen om de raadsleden en/of het college de gelegenheid te geven tot onderling beraad.

ARTIKEL 26. SPREEKREGELS

  • 1.

    De raadsleden spreken vanaf hun zitplaats of vanaf een katheder. Ze richten zich tot de voorzitter.

  • 2.

    Bij bijzondere gelegenheden kan de voorzitter bepalen dat de raadsleden of andere aanwezigen spreken vanaf een andere plaats.

  • 3.

    Een raadslid voert het woord na het aan de voorzitter gevraagd en van hem verkregen te hebben.

  • 4.

    De voorzitter bepaalt de volgorde van de sprekers. Aan het einde van elke termijn geeft hij zo nodig het woord aan één of meer vertegenwoordigers van het college.

ARTIKEL 27. DEELNAME AAN DE BERAADSLAGING DOOR ANDEREN

Onverminderd artikel 21 van de Gemeentewet kan de raad op enig moment besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

ARTIKEL 28. SPREEKTIJD

De raad kan op voorstel van de voorzitter of een raadslid voorafgaand aan de beraadslaging over een onderwerp of voorstel besluiten tot beperking van de spreektijd van de raadsleden, het college of andere aanwezigen.

ARTIKEL 29. HANDHAVING ORDE

  • 1.

    Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij de voorzitter het nodig oordeelt hem te herinneren aan het opvolgen van dit reglement of een raadslid hem interrumpeert; de voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder interrupties zijn betoog zal afronden.

  • 2.

    Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem over het aanhangige onderwerp het woord ontnemen.

  • 3.

    De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen, dan wel sluiten.

ARTIKEL 30. VOORSTELLEN VAN ORDE

Raadsleden kunnen tijdens een raadsvergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raad beslist hier terstond over.

ARTIKEL 31. WETHOUDERS EN SECRETARIS

  • 1.

    Wethouders hebben toegang tot de vergadering en kunnen deelnemen aan de beraadslagingen.

  • 2.

    De secretaris heeft toegang tot de vergadering; hij vergezelt het college.

  • 3.

    In bijzondere gevallen kan de raad besluiten buiten aanwezigheid van de wethouders en de secretaris te vergaderen.

ARTIKEL 32. ZITPLAATSEN

  • 1.

    Voorzitter, griffier, raadsleden en wethouders hebben een vaste zitplaats. De voorzitter wijst deze plaatsen aan bij aanvang van iedere nieuwe zittingsperiode van de raad.

  • 2.

    De voorzitter kan de indeling herzien indien daartoe aanleiding bestaat.

 

PARAGRAAF 3. STEMMINGEN

ARTIKEL 33. BESLISSING

  • 1.

    De voorzitter sluit de beraadslaging als hij vaststelt dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, tenzij de raad anders beslist.

  • 2.

    Voordat de stemming over het voorstel in zijn geheel plaatsvindt, formuleert de voorzitter het voorstel voor de te nemen beslissing.

ARTIKEL 34. STEMVERKLARING

Raadsleden kunnen hun voorgenomen stemgedrag in een korte verklaring toelichten.

ARTIKEL 35. STEMMING; PROCEDURE HOOFDELIJKE STEMMING

  • 1.

    De voorzitter vraagt de raadsleden of zij stemming verlangen. Is dit niet het geval dan stelt de voorzitter vast dat het voorstel zonder stemming is aangenomen.

  • 2.

    Als een voorstel zonder stemming wordt aangenomen kunnen de in de raadsvergadering aanwezige raadsleden aantekening in het verslag vragen, dat zij geacht willen worden te hebben tegengestemd of overeenkomstig artikel 28 van de Gemeentewet niet aan de stemming te hebben deelgenomen.

  • 3.

    Als een raadslid om stemming of hoofdelijke stemming vraagt, doet de voorzitter daarvan mededeling aan de raad. Stemming geschiedt middels de stemkastjes of middels handopsteken. De voorzitter stelt vast welke fracties c.q. raadsleden voor of tegen een voorstel hebben gestemd of overeenkomstig artikel 28 van de Gemeentewet niet aan de stemming hebben deelgenomen en of het voorstel is aangenomen of verworpen.

  • 4.

    Bij hoofdelijke stemming roept de griffier de raadsleden bij naam op hun stem uit te brengen, beginnend bij het daarvoor bij loting aangewezen raadslid. Vervolgens geschiedt de oproeping op alfabetische volgorde.

  • 5.

    De in het vierde lid bedoelde loting geschiedt één keer per vergadering als de eerste keer om hoofdelijke stemming wordt gevraagd. Bij de loting wordt een volgnummer van de presentielijst en het daarbij horende raadslid bepaald.

  • 6.

    Bij hoofdelijke stemming brengen ter vergadering aanwezige raadsleden, tenzij zij overeenkomstig artikel 28 van de Gemeentewet niet aan de stemming deel behoren te nemen, hun stem uit door 'voor' of 'tegen' uit te spreken, zonder enige toevoeging.

  • 7.

    Een raadslid dat zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, kan deze vergissing herstellen totdat het volgende raadslid heeft gestemd. Bemerkt het raadslid zijn vergissing pas later, dan kan deze nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt aantekening vragen van zijn vergissing. Dit brengt geen verandering in de uitslag van de stemming.

  • 8.

    De voorzitter deelt de uitslag na afloop van de stemming mee. Deze doet daarbij tevens mededeling van het genomen besluit.

ARTIKEL 36. VOLGORDE STEMMING OVER AMENDEMENTEN EN MOTIES

  • 1.

    Als een amendement op een aanhangig voorstel is ingediend, wordt eerst over dat amendement gestemd en vervolgens over het voorstel zoals het dan luidt in zijn geheel.

  • 2.

    Als een subamendement is ingediend, wordt eerst over het subamendement gestemd en vervolgens over het amendement waarop dat betrekking heeft.

  • 3.

    Als meerdere amendementen of subamendementen op eenzelfde gedeelte van een aanhangig voorstel zijn ingediend, wordt, onverminderd het eerste en tweede lid, eerst over het meest verstrekkende amendement of subamendement gestemd.

  • 4.

    Als aangaande een aanhangig voorstel een motie is ingediend, wordt na de stemming over de amendementen eerst over de moties gestemd en vervolgens over het voorstel. De raad kan besluiten van deze volgorde af te wijken.

  • 5.

    Wanneer bij stemming over een motie of amendement in een niet voltallige raad de stemmen staken zal het nemen van een beslissing worden uitgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend.

  • 6.

    Indien de stemmen staken in een voltallige vergadering of in een ingevolge het vijfde lid opnieuw belegde vergadering, is het voorstel niet aangenomen.

ARTIKEL 37. STEMMING OVER PERSONEN

  • 1.

    Bij stemming over personen voor benoemingen of het opstellen van voordrachten of aanbevelingen, benoemt de voorzitter drie raadsleden tot stembureau.

  • 2.

    Aanwezige raadsleden zijn verplicht een door het stembureau verstrekt stembriefje in te leveren, tenzij zij overeenkomstig artikel 28 van de Gemeentewet niet aan de stemming deel mogen nemen.

  • 3.

    Er hebben zoveel stemmingen plaats als er personen zijn te benoemen, voor te dragen of aan te bevelen. De raad kan op voorstel van het stembureau beslissen dat bepaalde stemmingen worden samengevat op één briefje.

  • 4.

    Ongeldig zijn blanco stembriefjes, stembriefjes die ondertekend zijn, waarop meerdere namen per vacature zijn vermeld en stembriefjes waarop andere namen zijn vermeld dan die van kandidaten waartoe de stemming wegens een voordracht of bij herstemming was beperkt.

  • 5.

    In geval van twijfel over de inhoud van een stembriefje beslist de raad op voorstel van het stembureau.

  • 6.

    Na vaststelling van de uitslag worden de stembriefjes terstond door de griffier vernietigd.

ARTIKEL 38. HERSTEMMING; BESLISSING DOOR HET LOT

  • 1.

    Wanneer bij de eerste stemming, zoals bedoeld in artikel 37, eerste lid, niemand de volstrekte meerderheid heeft gekregen, wordt tot een tweede stemming overgegaan.

  • 2.

    Wanneer ook bij de tweede stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, vindt een derde stemming plaats tussen twee personen die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Indien bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen zijn verdeeld, vindt een tussenstemming plaats om uit te maken tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatsvinden.

  • 3.

    Indien bij de tussenstemming of de derde stemming de stemmen staken beslist het lot.

  • 4.

    Wanneer het lot moet beslissen worden de namen van degenen waartussen moet worden beslist door het stembureau op twee gelijke briefjes opgeschreven, welke vervolgens op gelijke wijze gevouwen, in een stembokaal worden gedeponeerd. Vervolgens neemt de voorzitter één van de briefjes uit de stembokaal. Degene wiens naam op het briefje voorkomt, is gekozen.

 

PARAGRAAF 4. VERSLAGLEGGING; INGEKOMEN STUKKEN

ARTIKEL 39. VERSLAG EN BESLUITENLIJST

  • 1.

    De griffier draagt zorg voor verslagen en besluitenlijsten van raadsvergaderingen.

  • 2.

    Een verslag bevat in ieder geval:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de griffier, de raadsleden, de wethouders, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een aantekening van wie der onder a genoemden afwezig waren;

    • c.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • d.

      een schriftelijk woordelijk verslag van het gesprokene met vermelding van de namen van de sprekers;

    • e.

      een overzicht van het verloop van elke stemming, met vermelding bij hoofdelijke stemming van de namen van de raadsleden die voor of tegen stemden, onder aantekening van de namen van de raadsleden die zich overeenkomstig de Gemeentewet van stemming hebben onthouden of zich bij het uitbrengen van hun stem hebben vergist;

    • f.

      de tekst van de ter vergadering ingediende initiatiefvoorstellen, voorstellen van orde, moties, amendementen en subamendementen;

    • g.

      bij het desbetreffende agendapunt, de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 27 door de raad is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

  • 3.

    Een conceptverslag wordt gelijktijdig met de verzending aan de raadsleden verzonden aan de overige personen die het woord hebben gevoerd in de raadsvergadering waarop het betrekking heeft.

  • 4.

    Vastgestelde verslagen worden ondertekend door de voorzitter en griffier.

  • 5.

    Voor zover de aard en de inhoud van de besluitvorming zich daartegen niet verzet, wordt de besluitenlijst zo spoedig mogelijk na de raadsvergadering openbaar gemaakt op de in de gemeente gebruikelijke wijze.

  • 6.

    Als verslagen en besluitenlijsten elektronisch beschikbaar zijn, worden ze op de website van de gemeente geplaatst.

ARTIKEL 40. INGEKOMEN STUKKEN

  • 1.

    Bij de raad ingekomen stukken worden op een lijst geplaatst die digitaal ter beschikking wordt gesteld aan de raadsleden.

  • 2.

    Als omtrent de inhoud van stukken op grond van hoofdstuk Va van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, worden deze stukken in afwijking van het eerste lid op een geheime lijst geplaatst en blijven zij onder berusting van de griffier.

  • 3.

    In de raadsvergadering de raad op voorstel van de agendacommissie de wijze van afdoening van de ingekomen stukken vast. Daarbij vindt geen inhoudelijke bespreking plaats.

 

PARAGRAAF 5. BESLOTEN RAADSVERGADERINGEN EN PARALLELSESSIES

ARTIKEL 41. TOEPASSING REGLEMENT OP BESLOTEN RAADSVERGADERINGEN EN PARALLELSESSIE

Op besloten raadsvergaderingen en parallelsessies is dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de raadsvergadering of parallelsessie.

ARTIKEL 42. BESLOTEN RAADSVERGADERINGEN EN PARALLELSESSIES

  • 1.

    Een gedeelte van een parallelsessie vindt alleen dan in beslotenheid plaats indien de aanwezige raadsleden en fractie-assistenten hiertoe besluiten. Zij besluiten alsdan over de aanwezigheid van college, secretaris en vertegenwoordigers van het college.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 11 lid 3 kan in een besloten parallelsessie Beraad & Advies beraadslagingen plaatsvinden zonder voorliggend concept raadsvoorstel

  • 3.

    Conceptverslagen en -besluitenlijsten van besloten raadsvergaderingen en parallelsessies worden niet verspreid, maar berusten bij de griffier.

  • 4.

    Deze verslagen en besluitenlijsten worden zo spoedig mogelijk in een besloten raadsvergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raad een besluit over het al dan niet opheffen van de geheimhouding op het vastgestelde verslag en de besluitenlijst.

  • 5.

    De vastgestelde verslagen en besluitenlijsten worden door de voorzitter en de griffier ondertekend.

ARTIKEL 43. OPHEFFING GEHEIMHOUDING

Als de raad op de grond van artikel 89, vierde lid, van de wet voornemens is de geheimhouding van aan de raad verstrekte informatie op te heffen, wordt, als het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten raadsvergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.

 

PARAGRAAF 6. TOEHOORDERS EN PERS

ARTIKEL 44. TOEHOORDERS EN PERS

  • 1.

    Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare raadsvergaderingen en parallelsessies uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2.

    Het blijkgeven van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

ARTIKEL 45. GELUID- EN BEELDREGISTRATIES

Degenen die van een openbare raadsvergadering of parallelsessie geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

HOOFDSTUK 4. BEVOEGDHEDEN, INSTRUMENTEN RAADSLEDEN

ARTIKEL 46. AMENDEMENTEN EN SUBAMENDEMENTEN

  • 1.

    Raadsleden dienen amendementen en subamendementen voor het sluiten van de beraadslaging van het voorstel waarop deze betrekking hebben in bij de voorzitter.

  • 2.

    Er wordt alleen beraadslaagd over amendementen en subamendementen die ingediend zijn door raadsleden die de presentielijst getekend hebben.

  • 3.

    Intrekking door de indiener van een amendement of subamendement is mogelijk totdat de besluitvorming daarover door de raad is afgerond.

ARTIKEL 47. MOTIES

  • 1.

    Raadsleden dienen moties schriftelijk in bij de voorzitter, tenzij de voorzitter oordeelt dat mondelinge indiening volstaat.

  • 2.

    De behandeling van een motie vindt gelijktijdig plaats met de beraadslaging over het onderwerp of voorstel waarop het betrekking heeft.

  • 3.

    Een motie over een niet op de agenda opgenomen onderwerp wordt aangekondigd tijdens het vaststellen van de agenda en op dat moment overhandigd aan de voorzitter die de motie terstond laat verspreiden.

  • 4.

    De behandeling van een motie als bedoeld in lid 3 vindt in beginsel plaats nadat alle op de agenda opgenomen onderwerpen zijn behandeld.

  • 5.

    Aanhouding of intrekking door de indiener van een motie is mogelijk totdat de besluitvorming daarover door de raad is afgerond.

ARTIKEL 48. INITIATIEFVOORSTEL

  • 1.

    Raadsleden dienen initiatiefvoorstellen in bij de voorzitter. Deze brengt een ingediend voorstel zo spoedig mogelijk ter kennis van het college.

  • 2.

    Het college kan binnen 30 dagen nadat het ter kennis is gesteld van een voorstel schriftelijk wensen en bedenkingen met betrekking tot het voorstel ter kennis van de raad brengen.

  • 3.

    Indien het college schriftelijk wensen of bedenkingen ter kennis van de raad heeft gebracht of kenbaar heeft gemaakt hiertoe niet te zullen overgaan, dan wel nadat de in het tweede lid gestelde termijn is verlopen, wordt het voorstel op de agenda van de eerstvolgende raadsvergadering geplaatst. Als de schriftelijke oproep hiervoor reeds verzonden is, wordt het voorstel op de agenda van de daaropvolgende raadsvergadering geplaatst

  • 4.

    Indien meerdere raadsleden gezamenlijk het initiatiefvoorstel hebben ingediend, wordt uitsluitend het lid dat als eerste indiener moet worden beschouwd, de gelegenheid gegeven als eerste het woord te voeren. De indieners geven aan de voorzitter aan wie als eerste indiener moet worden beschouwd.

ARTIKEL 49. COLLEGEVOORSTEL

  • 1.

    Een collegevoorstel aan de raad dat vermeld staat op de voorlopige agenda van de raadsvergadering zoals genoemd in artikel 21 eerste lid van dit reglement, wordt niet ingetrokken zonder toestemming van de raad.

  • 2.

    Als de raad van oordeel is dat het nodig is een voorstel als bedoeld in het eerste lid voor advies terug te zenden aan het college, bepaalt de raad binnen welke termijn het voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

ARTIKEL 50. INTERPELLATIE

  • 1.

    Raadsleden dienen verzoeken tot het houden van een interpellatie schriftelijk in bij de voorzitter. Het verzoek bevat in ieder geval de te stellen vragen.

  • 2.

    De voorzitter brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige raadsleden en de wethouders .

  • 3.

    Als het verzoek ten minste 48 uur voor aanvang van een raadsvergadering is ingediend of in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, wordt over het verzoek tijdens de eerstvolgende raadsvergadering gestemd. In andere gevallen tijdens de daaropvolgende raadsvergadering.

  • 4.

    De interpellant voert niet vaker dan tweemaal het woord. De overige raadsleden, de burgemeester en de wethouders niet vaker dan eenmaal, tenzij de raad hen hiertoe verlof geeft.

ARTIKEL 51. SCHRIFTELIJKE VRAGEN

  • 1.

    Raadsleden dienen schriftelijke vragen aan het college of de burgemeester in bij de griffier. Daarbij wordt aangegeven of er een voorkeur voor schriftelijke of mondelinge beantwoording bestaat.

  • 2.

    De griffier brengt de vragen zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige raadsleden en het college of de burgemeester.

  • 3.

    Schriftelijke beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats, in ieder geval binnen 30 dagen nadat de vragen zijn ingediend. Zij wordt door tussenkomst van de griffier aan de raadsleden toegezonden.

  • 4.

    Er is een mogelijkheid voor het college of de burgemeester om deze termijn met 14 dagen te verlengen indien de beantwoording binnen de in lid 3 gestelde termijn onmogelijk is. Hiervan brengt zij binnen de in lid 3 gestelde termijn de griffier gemotiveerd en schriftelijk op de hoogte die de raad hierover informeert.

  • 5.

    Het college of de burgemeester kunnen binnen de in het derde lid gestelde termijn schriftelijke vragen ook mondeling beantwoorden in het vragenuur, als bedoeld in artikel 53.

ARTIKEL 52. INLICHTINGEN

  • 1.

    Raadsleden dienen verzoeken tot inlichtingen als bedoeld in de artikelen 169, derde lid, en 180, derde lid, van de Gemeentewet schriftelijk in bij de griffier.

  • 2.

    De griffier brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige raadsleden en het college of de burgemeester.

  • 3.

    De verlangde inlichtingen worden zo spoedig mogelijk aan de raad verschaft. Indien daarvoor een langere termijn dan tien dagen is vereist, doet het college c.q. de burgemeester daarvan met redenen omkleed mededeling aan de raad met vermelding van de termijn waarbinnen hij de verlangde inlichtingen verstrekt.

ARTIKEL 53. VRAGENUUR

  • 1.

    Aan het begin van de periodieke raadsvergadering als bedoeld in artikel 18, eerste lid, wordt de gelegenheid geboden aan raadsleden tot het stellen van mondelinge vragen.

  • 2.

    Raadsleden die mondelinge vragen willen stellen tijdens het vragenuur, melden dit onder aanduiding van de vragen uiterlijk om 09.00 uur de dinsdagochtend voorafgaand aan de vergadering bij de griffier.

  • 3.

    De voorzitter bepaalt de volgorde waarin aangemelde vragen aan de orde worden gesteld.

  • 4.

    Per onderwerp wordt aan de vragensteller het woord verleend om één of meer vragen aan het college of de burgemeester te stellen en een korte toelichting daarop te geven. De voorzitter kan de vragensteller de gelegenheid geven om naar aanleiding van de beantwoording één of enkele korte vervolgvragen ter verduidelijking te stellen.

  • 5.

    Tijdens het vragenuur kunnen geen moties worden ingediend en worden geen interrupties toegelaten.

  • 6.

    Tijdens het vragenuur kunnen leden van het college korte mondelinge mededelingen doen. Leden van het college die korte mondelinge mededelingen tijdens het vragenuur willen doen, melden dit onder aanduiding van de mededelingen uiterlijk de dinsdag 17:00 voorafgaand aan de vergadering bij de griffier tenzij het een spoedeisend geval betreft.

ARTIKEL 54. AMBTELIJKE BIJSTAND

  • 1.

    Raadsleden kunnen bij procedurele, technische en inhoudelijke vragen betreffende raads- en commissieaangelegenheden terecht bij de griffier, die op de grond van art. 107a Gemeentewet de raad advies en bijstand verleent.

  • 2.

    Raadsleden kunnen verzoeken om specialistische ambtelijke ondersteuning op een bepaald beleidsterrein indienen bij de griffier. Deze verzoeken worden afgehandeld conform de procedure zoals beschreven in de verordening ambtelijke bijstand 2020 van de gemeente Gorinchem.

ARTIKEL 55. SCHRIFTELIJKE VRAGENRONDE

  • 1.

    Indien de agendacommissie ingevolge artikel 2 lid 5 onder b gezien de technische aard van de stukken deze rechtstreeks agendeert voor een raadsvergadering zonder parallelsessies, kunnen de raadsleden in de gelegenheid gesteld worden schriftelijke vragen te stellen. Indien deze gelegenheid geboden wordt, hebben raadsleden 10 dagen de tijd schriftelijke vragen te stellen tenzij de agendacommissie een andere termijn stelt in een specifiek geval.

  • 2.

    Het college of de burgemeester draagt zorg voor beantwoording voor de verzending van de voorlopige agenda van de volgende raadsvergadering als genoemd in artikel 21 lid 1 aan de raadsleden.

HOOFDSTUK 5. LIDMAATSCHAP VAN ANDERE ORGANISATIES

ARTIKEL 56. VERSLAG; VERANTWOORDING

  • 1.

    Een door de raad benoemde vertegenwoordiger in het bestuur van een gemeenschappelijke regeling of een andere organisatie is voor zijn bestuur verantwoording schuldig aan de raad.

  • 2.

    Ten aanzien van het vragen van inlichtingen zijn de artikelen 50 tot en met 54 van overeenkomstige toepassing.

  • 3.

    Indien hij geen raadslid of lid van het college is, kan de raad hem overeenkomstig artikel 26 toestaan in de raad het woord te voeren.

HOOFDSTUK 6. SLOTBEPALINGEN

ARTIKEL 57. UITLEG REGLEMENT

In gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de toepassing van het reglement, beslist de raad op voorstel van de voorzitter.

ARTIKEL 58. INTREKKEN OUDE REGLEMENT

Het Reglement van Orde voor raadsvergadering gemeente Gorinchem 2020 wordt ingetrokken.

ARTIKEL 59. INWERKINGTREDING EN CITEERTITEL

  • 1.

    Dit reglement treedt in werking op de dag na publicatie.

  • 2.

    Dit reglement wordt aangehaald als: Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Gorinchem 2023.

Aldus besloten in de raadsvergadering van 19 december 2023.

Griffier,

Voorzitter,