Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Haaksbergen

Verordening commissie bezwaarschriften

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHaaksbergen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening commissie bezwaarschriften
CiteertitelVerordening commissie bezwaarschriften 8.2a
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is tevens vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester.

Deze regeling vervangt de Verordening commissie bezwaarschriften (8.2) van 8 april 2005.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-01-2024nieuwe regeling

20-12-2023

gmb-2024-12227

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften

De gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Haaksbergen;

 

ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;

 

Wettelijke basis:

Bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht

 

Besluiten:

Vast te stellen de Verordening commissie bezwaarschriften.

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepaling

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • b.

    bestuursorgaan: gemeentelijk orgaan dat het bestreden besluit heeft genomen: de raad, het college en de burgemeester;

  • c.

    bezwaarmaker: indiener van een bezwaarschrift;

  • d.

    commissie: adviescommissie als bedoeld in artikel 7:13 van de Awb;

  • e.

    voorzitter: voorzitter van de commissie.

Artikel 2 Ingediend bezwaarschrift

  • 1.

    Het bestuursorgaan registreert het ingediende bezwaarschrift met de datum van ontvangst.

  • 2.

    Daarna wordt zo spoedig mogelijk contact opgenomen met de bezwaarmaker en eventuele andere belanghebbenden. Hierbij geeft het bestuursorgaan een uitleg over het vervolg van de procedure en de duur van de behandeling van het bezwaarschrift.

Hoofdstuk 2. Informele afhandeling

Artikel 3 Vooronderzoek en informele behandeling

  • 1.

    Het bestuursorgaan onderzoekt of het bezwaarschrift informeel kan worden afgehandeld alvorens het verder in behandeling te nemen.

  • 2.

    De commissie bereidt tevens de beslissing voor op een verzoek als bedoeld in artikel 7:15, tweede lid, van de Awb als dat verzoek gedaan is voordat de commissie advies heeft uitgebracht over de beslissing op bezwaar waarop het verzoek betrekking heeft.

  • 3.

    De informele aanpak start doordat kort na binnenkomst van het bezwaarschrift de secretaris contact opneemt met de bezwaarmaker en de voorbereider van het primaire besluit.

  • 4.

    Als naar tevredenheid aan het bezwaar is tegemoet gekomen, legt het bestuursorgaan de gemaakte afspraken schriftelijk vast en neemt het zo nodig een nieuw besluit.

Hoofdstuk 3. Commissie

Artikel 4. Horen en adviseren door de commissie

  • 1.

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De commissie is belast met het horen en adviseren over de volledige heroverweging van bestreden besluiten.

  • 3.

    De commissie is niet belast met de behandeling van bezwaarschriften die informeel worden afgehandeld en ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van belastingwetgeving of de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 5. Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste vier leden.

  • 2.

    De voorzitter en de leden worden door de bestuursorganen, ieder voorzover het zijn bevoegdheden betreft benoemd, geschorst en ontslagen. Het college benoemt uit de leden één of meer plaatsvervangende voorzitters.

  • 3.

    De commissie regelt de vervanging van de voorzitter en diens plaatsvervanger.

  • 4.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn bij de Gemeente Haaksbergen, noch mogen zij raadsleden, burgemeester of wethouder zijn.

Artikel 6. Secretaris

  • 1.

    De secretaris wordt door het college aangewezen.

  • 2.

    Het college wijst ook een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 7. Zittingsduur

  • 1.

    De voorzitter, leden en plaatsvervangende leden worden benoemd voor een termijn van vier jaar, waarna het mogelijk is één keer herbenoemd te worden. Dit lid is niet van toepassing op de voorzitter en leden die reeds voor 1 januari 2024 benoemd zijn.

  • 2.

    De voorzitter en de leden kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

  • 3.

    De aftredende of ontslagnemende voorzitter of leden blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien, tenzij nog wordt voldaan het bepaalde in artikel 5 lid 1 .

Artikel 8. Uitoefening bevoegdheden

  • 1.

    De voorzitter oefent de volgende bevoegdheden van de hierna genoemde artikelen van de Awb zelfstandig uit:

    • a.

      verzoeken om een schriftelijke machtiging aan een gemachtigde (artikel 2:1, tweede lid);

    • b.

      stellen van een termijn aan de bezwaarmaker (artikel 6:6);

    • c.

      verzenden van stukken tijdens de behandeling door de commissie (artikel 6:17);

    • d.

      ter inzage leggen van het bezwaarschrift en de op de zaak betrekking hebbende stukken, dan wel toezenden daarvan aan een belanghebbende (artikel 7:4, tweede lid);

    • e.

      al dan niet op verzoek van een belanghebbende afzien van het op de hoogte stellen van het verhandelde tijdens een hoorzitting van een andere belanghebbende, voor zover geheimhouding om gewichtige reden is geboden (artikel 7:6, vierde lid).

  • 2.

    De voorzitter kan deze bevoegdheden mandateren aan de secretaris.

Artikel 9. Voorbereiding hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter bepaalt plaats en tijdstip van de hoorzitting waarin de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 3.

    Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

  • 4.

    De voorzitter nodigt de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan ten minste twee weken voor de hoorzitting schriftelijk uit.

  • 5.

    Binnen drie werkdagen na de uitnodiging kunnen de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden of het bestuursorgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de hoorzitting te wijzigen.

  • 6.

    De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt binnen drie werkdagen na ontvangst van dit verzoek aan de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan meegedeeld.

  • 7.

    De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen, genoemd in het tweede tot en met vierde lid.

  • 8.

    De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 9.

    De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Als daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 10. Onpartijdigheid leden

De voorzitter en de leden nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift als daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 11. Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat minimaal één lid en de voorzitter, of zijn plaatsvervanger aanwezig zijn. Bij afwezigheid van zowel de voorzitter als zijn plaatsvervanger is het vereist, dat twee leden aanwezig zijn, waarbij het lid dat door de commissie als zodanig is aangewezen fungeert als waarnemend voorzitter.

Artikel 12. Openbaarheid hoorzitting

  • 1.

    De hoorzitting van de commissie is openbaar.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid vindt de hoorzitting achter gesloten deuren plaats voor wat betreft de Jeugdwet, wmo en participatiewet.

  • 3.

    De deuren kunnen voorts worden gesloten als de voorzitter of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 4.

    Als de commissie naar aanleiding van het derde lid beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de hoorzitting verzetten, vindt de hoorzitting plaats achter gesloten deuren.

Artikel 13. Horen minderjarige

  • 1.

    De commissie stelt een minderjarige van twaalf jaar of ouder die bij een bezwaarschrift in het kader van de Jeugdwet en daarop gebaseerde regelgeving is betrokken, in de gelegenheid zijn mening mondeling of schriftelijk kenbaar te maken. De commissie kan besluiten een minderjarige jonger dan twaalf jaar te doen horen.

  • 2.

    De commissie kan besluiten een lid of de secretaris de minderjarige voorafgaand aan de hoorzitting te laten horen. Van dit horen wordt geen verslag gemaakt.

  • 3.

    Tijdens de hoorzitting geeft het lid kort weer wat de minderjarige heeft verklaard.

  • 4.

    Aan de belanghebbenden wordt geen kopie verstrekt van documenten van de minderjarige.

Artikel 14. Verslaglegging

  • 1.

    Het verslag van de hoorzitting als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb bestaat in de regel uit een digitale geluidsopname.

  • 2.

    De secretaris maakt op basis van de geluidsopname een schriftelijke samenvatting van het besprokene wanneer een belanghebbende hierom verzoekt, het bestuursorgaan dat nodig acht voor zijn besluitvorming of wanneer een gerechtelijke instantie daarom verzoekt in geval van een (hoger) beroepsprocedure.

  • 3.

    Het verslag als bedoeld in het eerste lid vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 4.

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 5.

    Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

Artikel 15. Nader onderzoek

  • 1.

    De commissie is bevoegd nader onderzoek te doen als zij dit na afloop van de hoorzitting wenselijk acht.

  • 2.

    De uit nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan toegezonden.

  • 3.

    De bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan kunnen binnen één week na verzending van de nadere informatie schriftelijk reageren en indien gewenst aan de voorzitter vragen om een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op dit verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16. Raadkamer en advies

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies. Voor het uitbrengen van een advies bestaat de commissie uit de voorzitter en twee leden.

  • 2.

    De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3.

    Als bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4.

    Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt als die minderheid dat verlangt.

  • 5.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6.

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.

Artikel 17. Uitbrengen advies en verdaging

  • 1.

    Het advies wordt met het verslag, en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2.

    Als naar het oordeel van de voorzitter de termijn van twaalf weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie, de bezwaarmaker en belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18. Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks vóór 1 april aan de bestuursorganen verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Hoofdstuk 4. Slotbepalingen

Artikel 19. Vergoeding voorzitter en commissieleden

  • 1.

    Aan de voorzitter en leden van de commissie wordt een vergoeding per vergadering toegekend.

  • 2.

    De vergoeding wordt gesteld op € 200,00 voor de voorzitter en € 140,00 voor de leden.

  • 3.

    De voorzitter en de leden ontvangen tevens een vergoeding van de reiskosten van € 0,28 per kilometer reisafstand tussen hun woonadres en de zittingslocatie.

Artikel 20. Intrekking oude regeling

De Verordening commissie bezwaarschriften (8.2) van 8 april 2005 wordt ingetrokken.

Artikel 21. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie bezwaarschriften 8.2a.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Aldus besloten in de openbare collegevergadering van 21 november 2023.

dr. R. Toet

secretaris

mr. drs. R.G. Welten

burgemeester

Aldus besloten door de burgemeester op 21 november 2023.

mr. drs. R.G. Welten

burgemeester

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 20 december 2023

R. Meinen

griffier

mr. drs. R.G. Welten

voorzitter