Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tilburg

Subsidieregeling Versterken Sociale Netwerken 2024-2026 Tilburg

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTilburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Versterken Sociale Netwerken 2024-2026 Tilburg
CiteertitelSubsidieregeling Versterken Sociale Netwerken 2024 – 2026 Tilburg
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervalt op 31 december 2026.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

11-04-2023

gmb-2023-568035

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Versterken Sociale Netwerken 2024-2026 Tilburg

Het college

  • 1.

    stelt de Subsidieregeling Versterken Sociale Netwerken 2024-2026 Tilburg vast, inclusief bijbehorend beoordelingskader voor deze subsidieregeling als juridische grondslag om beschikbare subsidiemiddelen te kunnen verdelen over de subsidieaanvragen die de meeste impact realiseren;

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • Asv: Algemene subsidieverordening gemeente Tilburg;

  • Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg;

  • Tendersysteem: alle volledige subsidieaanvragen moeten binnen een bepaalde periode ingediend zijn, waarna onderlinge vergelijking van de aanvragen plaatsvindt. De subsidieaanvragen die voldoen aan de voorwaarden worden gerangschikt aan de hand van de mate waarin ze voldoen aan de wegingscriteria in deze regeling;

  • Sociale basisinfrastructuur: het geheel aan informele en formele diensten, fysieke, ICT- of eHealthvoorzieningen, ontmoetingsplekken, verbindingspersonen, netwerken en afspraken in de directe leefomgeving van mensen.

  • Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies zoals bedoeld in artikel 4:22 van de Awb;

  • Liquiditeit : daarbij wordt gekeken of de aanvrager in staat is korte schulden te voldoen;

  • Solvabiliteit: Dit is de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal vermogen. De indicatieve bandbreedte hiervan is 0,2 (ondergrens) en 0,4 (bovengrens).

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 en 4 bedoelde activiteiten.

Artikel 3. Doelstellingen

Subsidie wordt uitsluitend verleend aan activiteiten die:

  • 1.

    Bijdragen aan de samenhangende bestuurlijke doelstellingen vanuit het kader sociaal en veerkrachtig Tilburg:

    • Tilburgers voelen zich fysiek, emotioneel en sociaal gezond

    • Tilburgers voelen zich verbonden met elkaar en hun omgeving

    • Tilburgers hebben mensen waarop ze kunnen steunen

    • Tilburgers ervaren bestaanszekerheid

    • Tilburgers zijn in beweging

  • 2.

    Bijdragen aan een inclusieve gemeente waarin alle activiteiten voor iedereen toegankelijk zijn, ongeacht opleidingsniveau, achtergrond, leeftijd, geloofsuiting, geaardheid of eventuele beperking.

Artikel 4. Activiteiten

  • 1.

    Om in aanmerking te komen voor subsidie uit deze regeling moeten activiteiten gericht zijn op het ondersteunen en stimuleren van sociale netwerkvorming, onderlinge hulp, steun en informele zorg en talentontwikkeling.

  • 2.

    Activiteiten dienen te voldoen aan de volgende uitgangspunten:

    • Werken vanuit normaliseren en preventie

    • In samenhang en versterkend werken met partners uit het veld

    • Realisatie van de activiteiten dichtbij de inwoner, waar mogelijk wijkgericht

    • Goede aansluiting op de wensen van de doelgroep

  • 3.

    Hieronder vallen activiteiten voor de doelgroepen jeugd, ouderen en kwetsbare groepen.

Artikel 5. Subsidieaanvrager

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan organisaties met een rechtsvorm zonder winstoogmerk.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de activiteiten als bedoeld in artikel 4.

  • 2.

    In aanmerking voor subsidie komen de kosten die redelijkerwijs gemaakt moeten worden voor de uitvoering van activiteiten zoals bedoeld in artikel 4 en direct verbonden kosten daaraan.

Artikel 7. Niet voor subsidie in aanmerking komen de kosten voor:

  • 1.

    Bonussen en afkoopsommen/transitievergoedingen.

  • 2.

    Activiteiten met een partijpolitiek of godsdienstig karakter.

  • 3.

    Activiteiten t.b.v. jubilea of vieringen.

  • 4.

    (Alcoholische) consumpties.

Artikel 8. Vereisten subsidieaanvraag

  • 1.

    Subsidieaanvragen dienen uiterlijk 1 september voorafgaand aan het jaar van subsidiering volledig te zijn ingediend via het online aanvraagformulier.

  • 2.

    Een subsidieaanvraag voor deze impactgerichte regeling bedraagt minimaal €7.500,- . Voor subsidieaanvragen tot maximaal € 7.500,- is een andere subsidieregeling ‘Kleine initiatieven voor een sociaal en veerkrachtig Tilburg’ ingesteld.

  • 3.

    Onvolledige aanvragen kunnen door het college buiten behandeling worden gelaten.

  • 4.

    Aanvragen worden ingediend volgens de methodiek Impactgericht subsidiëren en de daarbij behorende formats. Zie voor de formats en een handleiding: https://www.tilburg.nl/inwoners/subsidies/subsidies-met-impact/

  • 5.

    De aanvraag voor subsidie omvat:

    • a.

      Een volledig ingevuld online aanvraagformulier met voldoende informatie over op welke wijze wordt voldaan aan de beoordelingscriteria (artikel 11)

    • b.

      Een activiteitenplan waaruit blijkt dat de activiteiten bijdragen aan de doelstellingen zoals opgenomen in artikel 3 en 4.

    • c.

      Bij aanvragen boven de € 25.000 een verandertheorie en onderzoeksplan waaruit blijkt dat de activiteiten bijdragen aan de doelstellingen zoals opgenomen in artikel 3 en 4.

    • d.

      Een uitgewerkte begroting, waarin de kosten en opbrengsten per activiteit/activiteitengroep waar de subsidie voor wordt aangevraagd op een transparante wijze wordt weergegeven en voldoende wordt onderbouwd, met inachtneming van wat gesteld is in artikel 6 en 7. Zie voor een handreiking voor het uitwerken van de begroting de modellen A en B op www.tilburg.nl/subsidies

    • e.

      Indien van toepassing geeft u een toelichting op afwijkingen tussen de begroting en de meest recente realisatiecijfers

    • f.

      Indien wij nog niet beschikken over uw meest recente jaarrekening, dan voegt u die toe als bijlage bij uw aanvraag.

  • 6.

    Indien u voor de eerste maal een subsidie aanvraagt, voegt u aan het online aanvraagformulier de volgende bijlagen toe: een exemplaar van de oprichtingsakte, een overzicht van de bestuurssamenstelling, de statuten, het jaarverslag en de jaarrekening van het voorgaande jaar. Daarnaast voegt u een kopie bankafschrift toe om te controleren dat uw opgegeven banknummer juist is. U kunt uiteraard alle overbodige informatie weghalen; minimaal zichtbaar moet zijn uw tenaamstelling en banknummer.

  • 7.

    Het college kan naar aanleiding van de aanvraag verduidelijkende vragen stellen. De aanvrager wordt schriftelijk verzocht de vragen schriftelijk te beantwoorden binnen een termijn van 5 werkdagen (of zoveel langer als aangegeven), te rekenen vanaf de eerste dag na de dagtekening van het verzoek. Indien de genoemde termijn is verstreken, zonder dat de gevraagde verduidelijking is ontvangen, wordt de aanvraag beoordeeld zonder de antwoorden mee te kunnen nemen.

Artikel 9. Subsidievorm

  • 1.

    Het college verstrekt op grond van deze regeling jaarlijkse subsidies voor de duur van maximaal één jaar.

  • 2.

    Als een aanvraag bij de beoordeling, zoals beschreven in artikel 11 lid 3, minimaal 100 punten scoort, dan kan het college een subsidie verlenen voor twee of maximaal drie jaar.

Artikel 10. Subsidieplafond

Het subsidieplafond bedraagt jaarlijks € 1.631.488 ,- (prijspeil 2023) onder voorbehoud van vaststelling van de programmabegroting. Het subsidieplafond wordt gedurende de looptijd van de regeling jaarlijks gepubliceerd zoals aangegeven in artikel 16 lid 5.

Artikel 11. Wijze van verdeling

  • 1.

    Indien het subsidieplafond wordt bereikt, vindt verstrekking van subsidie plaats in volgorde van de door het college aangebrachte rangschikking, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    De hoogst gerangschikte aanvraag komt het eerst in aanmerking voor subsidie en vervolgens de opeenvolgende gerangschikte aanvragen, tot het subsidieplafond wordt bereikt.

  • 3.

    Bij de rangschikking van de aanvragen kent het college punten toe aan de hand van de volgende beoordelingsitems (zie bijlage I voor het beoordelingskader):

    • I.

      Aanpak & kwaliteit

    • II.

      Impact

    • III.

      Verbondenheid, samenredzaamheid en onderlinge hulp

    • IV.

      Samenwerking & toegevoegde waarde

    • V.

      Financiële duurzaamheid

  • 4.

    Indien toepassing van het eerste lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder item II. Impact, genoemd in artikel 11 lid 3, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 5.

    Indien toepassing van het vierde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder item III. Verbondenheid, samenredzaamheid en onderlinge hulp, genoemd in artikel 11 lid 3, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 6.

    Indien toepassing van het vijfde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het item IV. Samenwerking en toegevoegde waarde, genoemd in artikel 11 lid 3, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 7.

    Indien toepassing van het zesde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het item V. Financiële duurzaamheid, genoemd in artikel 11 lid 3, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 8.

    Indien toepassing van het zevende lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het item I. Aanpak en kwaliteit, genoemd in artikel 11 lid 3, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 9.

    Indien toepassing van het achtste lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen, waarbij de aanvraag als eerste is binnengekomen hoger eindigt in de rangschikking.

Artikel 12. Weigeringsgronden

Subsidieverlening kan naast de in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb en de artikel 11 van de ASV geregelde gevallen (deels) geweigerd worden indien:

  • 1.

    Nieuwe initiatieven niet aanvullend zijn op het bestaande aanbod binnen de gemeente Tilburg. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer het bestaande aanbod al in soortgelijke producten, diensten en activiteiten voorziet;

  • 2.

    De organisatie geen aantoonbare kennis heeft van de Tilburgse sociale basisinfrastructuur van maatschappelijke voorzieningen en van de doelgroep;

  • 3.

    Niet is aangetoond dat de subsidie noodzakelijk is voor het verrichten van de activiteiten waarvoor deze wordt gevraagd;

  • 4.

    De aanvraag niet voldoet aan regels die zijn gesteld om voor subsidie in aanmerking te komen;

  • 5.

    Uit de financiële beoordeling blijkt dat de organisatie financieel ongezond is kijkend o.a. naar liquiditeit, solvabiliteit, exploitatieresultaat, ontwikkeling van deze ratio’s in de tijd en de uitleg door de subsidieaanvrager over de financiële gezondheid;

  • 6.

    Uit de financiële beoordeling blijkt dat het aangevraagde subsidiebedrag hoger is dan hetgeen noodzakelijk is voor de uitvoering van de activiteiten;

  • 7.

    De aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden kan beschikken om de kosten van zijn activiteiten te dekken;

  • 8.

    Het aangevraagde bedrag niet in verhouding staat tot het bereik c.q. de impact van de activiteiten, ook ten opzichte van andere aanvragen binnen deze subsidieregeling;

  • 9.

    Er naar het oordeel van het college al voldoende aanbod is dat in de vraag voorziet. Dit kan ook betekenen dat na weging van de aanvragen blijkt dat er voor vergelijkbare activiteiten subsidie is aangevraagd en het honoreren hiervan teveel van hetzelfde zou opleveren om in de vraag te voorzien. In dat geval worden de aanvragen die het beste uit de weging komen (deels) gehonoreerd tot aan de vraag is voldaan. De overige aanvragen worden geweigerd omdat die onvoldoende toegevoegde waarde hebben.

  • 10.

    Het door het college vastgestelde subsidieplafond bereikt is.

Artikel 13. Verplichtingen

Het college kan in de verleningsbeschikking aanvullende verplichtingen opleggen.

Artikel 14. Verantwoording en subsidievaststelling

  • 1.

    De manier waarop uw instelling verantwoording af moet leggen over de ontvangen subsidie is afhankelijk van het totaal van de aan uw instelling in één kalenderjaar verleende subsidies. U kunt hierover gedetailleerde informatie vinden in de artikelen 23 tot en met 26 van de ‘Algemene Subsidieverordening gemeente Tilburg’.

  • 2.

    Wij wijzen u erop dat u tijdig de juiste verantwoording dient in te dienen. Bij het uitblijven van de verantwoording kan uw subsidie lager worden vastgesteld waarbij teveel betaalde subsidie zal worden teruggevorderd.

Artikel 15. Hardheidsclausule

Het college kan een of meer bepalingen van deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepaling te dienen doelen.

Artikel 16. Slotbepalingen

  • 1.

    Dit is een regeling zoals bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Algemene subsidieverordening gemeente Tilburg. De bepalingen van deze verordening zijn van toepassing voor zover daarvan in deze regeling niet wordt afgeweken. Dit betekent ook dat de verantwoordingsartikelen van de ASV onverkort van toepassing zijn.

  • 2.

    Deze subsidieregeling treedt in werking na publicatie.

  • 3.

    De regeling gaat in op 1 januari 2024 en vervalt op 31 december 2026.

  • 4.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling ‘Versterken Sociale Netwerken 2024 – 2026 Tilburg’

  • 5.

    Publicatie vindt plaats op tilburg.nl/inwoners/subsidies.