Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ouder-Amstel

Verordening op de vermakelijkheidsbelasting voor evenementen 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOuder-Amstel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de vermakelijkheidsbelasting voor evenementen 2024
CiteertitelVerordening op de vermakelijkheidsbelasting voor evenementen 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 216 van de Gemeentewet
  2. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-12-2023nieuwe regeling

21-12-2023

gmb-2023-568018

2023/69

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de vermakelijkheidsbelasting voor evenementen 2024

De raad van de gemeente Ouder-Amstel,

 

Gelet op artikel 216 en artikel 229, eerste lid, onder c, van de Gemeentewet;

 

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 december 2023, nummer 2023/69;

 

Besluit vast te stellen:

 

De “Verordening op de vermakelijkheidsbelasting voor evenementen 2024”

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Vermakelijkheden: een gebeuren waarbij wordt, of mede wordt beoogd, het publiek amusement, verstrooiing, ontspanning of vermaak te verschaffen of waarbij het publiek dit amusement, deze verstrooiing, deze ontspanning of dit vermaak zoekt, ondergaat, vindt, pleegt te vinden of kan vinden, een en ander op daartoe bestemde of geschikte voor een ieder of voor iedere groep van personen in beginsel voor een ieder toegankelijk binnen de gemeente gelegen openbare ruimte.

  • b.

    Onder vermakelijkheden zoals gedefinieerd onder a. vallen evenementen, waaronder in deze verordening wordt verstaan: het geheel van activiteiten dat plaatsvindt bij een voor publiek toegankelijke gebeurtenis, in de openbare ruimte met een openbaar dan wel in beginsel voor een ieder toegankelijk karakter. Onder deze activiteiten worden in elk geval, doch niet uitsluitend, begrepen: festivals, lichtshows, tijdelijke tentoonstellingen, exhibities, exposities en concerten.

Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit

Onder de naam vermakelijkheidsbelasting voor evenementen worden op grond van deze verordening rechten geheven ter zake van het, tegen betaling of vergoeding van welke aard dan ook en voor welk onderdeel van de vermakelijkheid dan ook, geven van een vermakelijkheid in de openbare ruimte, waarbij gebruik wordt gemaakt van, door of met medewerking van het gemeentebestuur tot stand gebrachte of in stand gehouden voorzieningen of waarbij een bijzondere voorziening in de vorm van toezicht of anderszins van de zijde van het gemeentebestuur wordt getroffen.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    Belastingplichtig is degene die de vermakelijkheden verschaft, organiseert of de gelegenheid daartoe biedt of op wiens naam of voor wiens verantwoordelijkheid de vermakelijkheden plaatsvinden.

  • 2.

    Als belastingplichtige wordt in ieder geval aangemerkt degene die voor het evenement een vergunning heeft aangevraagd. Dit kan zowel een natuurlijk persoon zijn als een organisatie.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

De vermakelijkheidsbelasting wordt berekend naar het aantal betalende bezoekers respectievelijk betalende deelnemers aan de vermakelijkheden, met dien verstande dat de eerste 100 bezoekers, dan wel deelnemers vanaf de start van het evenement, expositie, tentoonstelling of exhibitie voor de bepaling van dat aantal niet meetellen.

Artikel 5 Tarieven

De belasting bedraagt € 1,50 per bezoeker respectievelijk deelnemer.

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    De in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar kan degene die naar zijn mening vermoedelijk belastingplichtig is uitnodigen tot het doen van aangifte, door het toezenden of uitreiken van een daartoe strekkend aangifteformulier.

  • 3.

    De definitieve aangifte moet worden gedaan uiterlijk een maand na het evenement.

  • 4.

    Het uitnodigen tot het doen van aangifte kan naast de op de in artikel 237, eerste lid, van de Gemeentewet aangegeven wijze geschieden door het uitreiken, toezenden of elektronisch verzenden van een aangiftebrief waaruit blijkt de wijze van het doen van elektronische aangifte, een omschrijving van de gevraagde gegevens of bescheiden en de termijn waarbinnen aangifte moet worden gedaan. In dat geval geschiedt, in afwijking van de in artikel 237, tweede lid, van de Gemeentewet aangegeven wijze, de aangifte langs elektronische weg door het inleveren of toezenden van de gevraagde gegevens of bescheiden via een daartoe door de gemeente opengestelde digitale voorziening.

Artikel 8 Betaaltermijnen

  • 1.

    De aanslag moet worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet, en de tweede één maand later.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid is een voorlopige aanslag invorderbaar in zo veel gelijke termijnen als er na de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, nog maanden van het jaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen tenminste twee bedraagt. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de genoemde aanslagen.

Artikel 9 Kwijtschelding

Van de vermakelijkheidsbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het College van Burgemeester en Wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de vermakelijkheidsbelasting.

Artikel 11 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als Verordening op de vermakelijkheidsbelasting voor evenementen 2024.

Ouder-Amstel, 21 december 2023

De raad voornoemd,

de raadsgriffier,

L.W.F. Örsçek-Moolenaar

de voorzitter,

J. Langenacker