Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Maastricht

Subsidieregeling Museaal beleid, de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMaastricht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Museaal beleid, de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026
CiteertitelSubsidieregeling Museaal Beleid, de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2026.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

20-12-2023

gmb-2023-567713

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Museaal beleid, de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026

Het college van burgemeester en wethouders van Gemeente Maastricht; overwegende dat het gemeentebestuur Maastricht met het Museale beleid, de stad als podium, inzet op het stimuleren van beeldende kunstinstellingen en professionals om meer naar buiten te treden en verbinding met elkaar en andere partners te realiseren door het verstrekken van subsidies voor activiteiten die daaraan bijdragen; gelet op de Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht; besluit vast te stellen de Subsidieregeling Museaal beleid, de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026.

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

 

  • Aanvrager: rechtspersoon of natuurlijk persoon die een projectsubsidie aanvraagt;

  • ASV: Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht;

  • Beeldende kunsten: Beeldende kunst is een term die wordt gebruikt om elke kunstvorm te beschrijven die tastbare werken creëert die in de ruimte bestaan. Directe samenwerkingsverbanden tussen erfgoed, museale collecties en andere disciplines met beeldende kunst, vallen in deze subsidieregeling wel onder beeldende kunst;

  • Boekjaar: het boekjaar loopt vanaf 1 januari tot en met 31 december;

  • College: het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Maastricht;

  • Externe gerichtheid: het actief naar buiten treden van beeldende kunst, erfgoed en museale collecties en activiteiten voor meer zichtbaarheid in de stad en de wijken;

  • Professionals: een professionele kunstenaar of een professionele museale en/of kunstinstelling;

  • Professionele kunstenaar: een kunstenaar die een erkende kunstvakopleiding heeft genoten op het gebied van beeldende kunsten en/of tenminste één jaar werkzaam is als professioneel kunstenaar op het gebied van beeldende kunsten, en/of zijn werk aantoonbaar professioneel en publiekelijk heeft getoond;

  • Professionele museale en/of kunstinstelling: een kunst (en/of museale) organisatie die een duurzame, toonaangevende positie inneemt binnen het (beeldende) kunstenveld en specifiek hiervoor erkend worden. Ook instellingen die actief zorg dragen voor erfgoed en (museale) collecties vallen hieronder;

  • Project: uitvoering van een activiteit of initiatief, met een begin- en een einddatum, op het gebied van beeldende kunsten door (een groep van) zelfstandige professionele kunstenaars of professionele kunstenaars in samenwerking met (groepen) bewoners en beeldende kunstinstellingen.

  • Projectsubsidie: een eenmalige subsidie die wordt verstrekt voor specifiek benoemde activiteiten met een duidelijke begin- en einddatum;

  • Subsidiabele kosten: naar oordeel van het college noodzakelijke kosten die direct verband houden met- en uitsluitend gemaakt worden voor de activiteit waarvoor subsidie wordt gevraagd;

  • Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk voorschrift;

  • Subsidiejaar: zie boekjaar.

  • ZZP’er: zelfstandige zonder personeel die staat ingeschreven in het handelsregister van de kvk.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3. Activiteiten

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor projecten die voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      De projecten dienen direct en concreet bij te dragen aan de ontwikkeling en versterking van het beeldende en/of museale klimaat in de gemeente Maastricht op het gebied van beeldende kunst, erfgoed en museale collecties;

    • b.

      De projecten vinden plaats in Maastricht;

    • c.

      De projecten dienen te worden uitgevoerd in het boekjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • d.

      Projecten dienen gericht te zijn op het bevorderen van de externe gerichtheid (van collecties, erfgoed en hedendaagse kunst). Tevens dienen projecten te zijn gericht op de verbinding, inclusie en samenwerking van de beeldende kunsten en museale sector in Maastricht.

  • 2.

    Subsidie wordt uitsluitend verleend aan projecten die voldoen aan een- of meerdere van de onderstaande 3 inhoudelijke criteria.

    • 1.

      Het actieve bereik van nieuwe doelgroepen (bijv. in de wijken).

    • 2.

      Het gebruik van de stad (en de openbare ruimte), als een podium.

    • 3.

      Focus op jongeren, jeugd, en nieuwe talenten.

    Deze kernwaarden moeten vervolgens gecombineerd worden met een- of meerdere van de onderliggende specifieke speerpunten:

    • a)

      Nieuwe samenwerkingen tussen musea, presentatie-instellingen en beeldende kunstinitiatieven (zowel privaat als publiek);

    • b)

      Meer (en andere) inwoners bereiken in een directe dialoog met de stad;

    • c)

      Cultureel erfgoed en hedendaagse kunst als elkaars versterkers;

    • d)

      Collecties delen, ontsluiten en door kunstenaars laten gebruiken;

    • e)

      Nieuwe definities van wat een museum kan en mag zijn (externe gerichtheid);

    • f)

      Beeldende kunst als een gesprekspartner en verbinder in de publieke buitenruimte (laagdrempelig en inclusief);

    • g)

      Diepere reflectie op lokaal relevante thema’s (op stads- en wijkniveau);

    • h)

      Duurzaamheid (verantwoord kunst beleven en maken) en vergroening (spel tussen de binnen en buitenruimte).

Artikel 4. Doelgroep

  • 1.

    Subsidie op grond van deze regeling kan uitsluitend worden aangevraagd door professionals, zijnde organisaties of ZZP’ers, die actief zijn in de beeldende en museale sector in Maastricht.

Artikel 5. Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidiabele activiteiten zoals bedoeld in artikel 3 bedraagt het subsidieplafond in totaal per boekjaar €100.000,-. Dit subsidieplafond wordt 50/50 verdeeld over professionele instellingen en ZZP’ers.

  • 2.

    Budget ex. artikel 7 lid 2 dat overgeheveld wordt, zal worden toegevoegd aan het subsidieplafond van het daaropvolgende subsidiejaar;

  • 3.

    Jaarlijks vindt er een indexering van de subsidieplafonds plaats.

  • 4.

    Wijzigingen in het subsidieplafond na de vaststelling zoals bedoeld in artikel 2 behoudens wijzigingen als gevolg van jaarlijkse prijsindexeringen, worden door het college vastgesteld en openbaar gemaakt.

  • 5.

    Het in enig kalenderjaar resterende gemeentelijke subsidieplafond wordt niet herverdeeld.

  • 6.

    Eventueel bij de vaststelling teruggevorderde bedragen worden niet herverdeeld.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Voor subsidie komen de redelijk gemaakte kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van het project als bedoeld in artikel 3.

  • 2.

    Niet voor projectsubsidie in aanmerking komen:

    • a.

      kosten die door de subsidieaanvrager zijn gemaakt vóór de indiening van de aanvraag;

    • b.

      kosten die reeds gesubsidieerd of gefinancierd worden vanuit een andere subsidie- of inkooprelatie met de gemeente Maastricht.

Artikel 7. Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een projectsubsidie bedraagt maximaal €10.000,-.

  • 2.

    Budget dat niet besteed wordt binnen de subsidieregeling wordt overgeheveld naar het volgende kalenderjaar.

  • 3.

    De subsidiebedragen zijn inclusief btw.

Artikel 8. Wijze van verdeling

  • 1.

    Verdeling van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    De aanvraag wordt getoetst aan de criteria en voorwaarden zoals bepaald in artikel 3.

  • 3.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen.

  • 4.

    Indien het vastgestelde subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op dezelfde dag wordt ontvangen, worden de aanvragen die op die dag ontvangen zijn, door middel van loting gerangschikt.

  • 5.

    De aanvraag wordt niet in behandeling genomen indien op het moment van ontvangst van de aanvraag het subsidieplafond voor het jaar waarvoor de aanvraag wordt ingediend reeds is bereikt.

Artikel 9. Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag om een projectsubsidie dient:

    • a.

      inzichtelijk te maken in schrift en/of beeld, hoe het project of de activiteit wordt uitgevoerd (projectplan);

    • b.

      inzichtelijk te maken wat de looptijd is van het project binnen het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • c.

      inzichtelijk te maken hoe de activiteit bijdraagt aan de beoogde doelstellingen zoals omschreven in het Museaal beleid, de stad als podium, van de gemeente Maastricht 2024-2026;

    • d.

      een overzicht te geven van de aan de activiteit verbonden begrote inkomsten en uitgaven (begroting).

Artikel 10. Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt, in afwijking van artikel 7, eerste lid, van de ASV ingediend uiterlijk 8 weken voorafgaand aan de uitvoering van het project ingediend.

Artikel 11. Beslistermijn

Burgemeester en wethouders beslissen, in afwijking van artikel 8, eerste lid, van de ASV, uiterlijk binnen 8 weken na binnenkomst van de complete aanvraag een besluit.

Artikel 12. Aanvullende weigeringsgronden

Overeenkomstig artikel 9, derde lid, aanhef en onder f, van de ASV , kan subsidieverlening worden geweigerd als:

  • a.

    voor de activiteit of programma van activiteiten reeds subsidie is verleend door het college;

  • b.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien, die in strijd zijn met het algemeen belang of de openbare orde;

  • c.

    De beoogde kunstuiting door aanleg, constructie of aanwezigheid schade oplevert aan de openbare ruimte en daarmee gevaar oplevert voor het veilig en doelmatig gebruik van de openbare ruimte;

  • d.

    De beoogde kunstuiting niet duurzaam aan de ondergrond is bevestigd, zodat verplaatsen, omvallen of omduwen mogelijk is;

  • e.

    De beoogde kunstuiting niet voldoet aan de vereisten van veiligheid en vandalismebestendigheid; d. De beoogde kunstuiting een belemmering vormt voor het beheer van openbaar groen, omliggende objecten en voorzieningen of in de weg staat voor hulpdiensten;

  • f.

    De aanvrager niet akkoord is met het door aan het college voorbehouden recht om de kunstuiting te verplaatsen of verwijderen indien deze door omstandigheden niet meer voor verval te behoeden is, of als de onderhoudskosten te hoog worden, de grond voor andere doeleinden nodig is of anderszins, met het doel de kwaliteit van de openbare ruimte te kunnen waarborgen c.q. herstellen.

Artikel 13. Verplichtingen

Burgemeester en wethouders kunnen in de verleningsbeschikking specifieke verplichtingen opleggen.

Artikel 14. Verantwoording

  • 1.

    Projectsubsidies zoals bedoeld in deze regeling worden conform art. 13 en art. 14 ASV door het college vastgesteld.

  • 2.

    Subsidies tot en met € 5.000,- worden door het college direct vastgesteld.

  • 3.

    Bij subsidies van meer dan € 5.000,- en ten hoogste € 10.000,- dient de subsidieontvanger uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht, een ondertekende aanvraag tot vaststelling in.

  • 4.

    De aanvraag zoals bedoeld in lid 3 bevat:

    • a.

      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan;

    • b.

      een jaarrekening of een financieel verslag bestaande uit een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten.

Artikel 15. Hardheidsclausule

  • 1.

    In gevallen, de uitvoering van deze subsidieregeling betreffend, waarin deze subsidieregeling niet voorziet, beslist het college.

  • 2.

    Het college kan afwijken van de bepalingen in deze subsidieregeling, indien toepassing van deze subsidieregeling gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 16. Slotbepalingen

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2024.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Museaal Beleid, de stad als podium, gemeente Maastricht 2024-2026.

Aldus besloten door het College van Burgemeester en Wethouders van Maastricht d.d. 20 november 2023

De Secretaris,

G.J.C. Kusters

De Burgemeester,

W.A.G. Hillenaar