Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Flevoland

Lijst van gevallen van provinciaal belang Flevoland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieFlevoland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingLijst van gevallen van provinciaal belang Flevoland
CiteertitelLijst van gevallen van provinciaal belang Flevoland
Vastgesteld doorprovinciale staten
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-12-2023nieuwe regeling

19-12-2023

prb-2023-15854

3203584

Tekst van de regeling

Intitulé

Lijst van gevallen van provinciaal belang Flevoland

Korte beschrijving

Deze regeling heeft tot doel de gevallen die van provinciaal belang zijn kenbaar te maken. De provincie kan namelijk onder de Omgevingswet van haar provinciale bevoegdheden (advies- en instemmingsrecht) gebruik maken bij (buitenplanse) omgevingsvergunningen als er gevallen van provinciaal belang kenbaar gemaakt zijn in een door de provincie openbaar gemaakt document. Gedeputeerde Staten van Flevoland hebben besloten om hiervoor een lijst van gevallen van provinciaal belang vast te stellen.

 

Contact

Voor informatie over de inhoud of de procedure, kunt u terecht bij provincie Flevoland, Visarenddreef 1 te Lelystad.

Bel 0320 – 265 265 of mail naar info@flevoland.nl.

 

Besluit

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de bekendmaking in dit Provinciaal Blad en luidt als volgt:

Lijst van gevallen van provinciaal belang in de provincie Flevoland

 

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

 

Overwegende dat:

 

Gedeputeerde Staten bij besluit van 19 december 2023, nummer 3200048 de ‘lijst van gevallen van provinciaal belang Flevoland’ hebben vastgesteld;

 

de Omgevingswet op 1 januari 2024 definitief in werking;

 

voor de toepassing van de provinciale bevoegdheden bij buitenplanse omgevingsvergunningen onder de Omgevingswet is het noodzakelijk dat er gevallen van provinciaal belang kenbaar gemaakt zijn in een door de provincie openbaar gemaakt document;

 

gelet op artikel 16.15a onder d Omgevingswet juncto artikel 4.25 lid 3 Omgevingsbesluit,

 

BESLUITEN:

 

De ‘lijst van gevallen van provinciaal belang Flevoland’ zoals hieronder vast te stellen.

 

 

Lijst van gevallen van provinciaal belang Flevoland

Inleiding

 

Dagelijks zijn er nieuwe initiatieven en ontwikkelingen waar de overheid faciliteert. Het gros van deze initiatieven betreft eenvoudige situaties zoals bouw- en kapvergunningen, maar een deel van de aanvragen is complex. Dit komt bijvoorbeeld doordat er verschillende belangen van verschillende ketenpartners betrokken zijn. De Omgevingswet gaat uit van het beginsel “decentraal, tenzij”. Dit betekent dat de gemeente of het waterschap vaak als eerste aan zet is voor een ruimtelijke planprocedure en/of vergunning. De provincie gaat over de onderwerpen die zij van provinciaal belang acht. Het is daarbij ook aan de provincie om te motiveren waarom het doeltreffender is om deze zaken op provinciaal niveau te regelen of waar het provinciaal belang zich op richt indien dit niet al wetmatig geregeld is.

 

Het uitgangspunt van het provinciaal belang is o.a. vastgelegd in de Omgevingsvisie FlevolandStraks, omgevingsprogramma’s, de provinciale Omgevingsverordening Flevoland, provinciale beleidsregels en overige provinciale beleidsdocumenten, o.a. te vinden op onze website. Het doel hierbij is dat vanaf 2030 Flevoland bekend staat als een omgeving met uitstekende mogelijkheden voor ontplooiing, ontwikkeling en ontspanning. Het is een aantrekkelijk vestigingsgebied. Het in Flevoland aanwezige talent alsmede de potentie, kracht en ondernemerschap van de samenleving wordt daarbij benut. Bij nieuwe ontwikkelingen staat de Flevolander centraal en worden regionale sociale en economische ontwikkelingen op de voet gevolgd.

 

De Lijst van gevallen van provinciaal belang

In de Omgevingswet staat dat de provincie in een openbaar gemaakt document de gevallen van provinciaal belang kenbaar moet maken om gebruik te kunnen maken van haar advies- en instemmingsrecht (artikel 16.15a onder d van de Omgevingswet en artikel 4.25 lid 3 van het Omgevingsbesluit). Dit document is vormvrij. Provincie Flevoland heeft ervoor gekozen om een lijst van gevallen van provinciaal belang op te stellen (verder: lijst), waarin wordt samengevat wat de provincie van provinciaal belang acht. Om gezamenlijk nieuwe opgaven tijdig te signaleren, en om die op een passende wijze te agenderen en te bespreken met de partners is de lijst verdeeld in twee delen: een communicatief deel en een juridisch deel.

 

In het Communicatieve deel staan de concrete gevallen van provinciaal belang benoemd waar de provincie bij betrokken wil worden vanuit haar rol om initiatieven te stimuleren, mogelijk te maken, meekoppelkansen te benutten, regie te kunnen voeren, belangen te behartigen of als bevoegd gezag. Het gaat hierbij vooral om in een vroeg stadium mee te kunnen denken en te adviseren.

In het Juridische deel staan de gevallen benoemd waarbij de provincie betrokken wil worden / aan tafel wil zitten vanuit haar rol als bevoegd gezag of adviseur (met instemmingsrecht) en waarmee de provincie aangeeft in welke gevallen zij desnoods haar bevoegdheden in zal zetten.

 

Deessentie van de provinciale (samen)werkwijze verandert niet door de lijst

De wijze waarop de provincie sturing en invulling geeft aan de doorwerking van haar belangen zal met of door de lijst niet veranderen ten opzichte van de werkwijze onder de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Onder de Wro bestond immers ook al het vooroverleg, de (mogelijkheid tot het indienen van een) zienswijze en de reactieve aanwijzing. Onder de Omgevingswet zijn deze instrumenten deels gewijzigd, maar het principe blijft overeind waarbij er zoveel mogelijk afstemming wordt gezocht in het vooroverleg om ervoor te zorgen dat het sturingsinstrument aan de achterkant zo min mogelijk ingezet hoeft te worden. Deze werkwijze zal in 2024 worden geëvalueerd parallel aan de regionale werkafspraken vergunningverlening.

 

Lopende actualisatie provinciaal instrumentarium leidt tot doorontwikkeling van de Lijst

Provinciaal beleid en regelgeving voor de fysieke leefomgeving zijn in 2019 beleidsarm omgezet naar deze Omgevingswetinstrumenten om voorbereid te zijn voor de Omgevingswet. Sindsdien zijn er wel een aantal nieuwe en geactualiseerde programma’s, beleidsnota’s door Provinciale Staten vastgesteld of in voorbereiding (denk aan de programma’s voor bijvoorbeeld water, landschap, erfgoed, mobiliteit en natuur), maar er is tot op heden geen sprake van een integrale actualisatie van het Omgevingsprogramma.

Provinciale Staten hebben op 13 juli 2022 besloten om de Omgevingsvisie, en ook in samenhang daarmee het Omgevingsprogramma en de Omgevingsverordening, beleidsrijk te actualiseren. Met de actualisatie ligt nu een kans om het provinciaal instrumentarium actueel en beleidsrijk te maken en een uitvoeringssystematiek te ontwikkelen om het instrumentarium actueel te houden. De lijst zal als gevolg van deze actualisatie van het instrumentarium worden doorontwikkeld, zodat beter voldaan kan worden aan de eisen die de Omgevingswet stelt aan het inzetten van het provinciaal instrumentarium en het definiëren van het provinciaal belang (subsidiariteit). Wijzigingen van de lijst n.a.v. deze actualisatie en/of andere ontwikkelingen zullen gemaakt worden door Gedeputeerde Staten, aangezien per wet ook bepaald is dat Gedeputeerde Staten degene zijn die gevallen van provinciaal belang kunnen aanwijzen.

 

Op dit moment is deze beleidsrijke wijziging echter nog niet voltooid. Daarom is de huidige versie van de lijst beleidsarm en is deze vooral ingestoken als technische omzetting van oude stijl naar nieuwe stijl. Hiermee is de provincie nog steeds tijdig betrokken bij procedures en waar nodig kan ze haar instrumentarium blijven inzetten.

 

Leeswijzer

De meeste gevallen van provinciaal belang komen voort uit het Omgevingsprogramma en de Omgevingsverordening. De indeling van de lijst is daarom ook gebaseerd op de indeling van deze documenten. De indelingen van die beleidsdocumenten sluit ook grotendeels aan bij de indeling die gehanteerd wordt bij de Leidraad activiteiten van ketenpartners die in de regio wordt gebruikt bij vergunningverlening. Om de vindbaarheid en herleidbaarheid van de gevallen van provinciaal belang te bevorderen, is per thema een indicatie gegeven in welke documenten het betreffende thema staat beschreven (niet limitatief).

 

Voor zover in de navolgende gevallen wordt verwezen naar gebieden of locaties worden de gelijknamige gebieden of locaties bedoeld zoals aangewezen in de Omgevingsverordening provincie Flevoland of het Omgevingsprogramma Flevoland. Ook de omschrijving van specifieke begrippen zoals die gehanteerd worden in dit document, zijn opgenomen in deze documenten en/of in de Omgevingswet.

 

1. Het communicatieve deel van de lijst

 

wanneer wil de provincie worden uitgenodigd om aan de voorkant mee te denken?

 

Inleiding

In dit hoofdstuk staat het Communicatieve deel van de lijst centraal. Hier staan de concrete gevallen van provinciaal belang benoemd, waarbij de provincie betrokken wil zijn vanuit haar rol om initiatieven te stimuleren, mogelijk te maken, meekoppelkansen te benutten, regie te kunnen voeren, belangen te behartigen of als bevoegd gezag. Het gaat hierbij vooral om in een vroeg stadium mee te kunnen denken, aan tafel te kunnen zitten bij de omgevingstafel indien nodig en om zo via afstemmen, samenwerken en netwerken provinciale en gezamenlijke doelen te bereiken in kader van vooroverleg. Niet alle punten op dit deel van de lijst hoeven uiteindelijk per se hard geborgd te worden aan de achterkant, maar worden in ieder geval wel meegenomen tijdens het proces.

 

Relatie communicatieve deel lijst met de Leidraad activiteiten ketenpartners

In Flevolands verband zijn proces- en werkafspraken gemaakt voor de samenwerking onder de Omgevingswet. Bij deze werkafspraken voor vergunningverlening is een Leidraad activiteiten ketenpartners gevoegd. Met de leidraad wordt binnen de Flevolandse samenwerking helder bij welke activiteiten de diverse ketenpartners worden betrokken bij de intake van nieuwe initiatieven en de leidraad geeft ook al een indicatie of de desbetreffende ketenpartner aangehaakt wil blijven. Per thema wordt aangegeven voor welke activiteiten betrokkenheid van de provincie gewenst is. Voorliggende Lijst van gevallen van gevallen van provinciaal belang kan ook gezien worden als toelichting bij de leidraad, met name het communicatieve gedeelte omdat dit aangeeft in welke gevallen de provincie wil meedenken en/of wil adviseren in een vroeg stadium. Bij de herijking/evaluatie van deze leidraad in 2024 zal geprobeerd worden de koppeling met de communicatieve lijst sterker te maken.

 

Note: bij initiatieven waarbij op voorhand niet uit te sluiten is dat er een provinciaal belang mee gemoeid is, bijvoorbeeld omdat het gaat om een nog nooit eerder voorgekomen ontwikkeling, wil de provincie betrokken worden ook al staat het niet op de lijst. Zo is dat ook afgesproken in het kader van de werkafspraken vergunningverlening onder het motto ‘onvoorziene ontwikkelingen’. Deze lijst wordt daarom niet als limitatief gezien.

 

Aanwijzing van gevallen van provinciaal belang

1. Wonen en verstedelijking

Het provinciaal belang ten aanzien van Wonen en verstedelijking is beschreven als:

  • De provincie hanteert een verstedelijkingsbeleid waarbij wordt uitgegaan van zoveel mogelijk uitbreiding van woonmogelijkheden en andere verstedelijkingsvormen in- en aansluitend aan bestaand stedelijk gebied en conform de Ladder voor duurzame verstedelijking om versnippering van de ruimtelijke structuren te voorkomen en de kernen vitaal te houden.

  • Het beschermen en realiseren van een gezonde en veilige leefomgeving.

  • Het stimuleren van differentie aan woningaanbod en bijbehorende functies.

 

De provincie wil daarom geïnformeerd worden over de volgende ontwikkelingen:

  • 1.1.1

    De bouw van (een) extra woning(en) buiten bestaand stedelijk gebied.

  • 1.1.2

    De ontwikkeling van meer dan 11 woningen binnen bestaand stedelijk gebied, waardoor die ontwikkeling Ladderplichtig is.

  • 1.1.3

    Uitbreiding van een woonkern binnen de straal van 2 kilometer van een geitenhouderij.

  • 1.1.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor de huisvesting van arbeidsmigranten in het landelijk gebied buiten de vigerende planologische kaders.

  • 1.1.5

    De nieuwvestiging van recreatiewoningen en/of uitbreiding van de mogelijkheid tot recreatiewoningen.

  • 1.1.6

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij solitaire clustervorming van bebouwing ontstaat.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Wonen is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (hoofdstuk 1.1.1, 1.2 en 1.3)

  • Flevolandse Woonagenda

  • Omgevingsverordening Flevoland (hoofdstuk 16)

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

  • Experimentenkader Extra woningen op erven Noordoostpolder

  • Experimentenkader tijdelijke huisvesting Arbeidsmigranten, Noordoostpolder

  • Experimentenkader Opvang buitenlandse werknemers Zeewolde

  • Experimentenkader Tijdelijke huisvesting arbeidsmigranten Dronten

  • Afwijking tijdelijk Oosterwold en verlenging

 

2. Werken en Economie

Het provinciaal belang voor Werken en Economie is beschreven als:

  • Stimuleren van een duurzame, kennisintensieve en innovatieve Flevolandse economie gericht op werkgelegenheid en concurrentiekracht.

  • Voldoen aan het provinciale locatiebeleid. Hieronder valt o.a. het voldoen aan de Ladder voor duurzame verstedelijking.

  • Verdere internationale oriëntatie (vooral ten behoeve van aanvoer van te verwerken vis uit het buitenland) om de positie van de visverwerkende industrie veilig te stellen.

  • Mogelijk maken aanleg MSNF en aanleg bedrijventerreinen.

 

De provincie heeft op het gebied van Werken en Economie een faciliterende, ondersteunende en regierol. Het gaat hier onder andere om het stimuleren en aantrekken van nieuwe bedrijvigheid. De provincie heeft een regierol als het gaat om ontwikkelingen die het lokale niveau overstijgen en regionale effecten hebben. Deze ontwikkelingen worden binnen de kaders gestimuleerd.

 

De provincie wil daarom geïnformeerd worden over de volgende ontwikkelingen:

  • 1.2.1.

    De nieuwvestiging van werklocaties met een oppervlakte van meer dan 6 hectare of de uitbreiding van werklocaties als de oppervlakte van die werklocaties na de uitbreiding meer dan 6 hectare bedragen.

  • 1.2.2

    De nieuwvestiging van kantoren met een bedrijfsvloeroppervlakte van meer dan 2500 m².

  • 1.2.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij op voorhand niet uit te sluiten is dat de exploitatiemogelijkheden van bedrijven op de bedrijventerreinen van provinciaal belang (Lelystad Airport, Flevokust, MSNF, MITC) worden beperkt.

  • 1.2.4

    Grootschalige ontwikkelingen van detailhandel zoals megasupermarkten, grootschalige themaontwikkelingen (bijvoorbeeld sport en vrije tijd), winkelcentra aan de rand van het stedelijk gebied.

  • 1.2.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor datacentra en datahubs.

  • 1.2.6

    De oprichting of uitbreiding van agrobusinessparken.

  • 1.2.7

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten ten behoeve van detailhandel en horeca in het landelijk gebied, anders dan de kleinschalige verkoop van eigen gekweekte of vervaardigde producten of kleinschalige verkoop van producten met een directe binding aan bepaalde toeristisch-recreatieve voorzieningen.

  • 1.2.8

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij significante hoeveelheden grondstoffen of kritische materialen worden gebruikt.

  • 1.2.9

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij significante hoeveelheden reststromen/afval of kritische materialen verwerkt (gaan) worden als bedrijfsactiviteit en/of vrijkomen uit het productieproces.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Werken en Economie is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 1.1.2 en 1.2)

  • RO Visie werklocaties

  • Economisch Programma

  • Beleidsregel locatiebeleid stedelijk gebied

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

 

3. Voorzieningen

Het provinciaal belang voor Voorzieningen is beschreven als:

  • De provincie heeft als doel dat in 2030 Flevoland bekend staat als een omgeving met uitstekende mogelijkheden voor ontplooiing, ontwikkeling en ontspanning. Bij nieuwe ontwikkelingen staat de Flevolander centraal en worden regionale sociale en economische ontwikkelingen op de voet gevolgd zodat nieuwe opgaven tijdig worden gesignaleerd.

 

Vanuit een stimulerende rol wil de provincie daarom geïnformeerd worden over de volgende ontwikkelingen

  • 3.1.1

    De nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande bovenlokale voorzieningen zoals hoger beroepsonderwijs (hbo) en wetenschappelijk onderwijs (wo), regionale zorgvoorzieningen zoals ziekenhuizen, evenemententerreinen en sport.

  • 3.1.2

    De nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande (grootschalige) recreatieve voorzieningen met een regionale functie

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Voorzieningen is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 1.1.2)

  • Economisch Programma

  • Sportbeleid Flevoland Samen werken aan een sportief Flevoland

  • Beleidsplan Recreatie & Toerisme Flevoland

  • Human Capital Agenda (HCA)

  • Beleidsregel locatiebeleid stedelijk gebied

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

 

4. Aardkunde en Archeologie

Het provinciaal belang voor Aardkunde en Archeologie is beschreven als:

  • Het behouden van behoudenswaardige archeologische waarden en aardkundig waardevolle gebieden. Deze geven de regionale ontstaansgeschiedenis weer.

  • Het vergroten van het maatschappelijk rendement van de archeologische monumentenzorg.

 

Om dit belang te kunnen beschermen wil de provincie geïnformeerd worden over de volgende initiatieven en ontwikkelingen:

  • 1.4.1

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten in gebieden aangeduid als archeologisch aandachtsgebied op de provinciale Archeologische beleidskaart uit het Omgevingsprogramma.

  • 1.4.2

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waar een (provinciale) ontgrondingenvergunning vereist is op basis van de Omgevingsverordening en Omgevingswet.

  • 1.4.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten in gebieden of locaties aangeduid als PArK-gebieden of archeologische top-10 locaties op de Archeologische beleidskaart in het Omgevingsprogramma.

  • 1.4.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die de cultuurhistorische objecten direct of indirect raken die aangeduid zijn op de kaart Landschappelijke en cultuurhistorische basiskwaliteiten in het Omgevingsprogramma.

  • 1.4.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die de cultuurhistorische objecten direct of indirect raken (Land Art biotoop) die aangeduid zijn op de kaart Landschappelijke en cultuurhistorische kernkwaliteiten in het Omgevingsprogramma en/of zijn opgenomen in het provinciale register Collectie Landschapskunst Flevoland.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Aardkunde en Archeologie is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 2.2 en 2.3)

  • Erfgoedprogramma Flevoland

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 14)

  • Beleidsregel archeologie Flevoland

 

5. Cultuurhistorie en Landschap

Het provinciaal belang voor Cultuurhistorie en Landschap is beschreven als:

  • De cultuurhistorische- en landschappelijke kernkwaliteiten en de landschapskunstwerken behouden, ontwikkelen en/of versterken.

  • Het landschappelijk casco behouden en inzetten als ruimtelijke kwaliteit ter versterking van nieuwe ontwikkelingen.

  • Behoud en ontwikkeling van elementen en patronen in de categorie basiskwaliteit.

 

Om dit belang te kunnen beschermen wil de provincie geïnformeerd worden over de volgende initiatieven en ontwikkelingen:

  • 5.1.1

    De splitsing van bouwpercelen en/of realisatie van nieuwe bouwpercelen in het landelijk gebied.

  • 5.1.2

    De realisatie, aanpassing of uitbreiding van landgoederen met bijbehorende ruimtelijke voorwaarden en natuureisen.

  • 5.1.3

    De uitbreiding van bestaande bouwpercelen in het landelijk gebied ten behoeve van (niet-) agrarische aanverwante functies indien de uitbreiding van het bouwperceel 1 hectare of meer bedraagt en/of niet kan worden uitgesloten dat de kwaliteit ‘openheid’ wordt aangetast.

  • 5.1.4

    Bij initiatieven die de cultuurhistorische objecten direct of indirect raken (Land Art biotoop) die aangeduid zijn op de kaart Landschappelijke en cultuurhistorische kernkwaliteiten in het Omgevingsprogramma en/of zijn opgenomen in het provinciale register Collectie Landschapskunst Flevoland.

  • 5.1.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij op voorhand niet uit te sluiten is dat effecten optreden op de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten van Nationale Parken.

  • 5.1.6

    Bij het ontwikkelen van activiteiten die de herkomstwaarde van elementen die het oude land van het nieuwe land onderscheiden in het Flevolandse landschap, significant aantasten.

  • 5.1.7

    Bij het ontwikkelen van activiteiten die de vier overwegingen conform het programma Landschap van de toekomst significant aantasten:

    • -

      Het waterbouwkundig bouwwerk als polder-DNA: dijkzones, gemalen en sluizen, hoofdwaterwegen, open water, Nationaal Park Nieuw Land.

    • -

      Panorama’s op de in beleid benoemde lange lijnen: polder-entrees, geënsceneerde wegen, spoorlijn Oostvaardersplassen, Mondriaanlandschap, gebieden waar de openheid kenmerkend is, hoge bruggen NOP.

    • -

      Onderscheidende polderconcepten van de drie Flevolandse polders (het poldercarré met de Vogelweg (Zuid), het netwerk van polderparkwegen (Oost), de dorpenring en het assenkruis (Noord)), polderbossen, inpassing van stad- en dorpsuitbreidingen, modulaire verkaveling, erfbeplanting, elzenhagen bij fruitbeplanting erfbeplanting en de Marker Wadden.

    • -

      Hybride gebieden: Het voormalige oude land van Urk, Schokland, grens (dijk) tussen oud en nieuwe land in de Noordoostpolder, havenhoofden aan de voormalige Zuiderzee, natuurlijke hoogtes en laagtes in de voormalige zeebodem.

  • 5.1.8

    Ontwikkelingen of activiteiten waarbij borden buiten de bebouwde kom worden geplaatst.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Cultuurhistorie en Landschap is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 2.1, 2.4 en 2.5)

  • Programma Landschap van de Toekomst

  • Nota Ruimte voor Cultuur 2021-2024

  • Omgevingsverordening Flevoland (o.a. hoofdstuk 3)

  • Beleidsregel Plaatsen borden Flevoland

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

  • Afwijking Elandweg K12, bouwperceel vanwege N23, Dronten

 

6. Natuur

Het provinciaal belang voor Natuur is beschreven als:

  • Behouden en ontwikkelen van een robuust en samenhangend netwerk van natuurgebieden, waaronder het NNN en de ecologische verbindingen, dat voldoende (leef-)ruimte biedt voor soorten en waarden die karakteristiek zijn voor de Flevolandse natuur.

  • Het stimuleren van het herstellen en vergroten van biodiversiteit in Flevoland.

 

De provincie wil geïnformeerd worden bij de volgende type ontwikkelingen:

  • 1.6.1

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij op voorhand niet uit te sluiten is dat er negatieve gevolgen optreden voor van nature in het wild levende niet vrijgestelde beschermde dieren of planten en hun biotopen en habitats.

  • 1.6.2

    Het vellen van houtopstanden waarbij er een plicht tot herbeplanting geldt.

  • 1.6.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij op voorhand niet uit te sluiten is dat effecten optreden op de wezenlijke kenmerken en waarden van het Natuurnetwerk Nederland (NNN).

  • 1.6.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die afzonderlijk of in combinatie met andere activiteiten significante gevolgen kan hebben voor een Natura 2000-gebied en/of nationale parken, o.a. stikstofdepositie.

  • 1.6.5

    De aanleg van nieuwe natuur conform het provinciale Programma Nieuwe Natuur (PNN).

  • 1.6.6

    Activiteiten die een positieve bijdrage leveren aan de natuurambities zoals neergelegd in de Bossenstrategie provincie Flevoland en het actieplan Biodiversiteit

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Natuur is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 4)

  • Flevolands Programma Landelijk Gebied

  • Natura 2000-beheerplannen

  • Visie en beleid Actieplan Biodiversiteit

  • Bossenstrategie provincie Flevoland

  • Flevolandse Aanpak Stikstof

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 7 en 8)

  • Beleidsregels Uitvoering Wet natuurbescherming Flevoland

 

7. Milieu en leefomgeving

Het provinciaal belang voor Milieu en leefomgeving is als volgt beschreven:

  • Behouden van een goede leefomgevingskwaliteit.

  • Voorkomen van geluidhinder: in dit kader de bescherming van stiltegebieden en de concentratie van grote lawaaimakers.

  • Voorkomen van geurhinder.

  • Behouden en beschermen van een goede luchtkwaliteit.

  • Hanteren van de richtinggevende principes voor een duurzaam bodemgebruik.

 

De provincie wil geïnformeerd worden bij de volgende type ontwikkelingen:

  • 1.7.1

    Nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande lawaai producerende buitensporten.

  • 1.7.2

    De realisatie van een geluidgevoelig gebouw binnen een geluidaandachtgebied van een provinciale weg.

  • 1.7.3

    Ontwikkelingen die vanwege de verkeersaantrekkende werking een beslag op de geluidsruimte binnen een geluidsproductieplafond van een provinciale weg leggen van 0,5dB of meer.

  • 1.7.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten in stiltegebieden of binnen een afstand van 1,5 km van een stiltegebied als die ontwikkeling of uitbreiding een toename van de bestaande geluidsbelasting tot gevolg heeft.

  • 1.7.5

    De ontwikkeling van gevoelige bestemmingen en minder gevoelige bestemmingen (als bedoeld in de beleidsregel voor de beoordeling van geurhinder) indien het ontstaan van nieuwe hindersituaties niet kan worden uitgesloten.

  • 1.7.6

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten rondom bedrijven met emissies van ZZS.

  • 1.7.7

    Situaties waar ontgassingen door de binnenvaart plaatsvindt, waaronder benzeen houdende stoffen.

  • 1.7.8

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij het niet uit te sluiten is dat de emissie van ZZS kan toenemen.

  • 1.7.9

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die leiden tot een significante verslechtering van de luchtkwaliteit, specifiek voor de stoffen fijnstof en stikstof.

  • 1.7.10

    Nieuwe activiteiten of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die vallen onder Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi).

  • 1.7.11

    Opslag en transport van gevaarlijke stoffen, vallende onder wet- en regelgeving voor Omgevingsveiligheid (zoals o.a. het Bevt, Bevb, en de Regeling Basisnet), waarbij mogelijk sprake is van (gemeente)grensoverschrijdende externe veiligheidsrisico’s en/of overschrijding van de wettelijke normen.

  • 1.7.12

    Nieuwe activiteiten of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten bij tankstations/ brandstofverkooppunten, (Clean Energy) Hubs en grootschalige laadinfrastructuur.

  • 1.7.13

    Risicorelevante ruimtelijke ontwikkelingen en activiteiten in aandachtsgebieden zoals bedoeld in het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl).

  • 1.7.14

    Alle activiteiten in, op, onder of over een (gesloten) stortplaats die van invloed zijn op de nazorg op stortplaatsen.

  • 1.7.15

    De nieuwvestiging of uitbreiding van afvalverwerkers i.r.t. circulariteit en milieubelasting.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Milieu is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 5)

  • Omgevingsverordening Flevoland

  • Beleidsregel voor de beoordeling van geurhinder

  • Beleidsregel Tijdelijk en Uitzonder Gebruik

  • Beleidsregel ontheffing gemeentelijke zorgplicht stedelijk afvalwater

  • Beleidsregel vergunningverlening milieuwetgeving

  • Beleidsregel Tijdelijk en Uitzonderlijk Gebruik

  • Regionaal beleidskader Vergunning, Toezicht en Handhaving 2019-2022

  • Luchthavenregelingen Biddinghuizen en de Voorst

 

1.8 Bodem en water

Het provinciaal belang voor Bodem en Water is als volgt beschreven:

  • De bescherming van grondwaterbeschermingsgebieden, waartoe ook de boringsvrije zones behoren en het behoud van de waterkwaliteit, waterkwantiteit en waterveiligheid (waaronder waterkeringen) en mogelijkheden voor WKO.

 

De provincie wil geïnformeerd worden bij de volgende type ontwikkelingen:

  • 1.8.1

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij een negatief effect op de chemische, fysische en ecologische oppervlaktewaterwaterkwaliteit of op de grondwaterkwaliteit niet uit te sluiten is.

  • 1.8.2

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten met gevolgen voor de waterkwantiteit (overlast/tekort, o.a. als gevolg van extra verharding of watergebruik) of die kwetsbaar zijn ten aanzien van drooglegging of bodemdaling.

  • 1.8.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij waterbesparing of waterbewustzijn tot uitvoering kan worden gebracht en/of innovaties kunnen worden doorgevoerd om laagwaardig gebruik van drinkwater te voorkómen of alternatieve bronnen kunnen worden ontwikkeld.

  • 1.8.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor zwemlocaties.

  • 1.8.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten buitendijks

  • 1.8.6

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten in de boringsvrije zone waarbij de bodem wordt geroerd beneden de aangegeven diepte in de Omgevingsverordening en in beschermingsgebieden en waterwingebieden.

  • 1.8.7

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij grondwater wordt onttrokken en/of waarbij ondergrondse energieopslag aan de orde is.

  • 1.8.8

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten op en of nabij de bronlocatie of verontreinigingspluim van historische grondwaterverontreinigingen, voor zover de activiteit van invloed kan zijn op de verontreiniging in de bodem of grondwater.

  • 1.8.9

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die op of nabij de dijken plaatsvinden en waarbij kansen zijn voor win-win situaties waarin waterveiligheid en andere doelen elkaar versterken.

  • 1.8.10

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die buitendijks (ook op eilanden) plaatsvinden die mogelijk van invloed zijn op de waterveiligheid of waterkwaliteit.

  • 1.8.11

    Lozen van afvalwater op of in de bodem, voor zover dit verontreinigende stoffen bevat die de grondwaterkwaliteit kunnen bedreigen.

  • 1.8.12

    Bij saneren van de bodem voor zover de bodem mobiele verontreinigende stoffen bevat.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Water is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Waterprogramma Flevoland

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 3)

  • Omgevingsverordening (o.a. hoofdstuk 4, 5 en 6)

  • Beleidsregel Vergunningverlening milieuwetgeving

  • Beleidsregel ontheffing gemeentelijke zorgplicht stedelijk afvalwater

  • Bodematlas van Flevoland

  • Uitvoeringsbesluit regionale waterkeringen en regionale wateren Flevoland

  • Afwijking waterveiligheid buitendijkse overslagvoorzieningen

 

1.9 Landbouw en landelijk gebied

Het provinciaal belang voor Landbouw en landelijk gebied is beschreven als:

  • Het behouden van bestaande landbouw en de ontwikkelingsmogelijkheden daarvoor (waaronder de bestaande glastuinbouwgebieden en de voorziene ontwikkelingen daarvoor).

  • Het vitaal houden van het landelijk gebied door ook ruimte te bieden aan kleinschalige niet-agrarische of agrarisch aanverwante functies, voor zover zij niet de bestaande functies hinderen.

  • Het stimuleren van diversificatie in een landbouw met meerdere smaken en kortere ketens.

 

De provincie wil geïnformeerd worden bij de volgende type ontwikkelingen:

  • 1.9.1

    De uitbreiding van bestaande agrarische bouwpercelen indien het agrarische bouwperceel na de uitbreiding een oppervlakte heeft van meer dan 2,5 hectare.

  • 1.9.2

    Nieuwvestiging of uitbreiding van agrarisch aanverwante activiteiten op (voormalige) agrarische bouwpercelen. Hierbij is (grootschalige) ketenverlenging op (voormalige) agrarische bouwpercelen tot een maximum van 500 m2 mogelijk zolang er een binding is met de agrarische kant van het productieproces en er geen chemische bewerking plaatsvindt.

  • 1.9.3

    Nieuwvestiging of uitbreiding van niet-agrarische activiteiten op (voormalige) agrarische bouwpercelen. Hierbij mag maximaal 30% van het bouwperceel bebouwd mag worden. De Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

  • 1.9.4

    en het omgevingsprogramma zijn hiervoor leidend.

  • 1.9.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten van glastuinbouw buiten de vastgestelde glastuinbouwgebieden (Luttelgeest/Marknesse en Ens) conform de kaart Glastuinbouwgebied uit het omgevingsprogramma.

  • 1.9.6

    Nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande (teeltondersteunende) glastuinbouw tot een maximum van 2500 m2.

  • 1.9.7

    Nieuwe hoogopgaande houtige teelten in gebieden met een karakteristieke openheid

  • 1.9.8

    Nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande intensieve veehouderijen.

  • 1.9.9

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die zien op het bezanden of omputten van gronden ten behoeve van de permanente bollenteelt.

  • 1.9.10

    Be- of verwerking van mest en andere biomassa tot een maximum van 1000 m2 per (voormalig) agrarisch bouwperceel.

  • 1.9.11

    Ontwikkelingen die bijdragen aan Landbouw Meerdere Smaken, waarin nieuwe verdienmodellen de agrofoodsector verbreden en versterken. Daarbij valt te denken aan projecten natuurinclusieve landbouw (agroforestry, strokenteelt), nieuwe gewassen, smart farming (drones, robotisering), korte keten (kleinschalige verwerking), kringlooplandbouw en energietransitie in de landbouw.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Landbouw is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 1.2)

  • Flevolands Programma Landelijk Gebied

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 16)

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

 

1.10 Recreatie

Het provinciaal belang voor Recreatie is beschreven als:

  • Het genereren van meer bezoekers en bestedingen door het unieke en onderscheidende karakter van Flevoland beter te benutten, uit te dragen en beleefbaar te maken.

 

Vanuit een stimulerende rol wil de provincie geïnformeerd worden bij de volgende type ontwikkelingen:

  • 1.10.1

    Nieuwvestiging of uitbreiding van activiteiten die kunnen leiden tot het vergroten van de recreatieve toegankelijkheid van gebieden.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Recreatie is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 8)

  • Beleidsplan Recreatie en Toerisme Flevoland

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

 

1.11 Energie

Het provinciaal belang voor Energie is beschreven als:

  • In 2050 gebruiken we geen fossiel gas meer in Flevolandse huizen en bedrijven.

  • Het gebruiken van zo min mogelijk energie en ruimte maken voor zoveel mogelijk opwek van duurzame energie in de omgeving.

 

De provincie wil geïnformeerd worden bij de volgende type ontwikkelingen:

  • 1.11.1

    De realisatie van nieuwe windmolens of opwaardering of andere wijzigingen van bestaande windmolens.

  • 1.11.2

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor een grondgebonden opstelling voor zonne-energie buiten bestaand stedelijk gebied.

  • 1.11.3

    Ontwikkelingen waarbij er sprake is van zonne-energie winning op dak van meer dan 100 kWp in het landelijk gebied.

  • 1.11.4

    Het opsporen en/of winnen van schaliegas en schalieolie.

  • 1.11.5.

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waar (ondergrondse) energieopslag mee gemoeid is.

  • 1.11.6

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten ten behoeve van kerncentrales en/of winning van (varianten van) kernenergie.

  • 1.11.7

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor de opwekking van overige (duurzame) energie anders dan zon en wind.

  • 1.11.8

    De realisatie van nieuwe woningen en bedrijfspanden met (alleen) een aansluiting op fossiel gas

  • 1.11.9

    Alle aanpassingen in Flevoland in de energie-infrastructuur (zoals hoogspanningskabels, kabels in de grond, batterijopslag, transformatiestations).

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Energie is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofstuk 6)

  • Regionale Energie Strategie (RES)

  • Omgevingsverordening (o.a. hoofdstuk 1 en 2)

  • Afwijking Vlotgrasweg 25, uitbreiding bouwperceel Lelystad

 

1.12 Verkeer, Vervoer en Infrastructuur

Het provinciaal belang voor Verkeer, vervoer en infrastructuur is beschreven als:

  • Het voorkomen van versnippering van het landschap.

  • Ontstaan van verminderde doorstroming.

  • Verkeersveiligheidsproblemen op provinciale wegen en vaarwegen.

  • Behouden van ontwikkeling van Luchthaven Lelystad en locaties voor multimodale overslag.

 

De provincie wil geïnformeerd worden bij de volgende type ontwikkelingen:

  • 1.12.1

    De realisatie van nieuwe infrastructuur buiten bestaand stedelijk gebied.

  • 1.12.2.

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten met een ontsluiting op een provinciale weg.

  • 1.12.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die invloed hebben op het provinciale fietsnetwerk.

  • 1.12.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die invloed hebben op de bovenregionale verkeersbehoefte, verkeersintensiteit en/of verkeersveiligheid van provinciale wegen.

  • 1.12.5

    Wijzigingen aan of onderhoud aan het gemeentelijk wegennet waarbij gevolgen voor provinciale wegen niet uit te sluiten zijn.

  • 1.12.6

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten rondom provinciale knooppunten en mobiliteitshubs die invloed hebben op deze provinciale knooppunten en mobiliteithubs.

  • 1.12.7

    Nieuwe recreatieve voorzieningen of uitbreiding van bestaande recreatieve voorzieningen in de nabijheid van vaarwegen die kunnen leiden tot een toename van het gebruik van de vaarwegen door de recreatievaart.

  • 1.12.8

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die leiden tot een significante toename van het gebruik van de vaarwegen door de beroepsscheepvaart.

  • 1.12.9

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die invloed hebben op provinciale OV-verbindingen.

  • 1.12.10

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de veiligheid en bruikbaarheid van burgerluchthavens van regionale betekenis zoals Lelystad Airport.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Verkeer, vervoer en infrastructuur is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 1.1 en 7)

  • OV-visie Flevoland

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 15)

  • Uitwegenbeleid

  • Nadere regels voor ligplaatsen en afmeervoorzieningen in provinciale vaarwegen in Flevoland

 

2 Het Juridische deel van de lijst

 

wanneer wil de provincie advies met instemming?

 

Inleiding

In dit hoofdstuk zijn op grond van het bepaalde in artikel 16.15a onder d van de Omgevingswet en artikel 4.25 lid 3 van het Omgevingsbesluit de gevallen aangewezen waarin Gedeputeerde Staten om:

  • Advies moeten worden gevraagd over een ingediende aanvraag om omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit;

  • Instemming moet worden gevraagd op een voorgenomen beslissing op een aanvraag om omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

 

Daarnaast hebben Gedeputeerde Staten de bevoegdheid van advies en instemming over een aanvraag om omgevingsvergunning voor andere activiteiten. Dit is geregeld in paragraaf 16.2.3 van de Omgevingswet en afdeling 4.2 van het Omgevingsbesluit. Het gaat dan onder andere om bepaalde milieubelastende activiteiten, de ontgrondingsactiviteit en activiteiten die gelet op de Omgevingsverordening provincie Flevoland vergunningplichtig zijn en/of waar reeds instructieregels over opgenomen zijn. Deze zijn niet benoemd op dit juridische deel van de lijst om onnodige dubbele juridische binding te voorkomen, maar kunnen wel aanleiding geven tot advies met instemming. Hetzelfde geldt voor zaken waar de provincie reeds met instructieregels in haar verordening voorwaarden heeft gesteld waaraan een vergunning moet voldoen.

 

Procedureel

In principe wordt zoveel mogelijk in het ambtelijke vooroverleg afgestemd. Hierover zijn werkafspraken gemaakt voor zowel de vergunningverlening als planprocedures onder de Omgevingswet en het communicatieve deel van de lijst kan hierbij ook helpen. Het kan echter zo zijn dat er na deze fase nog steeds provinciale belangen nog niet correct geborgd zijn en/of een aanvraag vergunning is ingediend zonder dat het vooroverleg is afgerond.

 

Na ontvangst van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit die betrekking heeft op een geval als opgenomen in onderstaande lijst dient de aanvraag direct doorgezonden te worden naar Gedeputeerde Staten. Binnen een redelijke termijn zal Gedeputeerde Staten advies over de aanvraag uitbrengen. Nadat het bevoegd gezag, rekening houdend met het advies van Gedeputeerde Staten, een beslissing op de aanvraag heeft genomen, zendt het de voorgenomen beslissing samen met een verzoek om instemming aan Gedeputeerde Staten. Binnen een termijn van 4 weken na ontvangst van het verzoek om instemming zullen Gedeputeerde Staten het beluit tot instemming toezenden aan het bevoegde gezag. Indien in het vooroverleg al geconstateerd is dat het provinciaal belang reeds geborgd is, kan dit zeer waarschijnlijk veel sneller dan vier weken gelet op de mandaatregelingen die hiervoor opgenomen zijn binnen de provinciale organisatie. Deze werkwijze zal in 2024 worden geëvalueerd parallel aan de regionale werkafspraken vergunningverlening.

 

Aanwijzing van gevallen van provinciaal belang

2.1 Wonen en verstedelijking

Het provinciaal belang ten aanzien van Wonen is beschreven als:

  • De provincie hanteert een verstedelijkingsbeleid waarbij wordt uitgegaan van zoveel mogelijk uitbreiding van woonmogelijkheden en andere vormen van verstedelijking in- en aansluitend aan bestaand stedelijk gebied en conform de Ladder voor duurzame verstedelijking om versnippering van de ruimtelijke structuren te voorkomen en de kernen vitaal te houden.

  • Het beschermen en realiseren van een gezonde en veilige leefomgeving.

  • Het stimuleren van differentie aan woningaanbod en bijbehorende functies.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.1.1

    De bouw van (een) extra woning(en) buiten bestaand stedelijk gebied.

  • 2.1.2

    De ontwikkeling van meer dan 11 woningen binnen bestaand stedelijk gebied indien er nog niet aan de Ladderverplichtig wordt voldaan.

  • 2.1.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten met betrekking tot de huisvesting van dertig of meer arbeidsmigranten in het landelijk gebied.

  • 2.1.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor permanente recreatiewoningen.

  • 2.1.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij solitaire clustervorming van bebouwing ontstaat.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Wonen is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (hoofdstuk 1.1.1, 1.2 en 1.3)

  • Flevolandse Woonagenda

  • Omgevingsverordening Flevoland (hoofdstuk 16)

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

  • Experimentenkader Extra woningen op erven Noordoostpolder

  • Experimentenkader tijdelijke huisvesting Arbeidsmigranten, Noordoostpolder

  • Experimentenkader Opvang buitenlandse werknemers Zeewolde

  • Experimentenkader Tijdelijke huisvesting arbeidsmigranten Dronten

 

2.2 Werken en Economie

Het provinciaal belang voor werken en economie is beschreven als:

  • Stimuleren van een duurzame, kennisintensieve en innovatieve Flevolandse economie gericht op werkgelegenheid en concurrentiekracht.

  • Voldoen aan het provinciale locatiebeleid. Hieronder valt het voldoen aan de Ladder voor duurzame verstedelijking.

  • Verdere internationale oriëntatie (vooral ten behoeve van aanvoer van te verwerken vis uit het buitenland) om de positie van de visverwerkende industrie veilig te stellen.

  • Mogelijk maken aanleg MSNF en aanleg bedrijventerreinen.

 

De provincie heeft op het gebied van werken en economie een faciliterende, ondersteunende en regierol. Het gaat hier onder andere op het stimuleren en aantrekken van nieuwe bedrijvigheid. De provincie heeft een regierol als het gaat om ontwikkelingen die het lokale niveau overstijgen en regionale effecten hebben. Deze ontwikkelingen worden binnen de kaders gestimuleerd.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.2.1

    De nieuwvestiging van werklocaties met een oppervlakte van meer dan 6 hectare of de uitbreiding van werklocaties als de oppervlakte van die werklocaties na de uitbreiding meer dan 6 hectare bedragen.

  • 2.2.2

    De nieuwvestiging van kantoren met een bedrijfsvloeroppervlakte van meer dan 2500 m².

  • 2.2.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij op voorhand niet uit te sluiten is dat de exploitatiemogelijkheden van bedrijven op de bedrijventerreinen van provinciaal belang (Lelystad Airport, Flevokust, MSNF, MITC) worden beperkt.

  • 2.2.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor datacentra en datahubs.

  • 2.2.5

    De oprichting of uitbreiding van agrobusinessparken.

  • 2.2.6

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten ten behoeve van detailhandel en horeca in het landelijk gebied, anders dan de kleinschalige verkoop van eigen gekweekte of vervaardigde producten of kleinschalige verkoop van producten met een directe binding aan bepaalde toeristisch-recreatieve voorzieningen.

  • 2.2.7

    Grootschalige ontwikkelingen van detailhandel zoals megasupermarkten, grootschalige themaontwikkelingen (bijvoorbeeld sport en vrije tijd) en winkelcentra aan de rand van het stedelijk gebied.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Werken en Economie is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 1.1.2, 1.2)

  • RO Visie werklocaties

  • Economisch Programma

  • Beleidsregel locatiebeleid stedelijk gebied

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

 

2.3 Aardkunde en Archeologie

Het provinciaal belang voor Aardkunde en Archeologie is beschreven als:

  • Het behouden van behoudenswaardige archeologische waarden en aardkundig waardevolle gebieden.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.3.1

    Wanneer er grootschalige, overlappende of anderszins samenhangende initiatieven zijn in gebieden aangeduid als archeologische aandachtsgebied op de kaart Archeologische beleidskaart in het Omgevingsprogramma.

  • 2.3.2

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten in gebieden of locaties die zijn aangeduid als PArK-gebieden of archeologische top-10 locaties op de Archeologische beleidskaart in het Omgevingsprogramma.

  • 2.3.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten op locaties aangeduid als aardkundige sterlocaties op de kaart Aardkundig waardevolle gebieden in het Omgevingsprogramma.

 

Note: voor archeologie en ontgrondingen zijn er veel gevallen reeds per wet of per instructieregel in de provinciale verordening geregeld, waarbij de provincie het advies en instemmingsrecht wordt geborgd.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Aardkunde en Archeologie is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 2.2 en 2.3)

  • Erfgoed Programma Flevoland

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 14)

  • Beleidsregel archeologie Flevoland

 

2.4 Cultuurhistorie en Landschap

Het provinciaal belang voor Cultuurhistorie en Landschap is beschreven als:

  • De cultuurhistorische-, landschappelijke kernkwaliteiten en de landschapskunstwerken behouden, ontwikkelen en/of versterken.

  • Het landschappelijk casco behouden en inzetten als ruimtelijke kwaliteit ter versterking van nieuwe ontwikkelingen.

  • Behoud en ontwikkeling van elementen en patronen in de categorie basiskwaliteit.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.4.1

    De splitsing van bouwpercelen en/of realisatie van nieuwe bouwpercelen in het landelijk gebied.

  • 2.4.2

    De realisatie, aanpassing of uitbreiding van landgoederen met bijbehorende ruimtelijke voorwaarden en natuureisen

  • 2.4.3

    De uitbreiding van bestaande bouwpercelen in het landelijk gebied ten behoeve van (niet-) agrarische aanverwante functies indien de uitbreiding van het bouwperceel 1 hectare of meer bedraagt en niet kan worden uitgesloten dat de kwaliteit ‘openheid’ wordt aangetast.

  • 2.4.4

    Bij initiatieven die de cultuurhistorische objecten direct of indirect raken (Land Art biotoop) die aangeduid zijn op de kaart Landschappelijke en cultuurhistorische kernkwaliteiten in het Omgevingsprogramma en/of zijn opgenomen in het provinciale register Collectie Landschapskunst Flevoland.

  • 2.4.5

    Bij het ontwikkelen van activiteiten die de herkomstwaarde van elementen die het oude land van het nieuwe land onderscheiden in het Flevolandse landschap, significant aantasten.

  • 2.4.6

    Bij het ontwikkelen van activiteiten die de vier overwegingen conform het programma Landschap van de toekomst significant aantasten:

    • -

      Het waterbouwkundig bouwwerk als polder-DNA

    • -

      Panorama’s langs lange lijnen

    • -

      Onderscheidende polderconcepten van de drie Flevolandse polders

    • -

      Hybride gebieden

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Cultuurhistorie en Landschap is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 2.1, 2.4 en 2.5)

  • Programma Landschap van de Toekomst

  • Handboek Kernkwaliteiten Flevoland

  • Nota Ruimte voor Cultuur 2021-2024

  • Omgevingsverordening Flevoland (o.a. hoofdstuk 3)

  • Beleidsregel Plaatsing borden landschap

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

 

2.5 Natuur

Het provinciaal belang voor natuur is beschreven als:

  • Het behouden en ontwikkelen van een robuust en samenhangend netwerk van natuurgebieden, waaronder het NNN, natura-2000 gebieden en de ecologische verbindingen, dat voldoende (leef-)ruimte biedt voor soorten en waarden die karakteristiek zijn voor de Flevolandse natuur.

  • Het stimuleren van het herstellen en vergroten van biodiversiteit in Flevoland.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.5.1

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waarbij op voorhand niet uit te sluiten is dat effecten optreden op de wezenlijke kenmerken en waarden van het Natuurnetwerk Nederland,

  • 2.5.2

    Activiteiten die afzonderlijk of in combinatie met andere activiteiten significante gevolgen kan hebben voor een Natura 2000-gebied en/of een nationaal park.

 

Note: voor het natuurbelang zijn er veel gevallen reeds per wet of per instructieregel in de provinciale verordening geregeld, waarbij de provincie ook advies met instemming kan verlangen indien men niet voldoet aan de instructieregels en/of wetgeving.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Natuur is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 4)

  • Flevolands Programma Landelijk Gebied

  • Natura 2000-beheerplannen

  • Visie en beleid Actieplan Biodiversiteit

  • Bossenstrategie provincie Flevoland

  • Flevolandse Aanpak Stikstof

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 7 en 8)

  • Beleidsregels Uitvoering Wet natuurbescherming Flevoland 2016

 

2.6 Milieu en leefomgeving

Het provinciaal belang voor milieu en leefomgeving is als volgt beschreven:

  • Behouden van een goede leefomgevingskwaliteit.

  • Voorkomen van geluidhinder: dit kader de bescherming stiltegebieden en de concentratie van grote lawaaimakers.

  • Voorkomen van geurhinder.

  • Behouden en beschermen van een goede luchtkwaliteit.

  • Hanteren van de richtinggevende principes voor een duurzaam bodemgebruik.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.6.1

    Nieuwvestiging of uitbreiding van bestaande lawaai producerende buitensporten.

  • 2.6.2

    De realisatie van een geluidgevoelig gebouw binnen een geluidaandachtsgebied van een provinciale weg.

  • 2.6.3

    Ontwikkelingen die vanwege de verkeersaantrekkende werking een beslag op de geluidsruimte binnen een geluidsproductieplafond van een provinciale weg leggen van 0,5Db of meer.

  • 2.6.4

    De ontwikkeling van gevoelige bestemmingen en minder gevoelige bestemmingen (als bedoeld in de beleidsregel voor de beoordeling van geurhinder) indien het ontstaan van nieuwe hindersituaties niet kan worden uitgesloten.

  • 2.6.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die een toename van de emissie van Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) tot gevolg hebben of waarbij de norm voor ZZS wordt overschreden.

  • 2.6.6

    Realisatie van en ontwikkelingen bij tankstations/ brandstofverkooppunten, (Clean Energy) Hubs en grootschalige laadinfrastructuur langs provinciale wegen.

  • 2.6.7

    Ten behoeve van de nazorg op stortplaatsen, alle activiteiten in, op, onder of over een (gesloten) stortplaats.

 

Note: voor het milieubelang zijn er veel gevallen reeds per wet of per instructieregel in de provinciale verordening geregeld, waarbij de provincie ook advies met instemming kan verlangen indien men niet voldoet aan de instructieregels en/of wetgeving.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Milieu is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 5)

  • Omgevingsverordening Flevoland

  • Beleidsregel voor de beoordeling van geurhinder

  • Beleidsregel Tijdelijk en Uitzonder Gebruik

  • Beleidsregel ontheffing gemeentelijke zorgplicht stedelijk afvalwater

  • Beleidsregel vergunningverlening milieuwetgeving

  • Beleidsregel Tijdelijk en Uitzonderlijk Gebruik

  • Regionaal beleidskader Vergunning, Toezicht en Handhaving 2019-2022

  • Luchthavenregelingen Biddinghuizen en de Voorst

 

2.7 Bodem en water

Het provinciaal belang voor Water(veiligheid) is als volgt beschreven:

  • De bescherming van grondwaterbeschermingsgebieden, waartoe ook de boringsvrije zones behoren en het behoud van de waterkwaliteit, waterkwantiteit en waterveiligheid (waaronder waterkeringen) en mogelijkheden voor WKO.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.7.1

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten buitendijks

  • 2.7.2

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die een significant effect hebben op de chemische, fysische en ecologische oppervlaktewaterwaterkwaliteit of grondwaterkwaliteit.

  • 2.7.3

    Activiteiten en initiatieven met significante gevolgen voor de waterkwantiteit (overlast/tekort) of die kwetsbaar zijn ten aanzien van drooglegging of bodemdaling.

  • 2.7.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten voor zwemlocaties.

  • 2.7.5

    (Bouw)activiteiten op en of nabij de bronlocatie of verontreinigingspluim van historische grondwaterverontreinigingen, voor zover de activiteit van invloed is op de verontreiniging in de bodem of grondwater.

 

Note: voor het bodem- en waterbelang zijn er veel gevallen reeds per wet of per instructieregel in de provinciale verordening geregeld, waarbij de provincie ook advies met instemming kan verlangen indien men niet voldoet aan de instructieregels en/of wetgeving.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Water is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Waterprogramma Flevoland

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 3)

  • Omgevingsverordening (o.a. hoofdstuk 4, 5 en 6)

  • Beleidsregel Vergunningverlening milieuwetgeving

  • Beleidsregel ontheffing gemeentelijke zorgplicht stedelijk afvalwater

 

2.8 Landbouw

Het provinciaal belang voor landbouw is beschreven als:

  • Het behouden van bestaande landbouw en de ontwikkelingsmogelijkheden daarvoor (waaronder de bestaande glastuinbouwgebieden en de voorziene ontwikkelingen daarvoor).

  • Het vitaal houden van het landelijk gebied door ook ruimte te bieden aan kleinschalige niet-agrarische of agrarisch aanverwante functies, voor zover zij niet de bestaande functies hinderen.

  • Het stimuleren van diversificatie in de landbouw met meerdere smaken en kortere ketens.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.8.1

    Uitbreiding van bestaande agrarische bouwpercelen met agrarische activiteiten indien het agrarische bouwperceel na de uitbreiding een oppervlakte heeft van meer dan 2,5 ha.

  • 2.8.2

    Agrarisch aanverwante activiteiten op (voormalige) agrarische bouwpercelen. Hierbij is (grootschalige) ketenverlenging op (voormalige) agrarische bouwpercelen tot een maximum van 500 m2 mogelijk zolang er een binding is met de agrarische kant van het productieproces en er geen chemische bewerking plaatsvindt.

  • 2.8.3

    Niet-agrarische activiteiten op (voormalige) agrarische bouwpercelen. Hierbij mag maximaal 30% van het bouwperceel bebouwd mag worden en de randvoorwaarden conform de Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

  • 2.8.4

    en het omgevingsprogramma zijn hiervoor leidend.

  • 2.8.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten van glastuinbouw buiten de vastgestelde glastuinbouwgebieden (Luttelgeest/Marknesse en Ens) conform de kaart Glastuinbouwgebied uit het omgevingsprogramma.

  • 2.8.6

    Uitbreiding van bestaande (teeltondersteunende) glastuinbouw tot een maximum van 2500 m2.

  • 2.8.7

    Nieuwe hoogopgaande houtige teelten in gebieden met een karakteristieke openheid

  • 2.8.8

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten ten behoeve van intensieve veehouderij.

  • 2.8.9

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die zien op het bezanden of omputten van gronden ten behoeve van de permanente bollenteelt.

  • 2.8.10

    Be- of verwerking van mest en andere biomassa tot een maximum van 1000 m2 per (voormalig) agrarisch bouwperceel.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Landbouw is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 1.2)

  • Flevolands Programma Landelijk Gebied

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 16)

  • Beleidsregel ontwikkelingen landelijk gebied Flevoland

 

2.9 Energie

Het provinciaal belang voor Energie is beschreven als:

  • In 2050 gebruiken we geen fossiel gas meer in Flevolandse huizen en bedrijven.

  • Het gebruiken van zo min mogelijk energie en ruimte maken voor zoveel mogelijk opwek van duurzame energie in de omgeving.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.9.1

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten ten behoeve van kerncentrales en/of winning van (varianten van) kernenergie.

  • 2.9.2

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten van glastuinbouw buiten de vastgestelde glastuinbouwgebieden (Luttelgeest/Marknesse en Ens) conform de kaart Glastuinbouwgebied uit het omgevingsprogramma.

  • 2.9.1

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten waar (ondergrondse) energieopslag mee gemoeid is.

 

Note: voor het energiebelang zijn er veel gevallen reeds per wet of per instructieregel in de provinciale verordening geregeld (zon, wind, schaliegas), waarbij de provincie ook advies met instemming kan verlangen indien men niet voldoet aan de instructieregels en/of wetgeving.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Energie is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofstuk 6)

  • Regionale Energie Strategie (RES)

  • Omgevingsverordening (o.a. hoofdstuk 1 en 2)

 

2.10 Verkeer, Vervoer en Infrastructuur

Het provinciaal belang voor verkeer, vervoer en infrastructuur is beschreven als:

  • Het voorkomen van versnippering van het landschap.

  • Ontstaan van verminderde doorstroming.

  • Verkeersveiligheidsproblemen op provinciale wegen en vaarwegen.

  • Behouden van ontwikkeling van Luchthaven Lelystad en locaties voor multimodale overslag.

 

De provincie kan advies met instemming verlangen bij de volgende gevallen:

  • 2.10.1

    De realisatie van nieuwe wegen buiten bestaand stedelijk gebied;

  • 2.10.2

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten met een ontsluiting op een provinciale weg.

  • 2.10.3

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die invloed hebben op het provinciale fietsnetwerk.

  • 2.10.4

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die invloed hebben op de bovenregionale verkeersbehoefte, verkeersintensiteit en/of verkeersveiligheid van provinciale wegen.

  • 2.10.5

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die invloed hebben op de bovenregionale verkeersbehoefte, verkeersintensiteit en verkeersveiligheid van provinciale wegen en vaarwegen

  • 2.10.6

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die invloed hebben op provinciale OV-verbindingen.

  • 2.10.7

    Nieuwe ontwikkelingen of uitbreidingen van bestaande functies en activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de veiligheid en bruikbaarheid van burgerluchthavens van regionale betekenis zoals Lelystad Airport.

 

De wijze waarop de provincie invulling geeft aan het provinciaal belang voor Verkeer, vervoer en infrastructuur is o.a. geduid in:

  • Omgevingsvisie FlevolandStraks

  • Omgevingsprogramma Flevoland (o.a. hoofdstuk 1.1 en 7)

  • OV-visie Flevoland

  • Omgevingsverordening provincie Flevoland (o.a. hoofdstuk 15)

  • Uitwegenbeleid

  • Nadere regels voor ligplaatsen en afmeervoorzieningen in provinciale vaarwegen in Flevoland