Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Voorst

Afvalstoffenverordening gemeente Voorst 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVoorst
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAfvalstoffenverordening gemeente Voorst 2024
CiteertitelAfvalstoffenverordening gemeente Voorst 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerpAfvalstoffenverordening gemeente Voorst 2024

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 10.23 van de Wet milieubeheer
  2. artikel 10.24, tweede lid, van de Wet milieubeheer
  3. artikel 10.25 van de Wet milieubeheer
  4. artikel 10.26 van de Wet milieubeheer
  5. artikel 2 van het Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

18-12-2023

gmb-2023-565077

412357

Tekst van de regeling

Intitulé

Afvalstoffenverordening gemeente Voorst 2024

De raad van de gemeente Voorst ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2023, zaaknummer 412357;

gelet op de artikelen 10.23, 10.24, tweede lid, 10.25 en 10.26 van de Wet milieubeheer en artikel 2 van het Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen;

besluit vast te stellen de Afvalstoffenverordening gemeente Voorst 2024.

§1 Algemene bepalingen

 

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan onder:

  • a.

    wet: Wet milieubeheer;

  • b.

    inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van afvalstoffen die binnen de gemeente ter inzameling worden aangeboden en het feitelijk ophalen en innemen daarvan;

  • c.

    ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van afvalstoffen aan een inzamelende persoon of instantie, inclusief het achterlaten van afvalstoffen in daartoe door of vanwege de inzamelende persoon of instantie geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een daartoe aangewezen plaats;

  • d.

    inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer, afvalemmer, kca-box of big bag, ten behoeve van één huishouden;

  • e.

    inzamelplaats: daartoe op grond van artikel 5 aangewezen plaats;

  • f.

    inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer of brengdepot, ten behoeve van meerdere huishoudens;

  • g.

    inzameldienst: de krachtens artikel 3, eerste lid, aangewezen inzameldienst, belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen;

  • h.

    andere inzamelaars: de krachtens artikel 3, tweede lid, aangewezen personen en instanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen;

  • i.

    perceel: perceel waar geregeld huishoudelijke afvalstoffen kunnen ontstaan;

  • j.

    gebruiker van een perceel: degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en artikel 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt;

  • k.

    straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en gewicht, zoals proppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic bekertjes en blikjes, verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde klein chemisch afval, ontstaan buiten een perceel;

  • l.

    wegen: de wegen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b van de Wegenverkeerswet 1994;

  • m.

    motorrijtuigen: alle voertuigen, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c van de Wegenverkeerswet 1994.

Artikel 2 Doelstelling

De toepassing van de verordening is gericht op de bescherming van het milieu, met inbegrip van een doelmatig beheer van afvalstoffen.

§2 HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN

 

Artikel 3 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars

  • 1.

    Burgemeester en wethouders wijzen de inzameldienst aan, die belast is met het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2.

    Naast de inzameldienst kunnen burgemeester en wethouders andere inzamelaars aanwijzen die belast zijn met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen over de wijze waarop de inzameldienst huishoudelijke afvalstoffen inzamelt. Burgemeester en wethouders leggen deze nadere regels, zoals geformuleerd in artikel 3 lid 3, via een raadsmededeling voor aan de raad.

  • 4.

    Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdige beslissing) is niet van toepassing.

Artikel 4. Regulering van andere inzamelaars

  • 1.

    Het is voor anderen dan de inzameldienst verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen, tenzij de inzamelaar:

    • a.

      Daartoe is aangewezen door burgemeester en wethouders;

    • b.

      Bij nadere regels van burgemeester en wethouders van het verbod is vrijgesteld; of

    • c.

      Verplicht is tot inname, bedoeld in artikel 9.5.2., derde lid, aanhef en onderdeel b, of vierde lid, van de Wet milieubeheer.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan een aanwijzing, bedoeld in het eerste lid, onder a, voorschriften verbinden en beperkingen stellen.

  • 3.

    Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 5. Aanwijzing van inzamelplaats

Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het ten minste één daartoe ter beschikking gestelde plaats binnen de gemeenten waarmee wordt samengewerkt, waar in voldoende mate gelegenheid wordt geboden om huishoudelijke afvalstoffen, met inbegrip van grof huishoudelijk afval, achter te laten.

Artikel 6. Algemene verboden

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen:

  • a.

    Ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de inzameldienst of een inzamelaar als bedoeld in artikel 4, eerste lid;

  • b.

    Over te dragen aan een ander dan een inzamelaar als bedoeld in artikel 4, eerste lid; of

  • c.

    Achter te laten op een andere plaats dan de inzamelplaats, bedoeld in artikel 5.

Artikel 7 Gescheiden afvalinzameling

  • 1.

    Burgemeester en wethouders stellen regels over de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk door de inzameldienst worden ingezameld, over de frequentie van de inzameling van elk van deze bestanddelen, en over de locaties van deze inzameling bij of nabij elk perceel. Burgemeester en wethouders leggen deze nadere regels, zoals geformuleerd in artikel 7 lid 1, via een raadsmededeling voor aan de raad.

  • 2.

    In ieder geval de volgende bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen worden afzonderlijk ingezameld:

  • a.

    bioafval;

  • b.

    klein chemisch afval;

  • c.

    glas;

  • d.

    papier en karton;

  • e.

    plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankpakken (PMD);

  • f.

    textiel;

  • g.

    elektrische en elektronische apparatuur;

  • h.

    bouw- en sloopafval;

  • i.

    verduurzaamd hout;

  • j.

    grof tuinafval;

  • k.

    asbest en asbesthoudend afval;

  • l.

    grof huishoudelijk afval;

  • m.

    huishoudelijk restafval;

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen een omschrijving vaststellen van de categorieën huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 8 Gescheiden aanbieding

  • 1.

    Het is verboden om de categorieën huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in artikel 7, anders dan afzonderlijk:

  • a.

    ter inzameling aan te bieden;

  • b.

    achter te laten op een inzamelplaats als bedoeld in artikel 5.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid is het verboden de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen waarvoor geen gescheiden inzameling geldt als bedoeld in artikel 7 anders aan te bieden dan afzonderlijk of gezamenlijk met de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, genoemd in artikel 7.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen. Deze regels kunnen voor categorieën van gevallen of personen een vrijstelling inhouden van het verbod, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9. Tijdstip van aanbieding

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan op de door burgemeester en wethouders daartoe bepaalde dag en tijden. Deze kunnen voor verschillende bestanddelen verschillend worden vastgesteld.

Artikel 10. Wijze en plaats van aanbieding

  • 1.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door burgemeester en wethouder te stellen regels over het gebruik van:

  • a.

    inzamelmiddelen voor het aanbieden ter inzameling bij een perceel;

  • b.

    inzamelvoorzieningen voor het aanbieden ter inzameling nabij een perceel.

  • 2.

    Het is verboden om een inzamelmiddel na afloop van de bepaalde dag en tijden, bedoeld in artikel 9, buiten een perceel te laten staan.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen voor categorieën van percelen. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod inhouden.

§3 BEDRIJFSAFVALSTOFFEN

 

Artikel 11 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

Burgemeester en wethouders kunnen bestanddelen van bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die worden ingezameld door de inzameldienst die is aangewezen op grond van artikel 3, in gevallen waarin de voor deze inzameling krachtens Verordening reinigingsheffingen Voorst 2024 verschuldigde heffing is voldaan.

Artikel 12. Aanbieding ter inzameling van bedrijfsafvalstoffen

Het is verboden anders dan in overeenstemming met artikel 11 bedrijfsafvalstoffen ter inzameling door de inzameldienst aan te bieden of over te dragen, of bij een inzamelplaats als bedoeld in artikel 5, achter te laten.

Artikel 13. Regeling van inzameling van bedrijfsafvalstoffen

  • 1.

    Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door burgemeester en wethouders te stellen regels over de dagen, tijden, wijzen en plaatsen van inzameling van de krachtens artikel 11 aangewezen bedrijfsafvalstoffen.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen voor het aanbieden, overdragen of achterlaten van bedrijfsafvalstoffen. Deze regels kunnen mede worden vastgesteld voor anderen dan de inzameldienst. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod inhouden.et is verboden de krachtens artikel 13 aangewezen bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

§4 ZWERFAFVAL EN OVERIGE

 

Artikel 14 Dumpingsverbod

  • 1.

    Het is verboden zonder ontheffing van burgemeester en wethouders, buiten een inrichting, hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu te veroorzaken, door een afvalstof, een stof of voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins daar te plaatsen.

  • 2.

    Het eerste lid is niet van toepassing op:

  • a.

    het aanbieden, overdragen of achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen in overeenstemming met deze verordening;

  • b.

    het composteren van huishoudelijk bioafval op het perceel waar dit is ontstaan;

  • c.

    het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen, met inbegrip van daarbij niet te vermijden plaatsing van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen op de weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994;

  • d.

    het plaatsen van takkenrillen of stobberillen afkomstig van of op eigen terrein;

  • e.

    handelingen die zijn verboden bij of krachtens de Wet bodembescherming, de Omgevingswet of het Besluit bodemkwaliteit.

  • 3.

    Indien de overtreder van dit artikel onbekend is, wordt de persoon tot wie de aangetroffen afvalstof, stof of voorwerp kan worden herleid, geacht te hebben gehandeld in strijd met dit artikel.

Artikel 15 Zwerfafval in de openbare ruimte

  • 1.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen van beperkte omvang en gewicht die zijn ontstaan buiten een perceel, achter te laten in de openbare ruimte, anders dan in daartoe bestemde afvalbakken of andere middelen ter inzameling van deze afvalstoffen.

  • 2.

    Reclamedrukwerk, ander promotiemateriaal en de verpakking daarvan, die in weerwil van het eerste lid in de openbare ruimte wordt weggeworpen of achtergelaten, wordt terstond opgeruimd door degene die het in de betreffende omgeving onder het publiek verspreidde.

  • 3.

    Het is verboden zwerfafval te veroorzaken door ter inzameling gereedstaande afvalstoffen of inzamelmiddelen te doorzoeken of te verspreiden, te stoten, te schoppen, omver te werpen of door deze anderszins te behandelen.

Artikel 15a. Ongeadresseerd drukwerk

  • 1.

    In dit artikel wordt verstaan onder:

  • huis-aan-huisblad: ongeadresseerd blad dat met een vaste frequentie gratis huis aan huis wordt verspreid in een geografisch beperkt gebied, waarvan tenminste 10% van de inhoud bestaat uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, niet zijnde reclame;

  • ongeadresseerd reclamedrukwerk: reclamedrukwerk of proefmonsters van producten die gratis huis aan huis worden verspreid zonder vermelding van naam, adres of postbus en woonplaats van de ontvanger, niet zijnde:

  • a.

    een huis-aan-huisblad of andere informatie over werkzaamheden of activiteiten in de buurt die voor de bewoners of gebruikers van een woning, bedrijf of woonschip in die buurt van belang zijn om te weten;

  • b.

    drukwerk van vrijwilligers of niet-commerciële organisaties.

  • 2.

    Een huis-aan-huisblad mag worden bezorgd bij een perceel, tenzij de bewoner of gebruiker expliciet kenbaar heeft gemaakt geen prijs te stellen op het ontvangen ervan.

  • 3.

    Het is verboden ongeadresseerd reclamedrukwerk te bezorgen bij een perceel waar de bewoner kenbaar heeft gemaakt niet prijs te stellen op het ontvangen ervan.

Artikel 16. Zwerfafval rondom inrichtingen

Degene die een inrichting drijft waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, draagt zorg voor de aanwezigheid in of nabij de inrichting van een steeds voor gebruik door het publiek beschikbare en tijdig geleegde afvalbak of soortgelijk middel voor het houden van afval.

Artikel 17. Afval en verontreiniging op de weg

  • 1.

    Het is verboden een weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994, te verontreinigen of het milieu nadelig te beïnvloeden door afvalstoffen, stoffen of voorwerpen te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten.

  • 2.

    Degene die in strijd met het eerste lid de weg verontreinigt of het milieu nadelig beïnvloedt, of diens opdrachtgever, zorgt terstond na de beëindiging van de werkzaamheden van die dag voor het reinigen van de weg, of zoveel eerder als nodig is om de veiligheid van het verkeer of de bescherming van het wegdek te verzekeren.

Artikel 18. Geen opslag van afval in de open lucht

Het is verboden afvalstoffen op een voor het publiek waarneembare plaats in de open lucht op te slaan of opgeslagen te hebben, anders dan door het in overeenstemming met paragraaf 2 van deze verordening aanbieden, achterlaten of overdragen van huishoudelijke afvalstoffen. Het verbod geldt niet als voor de opslag van afvalstoffen een omgevingsvergunning is afgegeven.

Artikel 19. Ontdoen van autowrakken

Het is verboden zich te ontdoen van een autowrak dat afkomstig is van een perceel, anders dan door afgifte aan de houder van een omgevingsvergunning voor het demonteren van autowrakken of wrakken van tweewielige motorvoertuigen.

§ 5. Handhaving en toezicht

 

Artikel 20. Strafbare feiten

Overtreding van het bij of krachtens de artikelen 4, 6, 8 tot en met 10 en 12 tot en met 19bepaalde en de daarbij gegeven voorschriften en beperkingen, is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1a, onderdeel 3, van de Wet op de economische delicten.

Artikel 21. Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 5.10, derde lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of artikel 18.6 van de Omgevingswet door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren.

§ 6. Slotbepalingen

 

Artikel 22. Intrekking oude verordening

De Afvalstoffenverordening 2009 wordt ingetrokken.

Artikel 23. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als Afvalstoffenverordening gemeente Voorst 2024.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 18 december 2023.

Ita Joosten, griffier

Jan Willem Wiggers, burgemeester