Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zeewolde

Legesverordening gemeente Zeewolde 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZeewolde
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingLegesverordening gemeente Zeewolde 2024
CiteertitelLegesverordening gemeente Zeewolde 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Deze regeling vervangt de Legesverordening 2023.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 156, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 156, tweede lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
  4. artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet
  5. artikel 7 van de Paspoortwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-12-2023nieuwe regeling

21-12-2023

gmb-2023-564690

V114

Tekst van de regeling

Intitulé

Legesverordening gemeente Zeewolde 2024

De raad van de gemeente Zeewolde,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 14 november 2023;

gehoord de oordeelsvormende avond d.d. 7 december 2023;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

 

vast te stellen Legesverordening gemeente Zeewolde 2024

Artikel 1. Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • c.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • d.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • e.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het afgeven van stukken, nodig voor ontvangst van pensioenen, lijfrenten en andere periodieke uitkeringen;

  • d.

    het afgeven van beschikkingen op aanvragen en bezwaarschriften voor van plaatselijke belastingen;

  • e.

    de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikking of afschriften daarvan over aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging hiervan, betrekkelijk enige gemeentelijke functie of dienstverlening jegens de gemeente;

  • f.

    de aan belanghebbende uitgereikte beschikking of afschriften daarvan over een beslissing op een aanvraag om subsidie uit de kas van de gemeente;

  • g.

    dienstverlening aan ambtenaren van het Rijk, de provincie, het Hoogheemraadschap of het waterschap in de uitoefening van hun functie.

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 3.

    Legesbedragen van minder dan € 5,00 worden niet in rekening gebracht.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen […] dagen na de dagtekening van de kennisgeving

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 8 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 8 dagen na dagtekening van kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

    • 2.

      paragraaf 1.3 (rijbewijzen)

    • 3.

      artikel 1.17 (schriftelijke verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 4.

      artikel 1.25, onder a (verklaring omtrent het gedrag)

    • 5.

      artikel 1.31 (Wet op de kansspelen);

  • een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

  • c.

    een tariefsverlaging betreffen, één en ander als met deze wijzigingen niet al bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Overgangsrecht

  • 1.

    De Legesverordening 2023, zoals laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 31 maart 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 13. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Legesverordening gemeente Zeewolde 2024.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Zeewolde in zijn openbare vergadering van 21 december 2023.

de griffier,

B. de Winter

de voorzitter,

G.J. Gorter

Bijlage Tarieventabel behorende bij de Verordening Leges 2024 zeewolde

 

Aanduiding

Tekst

tarief 2024

Hoofdstuk 1

ALGEMENE DIENSTVERLENING

Paragraaf 1.1

Burgerlijke stand

1.1.

Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap

1

Het tarief voor het aanvragen van de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap met ceremonieel vertoon, als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte is:

a.

Uitsluitend in het gemeentehuis op dinsdag en donderdag om 08.30 uur, in afwijking van artikel 1.1 zonder ceremonieel vertoon (exclusief trouwboekje)

b.

Uitsluitend op het gemeentehuis op maandag en dinsdag tussen 9.00 en 12.00 uur, in afwijking van artikel 1.1 met eenvoudig ceremonieel vertoon (exclusief trouwboekje)

€ 170,55

c.

Maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 uur en 12.00 (inclusief trouwboekje)

€ 397,00

d.

Op een zaterdag tussen 12.00 en 16.00 uur (inclusief trouwboekje)

€ 1.023,80

2

Indien er sprake is van het aanvragen het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap in Paviljoen de Verbeelding, Restautant Fika, The Lux Zeewolde en RCN Zeewolde wordt het onder artikel 1.1., lid 1, genoemde tarief verhoogd met:

€ 65,70

3

Indien er sprake is van het aanvragen van het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap in Center Parcs De Eemhof, Golf4all Harderwijk, Marina de Eemhof (Beachclub en Zuiderzoet) en Hans en Grietje wordt het onder artikel 1.1., lid 1 genoemde tarief verhoogd met:

€ 131,45

4

Indien er sprake is van het aanvragen van het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap op elke andere, eenmalig te gebruiken alternatieve locatie wordt het onder artikel 1.1., lid 1 genoemde tarief verhoogd met:

€ 263,10

 

 

 

1.2.

Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk

1

Het tarief voor het aanvragen van het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op is:

a.

Uitsluitend in het gemeentehuis op dinsdag en donderdag om 08.30 uur (exclusief trouwboekje)

b.

Uitsluitend op het gemeentehuis op maandag en dinsdag tussen 9.00 en 12.00 uur, in afwijking van artikel 1.1. met eenvoudig ceremonieel vertoon (exclusief trouwboekje)

€ 170,55

c.

Maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 en 16.00 uur (inclusief trouwboekje)

€ 397,00

d.

Op een zaterdag tussen 12.00 uur en 16.00 uur (inclusief trouwboekje)

€ 1.023,80

2

Indien er sprake is van het aanvragen van het omzetten van een geregistreerd partnerschap in huwelijk in Paviljoen de Verbeelding, Restautant Fika, The Lux Zeewolde en RCN Zeewolde wordt het onder artikel 1.1., lid 1, genoemde tarief verhoogd met:

€ 65,70

3

Indien er sprake is van het aanvragen van het omzetten van een geregistreerd partnerschap in huwelijk in Center Parcs De Eemhof, Golf4all Harderwijk, Marina de Eemhof (Beachclub en Zuiderzoet) en Hans en Grietje wordt het onder artikel 1.1., lid 1 genoemde tarief verhoogd met:

€ 131,45

4

Indien er sprake is van het aanvragen van het omzetten van een geregistreerd partnerschap in huwelij op elke andere, eenmalig te gebruiken alternatieve locatie wordt het onder artikel 1.1., lid 1 genoemde tarief verhoogd met:

€ 263,10

 

 

 

1.3.

Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in bijzonder huis

1

Het tarief voor het aanvragen van het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, boek 1, van het burgerlijk wetboek (inclusief trouwboekje)

€ 397,00

1.4.

Omzetten geregisteerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis

Het tarief voor het aanvragen van het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, boek 1, van het Burgerlijk Wetboek (inclusief trouwboekje)

€ 397,00

1.5

Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor een dag

Het tarief voor het aanvragen voor de aanwijzing van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor een dag

€ 112,20

1.6

Beschikbaar stellen getuigen door gemeente

Voor het verschaffen van één of meerdere getuigen bij de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige

€ 46,45

1.7

Annuleren of wijzigen datum

Het annuleren van een huwelijk of geregistreerd partnerschap, omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk of het wijzigen van een afspraak

€ 89,80

1.8

Trouwboekje of partnerschapboekje of andere uittreksel

1.

Het tarief voor van het verstrekken van een trouwboekje voor zover niet inclusief, of duplicaat van een reeds verstrekt trouwboekje bedraagt

€ 49,50

2.

Voor het verkrijgen van een verklaring van huwelijksbevoegdheid geldt het tarief uit het Legesbesluit akten burgerlijke stand

3.

voor een meertalig modelformulier voor elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (Een Nederlander wenst buiten Nederland een huwelijk aan te gaan) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

4

Tot het verkrijgen van een uittreksel of afschrift uit de registers van de Burgerlijke stand geldt het tarief uit het Legesbesluit akten burgerlijke stand

5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief uit het Legesbesluit akten burgerlijke stand

6

Het tarief bedraagt voor naspeuringen in de registers van de Burgerlijke stand, voor elk hieraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 36,85

 

 

 

Paragraaf 1.2

Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.9

Paspoorten of andere reisdocumenten

Het tarief bedraagt voor het verrichten van hnadelingen ten behoeve van een aanvraag van:

1

van een nationaal paspoort:

a

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is;

€ 83,85

b.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,40

2

een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel a (zakenpaspoort):

€ 0,00

a

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,85

b

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,40

3

een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

€ 0,00

a

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 83,85

b

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 63,40

4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 63,40

 

 

 

1.10

Nederlandse identiteitskaart

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

a.

een Nederlandse identiteitskaart:

1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 75,80

2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 40,90

3

een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon:

€ 36,90

1.11

Modaliteiten

€ 0,00

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

€ 0,00

a.

voor de versnelde uitreiking van een in de artikelen 1.16 en 1.17, onder a, genoemd document, zijnde een toeslag op de in die artikelen genoemde bedragen:

€ 57,05

b.

€ 0,00

 

 

 

*bovengenoemde tarieven zijn gebaseerd op het conceptbesluit tarieven paspoort 2024. Indien de werkelijke tarieven afwijken van de concepttarieven wordt dit aangepast

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 1.3

Rijbewijzen

1.20

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs; het maximum tarief wat door de rijksoverheid wordt vastgesteld

a.

Het tarief als genoemd in onderdeel 1.20 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het bedrag dat aan rijksleges wordt geheven overeenkomstig het maximum tarief dat door de rijksoverheid wordt vastgesteld

€ 0,00

1.13

Modaliteiten

reserveren

 

 

 

Paragraaf 1.4.

Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

1.14

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de Basisregistratie Personen moet worden geraadpleegd

1.15

Het tarief bedraagt voor van het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

Tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking;

i

mondeling

€ 9,85

ii

schriftelijk

€ 14,85

iii

bij aanvraag via het internet

€ 0,00

b.

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken va ngegevens gedurende de periode van één jaar

reserveren

1

voor 100 verstrekkingen:

2

voor 500 verstrekkingen:

3

voor 1.000 verstrekkingen:

4

voor 5.000 verstrekkingen:

5

voor 10.000 verstrekkingen:

c.

tot het afsluiten van een abonnement op het [wekelijks] verstrekken van een opgave van verhuizingen binnen de gemeente, vertrekken uit de gemeente en vestigingen in de gemeente:

d.

tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200):

 

 

 

1.16

Verstrekking van aangehaakte gegevens

reserveren

 

 

 

1.17

Papieren verstrekking

In afwijking van de artikelen 1.15 en 1.16 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen:

€ 7,50*

 

 

 

1.18

Op verzoek doornemen basisregistratie personen

1.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier:

€ 36,85

 

 

 

2

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

3

Aan het in BRP privacyreglement van de gemeente Zeewolde genoemde derden kunnen gegevens uit onderdeel artikel 1.14 onderdeel a tot en met 3 kosteloos verstrekt worden als dit staat in een Wet of een andere rijksregeling

 

 

 

Paragraaf 1.5

Bestuursstukken

1.19

Afschriften van bestuursstukken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

a.

een afschrift van de gemeentebegroting inclusief meerjarenraming

€ 155,90

b.

een afschrift van de gemeenterekening:

€ 103,95

c.

een afschrift van het burgerjaarverslag:

reserveren

e.

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina:

reserveren

f.

een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie, per pagina:

reserveren

g.

een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per pagina:

reserveren

h.

het gemeenteblad, per pagina:

reserveren

i.

een afschrift van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 122,90

j.

een afschrift van de bouwverordening inclusief stoelichting en nadere regels

€ 122,90

een afschrift van de productenraming

€ 155,90

1.20

Abonnement op bestuursstukken

reserveren

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op:

a.

de verslagen van de raadsvergaderingen:

b.

de stukken behorende bij de raadsvergaderingen:

c.

de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie:

d.

de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie:

e.

het gemeenteblad:

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 1.6

Vastgoedinformatie

1.21

Plan- of kaartinformatie

1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een (foto)kopie van een ruimtelijk plan of deel daarvan, zoals omgevingsvisie, omgevingsplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in artikel 1.22, onderdeel b:

a

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde:

€ 0,10

b

in formaat A3, per bladzijde:

€ 0,15

c

in formaat A2 of groter, per bladzijde:

€ 0,20

d

in digitale vorm voor het leveren van een gescande kaart, tekening e.d. per besteed kwartier

€ 29,10

2

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

€ 0,00

 

 

 

1.22

Informatie uit registers

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of een uittreksel uit:

a.

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object:

€ 29,70

b.

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet:

€ 29,70

c.

een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet:

€ 29,70

d.

het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed:

€ 29,70

 

 

 

1.23

Informatie uit adressenbestanden

1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

a

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres:

€ 29,70

b.

het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie:

reserveren

c.

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat:

reserveren

d.

bebouwd gebied per ha met GBKN als ondergrond

€ 36,50

e

landelijk gebied per ha met GBKN als ondergrond

€ 6,80

f

bebouwd gebied met matenplan of overzichtskaarten als ondergrond met een maximum van € 250,00

€ 8,65

g

landelijk gebied met matenplan of overzichtskaarten als ondergrond met een maximum van € 250,00

€ 2,55

2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot levering van:

€ 0,00

a

per hectare bebouwd gebied

€ 60,20

b

per hectare landelijk gebied

€ 10,70

c

per analoge nalevering

€ 113,85

d

bij meerdere exemplaren van dezelfde kaart per volgend exemplaar

€ 13,35

Er zijn geen kortingen mogelijk

€ 0,00

 

 

 

e

Een huisnummerkaart DORP per ha.

€ 6,80

met een maximum van

€ 305,15

f

Een huisnummerkaart BUITENGEBIED per ha.

€ 1,35

met een maximum van

€ 305,15

g

Een infokastkaart (deze zijn per product alleen in zijn geheel afneembaar)

€ 168,65

Voor het leveren van overige digitale bestanden

€ 0,00

(o.a. matenplannen per ha. met een minimale afname van 25 ha.)

€ 1,35

h

de vaste kosten voor de aanvragen zoals benoemd in artikel 1.23 lid 2 per besteed kwartier of deel daarvan

€ 29,70

3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek om informatie uit het kadastraal register via kadaster online bedraagt:

€ 0,00

a.

de kosten die het kadaster in rekening brengt

€ 0,00

b.

een toeslag voor het verstrekken van informatie uit en over de niet gemeentelijke beperkingen

€ 28,85

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 1.7

Overige publiekszaken

1.24

Gemeentegarantie

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van een gemeentegarantie:

b.

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening:

1.9.1.2.1

 

 

 

1.25

Overige publiekszaken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag wordt het tarief vastgesteld overeenkomstig het door het Ministerie van Justitie vastgestelde tarief

€ 41,35*

b.

tot het legaliseren van een handtekening:

€ 9,80

* Dit is het maximumtarief.

c

tot het verkrijgen van een attestatie de vita als bedoeld in artikel 19k van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

d

voor een meertalig modelformulier van een afschrift van een akte van de burgerlijke stand, voor elk uittreksel van een akte van geboorte, van huwelijk, van registratie van een partnerschap,van omzetting van een huwelijk in een registratie van een partnerschap*, van omzetting van een registratie van een partnerschap in een huwelijk of van overlijden, voor een attestatie de vita als bedoeld in artikel 19k van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek voor elk meertalig uittreksel uit een akte van de burgerlijke stand het tarief geldt het tarief, zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 1.8

Gemeentearchief

1.26

Naspeuringen in gemeentearchief

1.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier:

€ 29,70

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

1.27

Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief

1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

€ 35,95

2

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

1.28

Uitlenen archiefbescheiden

reserveren

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitlenen van archiefbescheiden:

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 1.9

Bijzondere wetten

1.29

Huisvestingswet 2014

reserveren

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

1.

een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014:

2.

indeling in een urgentiecategorie als bedoeld in artikel 13, tweede lid, van de Huisvestingswet 2014:

 

 

 

1.30

Leegstandswet

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet:

€ 223,25

b.

om verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet:

reserveren

2.

Als aanvragen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en b, gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die onderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. [Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.]

 

 

 

1.31

Wet op de kansspelen

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

a.

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat:

€ 56,50;*

b.

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 56,50;*

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 34,00;*

c.

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd:

€ 226,50;*

d.

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 226,50;*

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 136,00.*

2

Het eerste lid, onderdelen a en b, is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden.

3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

€ 43,30

4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in [artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening]:

reserveren

* Dit is het maximumtarief.

 

 

 

1.32

Telecommunicatiewet

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet tot 25 m1

€ 59,00

2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet tot vanaf 25 m1

€ 326,40

a.

als het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf wordt het onder 1.32. onder 1 en 2 genoemde tarief verhoogd met tot 10000 m1

€ 2,90

b.

als het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf wordt het onder 1.32. onder 1 en 2 genoemde tarief verhoogd met vanaf 10000 m1

€ 0,35

c

als het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met:

reserveren

3

als met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met:

€ 746,65

4

als de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet, verhoogd met:

€ 746,65

5

als met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

6

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

7.

Indien de onder artikel 1.32 lid 1 genoemde werkzaamheden geen doorgang vinden bestaat er een recht op teruggaaf van de in rekening gebrachte leges van

100%

 

 

 

1.33

Wegenverkeerswetgeving

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990:

€ 73,10

b.

een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen:

reserveren

c.

verstrekking van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

€ 48,30

d.

Tot verkrijging van een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

€ 48,30

Voor het inrichten van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats, als bedoeld in artikel 26 van het reglement verkeersregels en verkeers tekens 1990, voor het voertuig van de aanvrager. Vermindering is mogelijk als het inkomen in het jaar van de aanvraag, niet hoger is dan de kwijtscheldingsnorm

€ 465,30

Voor het inrichten van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats, als bedoeld in artikel 26 van hetreglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, voor het voertuig van de aanvrager als de aanvraag wordt afgewezen dan wel ingetrokken

€ 73,10

Voor het wijzigen van een gehandicaptenparkeerplaats als gevolg van een kentekenwijziging

€ 73,10

 

 

 

Paragraaf 1.10

Diversen

1.34

Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels

reserveren

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

a.

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

b.

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

c.

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

d.

kopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde:

2.

in formaat A3, per bladzijde:

3.

in formaat A2 of groter, per bladzijde:

4.

in digitale vorm:

 

 

 

1.35

Diverse vergunningen of beschikkingen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

om een vergunning als bedoeld in artikel [...] van de [naam verordening]

b.

[enz.]

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2

DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

Paragraaf 2.1

Algemene bepalingen

2.1

Definities

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

4.

bouwkosten (overeenkomstig bijlage 1 bij de Omgevingsregeling):

a.

aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van het Besluit vaststelling Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012, voor het uit te voeren werk, of voorzover de aanneemsom ontbreekt

b.

een raming van de bouwkosten exclusief omzetbelasting zoals bedoeld in het Normblad 2699, uitgave, 2017, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Een execmplaar van het het meest recente exemplaar van het Normblad ligt ter inzage op het gemeentehuis van de gemeente Zeewolde

c.

als het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt: de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het bouwen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

4.

In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ wordt onder de in die omschrijving genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 verstaan de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567.

5.

het Normblad 2699, uitgave 2017, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd ligt ter inzage bij de gemeente Zeewolde,

 

 

 

 

 

 

2.2

Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

omgevingsoverleg

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

 

 

 

2.3

Bepalen tarief

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Pargraaf 2.3

Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

2.5

Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

1,20%

met een minimum van

€ 144,05

 

 

 

 

 

 

2.6

Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

 

 

 

`-

voor bouwkosten tot en met € 5000

€ 300,00

`-

Bouwkosten vanaf € 5000 tot en met € 10000

€ 700,00

`-

Bouwkosten vanaf € 10.000

€ 1.400,00

`-

Indien de er sprake is van een aanvraag voor een Erfafscheiding

€ 80,00

 

 

 

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

 

 

 

`-

bij bouwkosten tot en met 10.000

€ 700,00

`-

bij Bouwkosten vanaf € 10.000 tot en met € 50.000

€ 1.400,00

`-

bij Bouwkosten vanaf € 50.000 tot en met € 500.000

€ 4.800,00

`-

bij Bouwkosten vanaf € 500.000

€ 7.700,00

`-

indien er sprake is van een aanvraag voor een Erfafscheiding

€ 80,00

 

 

 

 

 

 

2

als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met:

€ 0,00

3

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

€ 4.800,00

 

 

 

2.7

Omgevingsplanactiviteit: Slopen van een bouwwerk

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit

b.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

c.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

 

 

 

 

 

 

paragraaf 2.4

Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

2.8

Omgevingsplanactiviteit: monumenten

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

1.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

2.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

b.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

1.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

2.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

c.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

1.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

-

als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en

-

als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven.

 

 

 

2.10

Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

reserveren

 

 

 

2.11

Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een andere activiteit dan die genoemd in de artikelen 2.8, 2.9 en 2.10 en cultureel erfgoed of werelderfgoed betreft, waarvoor in het omgevingsplan met het oog op het behoud van cultureel erfgoed of van de uitzonderlijke universele waarde van werelderfgoed een verbod is opgenomen om zonder omgevingsvergunning deze activiteit te verrichten, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 250,00

 

 

 

Paragraaf 2.5

Milieubelastende activiteiten

2.12

Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 3.727,00

 

 

 

2.13

Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.727,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 8.684,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid

€ 16.534,00

 

 

 

2.14

Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.727,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 8.684,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, [in afwijking van artikel 2.3, tweede lid :

€ 16.534,00

 

 

 

2.15

Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.727,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 8.684,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, [in afwijking van artikel 2.3, tweede lid :

€ 16.534,00

 

 

 

2.14

Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.727,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 8.684,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, [in afwijking van artikel 2.3, tweede lid :

€ 16.534,00

 

 

 

2.17

Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 3.727,00

 

 

 

2.18

Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit actitiviteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 3.727,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid:

€ 8.684,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, in afwijking van artikel 2.3, tweede lid 

€ 16.534,00

 

 

 

2.19

Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 3.727,00

 

 

 

2.20

Samenloop van milieubelastende activiteiten

1.

Als bij de toepassing van de artikelen 2.13 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast.

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt.

 

 

 

Paragraaf 2.6

Lozingsactiviteiten

2.21

Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

reserveren

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.22

Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

reserveren

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

 

Paragraaf 2.7

Aanlegactiviteiten

2.23

Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het opbreken van de verharding in openbaar gebied of het graven in openbaar gebied, anders dan voor het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 413,75

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding in openbaar gebied, niet zijnde kabels als bedoeld in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 413,75

3.

reserveren

4.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in het beperkingengebied leidingen, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 0,00

5.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in een bijzonder landschapselement of gebied met aardkundige waarde, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 0,00

6.

De in het eerste tot en met vijfde lid genoemde tarieven zijn van toepassing als de aanvraag een binnenplanse omgevingsplanactiviteit betreft. Deze zijn van overeenkomstige toepassing als de aanvraag een buitenplanse omgevingsplanactiviteit betreft en worden in dat geval verhoogd met:

€ 0,00

 

 

 

2.24

Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten (beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde)

reserveren

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, in het beperkingengebied leidingen, in een bijzonder landschapselement of in een gebied met aardkundige waarde, bestaande uit het:

a. aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplanting,

b. indrijven van voorwerpen,

c. ophogen van de grond, of

d. verharden van de grond,

bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel […] van het omgevingsplan:

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

 

 

 

 

 

 

2.25

Omgevingsplanactiviteit: geluid weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

 

2.26

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 437,30

2.27

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

reserveren

 

 

 

2.28

Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 437,30

 

 

 

2.32

Omgevingsplanactiviteit: Voorwerpen op of aan de weg

 

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,:

€ 130,75

 

 

 

 

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het innemen of hebben van een standplaats, bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

reserveren

 

 

 

2.34

Andere activiteiten

1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:

a.

betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

b.

betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 424,00

a

In afwijking van artikel 2.34, lid 2 bedraagt het tarief voor de aanvraag voor een binnenplanse omgevingsactiviteit indien er sprake is van afwijking van het toegestane gebruik van een object

€ 700,00

3

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 424,00

a

In afwijking van artikel 2.34, lid 3 bedraagt het tarief voor de aanvraag voor een buitenplanse omgevingsactiviteit indien er sprake is van afwijking van het toegestane gebruik van een object

€ 1.400,00

b

In afwijking van artikel 2.34, lid 3 bedraagt het tarief voor de aanvraag voor een buitenplanse activiteit zijnde een Evenement

€ 450,00

c

Inafwijking van artikel 2.23, lid 3 bedraagt het tarief voor de aanvraag van een buitenplanse actvitiet zijnde de aanvraag voor een aan huis verbonden beroep

€ 720,00

3.

voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningplichtige activiteit:

€ 424,00

 

 

 

 

 

 

paragraaf 2.9

Maatwerkvoorschriften

2.35

Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

reserveren

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:

a.

voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

1. het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

2. bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

3. het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

4. het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

per maatwerkvoorschrift:

b.

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

 

 

 

2.36

Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

1.

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op:

a.

één milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

€ 3.727,00

b.

twee tot vijf milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, [in afwijking van artikel 2.3, tweede lid OF per milieubelastende activiteit]:

€ 8.684,00

c.

vijf of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, [in afwijking van artikel 2.3, tweede lid OF per milieubelastende activiteit]:

€ 16.534,00

2.

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 3.727,00

2.37

Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

reserveren

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 2.10

Gelijkwaardigheid

2.38

1.

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

a.

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief het volgende percentage van de bouwsom

1,20%

b.

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief, per uur:

reserveren

c.

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief, per uur:

reserveren

d.

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief, per uur:

reserveren

2

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

nvt

 

 

 

Paragraaf 2.11

Overige tarieven

2.39

Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

reserveren

2.40

Wijzigen omgevingsvergunning

a.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

c.

voor het in beghandeling nemen van een aanvraag tot het op een andere naam stellen van een verleende omgevingsvergunningbedraagt het tarief

€ 144,05

2.41

Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

reserveren

 

 

 

2.42

Intrekken omgevingsvergunning

reserveren

 

 

 

 

 

 

2.43

Beoordeling aanvullende gegevens

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen:

€ 279,90

 

 

 

2.44

Beoordeling onderzoeksrapporten

De in artikel 2.48 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

 

 

2.45

Wijzigen van het omgevingsplan

reserveren

2.46

Niet genoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:

€ 288,30

 

 

 

Paragraaf 2.12

Modaliteiten

2.47

Achteraf ingediende aanvraag

reserveren

 

 

 

2.48

Uitgebreide voorbereidingsprocedure

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

a.

als sprake is van een milieubelastende activiteit:

€ 3.727,00

b.

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 1.315,00

c.

als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b:

€ 1.000,00

 

 

 

2.49

Beoordeling onderzoeksrapporten

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

a.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 362,30

b.

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€ 35,90

c.

voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting:

€ 362,30

d.

voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:

€ 362,30

e.

voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport:

€ 362,30

f.

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 362,30

g.

voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:

€ 362,30

2.50

Advies

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

a.

voor een advies van de gemeenteraad:

€ 1.198,65

b.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit Zeewolde dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet op 0,4% van de bouwkosten

`-

met een minimumbedrag van

€ 233,15

met een maximumbedrag van

€ 8.840,85

c.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit Zeewolde in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b geldt het daarvoor geldende uurtarief waarbij aan de aanvrager de kosten worden medegedeeld, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

d.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met c: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c en d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

2.51

Instemming

1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

2

Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 2.13

Vermindering

reserveren

 

 

 

Paragraaf 2.14

Teruggaaf

2.54

Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

reserveren

 

 

 

2.55

Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

80,00%

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking na de indiening van de aanvraag:

50,00%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:

80,00%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken doch voor het verlenen van de vergunning:

50,00%

2.58

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 36 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

50,00%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

2.59

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

a.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

50,00%

van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.

b.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

2.60

Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

 

 

 

2.61

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 30 wordt niet teruggegeven.

2.62

Afronding

de leges als bedoeld in hoofdstuk 2 worden afgerond op een veelvoud van

€ 1,00

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3

DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

Paragraaf 3.1

Horeca

3.1

Exploitatie openbare inrichting

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 143,85

b.

een aanvraag om een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 71,85

 

 

 

3.2

Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet:

€ 721,00

b.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet:

€ 71,85

c.

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet:

€ 0,00

d.

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet:

€ 53,55

e.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet:

€ 115,30

 

 

 

 

 

 

paragraaf 3.2

Seksbedrijven

3.3

Vergunning seksbedrijf

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of om de verlenging van een vergunning als bedoeld in artikel [3:3] van de Algemene plaatselijke verordening:

a.

voor een escortbedrijf:

€ 4.000,30

b.

voor andere prostitutiebedrijven dan bedoeld in onderdeel a:

€ 4.000,30

c.

voor andere seksbedrijven dan bedoeld in de onderdelen a en b:

reserveren

2

Het bedrag dat op grond van het eerste lid verschuldigd is wordt:

reserveren

a.

voor iedere beheerder die zal worden aangesteld bij het seksbedrijf vermeerderd met

reserveren

b.

als de aanvraag tot het verlenen van de vergunning mede ziet op een seksinrichting vermeerderd met:

reserveren

3

Als meerdere aanvragen als bedoeld in het eerste lid gelijktijdig worden ingediend en betrekking hebben op hetzelfde seksbedrijf en dezelfde exploitant, worden de op grond van dat lid verschuldigde leges voor iedere tweede en volgende van die aanvragen verminderd met:

reserveren

4

Als een vergunning als bedoeld in de het eerste lid, onderdelen a of b, is verleend onder de voorwaarde dat er ten hoogste één prostituee voor of bij het prostitutiebedrijf mag werken, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

reserveren

van de op grond van die onderdelen voor het betreffende prostitutiebedrijf verschuldigde leges.]

reserveren

 

 

 

3.4

Wijzigen vergunning seksbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een in artikel 3.3 bedoelde vergunning in verband met een wijziging van:

a.

de exploitant aan wie de vergunning is verleend:

reserveren

1

de op de vergunning vermelde of te vermelden beheerder of beheerders:

€ 799,90

c.

de activiteit waarvoor de vergunning is verleend:

reserveren

d.

het vaste telefoonnummer dat in advertenties voor het seksbedrijf zal worden gebruikt:

reserveren

e.

het adres waar het seksbedrijf wordt uitgeoefend:

reserveren

f.

het adres van de onder dat seksbedrijf vallende seksinrichting waarvoor de vergunning mede is verleend:

reserveren

g.

het aantal prostituees dat ten hoogste voor of bij het seksbedrijf mag werken:

reserveren

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 3.3

Winkeltijdenwet

3.5

Ontheffing winkeltijden

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet:

€ 35,95

b.

wijziging van een in onderdeel a bedoelde ontheffing:

€ 73,10

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 3.4

Organiseren evenement of markt

3.6

Organiseren evenement

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), als het betreft:

a.

tot 500 bezoekers is

€ 144,05

b.

vanaf 500 bezoekers tot 1000 bezoekers is

€ 279,80

c.

vanaf 1000 bezoekers is

€ 420,45

d

een vechtsportwedstrijd of -gala als bedoeld in artikel 2:24, lid 2, onder f. van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 420,45

e.

Als voor het in artikel 3.2.1 genoemde een advies moet worden gevraagd van de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) worden de leges verhoogd en doorberekend met de kosten die door GHOR in rekening zijn gebracht

Als een begroting als bedoeld in artikel 3.6, onderdeel e, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.

het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 2.25 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor van het verkrijgen van een eenvoudige vergunning tot het houden van een evenement waarbij geen vooronderzoek nodig is

€ 105,40

3.7

Organiseren markt

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning:

reserveren

a.

voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel [5:23] van de Algemene plaatselijke verordening:

b.

voor het organiseren van een markt als bedoeld in artikel [4] van de [citeertitel marktverordening (vergunning organisatie)]:

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 3.5

Standplaatsen

3.8

Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt

reserveren

 

 

 

3.9

Overige administratieve dienstverlening markt

 

 

 

3.10

Losse standplaatsen

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen of hebben van een standplaats op een voor het publiek toegankelijk terrein, niet zijnde een markt, voor een week of gedeelte ervan , bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 73,10

2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen of hebben van een standplaats op een voor het publiek toegankelijk terrein, niet zijnde een markt, voor een jaar of gedeelte ervan , bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 147,60

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen of hebben van een standplaats op een markt, als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 73,10

 

 

 

Paragraaf 3.6

Huisvestingswet 2014

3.11

Vergunning onttrekken woonruimte

reserveren

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om woonruimte aan de bestemming tot bewoning te onttrekken of onttrokken te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder a, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

 

 

 

3.12

Vergunning samenvoegen woonruimte

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om woonruimte met andere woonruimte samen te voegen of samengevoegd te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder b, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

 

 

 

3.13

vergunning omzetten zelfstandige in onzelfstandige woonruimte

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte om te zetten of omgezet te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder c, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

 

 

 

3.14

Vergunning verbouwen woonruimte tot meer woonruimten

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om woonruimte tot twee of meer woonruimten te verbouwen of in die verbouwde staat te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder d, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

 

 

 

3.15

Splitsingsvergunning

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of ontheffing van het verbod als bedoeld in artikel 33van de Huisvestingswet 2014:

€ 617,55

 

 

 

3.16

Toeristische verhuur

reserveren

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of ontheffing van het verbod om woonruimte voor toeristische verhuur in gebruik te geven als bedoeld in artikel 23c, eerste, respectievelijk tweede lid, van de Huisvestingswet 2014:

 

 

 

3.17

Verhuurvergunning opkoopbescherming

reserveren

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning om een woonruimte in gebruik te geven binnen een periode van vier jaar na de datum van inschrijving in de openbare registers van de akte van levering van die woonruimte aan de nieuwe eigenaar, als bedoeld in artikel 41, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014:

 

 

 

 

 

 

Paragraaf 3.7

In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

3.18

Niet benoemd besluit op aanvraag

1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 143,75

2

het tarief bedraag voor het in behandeling nemen van een aanvraag of ontheffing op grond van de ligplaatsenregeling voor het innemen of beschikbaar stellen van een ligplaats met een vaartuig

€ 73,10

 

 

 

 

Bijlage behorende collegevoorstel belastingverordening 2024; toelichting op hoofdstuk 2 legesverordening 2024

 

1. Leges

Uitgangspunten en overwegingen

Op 1 januari 2024 treedt de Omgevingswet in werking (Ow.) en (gedeeltelijk) de Wet Kwaliteitsborging (Wkb). Hoe deze twee wetten zijn uitwerking hebben op de Legesverordening is in dit memo beschreven. Dit memo is technisch van aard.

 

Samenvatting

 

  • -

    Voor de legesverordening is een nieuwe opzet van de tarieventabel gehanteerd. Deze is gebaseerd op de Modelverordening van de VNG.

  • -

    Er is zoveel als mogelijk gestreefd naar een beleidsarme overzetting van de tarieventabel.

  • -

    Reden voor dit uitgangspunt is dat de Omgevingswet en Wet Kwaliteitsborging nog veel onzekerheden kennen. Door het jaar 2024 als overgangsjaar te beschouwen kunnen de gevolgen goed gemonitord worden.

  • -

    De belangrijkste wijziging is de opdeling van de leges voor de bouwactiviteiten. Dit is nu niet meer 1 artikel, maar zijn twee artikelen (bouwtechnische toets artikel 2.5. en ruimtelijke toets 2.6).

  • -

    Als gevolg van de inwerkingtreding van de Omgevingswet is in de begroting reeds de opbrengst vanaf 2024 verlaagd naar € 750.000 voor de leges.

  • -

    De kosten voor de leges zullen naar verwachting de komende jaren dalen. Dit is in 2024 nog niet het geval als gevolg van de overgang van de oude naar de nieuwe regelgeving.

  • -

    In 2024 is er sprake van 100% kostendekkendheid voor hoofdstuk 2 (fysieke leefomgeving).

Nieuwe legesverordening

Een nieuwe legesverordening was noodzakelijk om enerzijds de juridische verwijzingen te maken waardoor de heffingsgrondslag blijft bestaan een leges te kunnen heffen in 2024 en anderzijds om de werkzaamheden van de gemeente die gewijzigd, aangepast, verdwijnen en/of nieuw zijn op te nemen in de verordening.

 

De Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging brengen ook nog de nodige onzekerheden met zich mee. De Omgevingswet en Wet Kwaliteitsborging kennen nog de nodige onduidelijkheden. Daarnaast is het ook niet duidelijk hoe overige maatschappelijke ontwikkelingen (b.v. Stikstof, stijgende hypotheekrente) zich verhouden met de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Ten slotte kan vooralsnog niet goed ingeschat worden hoe inwoners van de gemeente reageren op de Omgevingswet en Wet Kwaliteitsborging (b.v. of zij een afwachtende houding aannemen of juist niet).

 

Dat heeft geresulteerd in de volgende uitgangspunten:

  • -

    Het hanteren van een nieuwe opzet van de verordening Leges 2024:

    • o

      De Verordening is zo veel mogelijk gebaseerd op de Modelverordening van de VNG die de VNG voor dit doel heeft gepubliceerd. Dit betekent dat de Verordening qua opzet, lay out en formulering is aangepast zodat wordt aangesloten bij een juiste juridische verwijzing;

  • -

    Er wordt met inachtneming van de onzekerheden zoveel als mogelijk beleidsarm geopereerd.

    • o

      Voor Hoofdstuk 1 (Burgerzaken en bijzondere wetten) en 3 (openbare orde en veiligheid) gelden dat er geen beleidsaanpassingen zijn opgenomen ten opzichte van voorgaande jaren en de tarieven worden (voor zover niet wettelijk gemaximeerd) geïndexeerd met het geldende index percentage.

    • o

      Daar waar mogelijk worden de opzet van de artikelen en de daarbij behorende tarieven overgenomen van de huidige Verordening. Daarbij worden de tarieven wel geïndexeerd met het geldende indexpercentage van 3%.

    • o

      Daar waar het moet worden nieuwe artikelen en/of artikelen gewijzigd omdat dit anders tot fiscaal juridische risico’s leidt waaronder het niet mogen heffen van leges.

  • -

    Er wordt voor de leges van hoofdstuk 2 afgeweken van de begrote baten en lasten uit de Meerjarenbegroting als gevolg van terugval van leges.

    • In de Meerjarenbegroting 2024 was aan legesinkomsten € 1.000.000,- geraamd. Dit dient voor het jaar 2024 en verder te worden bijgesteld tot € 750.000 inclusief extra leges voor milieubelastende activiteiten van ca. € 75.000. Verdere aanpassing is op basis van de betreffende verordening niet noodzakelijk.

    • De raming van de kosten voor 2024 wijkt niet af in de begroting.

    • De bestemmingsreserve bouwvergunningen zal worden ingezet om de aanvullende terugval in leges tot € 750.000 op te vangen. Voor de volgende jaren zullen de eventuele effecten van de implementatie van de Omgevingswet alsmede Wet Kwaliteitsborging worden opvangen. Uit de bestemmingsreserve

    • Dit leidt voor het jaar 2024 tot een kostendekkendheid van 100% voor hoofdstuk 2.

Toepassen Modelverordening van de VNG

Om de juridische basis zoveel als mogelijk te verzekeren is de Modelverordening Leges (versie oktober 2023) die de VNG voor dit doel heeft opgesteld aangehouden. Deze Modelverordening bestaat uit 3 hoofdstukken, te weten: hoofdstuk 1 burgerzaken, hoofdstuk 2 Omgevingsvergunningen en hoofdstuk 3 de Dienstenrichtlijn.

 

Voor hoofdstuk 1 en 3 geldt dat deze meegenomen zijn in de aangepaste opzet en lay out die de Modelverordening voorschrijft, maar hier zijn beleidsmatig geen aanpassingen beoogd.

 

Hoofdstuk 2 kent als gevolg van de inwerkingtreding van de Ow. en de Wkb de grootste veranderingen. Zoals aangekondigd heeft de Modelverordening leidraad gestaan. Deze leidraad schrijft echter niet voor hoe en op welke manier de leges worden geheven. Hierin staat de gemeente vrij. Er is dan ook gekozen om voor de uitgangspunten van de Modelverordening te kiezen, tenzij de gemeente de activiteiten anders uitvoert (conform huidig beleid toegespitst op de Omgevingswet).

 

Ook staat het de gemeente vrij om andere heffingsmaatstaven toe te passen indien dit zich beter verhoudt tot de gemeentelijke praktijk. Redenen om andere heffingsmaatstaven te kiezen is omdat de door de Modelverordening aangegeven heffingsmaatstaf niet toepasbaar is in de gemeente of omdat de genoemde heffingsmaatstaf tot onredelijke tarieven zou leiden voor een deel van de burgers en/of ondernemers.

 

De belangrijkste voorgestelde wijzigingen voor de Verordening Leges, hoofdstuk 2 (omgevingsvergunningen) ten opzichte van 2023 zijn:

  • -

    De taken van de gemeente voor bouwtechnische en ruimtelijke beoordeling en toezicht zijn gewijzigd. Een groot deel van de bouwtechnische taken wordt overgedragen aan private beoordelaars die uitsluitend nog een melding doen aan de gemeente. De ruimtelijke toets moet wel altijd door de gemeente worden uitgevoerd. Daarom zijn hier nu twee artikelen voor opgenomen in de verordening (artikel 2.5 en 2.6.).

  • -

    Dit jaar kan de gemeente voor het eerst leges voor milieubelastende activiteiten heffen. Dit is een keuze voor de gemeente. Het voorstel is om deze leges te heffen en daarvoor de door de Omgevingsdienst geadviseerde tarieven te hanteren. De redenen zijn onder andere:

    • o

      Met het heffen van leges wordt voldaan aan het uitgangspunt ‘de vervuiler betaalt’;

    • o

      Met het heffen van leges wordt voldaan aan het uitgangspunt van de raad om zoveel als mogelijk kostendekkendheid te heffen;

    • o

      Door de tarieven van de Omgevingsdienst over te nemen is er eenheid in de regio.

  • -

    De belangrijkste afwijkingen van de tarieven 2024 ten opzichte van 2023 zijn:

Omschrijving

2023 (artikelen 2.3.1)

2024 (artikel 2.5 en 2.6.)

Bouwactiviteit (bouwtechnisch)

1,8% (met basistarief € 139,85)

1,2% (met basis tarief € 144,04)

Bouwactiviteit ruimtelijk deel

-Bouwsom tot €2.000 € 64,70 -Bouwsom t/m €5.000 € € 129 -Bouwsom t/m €10.000 € € 647,6 -Bouwsom vanaf €10.000 € -1.315,20

Projectafwijkingsbesluit

-Bouwsom tot € 500.000 € 1.315,20 -Bouwsom vanaf € 500.000 € 7.236,90

Binnenplanse omgevingsactiviteit

-Bouwkosten t/m € 5.000 € 300,00

-Bouwkosten t/m € 10.000 € 700,00

-Bouwkosten vanaf € 10.000 € 1.400

Buitenplanse omgevingsplanactiviteit

-Bouwkosten t/m € 10.000 € 700,00

-Bouwkosten t/m € 50.000 € 1.400

-Bouwkosten t/m € 500.000 € 4.800

-Bouwkosten vanaf € 500.000 € 7.700

Milieubelastende activiteiten

-

Paragraaf 2.5

Tarieven variërend van € 3.727,00 tot € 16.534,00

Toelichting uitgangspunten verordening leges Hoofdstuk 2

Hieronder wordt een toelichting gegeven indien in de betreffende paragraaf is afgeweken van de Modelverordening van de VNG of de Verordening Leges 2023.

 

Paragraaf 2.1. Definities: als gevolg van de inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging zijn de definities en algemene begripsbepalingen aangepast. In afwijking van de Modelverordening heeft de gemeente ook definities van het omgevingsoverleg opgenomen ter verduidelijking voor de burger.

 

Paragraaf 2.2. Voorfase (vooroverleg): Ook in de huidige verordening komt de voorfase voor. Echter onder de Omgevingswet kent deze fase een (nog) meer prominente rol. De opzet daartoe is vrij voor de gemeente. Er is voor gekozen om – vanuit niet fiscaal juridische redenen - de voorfase middels de leges te stimuleren. De stimulans zit erin dat er geen leges zullen worden geheven voor de aanvraag van een vooroverleg. Daarvoor zijn belangrijke redenen:

  • a.

    Een burger weet waar hij of zij na de voorfase aan toe is en of het initiatief kans van slagen heeft,

  • b.

    Er worden geen onnodige leges in rekening gebracht voor buiten gebruikstelling omdat er onvoldoende informatie beschikbaar is, en

  • c.

    Het succesvol doorlopen van de voorfase kan de omgevingsvergunningfase aanzienlijk bekorten. Dit is een belangrijk voordeel omdat in de Omgevingswet de termijnen voor het doorlopen van de omgevingsvergunning zijn beperkt.

Paragraaf 2.3. Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Deze paragraaf kent qua beleid en tariefstelling de grootste aanpassing van de tarieventabel behorende bij de verordening leges omdat de uitgangspunten van de Wet Kwaliteitsborging hier de meeste impact op heeft. De Wet Kwaliteitsborging bepaalt dat de gemeente geen (leges)plichtige activiteiten meer uitvoert voor bepaalde bouwwerken (gevolgklasse 0 en 1). De bouwtechnische toets die de gemeente voor gevolgklasse 1 uitvoerde, wordt vanaf 1 januari 2024 uitgevoerd door een private kwaliteitsborger.

 

Er is voor gekozen om daar waar mogelijk de huidige uitgangspunten van de verordening te eerbiedigen. De uitgangspunten komen tot uiting in de nieuwe verordening in artikel 2.5., 2.6 en 2.7. Het voorstel is daarbij om de in de huidige verordening gehanteerde heffingsmaatstaf bij de vaststelling van de tarieven in artikel 2.5. en 2.6. aan te houden. Dat betekent een percentage van de bouwsom voor de bouwtechnische toets (artikel 2.5.) en een vast bedrag per waardeklasse bouwwerk voor artikel 2.6.

 

Artikel 2.5. is uitsluitend van toepassing op situaties waarop gevolgklasse 2 en 3 van toepassing (bouwtechnische toets). Er is voor gekozen om de huidige heffingsmaatstaf (een percentage van de bouwkosten) te handhaven. Daarbij is het voorstel om het tarief(percentage) een percentage van 1,1% toe te passen waarmee dit percentage recht doet aan de werkzaamheden die hiervoor verricht moeten worden. Het minimumbedrag is geïndexeerd met 3% zodat dit € 144,05 bedraagt.. De reden daarvoor is omdat deze wijze in jurisprudentie een geaccepteerde methodiek is en ook recht doet aan de uitgangspunten van deze systematiek.

 

Artikel 2.6. is de ruimtelijke toets en ziet op die situaties in gevolgklasse 0,1,2,3. Deze ruimtelijke toets is onderverdeeld in binnenplanse activiteiten, binnenplanse bij wijzigingsbevoegdheid en buitenplanse omgevingsactiviteit. Ook bij dit artikel is ervoor gekozen om zoveel als mogelijk de uitgangspunten van de huidige verordening te eerbiedigen waarbij twee uitzonderingen zijn gemaakt:

  • -De waardenklassen en het corresponderende tarief zijn zodanig aangepast wat meer recht doet aan de soort en aantal aanvragen.

  • -Voor de buitenplanse afwijking (wat voorheen projectafwijkingsbesluit betrof) geldt dat een nieuwe waardeklassen indeling is gemaakt met daarbij behorende tarieven. Hiermee worden de kosten voor kleinere en grotere projecten meer evenredig verdeeld.

     

De gehanteerde heffingsmaatstaven zijn juridisch geaccepteerd en het valt binnen de bevoegdheid van de raad om deze vast te stellen.

 

Artikel 2.7. is separaat opgenomen omdat de term slopen niet ziet op bouwwerken. Deze toets is minder omvangrijk van aard. Het tarief dat wordt gehanteerd is gebaseerd op de Verordening Leges 2023 (artikel 2.3.7).

 

Paragraaf 2.4. Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

De artikelen vallend onder deze paragraaf worden (nog) niet uitgevoerd in de gemeente Zeewolde. Dit is niet het geval voor artikel 2.11 (omgevingsplanactviteit voor overig cultureel erfgoed en werelderfgoed. Hier wordt een tarief van € 250 in rekening gebracht. Deze activiteit is nieuw.

 

Paragraaf 2.5. en 2.6. Milieubelastende activiteiten en lozingsactiviteiten.

Deze paragraaf is nieuw in de legesverordening en kent ook geen vergelijk met de verordening van 2023. De afgelopen jaren was het bij wet niet mogelijk om leges te heffen voor milieubelastende activiteiten. De werkzaamheden werden echter wel (hetzij op een andere wijze) uitgevoerd. Dit is onder de Omgevingswet aangepast. De gemeente heeft de keuze om voor milieubelastende activiteiten leges te heffen. De Omgevingsdienst Flevoland, Gooi en Vechtstreek voert deze werkzaamheden uit in opdracht van de gemeente. De Omgevingsdienst heeft een voorstel gemaakt aangaande de legesheffing en tarifering. Het voorstel is om dit advies over te nemen. Dat betekent dat er leges voor de milieubelastende activiteiten worden geheven. De reden daarvoor zijn onder andere:

  • a.

    Het betekent een mogelijkheid om extra opbrengsten te genereren, terwijl de kosten er (weliswaar met andere uitgangspunten) in de huidige constellatie ook al waren.

  • b.

    Met het in rekening brengen van leges wordt invulling gegeven aan vaste bestuurspraktijk dat elke aanvraag van individu in de leges worden betrokken indien en voorzover mogelijk.

  • c.

    Ten slotte trekt de gemeente in deze op met omliggende gemeenten die in gezamenlijkheid ambtelijk hebben besloten te streven naar legesheffing van deze activiteiten.

Paragraaf 2.8. Overige activiteiten

Bij de opzet van deze artikelen wordt de modelverordening van de VNG gevolgd en is geen aanpassing beoogd ten opzichte van het huidige beleid en is zoveel mogelijk aansluiten gezocht bij de formulering van de artikelen, heffingsmaatstaf en uitgangspunten tarifering van de huidige verordening.

 

De volgende activiteiten worden niet uitgevoerd en zijn daarom in de verordening met ‘reserveren’ aangeduid.

 

  • Artikel 2.29 is nieuw (alarminstallaties).

  • Artikel 2.30 ziet op kappen van bomen of vellen van houtopstanden.

  • Artikel 2.31 ziet op reclame.

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.35 en 2.37 komen nauwelijks voor en er is voor gekozen om deze activiteiten te reserveren. Artikel 2.36 wordt wel toegepast (maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten). Hierbij is het tarief zoals door de Omgevingsdienst voorgesteld gehanteerd.

 

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.38 komt nauwelijks voor en er is voor gekozen om deze activiteiten te reserveren.

 

Paragraaf 2.11 overige tarieven

Voor artikel 2.39 (verlengen tijdelijke omgevingsvergunning), 2.41. (wijzigen voorschriften omgevingsvergunning) en 2.42. (intrekken omgevingsvergunning) worden niet separaat leges geheven in de gemeente. Daarom zijn deze gereserveerd.

 

Paragraaf 2.12. modaliteiten

Artikel 2.47(achteraf ingediende aanvraag) wordt niet uitgevoerd. Daarom is deze gereserveerd.

 

Paragraaf 2.13 Vermindering en paragraaf 2.14 Teruggaaf

Paragraaf 2.13 wordt niet toegepast. Deze paragraaf ziet op vermindering leges van het vooroverleg wanneer na vooroverleg een omgevingsvergunning aangevraagd wordt. Aangezien er geen leges voor het vooroverleg worden gevraagd, is deze paragraaf komen te vervallen

 

Begroting 2024

Voor de leges geldt dat er sprake mag zijn van een maximale kostendekkendheid van 100%. De begrote baten mogen de begrote lasten daarbij niet overstijgen. De gemeente heeft als beleidsmatig uitgangspunt dat het streeft naar een kostendekkendheid van 100%. Dit betekent niet dat er per activiteit/product een kostendekkendheid van 100% moet bestaan. Hier mag een zogenaamde kruissubsidiering op worden toegepast. Jurisprudentie heeft toegestaan dat de kostendekkendheid op verordening niveau moet worden beoordeeld en dat bij deze beoordeling zowel hoofdstuk 1 (burgerzaken) als hoofdstuk 2 (bouwzaken) meegenomen mogen worden. Hoofdstuk 3 mag niet in deze kruissubsidiering worden meegenomen. Hiervoor wordt separaat de kostendekkendheid bepaald.

 

Als gevolg van de wetswijzigingen bedragen de begrote lasten € 750.000.

In de begroting waren aan opbrengsten geschat € 1.000.000. In dit bedrag was reeds de geschatte baten van de milieubelastende activiteiten meegenomen. De inschatting is dat als gevolg van de inwerkingtreding van de Omgevingswet / Wet Kwaliteitsborging ca. 25% aan leges (die zag op gevolgklasse 0 en 1 en een kleine verschuiving van legesplichtige activiteiten naar meldingsplichtige activiteiten) in 2024 terugvalt.

 

Dit resulteert in een minder opbrengst van € 250.000 (€ 750.000 ten opzichte van de primitieve begroting van € 1.000.000). De inkomstenderving uit de leges zullen worden opgevangen door de bestemmingsreserve bouwvergunningen die in het verleden is ingericht om de bouwleges te egaliseren. Door inzet van deze reserve is het mogelijk om de legesinkomsten zoveel mogelijk te eerbiedigen en deze in de komende jaren wanneer de effecten van de Ow. en Wkb inzichtelijk zijn te verwerken.