| Organisatie | Emmen |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Verordening maatschappelijke participatie 2023 gemeente Emmen |
| Citeertitel | Verordening maatschappelijke participatie 2023 gemeente Emmen |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Beleidsregels voor de Stimuleringsregeling sociaal-culturele activiteiten en de Participatieregeling schoolgaande kinderen, zoals vermeld in hoofdstuk 10 van de Beleidsregels Participatiewet 2021 gemeente Emmen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2024 | nieuwe regeling | 21-12-2023 |
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2023;
gelet op artikel 108 jo en 147 en 149 van de Gemeentewet;
dat het van wezenlijk belang wordt geacht dat inwoners van de gemeente Emmen en hun minderjarige kinderen zich door maatschappelijke participatie kunnen ontplooien en ontwikkelen en daarin niet belemmerd worden door hun financiële positie;
dat de gemeente Emmen daarin wenst bij te dragen door het voeren van beleid, gericht op bevordering van maatschappelijke participatie, waaronder wordt verstaan deelname aan activiteiten die het mogelijk maken mee te doen in de samenleving;
vast te stellen de verordening maatschappelijke participatie 2023 gemeente Emmen;
In deze verordening wordt verstaan onder:
maatschappelijke participatie: het deelnemen aan maatschappelijke, sportieve en culturele activiteiten en het gebruik van overige voorzieningen ter bevordering van het sociaal welzijn en voorkoming van sociale uitsluiting. Hieronder worden ook verstaan de schoolactiviteiten van kinderen en de daarbij behorende schoolkosten;
Deze verordening heeft tot doel aan inwoners die een inkomen hebben tot en met maximaal 120% van de voor hen toepasselijke bijstandsnorm voorzieningen te verstrekken, voor henzelf en hun eventuele kinderen, om zodoende de maatschappelijke participatie te bevorderen. Het college realiseert deze doelstelling door het verstrekken van een Doe mee budget aan inwoners en door het voorzien in het bijbehorende aanbod van voorzieningen.
Artikel 5. Overige rechthebbenden
De inwoner die een Wsnp schuldsaneringstraject volgt, of een gemeentelijke beschikking op grond van de Wgs heeft en er sprake is van een problematische schuldsituatie, komt ook in aanmerking voor de minimaregelingen als het besteedbaar inkomen niet hoger is dan 120% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm en aan de overige voorwaarden wordt voldaan.
Het college kan ten gunste van de aanvrager één of meerdere bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van het bevorderen van deelname aan een sociaal-culturele of sportieve activiteit om mee te kunnen doen in de samenleving leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
De bedragen die we inwoners verstrekken vanuit de gemeentelijke minimaregelingen worden jaarlijks geïndexeerd conform consumentenprijsindex meicirculaire gemeente Emmen van het vorige kalenderjaar.
Artikel 14. Onvoorziene gevallen
In gevallen, de uitvoering van deze verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.
Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2023
De griffier,
S. Engelen
de voorzitter,
H.F. van Oosterhout
Op 29 juni 2023 heeft de gemeenteraad het beleidsplan ‘Erbij horen en meedoen in Emmen!’ vastgesteld. Met dit beleidsplan richten we ons op inwoners die door hun financiële situatie beperkt sociaal, cultureel of maatschappelijk kunnen meedoen. We vinden het belangrijk dat iedereen kan deelnemen aan sport- en culturele activiteiten. Meedoen is belangrijk om sociale vaardigheden te ontwikkelen, maar ook om eenzaamheid en sociale uitsluiting te voorkomen. Deze verordening regelt de mogelijkheden die de gemeente Emmen aan haar inwoners met een laag inkomen biedt om deel te kunnen nemen het aan maatschappelijke, sportieve en culturele ter bevordering van het sociaal welzijn en voorkoming van sociale uitsluiting.
In de Participatie zijn de begrippen bijstandsnorm, inkomen, alleenstaande en gezin gedefinieerd. In deze verordening wordt bij deze definities aangesloten. Met verwijzing naar de Participatiewet wordt dit duidelijk gemaakt.
Deze bepaling omschrijft de doelstelling die de gemeente door middel van het verstrekken van het Doe mee budget wil realiseren. Tevens geeft dit artikel aan dat de voorziening van het Doe mee budget uitsluitend bedoeld is voor personen die door financiële omstandigheden niet of niet volledig maatschappelijk kunnen participeren.
In deze artikelen staan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor de stimuleringsregeling en participatieregeling. Een bijdrage op grond van deze regelingen wordt eenmaal per jaar verleend.
Studenten komen niet in aanmerking voor de stimuleringsregeling omdat zij via alleen op studenten gerichte regelingen, veelal tegen gereduceerde tarieven gebruik kunnen maken van voorzieningen gericht op maatschappelijke participatie. Zo is er in Emmen de bijvoorbeeld de HBO sportpas en kunnen studenten lid worden van studentenverenigingen.
Als studenten schoolgaande kinderen hebben, kunnen zij wel in aanmerking komen voor de participatieregeling. De reden hiervoor is dat er geen aparte regelingen zijn voor kinderen van studenten.
Op het moment dat er sprake is van financiële schaarste, staan in de te nemen financiële beslissingen de eerste levensbehoeften en behoeften op korte termijn centraal. Dat komt participatie in de samenleving, ontspannen vrijetijdsbesteding en het vinden van werk niet ten goede. Door inwoners met een problematische schuldsituatie die werken aan een oplossing toegang te geven tot de ondersteuningsregelingen voor minima, kunnen ook zij zo volwaardig mogelijk deelnemen in de samenleving. Er wordt in deze gevallen niet gekeken naar het ontvangen inkomen, maar naar het besteedbaar inkomen.
Volgens de definitie van NVVK is er sprake van een problematische schuldsituatie als is te voorzien dat een natuurlijke persoon schulden niet zal kunnen blijven afbetalen of is gestopt met afbetalen. In ieder geval een situatie waarin niet binnen de termijn die de NVVK daarvoor hanteert alle openstaande vorderingen betaald kunnen worden (met een betalingsregeling).
Rechthebbenden ontvangen de bijdrage in de vorm van een zogenaamd virtueel budget dat alleen te besteden is in de Doe mee webshop. Deze is samen met de gemeenten Borger-Odoorn en Coevorden ontwikkeld en geschikt om diverse minimaregelingen in onder te brengen. Naast de Stimuleringsregeling benutten we de webwinkel voor de Participatieregeling.
Organisaties de een bijdrage willen leveren aan de minimaregelingen kunnen aan het college vragen of zij aan de Webshop deel mogen nemen. Het college toetst voordat een organisatie wordt toegelaten eerst of de aangeboden producten bijdragen aan de doelstelling zoals opgenomen in artikel 2.
Aanvragen kunnen digitaal worden ingediend via Berekenuwrechtplus.nl. Hiervoor is een DigiD nodig. Niet iedereen heeft een DigiD of is digitaal vaardig. Daarom is het ook mogelijk om een schriftelijke aanvraag in te dienen.
Indien de hoogte van het inkomen bij de gemeente bekend is, hoeft de aanvrager hierover geen informatie te verstrekken. Als dit niet bekend is, is de aanvraag compleet indien alle informatie is overlegd. Indien er recht is op een Doe mee budget wordt er geen geld uitbetaald. Rechthebbenden krijgen een virtueel/digitaal budget toegekend in de webwinkel. Overigens is het mogelijk om het budget met eigen middelen aan te vullen voor besteding in de webshop.
Lid 5 maakt het mogelijk dat het college voor bepaalde groepen de bijdrage ambtshalve toekent. Dit zal met name het geval zijn als de gegevens bekend zijn bij het college.
Het budget wordt voor een kalenderjaar toegekend en moet in het jaar van de aanvraag gebruikt worden. Het budget dat op 31 december niet is besteed en vervalt dan.
Om elk jaar de bedragen te kunnen indexeren is hiervoor een artikel aan de verordening toegevoegd. Met de inwerkingtreding van de verordening op 1 januari 2024 zijn voor het kalenderjaar 2024 de geïndexeerde bedragen (artikel 3 en 4) reeds vermeld in de verordening.