2.1.4.e | B. Uitgangspunt “niet-standaard” bouwwerken: Voor bouwwerken die niet in bovenstaande tabel Bouwkosten zijn genoemd worden de bouwkosten (exclusief BTW) als uitgangspunt genomen. Onder bouwkosten wordt in deze gevallen verstaan de aan een derde te betalen aanneemsom als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de “Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), van het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft | |
Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven | |
| Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: | |
a. | conceptverzoek; | |
b. | een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit; | |
c. | een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet; | |
d. | toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet; | |
e. | een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning; | |
f. | intrekking van een omgevingsvergunning; | |
g. | wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d; | |
h. | een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g. | |
Artikel 2.3 Bepalen tarief | |
2.3.1 | De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk als wel als in artikel 2.1.4 uitgangspunten bouwwerken, waaronder de in artikel 2.1.4.d genoemde “Standaard bouwwerken” als 1e uitgangspunt worden genomen voor het bepalen van de bouwkosten. | |
2.3.2 | Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten. | |
2.3.3 | Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12. | |
2.3.4 | Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13. | |
2.3.5 | Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. | |
2.3.6 | In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | |
2.3.7 | In afwijking van artikel 2.2 worden er voor de bouwactiviteit geen leges in rekening gebracht wanneer er sprake is van het aanbrengen van duurzaamheidsmaatregelen op/aan/bij een monument (zoals het aanbrengen van zonnepanelen, buitenunits voor warmtepompen/airco-installaties, het aan de binnenzijde isoleren van de uitwendige scheidingsconstructie van een pand, isolerend glas) wanneer het aanbrengen hiervan voor niet-monumentale panden vergunningsvrij voor de bouwactiviteit zou zijn geweest (op grond van de artikelen 2 en 3 van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht). | |
Paragraaf 2.2 Voorfase | |
Artikel 2.4 Conceptverzoek | |
2.4.1 | Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief: | € 350,00 |
2.4.2 | Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van conceptverzoek voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.12 (milieubelastende activiteit) bedraagt het tarief: | € 1.009,90 |
2.4.3 | Het legesbedrag genoemd in artikel 2.4 wordt indien van toepassing verrekend met de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8. Zie artikel Artikel 2.52 Vermindering na Conceptverzoek | |
Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken | |
Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel) | |
2.5.1 | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | 20,00% |
| van het tarief per vastgestelde bouwkosten conform artikel 2.1.4.d. en artikel 2.1.4.e (Het tarief per m3 geldt niet voor aanvragen tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor verbouw. Hiervoor gelden de tarieven zoals vermeld onder 2.6.d). | |
2.5.1.a | Indien de bouwkosten minder dan € 2.500,- bedragen: | € 350,00 |
2.5.1.b | over het deel van de bouwkosten vanaf € 2.500 tot € 50.000: | 2,40% |
| van de bouwkosten; | |
2.5.1.c | over het deel van de bouwkosten vanaf € 50.000 tot € 100.000: | 2,30% |
| van de bouwkosten; | |
2.5.1.d | over het deel van de bouwkosten vanaf € 100.000 tot € 4.500.000: | 2,10% |
| van de bouwkosten; | |
2.5.1.e | over het deel van de bouwkosten vanaf € 4.500.000: | 1,80% |
| van de bouwkosten, met een maximum van: | € 332.000,00 |
Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel) |
a. | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk, worden de leges berekend op basis van | 80% |
| van het tarief berekend onder artikel 2.5 | |
b. | voor een afwijking van de regels middels een binnenplanse omgevingsplanactiviteit conform art. 22.280 Bruidsschat Omgevingswet: | € 326,00 |
c. | voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit onder de reguliere voorbereidingsprocedure: | € 526,00 |
d. | Indien een aanvraag betrekking heeft op bouwwerken welke niet bij 2.1.4.d worden benoemd dan worden de leges berekend conform artikel 2.5.1 volgens de in artikel 2.1.4.e bedoelde bouwkosten | |
Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | |
a. | voor een afwijking van de regels middels een binnenplanse omgevingsplanactiviteit conform art. 22.280 Bruidsschat Omgevingswet: | € 386,00 |
b. | voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit onder de reguliere voorbereidingsprocedure: | € 386,00 |
Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed | |
Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten | |
2.8.1 | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 459,00 |
2.8.2 | In afwijking van de artikelen 2.8.a worden er voor de monumentenactiviteit geen leges in rekening gebracht wanneer er sprake is van het aanbrengen van duurzaamheidsmaatregelen op/aan/bij een monument (zoals het aanbrengen van zonnepanelen, buitenunits voor warmtepompen/airco-installaties, het aan de binnenzijde isoleren van de uitwendige scheidingsconstructie van een pand, isolerend glas) wanneer het aanbrengen hiervan voor niet-monumentale panden vergunningsvrij voor de bouwactiviteit zou zijn geweest (op grond van de artikelen 2 en 3 van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht). | |
Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 459,00 |
Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: Beschermd stads- of dorpsgezicht | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: Overig cultureel erfgoed en wereldgoed | |
| Gereserveerd | |
Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten | |
Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in het omgevingsplan of paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.13 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 tot en met 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving) |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten; | € 2.019,80 |
Artikel 2.14 Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving) | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.15 Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving) | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.16 Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving) | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.17 Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving) | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.18 Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving) | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.19 Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving) | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.20 Samenloop van milieubelastende activiteiten | |
2.20.1 | Als bij de toepassing van de artikelen 2.13 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast. | |
2.20.2 | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt. | |
Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten | |
Artikel 2.21 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Artikel 2.22 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 2.019,80 |
Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten | |
Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven | |
2.23.1 | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit voor het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding, als bedoeld in artikel 1.1 van de telecommunicatiewet, bedraagt het tarief: | € 534,00 |
Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: Plaatsen van voorwerpen op of aan de weg | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg (uitvoeren van een werk, niet zijnde bouwwerk, of werkzaamheid) |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: 2.1a van het Omgevingsbesluit of artikel 22.278 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 459,00 |
Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten (b.v. buisleidingen door natuurbescherming)uitweg/uitrit |
| | € 459,00 |
Paragraaf 2.8 Overige activiteiten | |
Artikel 2.29 Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in [artikel [4:11] van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 84,00 |
Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken of objecten plaatsen op de weg | |
2.32.1 | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2:10, vijfde lid van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | |
2.32.1.a | als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,: | € 122,00 |
2.32.1.b | als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen: | € 122,00 |
Artikel 2.33 Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het innemen of hebben van een standplaats, bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 341,00 |
Artikel 2.34 Andere activiteiten | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 459,00 |
Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften | |
Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.36 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten | |
2.36.1 | Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op: | € 1.009,90 |
2.36.2 | Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: | € 1.009,90 |
Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten | |
| Gereserveerd | |
Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid | |
Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel | |
2.38.1 | Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op: | |
2.38.1.a | een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, per uur: | € 105,00 |
2.38.1.b | een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief, per uur: | € 105,00 |
| Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
Paragraaf 2.11 Overige tarieven | |
Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning | |
2.40.1 | Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft. | |
a. | Indien de bouwkosten minder dan € 50.000,- bedragen: | € 85,00 |
b. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 50.000 tot € 100.000: | 0,45% |
| van de bouwkosten; | |
c. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 100.000 tot € 4.500.000: | 0,30% |
| van de bouwkosten; | |
d. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 4.500.000: | 0,20% |
Artikel 2.41 Anders dan via het Omgevingsloket online (OLO) ingediende aanvraag | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag niet wordt ingediend via het omgevingsloket online, maar via een andere digitale weg of op papier. | € 106,00 |
Artikel 2.42 Intrekking omgevingsvergunning | |
2.42.a | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2.58 van toepassing is: | € 0,00 |
2.42.b | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning voor één of meer milieubelastende activiteiten, tenzij artikel 2.58 van toepassing is: | € 1.009,90 |
Artikel 2.43 Beoordeling aanvullende gegevens | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten zonder dat er sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit. | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.45 Wijzigen van een omgevingsplan | |
| Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: | € 2.324,00 |
Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag | |
| Gereserveerd | |
Paragraaf 2.12 Modaliteiten | |
Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag | |
| Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met: | 50% |
Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure | |
| Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit: | |
a. | als sprake is van een milieubelastende activiteit: | € 2.019,80 |
b. | als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit: | € 2.855,00 |
c. | als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b: | € 2.855,00 |
Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten | |
| Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld: | |
a. | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport Vooronderzoek als bedoeld in de NEN 5725:2017: | € 211,00 |
b. | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport Verkennend onderzoek volgens NEN 5740:2009+A1:2016 nl: | € 422,00 |
c. | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport als bedoeld in de NTA5755, uitgave 2010 of het protocol voor nader onderzoek, 1995 is, | € 211,00 |
d. | voor de beoordeling van een onderzoek naar asbest in de bodem conform de NEN 5707+C2:2017 | € 211,00 |
e. | Voor de beoordeling van een archeologisch bodemrappart. | € 211,00 |
f. | Voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting | € 211,00 |
Artikel 2.50 Advies | |
2.50.1 | Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet: | |
2.50.1.a | Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als de gemeenteraad, op grond van artikel 16.15, lid 1 jo. artikel 16.15a onder b, sub Omgevingswet jo. art. 4.21, lid 1 Omgevingsbesluit, advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.50.1.b | voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet: | |
| - 3 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 0,-- en € 230.000,- met een minimum van € 95,--; | |
| - plus 0,5 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen €230.000,-- en €455.000,--; | |
| - plus 0,25 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen €455.000,-- en € 680.000,--; | |
| - plus 0,13 ‰ van het deel van de bouwkosten dat € 680.000 ,-- te boven gaat. | |
2.50.1.c | Indien een bouwplan wordt getoetst door de monumentencommissie, wordt 150% extra welstand leges in rekening gebracht. | |
2.50.1.d | Indien een advies van de Agrarische Beoordelings Commissie wordt aangevraagd. | |
| voor een standaardadvies voor bestaande bedrijven | € 1.209,00 |
| voor nieuwe vestigingen en/of beoordeling van een nieuwe bedrijfsplan | € 1.397,00 |
| indien uitspraken van een commissie voor bezwaar en beroep en/of gerechtelijke uitspraken daarbij moeten worden betrokken | € 1.458,00 |
| bij nadere adviezen op eerder uitgebrachte adviezen | € 604,00 |
| voor een second opinion | € 1.575,00 |
2.50.1.e | voor de beoordeling van een erfinrichtingsplan, als bedoeld in 5.2.1 onder d van het bestemmingsplan Buitengebied, respectievelijk het omgevingsplan | € 145,00 |
| voor de beoordeling van een landschappelijk inpassingsplan, als bedoeld in 5.2.1 onder d van het bestemmingsplan Buitengebied, respectievelijk het omgevingsplan | € 289,00 |
2.50.1f | voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de gemeentelijke adviescommissie in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b: | |
| Gereserveerd | |
2.50.1.g | voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met f: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.50.2 | Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
Artikel 2.51 Instemming | |
2.51.1 | Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan: | |
2.51.1.a | als de gemeenteraad moet besluiten over de instemming: (VVGB) | € 1.838,00 |
2.51.1.b | als een ander bestuursorgaan moet besluiten over de instemming: het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn. | |
2.51.2 | Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
Paragraaf 2.13 Vermindering | |
Artikel 2.52 Vermindering na omgevingsoverleg | |
2.52.1 | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om conceptverzoek als bedoeld in artikel 2.2 en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, worden de ter zake van de beoordeling van de conceptverzoek geheven leges volledig in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 | 100% |
2.52.2 | Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan: | |
2.52.2.a | voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had; | |
2.52.2.b | in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en | |
2.52.2.c | c. binnen 12 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving. | |
Artikel 2.53 Vermindering bij meervoudige aanvraag | |
| Gereserveerd | |
Paragraaf 2.14 Teruggaaf | |
Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig | |
| Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | 100% |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. | |
Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten | |
| Als de gemeente een aangevraagde omgevingsvergunning niet verder behandelt op grond van artikel 4:5 Algemene Wet Bestuursrecht, is sprake van vermindering van een deel van de leges. De vermindering bedraagt | 70% |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. | |
Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure | |
| Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op vermindering van een deel van de op basis van artikel 2.5 en 2.6 geheven leges. De vermindering bedraagt: | 50% |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; | |
Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure | |
| Gereserveerd | |
Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten | |
| Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: | 25% |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. | |
Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten | |
a. | Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | 25% |
| van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges. | |
b. | Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. | |
c. | De leges voor het in behandeling nemen van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- sloopactiviteiten of milieubelastende activiteit, worden verrekend met de leges van een eerdere weigering of intrekking tijdens behandeling van een omgevingsvergunning, indien de aanvrager en de locatie hetzelfde zijn en de nieuwe aanvraag geen compleet nieuw bouwplan is. De nieuwe aanvraag dient te worden ingediend binnen twaalf maanden na de weigering. | |
Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten | |
| In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. | |
Artikel 2.61 Minimumbedrag voor teruggaaf | |
| Een bedrag minder dan € 50 wordt niet teruggegeven. | |