Organisatie | Velsen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening speelautomaten en speelautomatenhallen Velsen |
Citeertitel | Verordening speelautomaten en speelautomatenhallen Velsen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 30c, eerste lid, van de Wet op de kansspelen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2024 | Nieuwe regeling | 21-12-2023 | 25903 |
Hoofdstuk 3 Speelautomatenhallen
De aanvrager die, conform de nadere regels als bedoeld in artikel 6, vierde lid, in aanmerking komt voor een vergunning, wordt door de burgemeester verzocht om, binnen twee weken na dat verzoek, een volledig ingevuld en ondertekend door de gemeente vastgesteld Bibob-vragenformulier, inclusief de daarin gevraagde bijlagen in te dienen.
Artikel 9 Vergunningsvoorschriften
Aan de vergunning worden voorschriften en beperkingen verbonden die in ieder geval betrekking hebben op:
De burgemeester kan de vergunning intrekken indien:
de omstandigheden of inzichten op grond waarvan de vergunning is verleend na het verlenen zodanig zijn gewijzigd dat door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving of het karakter van de straat of de buurt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed;
Artikel 13 Wijziging exploitatie
Indien de beëindiging van de exploitatie het gevolg is van het overlijden van de exploitant, alleen voor zover de exploitant een natuurlijk persoon betreft, gedurende de looptijd van de vergunning en voortzetting van de exploitatie wordt beoogd, vragen de rechtsopvolgers onder algemene titel binnen acht weken een nieuwe exploitatievergunning aan ter voortzetting van de exploitatie voor de resterende vergunde termijn. Deze aanvraag wordt getoetst aan de voorwaarden van de Verordening met uitzondering van artikel 6. De nieuwe vergunning kan maximaal voor de resterende looptijd van de vorige vergunning worden voortgezet.
Indien er enige wijziging plaats gaat vinden in de verdeling van de aandelen waarbij een nieuwe aandeelhouder toetreedt, dan wel in het bestuur, waarbij een nieuwe bestuurder toetreedt, dan dient dit vooraf te worden gemeld zodat toepassing kan worden gegeven aan het bepaalde in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Bibob);
Hoofdstuk 4 Straf- en overgangsbepalingen
Overtreding van het bij artikel 3, eerste lid, bepaalde en de op grond van artikel 9 gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast:
a. de in artikel 141 en 142 van het Wetboek van Strafvordering genoemde (buitengewoon) opsporingsambtenaren;
b. de door de burgemeester aangewezen personen, ambtenaren of categorieën van ambtenaren.
Artikel 16 Intrekken oude verordening
De Verordening Speelautomatenhallen Velsen, die is vastgesteld op 7 juli 1988, wordt ingetrokken.
Besluiten op grond van de Speelautomatenhallenverordening 1988 en titel VA paragraaf 2 van de Wet op de kansspelen blijven na inwerkingtreding van deze verordening gelden, totdat de burgemeester deze ambtshalve heeft gewijzigd of ingetrokken conform het bepaalde in deze verordening.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening speelautomaten en speelautomatenhallen Velsen.
Toelichting Verordening speelautomaten en speelautomatenhallen Velsen
Speelautomaten worden gereguleerd op basis van de Speelautomatentitel van de Wet op de kansspelen (Wok). De burgemeester is op grond van de Wok bevoegd om een vergunning te verlenen voor het aanwezig hebben van een of meer kansspelautomaten in speelautomatenhallen of in hoogdrempelige inrichtingen.
Exploitatievergunningen voor speelautomatenhallen mogen echter alleen worden afgegeven als bij gemeentelijke verordening is bepaald dat het houden van een zodanige inrichting krachtens een vergunning van de burgemeester is toegestaan. Het is dan ook aan de gemeenteraad om in een gemeentelijke verordening vast te leggen of en in welke gevallen door de burgemeester een vergunning kan worden afgegeven voor een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 30c, eerste lid, aanhef en onder b van de wet. Als dit niet is geregeld in een gemeentelijke verordening kan een vergunning voor het houden van een dergelijke inrichting niet worden verleend en kan dientengevolge gelet op artikel 30c, eerste lid, aanhef en onder b van de wet ook geen vergunning worden verleend voor het aanwezig hebben van een of meer kansspelautomaten in een dergelijke speelgelegenheid.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In dit artikel wordt een aantal begrippen gedefinieerd, waarbij aansluiting wordt gezocht bij de omschrijvingen die worden gehanteerd in de Wok.
Artikel 2 Aanwezigheidsvergunning
Op grond van artikel 30c, tweede lid, van de Wok dient bij gemeentelijke verordening het aantal kansspelautomaten te worden vastgesteld waarvoor per inrichting vergunning wordt verleend, met dien verstande dat voor hoogdrempelige inrichtingen het aantal kansspelautomaten waarvoor vergunning kan worden verleend, op twee wordt bepaald. Dit is opgenomen in het eerste lid.
Ten aanzien van het aantal kansspelautomaten waarvoor een aanwezigheidsvergunning kan worden verleend voor speelautomatenhallen heeft de gemeenteraad wel de vrijheid om het maximaal aantal kansspelautomaten vast te stellen. Bij de vaststelling van de verordening is uitgegaan van het aantal automaten dat op dat moment was vergund, namelijk vijftig per inrichting.
Hoofdstuk 3 Speelautomatenhallen
In dit artikel wordt aan de burgemeester de bevoegdheid gegeven om een vergunning te verlenen voor het exploiteren van een speelautomatenhal (lid 1).
In het tweede lid wordt bepaald dat er in de gemeente vergunning kan worden verleend voor maximaal vijf speelautomatenhallen. Dit is gelijk aan de feitelijke situatie ten tijde van het vaststellen van deze verordening.
Verder is in het derde lid, in lijn met jurisprudentie over schaarse vergunningen, bepaald dat de vergunning voor bepaalde tijd geldt. Na afloop van de bepaalde tijd komt de vergunning te vervallen en kan eenieder, waaronder ook de vorige exploitant, weer mededingen naar de vergunning.
Exploitatievergunningen worden verleend voor een bepaalde duur van 15 jaar. Deze termijn is mede bepaald op basis van het tempo waarmee exploitanten investeringen (kunnen) terugverdienen. De terugverdientijd wordt beïnvloed door allerlei voor de individuele exploitant niet te beïnvloeden factoren, op economisch, sociaal en maatschappelijk terrein en op het terrein van wet- en regelgeving en beleid.
Een periode van 15 jaar is in Nederland een gangbare termijn voor een exploitatievergunning voor een speelautomatenhal. Er zijn meerdere onderzoeksrapporten over de vergunningsduur van speelautomatenhallen geschreven (o.a. Gokken met beleid, juni 2020). De ondernemers in de Speelautomatenhalbranche hebben de laatste jaren forse investeringen moeten doen. Zo is er branche breed als gevolg van strengere eisen aan luchtverversingssystemen veel extra geïnvesteerd, ook de implementatie van de CRUKS (Centraal Register Uitsluiting Kansspelen) vraagt financiële offers, en tevens hebben ze te maken met een terugval in verdiensten als gevolg van de legale onlinekansspelmarkt en de invoering van een volledig rookverbod. Daarnaast heeft de sluiting van speelautomatenhallen vanwege het coronavirus ook een negatieve invloed op de omzetcijfers en de terugverdientijd.
In lid vier is geregeld dat, gedurende de looptijd van de vergunning, de exploitant éénmalig het verzoek mag doen de speelautomatenhal op een andere locatie te mogen exploiteren. Een verhuizing is aan te merken als een ‘wezenlijke wijziging’. Als gevolg daarvan zou, op grond van jurisprudentie, een openbare procedure gestart moeten worden voor een nieuwe vergunning op het moment dat een exploitant wenst te verhuizen. Door in de verordening in de mogelijkheid tot verhuizen te voorzien, is bij de eenmalige verhuizing geen openbare procedure nodig.
In dit artikel wordt bepaald dat de vergunning persoonsgebonden en niet overdraagbaar is. Omdat de vergunning persoonsgebonden is kan deze bestuursrechtelijk niet overgaan op een rechtsopvolger. Een eventuele rechtsopvolger moet dus een nieuwe vergunning aanvragen. Verder moeten de exploitant en eventuele leidinggevenden met naam worden vermeld in (een aanhangsel bij) de vergunning en moeten één van deze natuurlijke personen ook altijd aanwezig zijn indien de speelautomatenhal voor het publiek geopend is.
Artikel 5 Eisen exploitant en leidinggevenden
In dit artikel worden verschillende eisen gesteld waaraan de exploitant (indien een natuurlijk persoon) en de leidinggevenden moeten voldoen.
In dit artikel is de procedure neergelegd die wordt gevolgd als één of meer vergunningen beschikbaar zijn. Een schaarse vergunning, zoals een vergunning voor een speelautomatenhal, vereist een transparante procedure waarbij potentiële gegadigden gelijke kansen krijgen om mee te dingen naar de vergunning. Dit betekent dat een gemeente "op een naar buiten toe kenbare wijze" bekend moet maken dat een schaarse vergunning beschikbaar is en binnen welke periode aanvragen voor die vergunning kunnen worden ingediend. Daarnaast moet ook de verdelingsprocedure bekend worden gemaakt en moet duidelijk zijn welke eisen aan de aanvragen zullen worden gesteld, aldus de Afdeling bestuursrechtspraak.
Deze verdelingsprocedure wordt door de burgemeester vastgesteld in de Nadere regels verdeling exploitatievergunningen speelautomatenhallen gemeente Velsen.
Naast de algemene eisen waaraan een aanvraag moet voldoen op grond van artikel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht worden in dit artikel nog een aantal bescheiden genoemd die overgelegd moeten worden bij de aanvraag om een vergunning voor het vestigen of exploiteren van een speelautomatenhal.
Gezien de complexiteit van de te verlenen vergunning wordt een beslistermijn van acht weken niet wenselijk geacht. Daarom is gekozen voor een beslistermijn van twaalf weken met de mogelijkheid om deze termijn voor ten hoogste twaalf weken te verlengen.
Daarnaast is het onwenselijk als de vergunning voor het vestigen of exploiteren van een speelautomatenhal van rechtswege wordt verleend voordat er een inhoudelijke toetst van de aanvraag heeft plaatsgevonden en is voltooid. De vergunning beoogt immers de openbare orde te beschermen en daarnaast speelt ook het bestrijden en voorkomen van gokverslaving een rol bij de inhoudelijke besluitvorming. Een lex silencio positivo (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is hier dan ook niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde en volksgezondheid. Paragraaf 4.1.3.3. Awb wordt daarom in het derde lid niet van toepassing verklaard.
Volgens vaste rechtspraak kunnen beperkingen van kansspelactiviteiten hun rechtvaardiging vinden in dwingende vereisten van algemeen belang zoals de bescherming van de consument, fraudebestrijding en het doel te voorkomen dat burgers tot geldverkwisting door gokken worden aangespoord (arrest Digibet en Albers, EU:C:2014:1756, punt 23 en aldaar aangehaalde rechtspraak).
Artikel 9 Vergunningsvoorschriften
In dit artikel wordt aangegeven dat aan de vergunning bepaalde voorschriften en beperkingen kunnen worden verbonden.
In dit artikel worden de weigeringsgronden opgesomd. Indien sprake is van meerdere aanvragen worden de aanvragen, nadat is vastgesteld dat de aanvraag volledig is, eerst getoetst aan de weigeringsgronden. Indien een van de weigeringsgronden van toepassing is wordt de aanvraag geweigerd en komt men niet toe aan een toets aan de kwalitatieve criteria zoals die zijn opgenomen in de beleidsregels als bedoeld in artikel 6, vierde lid, van de verordening.
De weigeringsgrond opgenomen in het tweede lid is een kan-bepaling. Het doel van de eis dat een speelautomatenhal uitsluitend rechtstreeks vanaf de openbare weg voor het publiek toegankelijk is, wordt gesteld om het toezicht op een speelautomatenhal te bevorderen teneinde illegale gokpraktijken tegen te gaan. Bij de aanvraag moet een plattegrond worden geleverd, op basis waarvan deze weigeringsgrond wordt beoordeeld.
In dit artikel worden de intrekkingsgronden opgesomd.
Artikel 12 Wijziging leidinggevende
In dit artikel wordt de procedure beschreven om leidinggevenden te wijzigen. De leidinggevende(n) dienen immers op grond van artikel 4 van de verordening met naam te worden vermeld in de vergunning, waaronder tevens kan worden begrepen een aanhangsel bij de vergunning.
Artikel 13 Wijziging exploitatie
In dit artikel wordt de procedure beschreven bij wijzigingen in de exploitatie, het bestuur of de aandeelhouders.
Hoofdstuk 4 Straf- en overgangsbepalingen
In dit artikel is de strafbepaling opgenomen.
In dit artikel wordt aangegeven wie zijn belast met het toezicht op de verordening.
Artikel 16 Intrekken oude verordening
De oude verordening wordt ingetrokken.
Vanwege het opgewekte vertrouwen, gedane investeringen en ook het naar tevredenheid
exploiteren van de speelautomatenhal in de huidige vorm, wordt voor de huidige exploitant een
ruime overgangstermijn gehanteerd. Dit betekent dat de huidige exploitant, na vaststelling van de
In deze verordening wordt verstaan onder:
- de wet: de Wet op de kansspelen;
- exploitant: de natuurlijke pers(o)on(en) of rechtspersoon voor wiens rekening en risico de speelautomatenhal wordt geëxploiteerd
- het besluit: het Speelautomatenbesluit 2000;
- aanwezigheidsvergunning: vergunning als bedoeld in artikel 30b van de wet;
- exploitatievergunning: vergunning als bedoeld in artikel 30c, eerste lid onder b van de wet en artikel 3 van deze verordening;
a. De natuurlijke pers(o)on(en) of de bestuurders van een rechtspersoon die de exploitatievergunning houden, of de gevolmachtigden van de rechtspersoon;
b. De natuurlijke pers(o)on(en) die algemene leiding geven aan een onderneming waarin de exploitatievergunning in een of meer inrichtingen wordt geëxploiteerd;
c. De natuurlijke pers(o)on(en) die onmiddellijk leiding geven aan de bedrijfsvoering in de inrichting.
- speelautomaat: een automaat als bedoeld in artikel 30, aanhef en onder a, van de wet;
- behendigheidsautomaat: een speelautomaat als bedoeld in artikel 30, aanhef en onder b, van de wet;
- kansspelautomaat: een speelautomaat als bedoeld in artikel 30, aanhef en onder c, van de wet;
- meerspeler: een spelautomaat met één spelgenerator, waarop meerdere mensen tegelijk kunnen spelen;
- spelersplaats: speelplaats beschikbaar aan een speelautomaat;
- speelautomatenhal: een inrichting zoals als bedoeld in artikel 30c, eerste lid onder b, van de wet.
- hoogdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder d, van de Wet;
- laagdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder e, van de Wet;
- openbare plaats: plaats die krachtens bestemming of vast gebruik openstaat voor het publiek;
- wet Bibob: Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur;
- nadere regels: de Nadere regels verdeling exploitatievergunningen speelautomatenhallen Velsen.