Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Duiven

‎Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDuiven
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regeling‎Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024
CiteertitelRegeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2022.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 255 van de Gemeentewet
  2. artikel 26 van de Invorderingswet 1990
  3. Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

12-12-2023

gmb-2023-560034

Z/23/114176/201630539

Tekst van de regeling

Intitulé

‎Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024

Samenvatting

 

De 140-liter container voor restafval wordt sinds 2022 minder vaak voor lediging aangeboden dan voorheen. Daarom is bij de berekening van de opbrengst afvalstoffenheffing uitgegaan van 8 ledigingen in plaats van 10 ledigingen. Het aantal ledigingen van 8 wordt nu ook gehanteerd bij het aantal maximaal kwijt te schelden ledigingen.

 

De raad besluit

 

gelet op artikel 255 van de Gemeentewet, artikel 26 van de Invorderingswet 1990, de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 en de Nadere regels kwijtschelding gemeentelijke en waterschapsbelastingen;

 

vast te stellen de

 

Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024

Artikel 1. Kwijtschelding.

Voor de volgende belastingen kan kwijtschelding worden verleend.

  • 1.

    Afvalstoffenheffing.

  • 2.

    Onroerende-zaakbelastingen.

Artikel 2. Beperkte kwijtschelding.

  • 1.

    Voor de afvalstoffenheffing wordt kwijtschelding verleend voor:

    • a.

      de belasting genoemd in onderdeel 1.1, van de geldende tarieventabel behorende bij de verordening afvalstoffenheffing;

    • b.

      maximaal 8 ledigingen voor de belasting genoemd in onderdeel 2.1.1., van de geldende tarieventabel behorende bij de verordening afvalstoffenheffing;

    • c.

      maximaal 5 ledigingen voor de belasting genoemd in onderdeel 2.1.2., van de geldende tarieventabel behorende bij de verordening afvalstoffenheffing;

    • d.

      maximaal 28 stortingen voor de belasting genoemd in onderdeel 2.2.1., van de geldende tarieventabel behorende bij de verordening afvalstoffenheffing.

  • 2.

    Voor de onroerende-zaakbelastingen wordt kwijtschelding verleend voor de belasting genoemd in artikel 5, onderdeel b, sub 1, van de geldende verordening onroerende-zaakbelastingen, voor zover er geen overwaarde in de eigen woning is.

Artikel 3. Kosten van bestaan.

  • 1.

    Bij de kwijtschelding van de belastingen wordt in afwijking van artikel 16, eerste en tweede lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan gesteld op 100 procent van de bijstandsnorm.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid worden de kosten van bestaan van de in artikel 1a van de Nadere regels kwijtschelding gemeentelijke en waterschapsbelastingen bedoelde AOW-gerechtigde personen gesteld op 100 procent van de toepasselijke, in genoemd artikel 1a bedoelde netto AOW-bedragen.

  • 3.

    Bij de berekening van de kosten van bestaan zoals gesteld in lid 2 van dit artikel wordt gebruik gemaakt van het van toepassing zijnde AOW-bedrag, inclusief de tegemoetkoming koopkracht oudere belastingplichtige (KOB).

Artikel 4. Netto kosten kinderopvang.

Als uitgaven als bedoeld in artikel 15, lid 1 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 worden mede in aanmerking genomen de in artikel 28, lid 3 van de genoemde regeling bedoelde netto kosten voor kinderopvang.

Artikel 5. Kwijtschelding aan ondernemers.

Met inachtneming van het overigens in dit besluit bepaalde, wordt een verzoek om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen die geen verband houden met de uitoefening van het bedrijf of beroep, van een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefent, behandeld volgens de bepalingen van hoofdstuk II, afdelingen 1, 2 en 5 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990.

Artikel 6. Betalingscapaciteit.

Voor het bepalen van de betalingscapaciteit worden de regels zoals omschreven in de artikelen 12 tot en met 15 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 gehanteerd.

Artikel 7. Inwerkingtreding en citeertitel.

  • 1.

    De regeling treedt in werking op 1 januari 2024.

  • 2.

    De regeling wordt aangehaald als “Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024”.

  • 3.

    De “Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2022” komt per 1 januari 2024 te vervallen.

de griffier,

drs. W.R. (Wouter) Bosch

de voorzitter,

mr. H.B. (Huub) Hieltjes