Organisatie | Bodegraven-Reeuwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk houdende regels voor de heffing en de invordering van parkeerbelasting (Verordening parkeerbelasting 2024) |
Citeertitel | Verordening parkeerbelasting 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | parkeerbelasting |
Geen
artikel 225 van de Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2023 | Nieuwe regeling | 20-12-2023 | Z/23/160516 |
De raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2023;
gelet op artikel 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening Bodegraven-Reeuwijk 2013;
Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 2024
In deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aangesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
Onder de naam 'parkeerbelasting' wordt de volgende belasting geheven: een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze.
De belasting bedoeld in artikel 2 wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.
Artikel 4: Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
De belasting bedoeld in artikel 2 wordt geheven door voldoening op aangifte.
Artikel 6: Ontstaan van de belastingschuld
De belasting bedoeld in artikel 2 is verschuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.
Artikel 7: Termijnen van betaling
De belasting bedoeld in artikel 2 moet overeenkomstig de aangifte worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.
Artikel 8: Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2 mag worden geparkeerd, geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit, overeenkomstig het bepaalde in de Parkeerverordening Bodegraven-Reeuwijk 2013.
Bij de invordering van de parkeerbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 10: Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.
De “Verordening parkeerbelasting Bodegraven-Reeuwijk 2023” van 21 december 2022 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening parkeerbelasting 2024.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk,
Tarieventabel behorende bij de Verordening parkeerbelasting 2024
Het tarief voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2 bedraagt per voertuig en per jaar:
Voor de onderdelen I.b, I.c, I.f, II.a en II.f kunnen ook parkeervergunningen afgegeven worden voor een kortere periode dan een jaar (minimaal 1 maand). De tarieven hiervoor zijn € 312,50 voor een half jaar, € 170,00 voor een kwartaal en € 73,00 voor een maand.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk,