Vaststelling van de Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen Den Haag 2024

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

Artikel 2 Toepassing

Deze verordening is van toepassing op:

• a.

  een verzoek om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen verschuldigd door een natuurlijk persoon die geen bedrijf of niet zelfstandig een beroep uitoefent;

• b.

  een verzoek om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen, die geen verband houden met de uitoefening van een bedrijf of beroep, verschuldigd door een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefent en op grond van het Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen 2004 een uitkering ontvangt.

Artikel 3 Belastingsoorten

Kwijtschelding is mogelijk in volgorde van:

• a.

  de onroerende-zaakbelastingen, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Verordening onroerende-zaakbelastingen Den Haag 2021;

• b.

  de precariobelasting, als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de Verordening liggeld woonschepen en bedrijfsschepen Den Haag 2021;

• c.

  de afvalstoffenheffing, als bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Verordening afvalstoffenheffing Den Haag 2021;

• d.

  de rioolheffing, als bedoeld in artikel 2, onderdeel a en b, en artikel 3, eerste lid, onderdeel a, van de Verordening rioolheffing Den Haag 2021.

Artikel 4 Kwijtscheldingsnormen

• a.

  Bij de kwijtschelding van de in artikel 3 genoemde belastingsoorten wordt in afwijking van artikel 16, eerste en tweede lid, van de Uitvoeringsregeling het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan gesteld op 100% van de bijstandsnorm.

• b.

  Onverminderd het bepaalde in het eerste lid wordt overeenkomstig artikel 3 van de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden voor de vaststelling van de kosten van bestaan van pensioengerechtigden, in plaats van de bijstandsnorm het netto-ouderdomspensioen gehanteerd.

• c.

  Voor de toepassing van het kwijtscheldingsbeleid bij de in artikel 3 genoemde belastingsoorten worden als uitgaven, als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling, mede in aanmerking genomen de in artikel 28, derde lid, van de Uitvoeringsregeling bedoelde netto kosten van kinderopvang.

Artikel 5 Extra toegestane financiële middelen

In afwijking van artikel 12, tweede lid, onderdeel d, van de Uitvoeringsregeling wordt het totale bedrag aan financiële middelen, bedoeld in dat onderdeel, verhoogd met:

• a.

  € 2.000 voor de belastingschuldige en zijn echtgenoot,

• b.

  75% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaande, en

• c.

  90% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaande ouder.

Artikel 6 Intrekking

De Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen Den Haag 2021 wordt ingetrokken, met dien verstande dat deze Regeling van toepassing blijft op de tijdvakken waarvoor deze heeft gegolden.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen

Den Haag 2024.