Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Venlo

Beleidsregels behorende bij de Verordening naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVenlo
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels behorende bij de Verordening naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpbeleid huisnummering

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-12-2023nieuwe regeling

24-10-2023

gmb-2023-557046

76028

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels behorende bij de Verordening naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo

Burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo;

gezien het voorstel van 24 oktober 2023;

gelet op de Wet basisregistratie adressen en gebouwen;

mede gelet op de Verordening naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo;

mede gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht;

besluiten:

 

Onder voorbehoud van vaststelling van de Verordening naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo in de raad van 20 december 2023 de beleidsregels behorende bij de Verordening naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo conform bijgaand collegebesluit vast te stellen.

Inleiding

De gemeente Venlo heeft een Verordening naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo (hierna: de Verordening). Deze verordening kent aan het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) de bevoegdheid toe om straatnamen en huisnummers vast te stellen en regelt tevens de procedure die hiervoor gevolgd wordt. In de verordening zijn geen criteria opgenomen waaraan nieuwe namen moeten voldoen, of op welke wijze nummers worden toegekend. In de praktijk wordt daartoe het “Handboek benoemen, nummeren en begrenzen” van de VNG gehanteerd.

In de Verordening is in artikel 7, eerste lid, bepaald dat het college uitvoeringsvoorschriften kan vaststellen betreffende het proces en (onder andere) de wijze van naamgeving en nummering.

Met deze beleidsregels wordt aangegeven hoe de bevoegdheden tot naamgeving en nummering op grond van de Verordening worden ingevuld.

Algemene toelichting besluit nummeraanduiding

Straatnamen zijn vooral bedoeld voor de oriëntatie en vindbaarheid. Uitgangspunt bij het nemen van een besluit is dat de openbare ruimte voldoende duidelijk en duidbaar dient te zijn. Bij benoeming van de openbare ruimte wordt een duidelijk omlijnd en concreet af te bakenen, te begrenzen gedeelte van de openbare ruimte aangewezen. Daartoe wordt het te benoemen gedeelte van de openbare ruimte vastgelegd op een situatietekening, behorende bij het besluit nummeraanduiding. De term “straatnaam” heeft dus niet slechts betrekking op “straten” maar ook op andere gedeelten van de openbare ruimte. De naamgeving van de openbare ruimte wordt zo mogelijk ter plaatse kenbaar gemaakt door het plaatsen van straat- of gebiedsnaamborden, tenzij de gegeven situatie ter plaatse dit niet mogelijk maakt of dit niet doelmatig is.

Straatnamen voor de gehele openbare ruimte

In verband met de vindbaarheid, het verlenen van hulp door bijvoorbeeld politie, brandweer en ambulance is het van belang dat alle openbare ruimten zoveel mogelijk benoemd worden. Het gaat hierbij niet alleen om het geven van namen, maar het moet ook duidelijk zijn welk deel een bepaalde naam heeft gekregen. Elk voorstel voor een nieuw te benoemen straat of gebied moet daarom voorzien worden van een situatietekening waarop de begrenzing is aangegeven.

Definitie openbare ruimte

Alle voor openbaar rijverkeer, of andere voor het verkeer openstaande wegen of paden, pleinen, plaatsen, plantsoenen, bruggen, viaducten, knooppunten of daarmee vergelijkbare plaatsen of constructies en alle wateren die, al dan niet met enige beperking voor het publiek bevaarbaar en anderszins toegankelijk zijn, alsmede daarin begrepen bouwwerken die daar deel van uitmaken.

Werkwijze

Het proces van de naamgeving is open en transparant. Wanneer op enig moment een straatnaam gaat ontstaan, wordt iedereen nadrukkelijk uitgenodigd (middels publicatie in de publieke media) en in de gelegenheid gesteld om suggesties in te dienen bij het college . Deze suggesties dienen vergezeld te gaan van een gedegen onderbouwing.

Na ontvangst worden deze suggesties in zijn geheel doorgeleid naar de betreffende wijk-/dorpsraad van de buurt waar de nieuwe straatnaam ontstaat. Vervolgens zal deze wijk-/dorpsraad, mede op basis van onderliggende beleidsregels, komen tot een advies aan het college voor een bepaalde straatnaam.

Dit advies wordt ter besluitvorming in het college gebracht, samen met de niet gekozen suggesties én voorzien van de argumentatie waarom deze naamsuggesties niet gekozen zijn. Na deze besluitvorming zal de naam actief gecommuniceerd worden, zowel in- als extern. Namen voor rotondes, pleinen, parken, kunstwerken (viaduct, brug, tunnel) komen op dezelfde wijze tot stand.

Indien er nieuwe straatnamen ontstaan op industriegebieden/-terreinen zal bovenstaande procedure in principe ook gevolgd worden. Het verschil met bovenstaande is, dat de suggesties in plaats van naar de wijk-/dorpsraad, naar de parkmanagementorganisatie van het betreffende industriegebied/-terrein zullen worden doorgeleid. Datzelfde geldt voor namen voor rotondes, pleinen, parken, kunstwerken (viaduct, brug, tunnel) op of in de nabijheid van industriegebieden/-terreinen.

Onvolledig of onjuist geschreven straatnamen zullen worden gecorrigeerd.

Uitgangspunten naamgeving

Naamgeving vindt zoveel mogelijk plaats op basis van samenhangende categorieën (thema’s). Bij naamgeving van nieuwe complexen van openbare ruimten wordt dan ook eerst een nieuwe categorie gekozen;

  • 1.

    er moet voorkomen worden dat verwarring ontstaat tussen straatnamen. In het taalgebruik en de uitspraak moet een duidelijk onderscheid zijn tussen de verschillende namen;

  • 2.

    straatnamen zijn niet langer dan 24 karakters;

  • 3.

    er wordt op het straatnaambord zoveel mogelijk een onderschrift met de verklaring van de naam vermeld. Het onderschrift wordt zo beknopt mogelijk gehouden;

  • 4.

    er wordt op het straatnaambord geen vertaling van de straatnaam of onderschrift in dialect vermeld;

  • 5.

    er wordt gestreefd om een straatnaam te kiezen waarbij zo representatief mogelijk de diversiteit van Venlo tot uiting wordt gebracht;

  • 6.

    er worden geen straatnamen vernoemd naar bedrijven;

  • 7.

    een straatnaam dient goed en makkelijk uit te spreken te zijn;

  • 8.

    een naam moet niet te moeilijk te spellen zijn;

  • 9.

    een straatnaam mag niet eenvoudig zijn te verbasteren, niet dubbelzinnig zijn en geen ongewenste associaties oproepen;

  • 10.

    de straatnaam moet passen bij de (uitstraling van de) openbare ruimte die moet worden vernoemd. Het achtervoegsel “laan” bijvoorbeeld kan alleen achter een straatnaam worden gevoegd indien daadwerkelijk sprake is van een lange brede weg die voorzien is van groen (bomen). Er moet zoveel mogelijk sprake zijn van een visuele relatie tussen de straatnaam en de betreffende openbare ruimte als het gaat om het achtervoegsel straat, laan etc.;

  • 11.

    oude topografische gebiedsnamen en andere topografische elementen komen voor vernoeming in aanmerking indien zij:

    • a.

      voorkomen op oude topografische kaarten van het grondgebied, en

    • b.

      voortleven in de (lokale) spreektaal en de beschrijving van een topografisch element inhouden.

  • 12.

    Bij vernoeming naar personen gelden de volgende uitgangspunten:

    • a.

      er wordt zo veel mogelijk gestreefd naar een afspiegeling van de diversiteit in de samenleving. Tevens wordt hierbij getracht om vrouwen een evenredig aandeel hierin te doen toekomen.

    • b.

      de te vernoemen persoon moet van onbesproken gedrag en onomstreden zijn;\

    • c.

      de te vernoemen persoon moet ten minste 10 jaar overleden zijn, dit geldt niet voor een lid van het Koninklijk Huis;

    • d.

      de bijdrage aan de ontwikkeling van de gemeente en de gemeenschap wordt door de samenleving als bijzonder erkend, hetgeen onder andere kan blijken uit archiefstukken en geschiedenisboeken;

    • e.

      bij het vernoemen van straten naar plaatselijk bekende personen dient terughoudendheid in acht genomen te worden. Ten behoeve van de plaatselijke geschiedenis kan de naam van een lokaal bekend persoon levend worden gehouden door toekenning van een straatnaam. Gebleken moet echter zijn dat de verdienste van een te vernoemen persoon van blijvende betekenis is. De bijdrage aan de ontwikkeling van de gemeente of de gemeenschap moet gedocumenteerd zijn. De levensloop van een te vernoemen persoon dient zorgvuldig te worden nagegaan. Het moet zeker zijn dat hij of zij geen belast verleden heeft;

    • f.

      indien mogelijk dient instemming te worden gevraagd van de naaste familie van de te vernoemen persoon;

    • g.

      de uitstraling van hetgeen wordt vernoemd moet zoveel mogelijk passen bij de maatschappelijke bijdrage of invloed van een te vernoemen persoon;

    • h.

      gebruik van namen uit het dialect heeft geen voorkeur. Vaak is het zo dat namen in het dialect door niet-dialectsprekende personen moeilijk uit te spreken zijn. Daarnaast kunnen er naast spreekproblemen ook spel- en schrijfproblemen ontstaan door het gebruik van dialectnamen. Echter, wanneer de te geven naam een begrip is (geweest) in het dialect en de uitspraak geen onoverkomelijke problemen zal opleveren, zou het geen bezwaar moeten zijn om deze naam ook daadwerkelijk te gebruiken.

Schrijfwijze
  • 1.

    Afkortingen: Er worden geen afkortingen toegepast in de aanduiding van de openbare ruimte (dus straat in plaats van str., laan in plaats van ln. enz.).

  • 2.

    Wetenschappelijke titulatuur wordt niet in de aanduiding van de openbare ruimte opgenomen maar zoveel mogelijk als onderschrift op het naambord toegevoegd. Indien toevoeging in de aanduiding toch noodzakelijk is, dan wordt dit afgekort (Prof. , Dr. , Mr. , Drs., St, MSc, enz.). Adellijke titels worden volledig uitgeschreven (Prinses, Prins, Graaf enz.). Kerkelijke titels worden voluit uitgeschreven, tenzij de spelling niet eenduidig is (bijvoorbeeld bij de naamgeving wordt de afkorting “Mgr.” gebruikt).

  • 3.

    Achter elke afkorting voor zover niet eerder genoemd wordt een punt gezet.

  • 4.

    Achter elke punt wordt een spatie gezet, behalve bij afkortingen van voornamen. Daar wordt alleen na de laatste punt (letter) een spatie gebruikt.

Spelling
  • 1.

    De schrijfwijze wordt gehanteerd volgens de op het moment van benoeming geldende spellingsregels. Er worden geen wijzigingen in schrijfwijzen toegepast als de spellingsregels op een bepaald moment wijzigen.

  • 2.

    Er wordt geen Oudnederlandse spelling toegepast (dus geen –sch, maar “s”).

Namen
  • 1.

    Eigennamen: spelling gebeurt overeenkomstig de registratie bij de Basisregistratie Personen.

  • 2.

    Topografische namen: bij deze namen wordt de geldende spelling gehanteerd (aardrijkskundige namenlijst van de Nederlandse Taalunie) vanuit het oogpunt van de duidelijkheid en ter voorkoming van spelfouten.

Tussenvoegsels
  • 1.

    Tussenvoegsels worden niet afgekort (van, van de, van der, enz.).

  • 2.

    Tussenvoegsels worden geschreven met een hoofdletter als er geen naam of letter aan vooraf gaat.

  • 3.

    ussenvoegsels worden geschreven met een kleine letter als er een naam of letter aan voorafgaat. Uitzondering: wanneer volgens de Burgerlijke Stand het voorvoegsel met een hoofdletter wordt geschreven, wordt dat overgenomen.

Wijze van nummeren

De volgende regels gelden bij het toekennen van het nummer zelf.

  • 1.

    Het nummer kan alleen worden toegekend binnen een officiële naamgeving. Als er nog geen straatnaam is vastgesteld dient dit eerst te gebeuren;

  • 2.

    Wanneer het onduidelijk is waar de voordeur gelegen is van het te nummeren object, dan kan het college van burgemeester en wethouders de bouw- en/of situatietekening(en) van het te nummeren object opvragen bij de aanvrager ter bepaling van de locatie van de voordeur en is de aanvrager gehouden deze tekening(en) te verstrekken;

  • 3.

    Het nummer bestaat eerst uit een getal;\

  • 4.

    Indien nodig wordt het nummer gevolgd door een hoofdletter (niet een I, O, Q of U in verband met verwarring met cijfers en andere letters)

  • 5.

    Indien nodig wordt het nummer gevolgd door een volgnummer en/of een toevoeging;

  • 6.

    Een eventueel bij een getal gebuikte lettercombinatie mag geen betekenis kennen;

  • 7.

    Uitzonderingen bij het toekennen van nummers zijn:

    • a.

      betreedbare trafo’s worden genummerd met een normaal huisnummer zonder toevoeging;

    • b.

      vakantiewoningen worden genummerd met een nummer met toevoeging in de 2000 reeks;

    • c.

      migrantenwoningen worden genummerd met een nummer met toevoeging in de 3000 reeks;

    • d.

      studentenhuisvesting worden genummerd met een nummer met toevoeging in de 4000 reeks;

    • e.

      garageboxen worden genummerd met een nummer in de 8000 reeks;

    • f.

      windmolens worden genummerd met een nummer in de 9000 reeks;

    • g.

      tijdelijke panden worden genummerd met een nummer en een toevoeging “UNIT”;

    • h.

      zelfstandige verblijfsobjecten in een kelder worden genummerd met een nummer en een toevoeging “SOUT”;

    • i.

      mantelzorgwoningen worden genummerd met een nummer en een toevoeging “MZW”;

    • j.

      pre-mantelzorgwoningen worden genummerd met een nummer en een toevoeging “PMZW”;

    • k.

      vrijstaande bed & breakfastaccommodaties worden genummerd met een nummer en een toevoeging “BB”;

    • l.

      woonzorgcomplex wordt genummerd met één(1) nummer voor de algemene ruimten en daar waar de appartementen/kamers zijn af te bakenen het nummer met een toevoeging K+nr.

  • 8.

    Nummering vanuit het centrum oplopend, oneven nummers links, even nummers rechts. In voorkomende situaties wordt daarvan afgeweken, bijvoorbeeld bij doodlopende wegen of vanwege de ligging t.o.v. hoofdverbinding;

  • 9.

    Gebouwen met toegangen aan verschillende wegen moeten worden genummerd volgens de nummering zoals deze plaats vindt langs de weg of straat waaraan de (hoofd)toegangen gelegen zijn;

  • 10.

    Het nummeren van gebouwen met meer dan één bouwlaag waarin meer nummers vereist zijn, moet worden begonnen bij de onderste bouwlaag met voor verblijf van mensen bestemde ruimten. Wanneer zich de mogelijkheid voordoet om zowel in horizontale als verticale richting te nummeren dan dient steeds eerst te worden gekozen voor horizontaal in richting van nummering en vervolgens verticaal in klimrichting. Wanneer de klimrichting tegengesteld is aan de richting van de nummering, dient steeds eerst te worden gekozen voor de klimrichting.

  • 11.

    Voor ruimten tussen gebouwen, die in de toekomst mogelijk bebouwd worden, moet het maximaal te verwachten aantal huisnummers worden gereserveerd.

Toevoegen van nummers

Als nummers worden toegevoegd wordt de volgende volgorde van voorkeur gehanteerd:

  • 1.

    Het doorzetten van bestaande nummering en het invoegen van nog niet gebruikte nummers. Dit is de meest gewenste methode. Gebruikmakend van de standaardsystematiek wordt doorgenummerd of tussengevoegd vanuit de bestaande nummers;

  • 2.

    tussenvoegen van nummers ingeval van laagbouw gebeurt door het toevoegen van huisletters of een volgnummer aan bestaande huisnummers;

  • 3.

    tussenvoegen van nummers in geval van hoogbouw vindt plaats door per verdieping een aparte nummerreeks te hanteren. Deze nummerreeksen zijn als volgt opgebouwd:

    • a.

      eerst volgt het huisnummer van het complex;

    • b.

      dan volgt op de positie van de huisnummertoevoeging een letter-cijfer combinatie. De letter geeft hierbij aan op welke bouwlaag een object is gelegen. Het cijfer dient als volgnummer van het object op de betreffende bouwlaag.

Voorbeeld: een appartementencomplex heeft drie bouwlagen met 6 woningen per bouwlaag. Begane grond: 40 A1 tot en met 40 A6. 1e verdieping: 40 B1 tot en met 40 B6. 2e verdieping: 40 C1 tot en met 40 C6.

Vernummering

In de hieronder beschreven gevallen kan een huisnummer gewijzigd worden:

  • 1.

    Een bestaande nummeraanduiding kan vernummerd worden door wijziging van de verkeerssituatie, waarbij het beloop van een straat zodanig wijzigt, dat in het algemeen en voor de hulpdiensten in het bijzonder de vindbaarheid van panden of de openbare veiligheid in het geding komt;

  • 2.

    indien door het verlenen van een bouwvergunning een pand, voor of tussen bestaande bouw geplaatst wordt, waardoor de nummering niet meer in logische volgorde staat;

  • 3.

    indien door splitsing of samenvoeging een type pand verandert van laagbouw in hoogbouw of van hoogbouw in laagbouw. Onder laagbouw wordt verstaan panden waarbij geen verblijfsobjecten boven elkaar gelegen zijn. Onder hoogbouw wordt verstaan panden waarbij twee of meer verblijfsobjecten boven elkaar gelegen zijn;

  • 4.

    bij woningsplitsing wordt de oorspronkelijke nummering ingetrokken en vervangen door een nieuw nummer per verblijfsobject waardoor de samenhang van het oorspronkelijke pand zichtbaar blijft.

Procedure

Indien een openbare ruimte vernummerd wordt geldt dezelfde werkwijze als bij het benoemen van een nieuwe openbare ruimte.

Zorgvuldigheidsnormen bij vernummering
  • 1.

    Bij een vernummering worden de volgende zorgvuldigheidsnormen in acht genomen:

    • a.

      er wordt alleen vernummerd indien nummering op een logische manier – mede door gebruikmaking van letters en nummertoevoegingen – niet (langer) mogelijk is;

    • b.

      er wordt bij woningen een minimale overgangstermijn van 6 maanden gehanteerd, tenzij met alle belanghebbenden een kortere overgangsperiode wordt overeengekomen;

    • c.

      er wordt bij bedrijven een minimale overgangstermijn van 6 maanden gehanteerd, tenzij met alle belanghebbenden een kortere overgangsperiode wordt overeengekomen.

  • 2.

    Indien een vernummering slechts administratieve gevolgen heeft, zoals in de gevallen bedoeld bij paragraaf “wijze van nummeren” zijn de zorgvuldigheidsnormen zoals genoemd niet van toepassing. Bij een vernummering als bedoeld in “wijze van nummeren artikel 6 l: nummering woonzorgcomplex” zijn de zorgvuldigheidsnormen uitsluitend van toepassing indien de vernummering op initiatief van gemeente Venlo heeft plaatsgevonden.

Gevolgen wijziging naamgeving en nummering

Als het college genoodzaakt is openbare ruimten te hernoemen of objecten te vernummeren, kan dat overlast en financiële gevolgen hebben voor de eigenaren of gebruikers van die objecten. Uitgangspunt is dat dergelijke kosten vallen onder het algemeen aanvaarde maatschappelijk risico van die eigenaren of gebruikers. Ten aanzien van bedrijven maken deze kosten onderdeel uit van het ondernemersrisico. In het kader van de zorgvuldigheid dient tussen het besluit tot wijziging en de uitvoering van de wijziging voldoende tijd te liggen, zodat de bewoners en de bedrijven zich op de gewijzigde naam of het veranderde nummer kunnen voorbereiden. In de regel bedraagt deze termijn ten minste zes maanden voor particulieren en bedrijven. Hiervan kan door het college worden afgeweken als de specifieke omstandigheid daarom vraagt.

Als er sprake is van een ambtshalve hernoeming en/of vernummering (dus niet op verzoek) kan een tegemoetkoming in de kosten volgen (geen gehele compensatie), hoewel het college daartoe niet verplicht is. De gemeente komt hieraan tegemoet door:

  • 1.

    Indien de wijziging bewoners betreft en er een voorbereidingsperiode van 6 maanden geldt, kan het vergoeden van een aantal adreswijzigingskaarten in de meeste gevallen een redelijke vorm van schadeloosstelling zijn of een bedrag in euro ter grootte van de vergoeding van deze kosten.

  • 2.

    Bedrijven die ook bij een voorbereidingsperiode van 6 maanden onredelijk in hun belangen worden getroffen, kunnen een aanspraak maken op vergoeding van een deel van de kosten die ze maken. Daarbij zijn de volgende aspecten te overwegen:

    • a.

      De bevoegdheid van het college om tot wijziging te besluiten;

    • b.

      Het maatschappelijk risico dat een bedrijf dientengevolge is toe te rekenen, waarbij de keuze voor vermelding van het adres op bijvoorbeeld verpakkingsmateriaal, winkelruiten, markiezen, bedrijfsauto’s of productieonderdelen geacht worden tot het ondernemersrisico te behoren;

    • c.

      De lengte van de voorbereidingsperiode;

    • d.

      De specifieke aspecten van het bedrijf;

    • e.

      De voorraad naar buiten gerichte kantoorbescheiden en andersoortige productieonderdelen die niet tot het ondernemingsrisico zijn te rekenen;

    • f.

      De actualiteit van de onder punt e genoemde zaken;

    • g.

      Het gemiddelde gebruik of de omzet per tijdsperiode van de onder punt e genoemde zaken;

    • h.

      De mogelijkheid tot bedrijfseconomische en fiscale afschrijving van de onder punt e genoemde zaken.

Hardheidsclausule

Het college kan van deze beleidsregels afwijken voor zover toepassing ervan gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen.

Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘Beleidsregels naamgeving en (huis)nummering (adressen) gemeente Venlo’.

Ondertekening

 

Venlo, 24 oktober 2023

Burgemeester en wethouders van Venlo

de secretaris

Twan Beurskens de burgemeester

Antoin Scholten