Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hellendoorn

Verordening op de heffing en invordering van leges 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHellendoorn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van leges 2024
CiteertitelLegesverordening 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpleges

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Legesverordening 2023

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 156, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 156, tweede lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
  4. artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet
  5. artikel 7 van de Paspoortwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-12-2023nieuwe regeling

19-12-2023

gmb-2023-556384

2023-022672

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges 2024

Nijverdal, 19 december 2023 Nr. 2023-022672

 

De raad van de gemeente Hellendoorn;

 

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 14 november 2023;

 

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

 

b e s l u i t vast te stellen de:

 

Verordening op de heffing en invordering van leges 2024

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    "dag": de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    "jaar": het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • c.

    "kalenderjaar": de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • d.

    "maand": het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • e.

    "week": een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “leges” worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan: op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 21 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 21 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 21 dagen na dagtekening van kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een tariefsverlaging betreffen;

  • c.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt of is getreden;

met dien verstande dat het college van burgemeester en wethouders de raad zo snel mogelijk achteraf informeert over de toegepaste bevoegdheid.

Artikel 11 Overgangsrecht

De "Legesverordening 2023", vastgesteld bij raadsbesluit van 20 december 2022, nr. 2022-027158, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De bekendmaking van de in artikel 2.1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde normbladen geschiedt door terinzagelegging.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Legesverordening 2024".

 

De raad voornoemd,

de griffier de voorzitter

 

 

TARIEVENTABEL

Behorende bij de Legesverordening 2024.

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

 

 

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

 

 

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap

 

 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, buiten de door de ambtenaar van de burgerlijke stand bepaalde plaats, dagen en uren waarop gelegenheid wordt gegeven tot een kosteloze huwelijksvoltrekking of een registratie van een partnerschap:

 

 

a.

in het Huis voor Cultuur en Bestuur te Nijverdal:

 

 

 

1.

op maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot en met 17.00 uur

441,00

 

2.

op zaterdag en zondag van 9.00 uur tot en met 13.00 uur het onder a1 genoemde tarief verhoogd met

441,00

 

3.

in tegenstelling tot het gestelde onder a1 is het trouwen op maandag om 9.15 of 9.30 uur gratis

 

 

b.

in het Noaberhuus te Hellendoorn:

 

 

 

1.

op maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot en met 17.00 uur

541,00

 

2.

op zaterdag en zondag van 9.00 uur tot en met 13.00 uur het onder b1 genoemde tarief verhoogd met

441,00

c.

in een ander als huis der gemeente aangewezen locatie:

 

 

 

1.

op maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot en met 17.00 uur

441,00

 

2.

op maandag tot en met vrijdag buiten de onder c1 genoemde tijdstippen

733,00

 

3.

op zaterdag en zondag

998,00

Artikel 1.2 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

 

 

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor benoeming als buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand van de gemeente Hellendoorn voor één dag bedraagt

176,00

Artikel 1.3 Beschikbaar stellen getuige door gemeente

 

 

Het tarief voor het beschikbaar stellen van getuigen bij de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap bedraagt per getuige

Het beschikbaar stellen van getuigen kan alleen in het Huis van Cultuur en Bestuur te Nijverdal tijdens kantooruren.

42,00

Artikel 1.4 Trouwboekje of partnerschapsboekje

 

 

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

 

a.

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering

29,30

b.

voor een duplicaat van een boekje als bedoeld onder a

35,20

Artikel 1.5 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van de lijst waarop zijn vermeld alle in één week geboren, gehuwde en overleden personen en alle in één week geregistreerde partnerschappen, voor zover voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, bedoeld voor één jaar, recht gevend op periodieke verstrekking van de bedoelde opgaven:

 

 

 

a.

omtrent overledenen alleen

246,05

 

b.

omtrent geborenen alleen

246,05

 

c.

omtrent huwelijksvoltrekkingen of geregistreerde partnerschappen alleen

246,05

 

d.

omtrent de drie hiervoor genoemde onderdelen tezamen

492,10

2.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de historische bevolkingsregisters, eventueel gevolgd door het geven van één of meer inlichtingen, ongeacht het resultaat van die naspeuringen, indien voor de naspeuring bijstand is verleend door een gemeenteambtenaar, voor ieder daaraan besteed kwartier

14,40

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het ten behoeve van de belanghebbende aanvragen van inlichtingen uit de registers van de burgerlijke stand in een andere gemeente in Nederland, alsmede van het verstrekken van afschriften van of uittreksels uit de akten van die registers

5,55

4.

Elk abonnement wordt gesteld op naam van de aanvrager. Het is noch geheel, noch gedeeltelijk voor overdracht vatbaar.

 

 

5.

Indien de heffing van leges geschiedt bij wijze van abonnement, wordt bij tussentijdse beëindiging van een abonnement, indien deze plaatsvindt voordat een half jaar van de geldigheidsduur daarvan is verstreken en het abonnement ten hoogste voor de helft van het aantal inlichtingen respectievelijk exemplaren van bescheiden, waarop het recht geeft, is verbruikt, op schriftelijk verzoek van de houder, ontheffing van de betaling van deze leges verleend. De ontheffing wordt verleend tot een bedrag, gelijkstaand met de helft van het verschuldigde.

 

 

6.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

 

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

 

 

Artikel 1.6 Paspoorten of andere reisdocumenten

 

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

 

 

a.

een nationaal paspoort:

 

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

83,85

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

63,40

b.

een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld onder a (zakenpaspoort):

 

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

83,85

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

63,40

c.

een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

83,85

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

63,40

d.

een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

63,40

Artikel 1.7 Nederlandse identiteitskaart

 

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

 

 

a.

een Nederlandse identiteitskaart:

 

 

 

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

75,80

 

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

40,90

b.

een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

36,90

Artikel 1.8 Versnelde uitreiking

 

 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag voor de versnelde uitreiking van een in de artikelen 1.6 en 1.7 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die artikelen genoemde bedragen

57,05

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

 

 

Artikel 1.9 Rijbewijzen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

51,10

Artikel 1.10 Bijzondere voorwaarden

 

 

1.

Het tarief als genoemd in artikel 1.9 wordt:

 

 

 

a.

bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

39,65

 

b.

bij een aanvraag in verband met vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met een bedrag van

25,55

2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een “gezondheidsverklaring” (na voorafgaande prijsopgave)

 

Kostprijs

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

 

 

Artikel 1.11 Definities

 

 

1.

Voor de toepassing van artikel 1.12 en 1.13, wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

 

2.

Voor de toepassing van artikel 1.14 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon die niet is opgenomen in de basisregistratie personen.

 

 

Artikel 1.12 Verstrekkingen van gegevens uit de basisregistratie personen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een bewijs van opneming in de basisregistratie personen:

 

 

a.

indien het één persoon betreft

13,80

b.

indien het twee of meer tot hetzelfde gezin behorende personen betreft

20,70

Artikel 1.13 Naspeuringen in de basisregistratie personen

 

 

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de Basisregistratie Personen, eventueel gevolgd door het geven van één of meer inlichtingen, ongeacht het resultaat van die naspeuringen, indien voor de naspeuring bijstand is verleend door een gemeenteambtenaar, voor ieder daaraan besteed kwartier

14,40

Artikel 1.14 Verstrekking van aangehaakte gegevens

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

a.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

7,65

b.

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

 

 

 

1.

voor 100 verstrekkingen

22,55

 

2.

voor 500 verstrekkingen

45,05

 

3.

voor 1.000 verstrekkingen

56,65

 

4.

voor 5.000 verstrekkingen

203,90

 

5.

voor 10.000 verstrekkingen

377,00

 

de rechten onder b1 tot en met b5 worden voor de automatiseringskosten, ongeacht het aantal verstrekkingen, verhoogd met

165,60

Artikel 1.15 Abonnementen

 

 

1.

Elk in deze paragraaf genoemd abonnement wordt gesteld op naam van de aanvrager. Het is noch geheel, noch gedeeltelijk voor overdracht vatbaar.

 

 

2.

Indien de heffing van leges geschiedt bij wijze van abonnement, wordt bij tussentijdse beëindiging van een abonnement, indien deze plaatsvindt voordat een half jaar van de geldigheidsduur daarvan is verstreken en het abonnement ten hoogste voor de helft van het aantal inlichtingen respectievelijk exemplaren van bescheiden, waarop het recht geeft, is verbruikt, op schriftelijk verzoek van de houder, ontheffing van de betaling van deze leges verleend. De ontheffing wordt verleend tot een bedrag, gelijkstaand met de helft van het verschuldigde.

 

 

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken

 

 

Artikel 1.16 Verstrekking van bestuursstukken

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

a.

een volledig exemplaar van de programmabegroting inclusief meerjarenperspectief

67,10

b.

een volledig exemplaar van de gemeenterekening

50,15

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

 

 

Artikel 1.17 Informatieverstrekking

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

a.

tot het verstrekken van gegevens via Kadaster-on-line, betreffende de kadastrale kaart, administratieve gegevens, hypothecaire gegevens, het bedrag dat is opgenomen in de Regeling tarieven kadaster, genoemd onder de kolom post/fax/e-mail.

Deze leges worden niet geheven ten behoeve van het aanvragen van vergunningen e.d. als bedoeld in hoofdstuk 2 van deze tarieventabel.

 

 

b.

tot het op verzoek verstrekken van informatie uit het kadastraal register via Kadaster-on-line, de door het kadaster in rekening gebrachte leges, vermeerderd per kwartier voor het verstrekken van informatie uit en over de niet gemeentelijke beperkingen met

14,40

c.

tot het verstrekken van andere informatie dan de in de productcatalogus van “Vind” beschreven informatie, per kwartier

14,40

d.

tot het verstrekken van een toelichting op het ter inzage verleende dossier, per kwartier

14,40

Artikel 1.18 WKPB-beperkingenregister

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

a.

tot het verstrekken van een uittreksel uit het WKPB-beperkingenregister, per uittreksel

15,05

b.

tot het verstrekken van een uittreksel uit de WKPB-registratie, per uittreksel

15,05

c.

tot het verstrekken van een onbelastverklaring uit het WKPB-beperkingenregister, per verklaring

15,05

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

 

 

Artikel 1.19 Legalisatie

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

a.

tot het legaliseren van een handtekening

5,55

b.

tot het ter legalisatie zenden van stukken naar een andere gemeente in Nederland, in het persoonlijk belang van de aanvrager

5,55

c.

tot het afgeven van een verklaring dat het portret op een stuk, het portret is van degene, te wiens naam het stuk is gesteld of van degene die in dat stuk wordt bedoeld

5,55

Artikel 1.20 Naturalisatie

 

 

Voor het aanvragen van de Nederlandse nationaliteit ingevolge de bepalingen opgenomen in de Rijkswet op het Nederlandschap van 19 december 1984 (staatsblad 629) gelden de leges zoals vermeld op de website van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).

 

 

Artikel 1.21 Gemeentegarantie

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het instemmen met een wijziging of omzetting van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

Indien deze wijziging of omzetting niet wordt verleend vindt restitutie plaats van 50% van de ter zake geheven leges.

65,25

Artikel 1.22 Overige publiekszaken

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een:

 

 

a.

verklaring omtrent het gedrag

41,35

b.

bewijs van Nederlanderschap

13,80

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

 

 

Artikel 1.23 Verstrekkingen

 

 

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gedrukte kopieën van documenten geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het ‘Besluit maximumtarieven open overheid’.

Bij de toepassing van dit artikel zijn geen leges verschuldigd indien het totaal verschuldigde bedrag niet meer is dan

3,00

Artikel 1.24 Naspeuringen in gemeentearchief

 

 

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, eventueel gevolgd door het geven van één of meer inlichtingen, ongeacht het resultaat van die naspeuringen, indien voor de naspeuring bijstand is verleend door een gemeenteambtenaar, voor ieder daaraan besteed kwartier

14,40

Artikel 1.25 Hergebruik van informatie

 

 

Voor het hergebruik van informatie (artikel 9 Wet hergebruik overheidsinformatie) brengt de gemeente ten hoogste de marginale kosten van vermenigvuldiging, verstrekking en verspreiding in rekening.

 

 

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

 

 

Artikel 1.26 Huisvestingswet 2014 (gereserveerd)

 

 

Artikel 1.27 Leegstandwet

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

a.

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandwet

164,40

b.

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid van de Leegstandwet

82,20

Artikel 1.28 Wet op de kansspelen

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een:

 

 

 

a.

vergunning als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet op de kansspelen

58,65

 

b.

aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen voor een periode van 3 jaar voor één kansspelautomaat, per jaar

56,50

 

c.

een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen voor een periode van 1 jaar voor twee of meer kansspelautomaten:

 

 

 

 

1.

voor de eerste kansspelautomaat, per jaar

56,50

 

 

2.

voor iedere volgende kansspelautomaat, per jaar

34,00

2.

Indien bij een aanvraag op grond van het eerste lid wordt verzocht om een spoedafhandeling, dan worden de daar genoemde tarieven verdubbeld.

 

 

Artikel 1.29 Wet kinderopvang

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om registratie in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK):

 

 

a.

voor een gastouder

644,20

b.

voor een gastouderbureau, kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang

3.124,90

c.

In afwijking van het onder a en b bepaalde, geldt dat het daar vermelde tarief niet in rekening wordt gebracht indien een aanvraag, na toepassing van artikel 4:5 Awb, niet in behandeling wordt genomen indien het onderzoek zoals bedoeld in artikel 1.62, eerste lid, van de Wet kinderopvang (Wko), nog niet is aangevangen.

 

 

Artikel 1.30 Wegenverkeerswetgeving

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

a.

tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van de Wegenverkeerswet 1994 of het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, als bedoeld in:

 

 

 

1.

artikel 148 van de Wegenverkeerswet 1994

Indien bij deze aanvraag wordt verzocht om een spoedafhandeling, dan wordt dit tarief verdubbeld.

60,90

 

2.

artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, één aanvraag voor:

 

 

 

 

1 voertuig

20,30

 

 

2 voertuigen

40,60

 

 

3 voertuigen

45,70

 

 

4 voertuigen

50,75

 

 

5 voertuigen

55,85

 

 

>5 voertuigen

60,90

b.

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart:

 

 

 

1.

wanneer het gaat om een eerste aanvraag van een gehandicaptenparkeerkaart, of wanneer het gaat om een verlenging van een gehandicaptenparkeerkaart waarvan de geldigheidstermijn met meer dan een half jaar is verstreken

143,80

 

2.

wanneer het gaat om een tijdige verlenging van een gehandicaptenparkeerkaart, een aanvraag voor een instelling en in overige gevallen

58,65

c.

tot ontheffing op grond van de Wegenverkeerswet 1994 met betrekking tot bepalingen van de Regeling Voertuigen, waarbij door de gemeente mandaat is verleend aan de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW): het landelijk bepaalde bedrag.

 

 

d.

tot het verstrekken van een beschikking op een aanvraag op het gebied van verkeer en vervoer, voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per beschikking

20,30

Artikel 1.31 Nutsvoorzieningen

 

 

1.

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming of vergunning omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1 van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur (AVOI) 2016:

Indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestrating, alsmede gesloten verhardingen, wordt het tarief geheven dat is vastgesteld door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten als zogenaamde straatwerkvergoedingen.

383,42

2.

Het in het eerste lid genoemde bedrag wordt:

 

 

 

a.

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

154,29

 

b.

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Indien deze begroting is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

3.

Het tarief bedoeld in het eerste lid wordt verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen.

 

 

Artikel 1.32 Verordening op de verblijfsrecreatie

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Verordening op de verblijfsrecreatie voor het houden van de volgende kampeerterreinen:

 

 

 

a.

reguliere kampeerterreinen:

 

 

 

 

1.

kleiner dan 5 hectare

106,90

 

 

2.

tussen 5 en 10 hectare

160,35

 

 

3.

groter dan 10 hectare

213,80

 

b.

kleinschalige kampeerterreinen

53,45

 

c.

natuurkampeerterreinen

53,45

 

d.

paalkampeerterreinen

21,75

 

e.

gereguleerde overnachtingsplaatsen

21,75

2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2, vierde lid, van de Verordening op de verblijfsrecreatie

32,65

Paragraaf 1.10 Diversen

 

 

Artikel 1.33 Overige vergunningen, ontheffingen en inschrijvingen

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

a.

tot het verkrijgen van een ontheffing van de van kracht zijnde omgevingsverordening Overijssel

42,30

 

b.

tot het verkrijgen van een beschikking op verzoek van de vergunninghouder om gehele dan wel gedeeltelijke wijziging of intrekking van voorwaarden, verbonden aan de onder 1a bedoelde ontheffing

42,30

 

c.

tot het verkrijgen van een vergunning voor het gebruik van water, niet aangeleverd door het waterleidingbedrijf

274,15

 

d.

tot het verlenen van een vergunning of ontheffing, als bedoeld in de volgende bepalingen van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Hellendoorn 2020 (APV 2020):

 

 

 

 

1.

artikel 4:6, tweede lid (geluidhinder) van de APV 2020 niet zijnde een evenement als bedoeld in artikel 2:24 van de APV 2020 of besloten feest

106,15

 

 

2.

artikel 5:34 (brandontheffing)

29,80

 

e.

tot het verkrijgen van een ontheffing route gevaarlijke stoffen

78,85

 

f.

tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van artikel 3 en/of 4 van de Zondagswet

58,65

 

g.

tot het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar gebruik gemeentewegen

26,35

 

h.

voor het toekennen van een extra nummeraanduiding

132,10

2.

Indien bij een aanvraag op grond van het eerste lid, onder d, e, f en g, wordt verzocht om een spoedafhandeling, dan worden de daar genoemde tarieven verdubbeld.

 

 

Artikel 1.34 Overige verstrekkingen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een:

 

 

a.

paal met 1 (dubbel) nummeraanduiding

 

39,95

b.

paal met 2 (dubbele) nummeraanduidingen

67,70

c.

paal met 3 (dubbele) nummeraanduidingen

79,70

d.

officiële gemeentegids of plattegrond van de gemeente Hellendoorn, voor commerciële doeleinden, per stuk

11,65

e.

inentingsboekje (na voorafgaande prijsopgave)

 

Kostprijs

Artikel 1.35 Overige inlichtingen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

 

a.

het verkrijgen van een opgave van gegevens omtrent leerlingen van de in de gemeente gevestigde onderwijsinstellingen, anders dan aan die instellingen zelf, per inlichting

(Onder één inlichting wordt verstaan het verstrekken van gegevens omtrent één leerling, betreffende diens naam, adres, leeftijd, de school die hij bezoekt, de klas waarin hij geplaatst is e.d.)

0,50

b.

het verkrijgen van een opgave van de adressen van de in de gemeente gevestigde onderwijsinrichtingen en hun besturen

5,85

c.

het in het bijzonder belang van de aanvrager verstrekken van schriftelijke inlichtingen betreffende plaatsgehad hebbende aanrijdingen en andere ongevallen, per inlichting, omvattende de gegevens van één aanrijding of ander ongeval

9,30

Artikel 1.36 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing, beschikking of verstrekking

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een verstrekking of het verstrekken van een beschikking op een aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per verstrekking of beschikking

38,75

Artikel 1.37 Publicatie

 

 

De rechten in dit hoofdstuk worden per geplaatste advertentie verhoogd met

37,90

 

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

 

 

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

 

 

Artikel 2.1 Definities

 

 

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

 

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

 

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

 

 

 

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het verboden is deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan.

 

 

 

-

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het verboden is deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet.

 

 

 

-

kleine buitenplanse omgevingsplancapaciteit: van een kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit is sprake in de volgende categorieën bouwplannen:

 

 

 

 

 

1.

een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, wordt voldaan aan de volgende eisen:

 

 

 

 

 

a.

niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf, en

 

 

 

 

 

b.

de oppervlakte niet meer dan 150 m²;

 

 

 

 

2.

een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

 

 

 

 

 

a.

niet hoger dan 5 m, en

 

 

 

 

 

b.

de oppervlakte niet meer dan 50 m²;

 

 

 

 

3.

een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk, mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

 

 

 

 

 

a.

niet hoger dan 10 m, en

 

 

 

 

 

b.

de oppervlakte niet meer dan 50 m²;

 

 

 

 

4.

een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw, de uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ondergeschikte aard dan wel voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw;

 

 

 

 

5.

het gebruiken van gronden voor een niet-ingrijpende herinrichting van openbaar gebied;

 

 

 

 

6.

het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, en van bij die bouwwerken aansluitend terrein, mits het aantal woningen gelijk blijft en de gebruikswijziging van bouwwerken maximaal 1.500 m² vloeroppervlakte bedraagt (het bij de bouwwerken aansluitend terrein blijft hierbij buiten beschouwing);

 

 

 

 

7.

ander gebruik van gronden of bouwwerken dan bedoeld in de onderdelen 1 t/m 6, voor een termijn van ten hoogste tien jaar.

 

 

 

-

in deze titel voorkomende begrippen die in de Omgevingswet zijn omschreven, hebben dezelfde betekening als bij of krachtens de Omgevingswet bedoeld.

 

 

4.

In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving:

 

 

 

-

onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567;

 

 

 

-

onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk;

 

 

 

-

onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting.

 

 

5.

Bouwkosten

 

 

 

A.

Uitgangspunten “standaard” bouwwerken:

Bij het berekenen van de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt voor in onderstaande tabel genoemde bouwwerken voor de legesbepaling het legesbedrag afgeleid van de kubieke meters of de oppervlakte berekend volgens NEN 2580 (oppervlakte- en inhoudsberekening bouwwerken) vermenigvuldigd met de in onderstaande tabel naar de aard van het bouwwerk opgenomen standaardbouwkosten exclusief omzetbelasting:

 

 

 

 

I

Woningen:

 

 

 

 

 

-

rijtjeswoningen

215,00/m³

 

 

 

-

twee onder één kapwoningen

242,00/m³

 

 

 

-

vrijstaande woning tot en met 600 m3

280,00/m³

 

 

 

-

vrijstaande woning > 600 m3

312,00/m³

 

 

 

-

appartement, één of meer bouwlagen

280,00/m³

 

 

 

-

kelders onder woningen

253,00/m³

 

 

II

Bijgebouwen:

 

 

 

 

 

-

bijgebouwen bij woningen

376,00/m³

 

 

 

-

latere aanbouw zoals erker garage/berging/tuinhuisje:

 

 

 

 

 

 

-

hout

102,00/m³

 

 

 

 

-

halfsteens met plat dak

134,00/m³

 

 

 

 

-

halfsteens met kap

145,00/m³

 

 

 

 

-

spouw met plat dak

161,00/m³

 

 

 

 

-

spouw met kap

183,00/m³

 

 

 

-

dakkapel

1.075,00/m¹

 

 

 

-

carport

161,00/m³

 

 

 

-

schuttingen en hekwerken

75,00/m¹

 

 

III

Agrarische bouwwerken:

 

 

 

 

 

-

stallen:

 

 

 

 

 

 

-

rundvee

27,00/m³

 

 

 

 

-

varkens

65,00/m³

 

 

 

 

-

kippen

67,00/m³

 

 

 

-

werktuigenberging/schuur:

 

 

 

 

 

 

-

damwandprofiel

27,00/m³

 

 

 

 

-

metselwerk

52,00/m³

 

 

 

-

mestkelders onder de stallen

89,00/m³

 

 

 

-

kassen

33,00/m³

 

 

IV

Niet agrarische bouwwerken:

 

 

 

 

 

-

opslagloodsen:

 

 

 

 

 

 

-

plaatstaal/damwandprofiel

20,00/m³

 

 

 

 

-

metselwerk

56,00/m³

 

 

 

-

kantoren/showroom/winkel/horeca

293,00/m³

 

 

 

-

scholen/sporthal/verkoophal (grootschalige detailhandelsvestiging)

277,00/m³

 

 

 

-

noodschool/kleedgebouw (sportvereniging)/semi–permanente unit

199,00/m³

 

 

 

-

industriehal:

 

 

 

 

 

 

-

plaatstaal geïsoleerd

67,00/m³

 

 

 

 

-

metselwerk

113,00/m³

 

 

 

 

zonnepanelen/-veld

0,60/Wp

 

B.

Uitgangspunt “niet-standaard” bouwwerken:

Voor bouwwerken die niet in bovenstaande tabel (onder A) zijn genoemd, worden de bouwkosten als uitgangspunt genomen. Onder bouwkosten wordt in deze gevallen verstaan: de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, dat wil zeggen het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.

 

 

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

 

 

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

 

a.

omgevingsoverleg;

 

 

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

 

 

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

 

 

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

 

 

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

 

 

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

 

 

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

 

 

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

 

 

Artikel 2.3 Bepalen tarief

 

 

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

 

 

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

 

 

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor één of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

 

 

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

 

 

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

 

6.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

Paragraaf 2.2 Voorfase

 

 

Artikel 2.4 Omgevingsoverleg

 

 

Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over één of meer activiteiten, die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

 

a.

voor het houden van een omgevingsoverleg - indicatie betreffende de wenselijkheid/mogelijkheid van het initiatief inclusief een ambtelijk advies

202,75

b.

voor het houden van een omgevingsoverleg - indicatie betreffende de wenselijkheid/mogelijkheid van het initiatief inclusief een principe besluit van het college van B&W

809,65

c.

De op grond van het eerste en tweede lid verschuldigde leges worden verhoogd met:

590,00

 

Indien het omgevingsoverleg behandeld wordt op de regionale omgevingstafel (en/of besproken wordt met externe adviseurs)

 

 

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

 

 

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

 

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

202,75

2.

De op grond van het eerste lid verschuldigde leges worden verhoogd met 0,77% van de bouwkosten.

 

 

3.

Indien bij de beoordeling van de aanvraag blijkt dat het een vergunningsvrij project als bedoeld in artikel 2.27 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, betreft, bedraagt de vermeerdering niet hetgeen is gesteld onder het tweede lid, doch

0,00

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit

202,75

 

1.

de onder a. verschuldigde leges worden verhoogd met 1,81% van de bouwkosten.

 

 

 

2.

als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor geen advies van de gemeentelijke adviescommissie, bedoeld in artikel 2.50, eerste lid, aanhef en onder b, nodig is, bedraagt het tarief:

 

3 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 0,00 tot en met € 230.000,00 vermeerderd met

 

1/2 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 230.000,00 tot en met € 455.000,00 vermeerderd met

 

1/4 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 455.000,00 tot en met € 680.000,00, vermeerderd met

 

1/8 ‰ van het deel van de bouwkosten dat € 680.000,00 te boven gaat;

 

De berekende bedragen worden naar boven afgerond op hele euro's, met een minimum van

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

95,00

 

3.

als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met:

120,60

 

4.

als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met:

189,70

b.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

6.009,50

c.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

vermeerderd met 2,58% van de bouwkosten

202,75

d.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, niet zijnde een kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

6.009,50

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

b.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

189,70

c.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

 

 

Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten

 

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, voorbeschermd gemeentelijk monument of voorbeschermd provinciaal monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

 

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel 14 van de Erfgoedverordening 2024 gemeente Hellendoorn in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

 

 

 

 

1.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

77,30

 

 

2.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

77,30

 

b.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

 

 

 

 

1.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

77,30

 

 

2.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

77,30

 

c.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

 

 

 

 

1.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

77,30

 

 

2.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

77,30

2.

Als de in het eerste lid bedoelde aanvraag een archeologisch monument betreft, worden de in het eerste lid genoemde tarieven verhoogd met:

77,30

3.

Het eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument of archeologisch monument dat op grond van de Erfgoedverordening 2024 gemeente Hellendoorn is aangewezen respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing:

 

 

 

a.

als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en

 

 

 

b.

als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop, voordat het is aangewezen, de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functie-aanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven.

 

 

Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

77,30

b.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

77,30

Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed (gereserveerd)

 

 

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

 

 

Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in het omgevingsplan of paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.13 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit één of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.14 Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit één of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4 tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.15 Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit één of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.16 Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit één of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.17 Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.18 Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit één of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.19 Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.20 Samenloop van milieubelastende activiteiten

 

 

1.

Als bij de toepassing van de artikelen 2.13 tot en met 2.19 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast.

 

 

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt.

 

 

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

 

 

Artikel 2.21 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Artikel 2.22 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

2.019,80

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

 

 

Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven

 

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het opbreken van de verharding in openbaar gebied of het graven in openbaar gebied, anders dan voor het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding, als bedoeld in het omgevingsplan bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding in openbaar gebied, als bedoeld in het omgevingsplan, niet zijnde kabels als bedoeld in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

3.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet bestaande uit het graven in het gebied met archeologische verwachtingswaarde, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

4.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in het beperkingengebied leidingen, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

5.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het graven in een bijzonder landschapselement of gebied met aardkundige waarde, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

6.

De in het eerste tot en met vijfde lid genoemde tarieven zijn van toepassing als de aanvraag een binnenplanse omgevingsplanactiviteit betreft. Deze zijn van overeenkomstige toepassing als de aanvraag een buitenplanse omgevingsplanactiviteit betreft en worden in dat geval verhoogd met:

189,70

Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, in het beperkingengebied leidingen, in een bijzonder landschapselement of in een gebied met aardkundige waarde, bestaande uit het:

a. aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplanting,

b. indrijven van voorwerpen,

c. ophogen van de grond, of

d. verharden van de grond,

bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in het omgevingsplan:

189,70

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

b.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken of veranderen van een uitweg als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

 

en als moet worden beoordeeld of de in het tijdelijke deel van het omgevingsplan bedoelde aanlegactiviteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- of dorpsgezicht, als bedoeld in artikel 22.278, tweede lid, van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, verhoogd met:

189,70

b.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

189,70

c.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

 

 

Artikel 2.29 Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, als bedoeld in het omgevingsplan of de gemeentelijke kapverordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

65,75

Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: voorwerpen op of aan de weg

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

a.

als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken:

189,70

b.

als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:

189,70

Artikel 2.33 Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.34 Andere activiteiten

 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:

 

 

a.

betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

189,70

b.

betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

 

 

1.

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

 

2.

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

189,70

 

3.

voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningplichtige activiteit:

189,70

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

 

 

Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.36 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

 

 

1.

Als de aanvraag om één of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op één of meer milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

1.009,90

2.

Als de aanvraag om één of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

1.009,90

Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten (gereserveerd)

 

 

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

 

 

Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel

 

 

1.

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

 

 

 

a.

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, per uur:

100,99

 

b.

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief, per uur:

100,99

 

c.

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief, per uur:

100,99

 

d.

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief, per uur:

100,99

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

 

 

Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

202,75

Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning

 

 

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

 

 

Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

 

 

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

 

 

Artikel 2.42 Intrekken omgevingsvergunning voor milieubelastende activiteiten

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning voor één of meer milieubelastende activiteiten, tenzij artikel 2.58 van toepassing is:

1.009,90

Artikel 2.43 Beoordeling aanvullende gegevens (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten

 

 

De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit.

 

 

Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan:

6.009,45

Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:

189,70

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

 

 

Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

 

 

a.

als sprake is van een milieubelastende activiteit:

 

2.019,80

b.

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

 

6.009,50

c.

als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b:

 

6.009,50

Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.50 Advies

 

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

 

 

 

a.

voor een advies van de gemeenteraad aan een ander bestuursorgaan:

7.555,00

 

b.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening adviescommissie omgevingskwaliteit Hellendoorn 2022 dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels, bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet bedraagt het tarief:

 

3 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 0,00 tot en met € 230.000,00 vermeerderd met

 

1/2 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 230.000,00 tot en met € 455.000,00 vermeerderd met

 

1/4 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 455.000,00 tot en met € 680.000,00, vermeerderd met

 

1/8 ‰ van het deel van de bouwkosten dat € 680.000,00 te boven gaat;

 

De berekende bedragen worden naar boven afgerond op hele euro's, met een minimum van

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

95,00

 

c.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening adviescommissie omgevingskwaliteit Hellendoorn 2022 in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b:

 

3 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 0,00 tot en met € 230.000,00 vermeerderd met

 

1/2 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 230.000,00 tot en met € 455.000,00 vermeerderd met

 

1/4 ‰ van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 455.000,00 tot en met € 680.000,00, vermeerderd met

 

1/8 ‰ van het deel van de bouwkosten dat € 680.000,00 te boven gaat;

 

De berekende bedragen worden naar boven afgerond op hele euro's, met een minimum van

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

95,00

 

d.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met c: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

Artikel 2.51 Instemming

 

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

 

 

 

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

 

 

2.

Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

Paragraaf 2.13 Vermindering

 

 

Artikel 2.52 Vermindering na omgevingsoverleg

 

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

 

50%

 

van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.

 

 

2.

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

 

 

 

a.

voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;

 

 

 

b.

in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en

 

 

 

c.

binnen twaalf maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

 

 

Artikel 2.53 Vermindering bij meervoudige aanvraag (gereserveerd)

 

 

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

 

 

Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

 

 

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

85%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

 

Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

 

Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

 

Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten (gereserveerd)

 

 

Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

 

 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

 

 

Artikel 2.61 Minimumbedrag voor teruggaaf (gereserveerd)

 

 

 

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

 

 

Paragraaf 3.1 Openbare inrichtingen

 

 

Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het, op grond van artikel 2:29 van de APV 2020, vaststellen van een tijdelijk andere sluitingstijd dan de reguliere sluitingstijd krachtens artikel 2:29 van de APV 2020, per keer

Indien bij deze aanvraag wordt verzocht om een spoedafhandeling, dan wordt dit tarief verdubbeld.

29,80

Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

a.

tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Alcoholwet

530,75

 

b.

tot het aanbrengen van een wijziging in de omschrijving van een vergunning als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

191,15

 

c.

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

106,15

 

d.

tot het toevoegen van één of meer leidinggevenden aan een bestaande vergunning op grond van de Alcoholwet

191,15

2.

Indien bij een aanvraag op grond van het eerste lid wordt verzocht om een spoedafhandeling, dan worden de daar genoemde tarieven verdubbeld.

 

 

Artikel 3.3 Toezicht op openbare inrichtingen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 en 2:80 van de APV 2020

249,80

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

 

 

Artikel 3.4 Vergunning seksbedrijf

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de APV 2020 voor een:

 

 

a.

escortbedrijf

612,45

b.

seksinrichting met niet meer dan één werkruimte

1.320,90

c.

seksinrichting met meer dan één werkruimte

1.583,55

Artikel 3.5 Wijziging vergunning seksbedrijf

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 3.4, in verband met uitsluitend een wijziging in de persoon van de beheerder (artikel 3:10 van de APV 2020)

262,50

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

 

 

Artikel 3.6 Ontheffing winkeltijden

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing of vrijstelling, als bedoeld in de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

27,25

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

 

 

Artikel 3.7 Organiseren evenement of markt

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het:

 

 

 

a.

verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:25 van de APV 2020 voor een evenement met:

 

 

 

 

1.

minder dan 1.000 bezoekers

42,10

 

 

2.

1.000 tot en met 5.000 bezoekers

199,05

 

 

3.

meer dan 5.000 bezoekers

464,35

 

b.

verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6, tweede lid (geluidhinder) van de APV 2020 ten behoeve van een evenement als bedoeld in artikel 2:24 van de APV 2020 en besloten feest

66,35

 

c.

uitvoeren van een wijziging op een reeds verleende beschikking

29,80

2.

Indien bij een aanvraag op grond van het eerste lid wordt verzocht om een spoedafhandeling, dan worden de daar genoemde tarieven verdubbeld.

 

 

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

 

 

Artikel 3.8 Standplaatsvergunning

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot het innemen van een standplaats in de gemeente, geldig:

 

 

 

a.

voor een dagstandplaats (één tot maximaal tien dagen)

34,10

 

b.

voor een jaarstandplaats, per vergund jaar

42,45

2.

Indien bij een aanvraag op grond van het eerste lid wordt verzocht om een spoedafhandeling, dan worden de daar genoemde tarieven verdubbeld.

 

 

Artikel 3.9 Overige administratieve dienstverlening standplaatsen

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het ten behoeve van een standplaats:

 

 

a.

gebruik van gemeentegrond, per dag

10,05

b.

gebruik van elektra, per dag

4,00

c.

gebruik van water, per dag

2,15

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014

 

 

Artikel 3.10 (gereserveerd)

 

 

Paragraaf 3.7 Overige bepalingen

 

 

Artikel 3.11 Gedoogbeschikking

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gedoogbeschikking op het gebied van APV/Bijzondere wetten

2.099,80

Artikel 3.12 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing, beschikking of verstrekking

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een verstrekking of het verstrekken van een beschikking op een aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per verstrekking of beschikking

38,75

Artikel 3.13 Publicatie

 

 

De rechten in deze titel worden per geplaatste advertentie verhoogd met

37,90

 

Behoort bij raadsbesluit van 19 december 2023, nr. 2023-022672.

 

De griffier,