Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tynaarlo

Verordening lijkbezorgingsrechten 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTynaarlo
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening lijkbezorgingsrechten 2024
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 149 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

19-12-2023

gmb-2024-94668

28-12-202301-01-2024'Verordening lijkbezorgingsrechten 2024

19-12-2023

gmb-2023-556349

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening lijkbezorgingsrechten 2024

 

 

De raad van de gemeente Tynaarlo;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 14 november 2023,

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

gezien het advies van burgemeester en wethouders;

 

B E S L U I T

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2024

 

Artikel 1Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

a algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

b algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

c asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

d begraafplaats: de begraafplaatsen

'Eelde' te Eelde;

'De Duinen' te Eelde;

'De Walakker' te Zuidlaren;

'Oude Coevorderweg' te Zuidlaren;

'De Eswal' te Vries;

e graf: een zandgraf of een keldergraf;

f grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf, gedenkplaats of verstrooiingsplaats;

g grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;

h particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon een uitsluitend recht is verleend om overledenen te gedenken;

i particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

j particuliere verstrooiingsplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om daarop as te doen verstrooien;

k particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

· het doen begraven en begraven houden van lijken;

 

· het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

 

· het doen verstrooien van as;

l particulier urnengraf: een graf, waarvoor een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

· het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

 

· het doen verstrooien van as;

m urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;

n verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid.

 

Artikel 2Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4Maatstaf van heffing en belastingtarief

1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5Belastingjaar

1 Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

 

2 Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 1.8 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 6Wijze van heffing

1 De onderhoudsrechten, bedoeld in 1.8 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

2 Andere rechten als die bedoeld in 1.8 worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

1 De onderhoudsrechten, als bedoeld in 1.8 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in 1.8 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

3 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in 1.8 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 8Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 1.3 en 1.4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

 

Artikel 9Termijnen van betaling

1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

2 De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 10Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11Overgangsrecht

1 De 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2022' van 7 december 2021, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2 Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12Inwerkingtreding

1 Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

2 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 13Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2024'.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 december 2023

drs. M.J.F.J. Thijsen voorzitter

R.J. Puite griffier