Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amstelveen

Algemene verordening ondergrondse infrastructuren 2009 gemeente Amstelveen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmstelveen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAlgemene verordening ondergrondse infrastructuren 2009 gemeente Amstelveen
CiteertitelAlgemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren 2009 gemeente Amstelveen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Telecommunicatieverordening Amstelveen, vastgesteld bij raadsbesluit op 24 november 1999.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Belemmeringenwet Privaatrecht
  2. Telecommunicatiewet
  3. Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Werkafspraken voor ondergrondse infrastructuren in Amstelveen (zie www.amstelveen.nl - Gemeentelijke Wet- en regelgeving - Beleidsregels)

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-04-200902-04-2015Nieuwe regeling

11-03-2009

Amstelveens Weekblad d.d. 25-03-2009

09-07

Tekst van de regeling

Intitulé

Algemene verordening ondergrondse infrastructuren 2009 gemeente Amstelveen

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Telecommunicatiewet;

  • b.

    openbaar elektronisch communicatienetwerk: telecommunicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1, onder h, van de wet;

  • c.

    niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk: een elektronisch communicatienetwerk dat uitsluitend beschikbaar is voor leden van een besloten gebruikersgroep;

  • d.

    netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen: netwerk ten behoeve van het transport en distributie van elektriciteit en/of gas alsmede water met bijhorende voorzieningen;

  • e.

    kabels: kabels als bedoeld in artikel 1.1, onder z, van de wet ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk alsmede alle andere kabels en leidingen ten behoeve van nutsvoorzieningen;

  • f.

    niet-openbare kabels: kabels, zoals genoemd in artikel 1.1, onder z,

    van de wet ten dienste van een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk;

  • g.

    voorzieningen: ondergrondse ondersteuningswerken als bedoeld in artikel 5.15, van de wet, en kabels;

  • h.

    openbare gronden: openbare wegen en wateren als bedoeld in artikel 1.1, onder aa, van de wet;

  • i.

    aanbieder: aanbieder van een openbaar elektronisch communicatienetwerk (als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid van de wet), een niet- openbaar elektronisch communicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen;

  • j.

    werkzaamheden: werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en niet- openbare kabels in of op openbare gronden;

  • k.

    gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de wet of als bedoeld in artikel 1, van de Belemmeringenwet Privaatrecht;

  • l.

    college: college van burgemeester en wethouders van Amstelveen;

  • m.

    melding: melding als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onder a, van de wet;

  • n.

    instemmingsbesluit: besluit van het college op een melding van voorgenomen werkzaamheden;

  • o.

    huisaansluiting: het gedeelte van een kabel in openbare gronden dat een openbaar elektronisch communicatienetwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt als bedoeld onder artikel 1.1, onder k, van de wet; alsmede dienstleidingen van nutsvoorzieningen;

  • p.

    werkzaamheden van niet-ingrijpende aard:

    - het aanbrengen of verwijderen van kabels en niet openbare- kabels in reeds aangebrachte voorzieningen;

    - reparaties aan kabels en niet- openbare kabels met een lengte van minder dan 80 m en niet vallend onder artikel 5 eerste lid;

    - het maken van huisaansluitingen tot een lengte van 40 meter;

  • q.

    werkafspraken: Werkafspraken voor Ondergrondse Infrastructuren in Amstelveen, vastgesteld door het college;

  • r.

    verordening: Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren 2009 gemeente Amstelveen; deze dient tevens als gemeentelijke Telecommunicatieverordening zoals verplicht op grond van de wet.

Artikel 2 Toepasselijkheid

Deze verordening is van toepassing op de procedures en voorschriften voor het aanleggen, instandhouden en opruimen van kabels en niet- openbare kabels in openbare gronden, voor zover de gemeente deze gronden beheert dan wel daarover coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet en de Belemmeringenwet Privaatrecht, waarvan de bepalingen onverkort van toepassing zijn op het in deze verordening bepaalde.

Artikel 3 Nadere regels

Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Artikel 4 Wijze en tijdstip van melding van voorgenomen werkzaamheden

  • 1.

    Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt dit voornemen ten minste drie tot zes weken voor de aanvang aan het college met een door het college vastgesteld formulier.

  • 2.

    Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, kan hierover vooroverleg voeren met het college teneinde de melding, bedoeld in het eerste lid van dit artikel voor te bereiden.

  • 3.

    In geval van reparaties, onderhoud aan of het maken van (huis)aansluitingen op bestaande kabels moet voorafgaande aan de werkzaamheden een melding aan het college worden gedaan. Bij storingen, waarvoor uitstel van het verhelpen van de storing niet mogelijk is en de storing buiten de normale werktijden plaatsvindt, dient de melding bij het college achteraf, doch uiterlijk binnen 48 uur te worden gedaan.

  • 4.

    Als werkzaamheden worden verricht in de wijk Stadshart, of als bij werkzaamheden meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken, wordt de melding uiterlijk acht weken voor de aanvang van de werkzaamheden gemeld bij het college.

  • 5.

    Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt het college uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding in het eerste lid schriftelijk in kennis gesteld van de resultaten van het overleg tussen de aanbieder en de andere gedoogplichtige.

  • 6.

    Voor het verrichten van werkzaamheden van niet ingrijpende aard kan de aanbieder volstaan met een melding aan het college minimaal 5 werkdagen voorafgaande aan de werkzaamheden met een daarvoor door het college vastgesteld formulier.

Artikel 5 Ernstige belemmeringen en storingen

Ingeval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van ernstige belemmering of storing van de communicatie in de zin van artikel 5.6, tweede lid, van de wet volstaat de aanbieder met een melding voorafgaand aan de start van de werkzaamheden. De aanbieder maakt achteraf zo spoedig mogelijk schriftelijk melding van de werkzaamheden aan een daartoe gemachtigde ambtenaar.

Artikel 6 Gegevensverstrekking

  • 1.

    Voor de melding maakt de aanbieder gebruik van het, in artikel 4 eerste lid van deze verordening, vermelde formulier. Voor het afgeven van een instemmingsbesluit zijn leges verschuldigd. De leges zijn opgenomen in de Legesverordening van de gemeente Amstelveen.

  • 2.

    Bij de melding als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van deze verordening verstrekt de aanbieder in ieder geval de volgende gegevens:

    • a.

      naam, (e-mail)adres en telefoon- en faxnummer van degene die de kabel of het netwerk in eigendom heeft, beheert of exploiteert;

    • b.

      een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel bij de eerste aanvraag van ieder kalenderjaar indien de aanvrager daar ingeschreven is;

    • c.

      een machtiging indien het een aanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels voor of namens een opdrachtgever;

    • d.

      een opgave van het aantal kabels en/of buizen dat direct met kabels wordt gevuld of ingeblazen en een opgave van het aantal buizen dat leeg wordt aangebracht;

    • e.

      een opgave van belanghebbenden en instanties die vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en de aard van de werkzaamheden;

    • f.

      een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:

      1) een opgave van het gewenste tracé met daarbij duidelijke (digitale) tekeningen en daarop aangegeven wat de te verbinden locaties zijn;

      2) een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, alsmede van de gewenste situering daarvan;

      3) een omschrijving van de opbrekingen van de verharding;

      4) de doorsnede van de kabel en indien van toepassing de kabelgoot;

      5) de opgave van ondergrondse (handholes en dergelijke) of bovengrondse kasten waarvoor geen bouwvergunning noodzakelijk is, alsmede de situering en afmetingen daarvan;

      6) naam, (e-mail)adres, telefoon- en faxnummer van de contactpersoon, aannemers of onderaannemers die belast zijn met de werkzaamheden en van een door hen aangewezen contactpersoon die ten tijde van de uitvoering van de werkzaamheden vierentwintig uur per dag bereikbaar is in verband met mogelijke calamiteiten;

      7) de maatregelen die de bereikbaarheid van de in de openbare grond aanwezige kabels en leidingen waarborgen;

      8) de bereikbaarheid van percelen en opstallen in de nabijheid van de uit te voeren werkzaamheden;

      9) alle overige van belang zijnde feiten en omstandigheden gelet op de in artikel 5.4 leden 2 en 3 van de wet genoemde belangen.

  • 3.

    Indien de werkzaamheden betrekking hebben op kabels van elektronische communicatienetwerken dienen, aanvullend op lid 2 van dit artikel, bij de melding tevens, desgevraagd, de volgende gegevens te worden verstrekt:

    • a.

      een kopie van de door de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) afgegeven registratie;

    • b.

      aanvullend op het uitvoeringsplan wordt daarin ook opgenomen:

      • -

        een opgave van het aantal kabels dat direct in gebruik wordt genomen en een opgave van het aantal kabels dat niet direct in gebruik wordt genomen;

      • -

        de doorsnede van de kabel(goot) en lengte en breedte van de kabelsleuf.

  • 4.

    Het college kan nadere regels stellen aan de gegevens die bij de melding worden verstrekt alsook over de wijze waarop deze gegevens worden verstrekt.

Artikel 7 Aanvullende verplichtingen

  • 1.

    De aanbieder is verplicht minimaal veertien dagen voor de start van de werkzaamheden omwonenden en bedrijven ter plaatse schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard, en plaats van de werkzaamheden.

  • 2.

    Op het moment van de oplevering van de werkzaamheden is de aanbieder verplicht gegevens omtrent de ligging van zijn kabels te verstrekken en een overzicht te geven van de niet in gebruik zijnde kabels.

Artikel 8 Beslistermijn en aanhouding

  • 1.

    Een beslissing op een melding als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van deze verordening wordt genomen uiterlijk acht weken na ontvangst van de melding. Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, deelt het college dit aan de aanvrager mede en noemt het daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking wel tegemoet kan worden gezien.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel houdt het college de beslissing aan, indien er in verband met werkzaamheden een vergunning als bedoeld in de Woningwet, de Wet milieubeheer of een soortgelijke ontheffing c.q. vergunning is vereist.

Artikel 9 Voorschriften en beperkingen bij instemming

  • 1.

    Het college kan aan het instemmingsbesluit voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van:

    a. openbare orde;

    b. het voorkomen of beperken van schade of overlast;

    c. de bruikbaarheid van de openbare gronden;

    d. het veilig en doelmatig gebruik van de openbare gronden;

    e. het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare gronden;

    f. de belemmering van doelmatig beheer en onderhoud van de openbare gronden;

    g. de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;

    h. de bescherming van groenvoorzieningen.

  • 2.

    Ter bescherming van de belangen als genoemd in het eerste lid kan het college in ieder geval aan het instemmingsbesluit voorschriften of beperkingen verbinden over het medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen en een zekerheidstelling voor de nakoming van verplichtingen die gesteld zijn bij de voorschriften en beperkingen aan het instemmingsbesluit.

  • 3.

    De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en medegebruik van voorzieningen dient te geschieden conform de regels van het per tracé-aanvraag door het college af te geven instemmingsbesluit.

  • 4.

    Het instemmingsbesluit heeft een maximale werkingsduur van 12 maanden. De werkzaamheden moeten zijn voltooid binnen 6 maanden na aanvang van de werkzaamheden, tenzij in het instemmingsbesluit anders is bepaald.

  • 5.

    De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en niet- openbare kabels dient te geschieden conform de “Werkafspraken voor Ondergrondse Infrastructuren in Amstelveen”, vast te stellen door het college. In dat kader is het college tevens bevoegd voorschriften te stellen op het gebied van markering, afzetting en het toepassen van proefsleuven.

  • 6.

    Bij tegenstrijdigheden van de bepalingen van deze verordening en de werkafspraken, hebben de bepalingen van deze verordening voorrang.

  • 7.

    De wettelijke bepalingen op het gebied van verplichte informatieuitwisseling voor ondergrondse netten gelden tevens als voorschriften als bedoeld in dit artikel.

  • 8.

    Indien binnen 5 jaar na groot onderhoud of herinrichting van de openbare gronden de aanbieder werkzaamheden moet uitvoeren, kan het college bijzondere voorwaarden stellen aan het herstel. De hiermee gepaard gaande kosten zijn voor rekening van de aanbieder.

  • 9.

    Aan herstel van bijzondere bestrating kan het college nadere voorwaarden stellen.

Artikel 10 Verleggingen

  • 1.

    Op verleggingen van openbare telecommunicatiekabels op verzoek van de gemeente is de wet van toepassing.

  • 2.

    Op verleggingen van kabels en leidingen ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden gelden ten aanzien van de vergoedingen de vigerende afspraken met nutsbedrijven.

  • 3.

    Met betrekking tot verzoeken voor het verleggen van niet- openbare kabels geldt dat deze op verzoek van de gemeente, op kosten van de eigenaar van de kabels, uitgevoerd dienen te worden.

Artikel 11 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

  • 1.

    Een aanbieder is verplicht om bij de aanleg van kabels in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, hetzij door andere aanbieders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde voorzieningen.

  • 2.

    Het vooroverleg als bedoeld in artikel 4, tweede lid, dan wel een door het college geëntameerd overleg naar aanleiding van een melding als bedoeld in artikel 4, eerste lid, is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    Indien de aanbieder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van de vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de aanbieder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken.

  • 4.

    Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels, dient de aanbieder een alternatief tracé te kiezen, of aan andere aanbieders een billijk verzoek tot medegebruik van kabels te doen, op grond van artikel 5.12, van de wet.

Artikel 12 Overdracht voorzieningen

Indien kabels en beschermingswerken worden overgedragen aan een nieuwe aanbieder

gaan de rechten en plichten die betrekking hebben op de kabels en beschermingswerken

over op de nieuwe aanbieder.

Artikel 13 Melding wijziging voorzieningen

De aanbieder stelt het college onverwijld schriftelijk in kennis van het feit dat de eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel verandert of dat de kabel niet langer ten dienste staat van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk, van een niet-openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden.

Artikel 14 Intrekking oude verordening

De Telecommunicatieverordening Amstelveen, vastgesteld bij raadsbesluit op 24 november 1999, wordt - met inachtneming van het bepaalde in artikel 15 van deze verordening - ingetrokken.

Artikel 15 Overgangsrecht

  • 1.

    De Telecommunicatieverordening Amstelveen, vastgesteld bij raadsbesluit op 24 november 1999, blijft van kracht op meldingen waarop reeds krachtens diezelfde verordening is beslist, maar waarvan de uitvoering op het moment van inwerkingtreding van deze verordening nog niet is gerealiseerd.

  • 2.

    Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een melding is gedaan op grond van de Telecommunicatieverordening Amstelveen, vastgesteld bij raadsbesluit op 24 november 1999, maar waarop nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 16 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na de datum van bekendmaking.

Artikel 17 Citeerartikel

Deze verordening wordt aangehaald als: Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren 2009 gemeente Amstelveen.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 11 maart 2009.

TOELICHTING OP DE VERORDENING  

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

b. openbaar elektronisch communicatienetwerk

De gedoogplicht van de gemeente geldt slechts voor openbare elektronische communicatienetwerken, in artikel 1.1 h van de Telecommunicatiewet gedefinieerd als een ‘elektronisch communicatienetwerk dat geheel of hoofdzakelijk wordt gebruikt om openbare elektronische communicatiediensten aan te bieden, waaronder mede begrepen een netwerk, bestemd voor het verspreiden van programma’s voor zover dit aan het publiek geschiedt.

c. niet- openbaar elektronisch communicatienetwerk

Dit betekent dat telecommunicatiediensten die uitsluitend beschikbaar zijn voor leden van een besloten gebruikersgroep, niet openbaar zijn. Het kan bijvoorbeeld gaan om een besloten netwerk op een bedrijventerrein.

d. netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen

Hiermee wordt bedoeld het samenstel van ondergrondse kabels of leidingen bestemd voor voorzieningen van openbaar nut.

e.kabels

Onder kabels verstaat de Telecommunicatiewet het geheel van voorzieningen ten behoeve van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, dus de ondersteuningswerken (buizen), maar ook de benodigde kasten en dergelijke.

g. voorzieningen

Voorzieningen, niet in gebruik voor een openbaar elektronisch communicatienetwerk, vallen volgens artikel 5.15 van de wet ook onder de gedoogplicht met dien verstande dat de gedoogplicht eindigt, indien niet na 10 jaar de ondersteuningswerken deel zijn gaan uitmaken van een openbaar elektronisch communicatienetwerk (artikel 5.2, lid 8 van de wet).

i. aanbieder

Onder het begrip aanbieder wordt in deze verordening verstaan een aanbieder van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, een niet- openbaar elektronisch communicatienetwerk en een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen.

j. werkzaamheden

Werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een openbaar telecommunicatienetwerk, niet openbaar- elektronisch telecommunicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen betreffen ook de werkzaamheden die verband houden met het medegebruik van voorzieningen. Bij het medegebruik van voorzieningen moet onder ander gedacht worden aan het medegebruik van kabelgoten of geleidingen. Voor dergelijke werkzaamheden geldt ook de meldingsplicht en is eerst een instemmingbesluit vereist voordat zij mogen worden uitgevoerd.

k. gedoogplichtige

De gemeentelijke betrokkenheid is vooral gericht op haar rol als beheerder van openbare gronden. In deze hoedanigheid is de gemeente voor wat betreft de openbare elektronische communicatienetwerken gedoogplichtige, althans voor zover van toepassing conform de Telecommunicatiewet. Het begrip gedoogplichtige slaat tevens op andere partijen die krachtens de Telecommunicatiewet gedoogplichtig zijn en op partijen en personen die krachtens de Belemmeringenwet Privaatrecht gedoogplichtig zijn.

Het opnemen van bepalingen ten aanzien van niet- openbare elektronische communicatienetwerken in de verordening houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente met betrekking tot de niet- openbare kabels.

n. instemmingsbesluit

Werkzaamheden als bedoeld in deze verordening dienen steeds (in principe vooraf) gemeld te worden, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de reguliere (graaf)werkzaamheden, werkzaamheden van niet-ingrijpendeaard en werkzaamheden in verband met spoedeisende zaken zoals storingen. Met name voor de reguliere (graaf)werkzaamheden geldt dat eerst gestart mag worden met die werkzaamheden

als vanuit de gemeente op basis van een aanvraag een instemmingsbesluit is verleend.

Ten aanzien van werkzaamheden van niet-ingrijpendeaard wordt geen (voorafgaand) instemmingsbesluit vereist, maar blijft melding wel noodzakelijk (zie artikel 4 lid 6 van de verordening).

p. werkzaamheden van niet-ingrijpende aard

Tot de werkzaamheden van niet-ingrijpendeaard behoren werkzaamheden waarvoor veelal slechts gedurende relatief korte tijd in een beperkt gedeelte van het netwerk werkzaamheden worden verricht, en waarvan de impact voor de omgeving eveneens relatief beperkt en kortstondig is.

Met het apart definiëren van dergelijke werkzaamheden wordt gevolg gegeven aan artikel 5.4, lid 5, van de Telecommunicatiewet. De omschreven werkzaamheden van niet- ingrijpende aard zijn een uitzondering op de standaard meldingsplicht van artikel 4 lid 1 van de verordening en daarom een limitatieve opsomming.

q. werkafspraken

Deze (veelal technische) bepalingen en voorwaarden die in achtgenomen moeten worden bij de uitvoering van de werkzaamheden zijn in de plaats gekomen van de bestaande “lijst van gemaakte afspraken” tussen gemeente en aanbieders.

r. verordening

De gemeente is als beheerder van de openbare ruimte verantwoordelijk voor de coördinatie van werkzaamheden aan de ondergrondse infrastructuur. In de Telecommunicatiewet is deze taak wettelijk vastgelegd voor openbare telecommunicatiekabels. Deze AVOI geeft dus invulling aan de wettelijke verplichting voor de gemeente om een Telecommunicatieverordening op te stellen. Voor andersoortige kabels en leidingen, zoals die voor gas- water, elektra, ontbreekt op dit moment een algemene wettelijke grondslag; daar gelden plaatselijke regelingen. Om de gang van zaken voor alle nutsbedrijven gelijk te trekken en eveneens de verschillende procedures te stroomlijnen, is een uniforme regeling ontwikkeld: de algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI). De gemeenteraad heeft de bevoegdheid gemeentelijke verordeningen vast te stellen. Tegelijk met de vaststelling van deze AVOI zal door de gemeenteraad besloten worden de Telecommunicatieverordening, vastgesteld bij raadsbesluit van 24 november 1999, in te trekken. De intrekking van de Telecommunicatieverordening heeft gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening genomen beleidsregels, te weten “Beleidsregels voor het aanleggen van niet- openbare telecommunicatie- netwerken in de openbare grond van gemeente Amstelveen”. Deze beleidsregels komen ook door intrekking van de Telecommunicatieverordening te vervallen.

Artikel 4 Wijze van melding van voorgenomen werkzaamheden

Eerste lid

De algemene melding voor de uitvoering van werkzaamheden dient te geschieden ten minste drie tot zes weken voor aanvang van de werkzaamheden.

Tweede lid

In het tweede lid is uitdrukkelijk de mogelijkheid opgenomen om voor de melding overleg te voeren. Onder dit overleg wordt ook verstaan het doorlopen van een technische consultatie ter beoordeling van het voorgestelde tracé. In dit overleg kan onder meer aan de orde komen het mogelijk medegebruik van voorzieningen en het splitsen van de werkzaamheden bij omvangrijke projecten. Op deze wijze wordt bevorderd dat de termijn van drie tot zes weken ook werkelijk kan worden gehaald.

Zesde lid

De uiterlijke meldingstermijn voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard is veel korter (uiterlijk 5 dagen).

Het zesde lid geeft de mogelijkheid van een eenvoudige melding van vijf dagen voor de aanvang van de werkzaamheden aan de hand van een nader vast te stellen formulier.

Artikel 5 Ernstige belemmeringen en storingen

Als voorbeeld van ernstige belemmeringen en storingen kan gedacht worden aan situaties van een kabelbreuk. In deze gevallen kan worden volstaan aan een melding aan de burgemeester of een door hem aan te stellen ambtenaar. In dit artikel wordt tevens aan artikel 5.4, lid 4, sub f en artikel 5.6 van de Telecommunicatiewet voldaan.

Artikel 6 Gegevensverstrekking

In dit artikel wordt verduidelijkt op welke wijze de melding dient te worden gedaan en welke gegevens daarbij verstrekt moeten worden. Het betreft die informatie die de gemeente als beheerder van openbare gronden nodig heeft om een juiste beoordeling te maken en inzicht te hebben in de belangen die door de voorgenomen werkzaamheden worden geraakt.

Duidelijk is ook gemaakt dat instemming steeds op aanvraag van de verzoekende partij zal plaatsvinden en niet op eigen initiatief van de gemeente.

Melding dient te geschieden middels door de gemeente opgestelde meldingsformulieren. In geval van meldingen voor minder ingrijpende werkzaamheden dient slechts een beperkt aantal gegevens te worden verstrekt.

Dit artikel is tevens een invulling van artikel 5.4, vierde lid van de Telecommunicatiewet.

Eerste lid

Het afgeven van instemmingsbesluiten dient de gemeente geen geld te kosten. Daarom worden legeskosten geheven die kostendekkend zijn. Ten aanzien van werkzaamheden van niet-ingrijpende aard is geen instemmingsbesluit vereist, en zal er dus voor deze werkzaamheden ook geen leges worden geheven (een melding blijft wel noodzakelijk op grond van artikel 4 lid 6 van de verordening).

Artikel 7 Aanvullende verplichtingen

Eerste lid.

In het eerste lid wijst dit artikel er wellicht ten overvloede op dat de aanbieder verplicht is omwonenden en bedrijven ter plaatse van de werkzaamheden te informeren.

Tweede lid

In het tweede lid wordt de aanbieder verplicht de ligginggegevens van de kabel te verstrekken.

Artikel 8 Beslistermijn en samenloop

Eerste lid

Aansluitend op artikel 4:13 van de Algemene Wet Bestuursrecht dient het college uiterlijk acht weken na ontvangst van de melding de beslissing te nemen en indien dit niet mogelijk is een redelijke termijn te noemen waar binnen de beslissing tegemoet kan worden voorzien.

Tweede lid

Het tweede lid regelt dat het college de beslissing aanhoudt indien er een andere vergunning van een al dan niet ander bestuursorgaan nodig is, zoals een vergunning op basis van de Woningwet (bouwvergunning) en/of Wet Milieubeheer. Deze vergunningen kunnen noodzakelijk zijn indien bijvoorbeeld “kasten” een dergelijke omvang hebben dat een bouwvergunning is vereist en/of een milieuvergunning nodig is vanwege het geluid van de ventilatieapparatuur in de kast. Ook kunnen vergunningen noodzakelijk zijn op grond van een plaatselijke verordening bijvoorbeeld een kapvergunning. Artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet bepaalt dat het college zorgdraagt voor inhoudelijke afstemming tussen de betrokken bestuursorganen.

Artikel 9 Voorschriften en beperkingen bij instemming

Eerste lid en tweede lid

Deze bepalingen dient het college in acht te nemen bij het geven van voorschriften bij het instemmingbesluit. Hierbij moet worden bedacht dat het instemmingsbesluit een beschikking is in het kader van de Algemene wet bestuursrecht en de aanbieder, indien deze het niet eens is met de gegeven voorschriften bij het instemmingsbesluit, in bezwaar en beroep kan gaan resp. bij de OPTA en vervolgens bij de Rechtbank en het College van Beroep voor het bedrijfsleven. (Artikelen 12.2 en 17.1 Telecommunicatiewet.)

Derde lid

Het derde lid van artikel 9 van de verordening geeft invulling aan artikel 5.4, tweede en derde lid van de wet.

Vierde lid

Het vierde lid van artikel 9 beperkt de werkingsduur van het instemmingsbesluit om te voorkomen dat een aanbieder nog gebruik maakt van een dergelijk besluit geruime tijd na afgifte. Immers het intussen gewijzigde gebruik van de openbare gronden kan het aanleggen van een telecomkabel onwenselijk maken.

Vijfde lid

Het vijfde lid geeft als aanvulling dat het college naast voorschriften over tijdstip plaats en dergelijke met betrekking tot de uitvoering ook voorschriften kan opstellen over de uitstraling, vormgeving, kleur, situering en afmetingen van voorzieningen als kasten handholes en dergelijke behorende bij het netwerk.

Achtste lid

Het achtste lid heeft betrekking op de situatie dat er een kabel dient te worden gelegd in openbare gronden die recent zijn geherstructureerd, bijvoorbeeld herstraat. In dat geval heeft het college de mogelijkheid extra voorschriften te stellen boven de gebruikelijk gehanteerde voorschriften (natuurlijk wel binnen het kader van artikel 5.4 leden 2 en 3 van de wet).

Negende lid

Het negende lid heeft betrekking op het geval dat kabels dienen te worden gelegd in bijvoorbeeld een winkelgebied met sierbestrating.

Artikel 10 Verleggingen

Eerste lid

Ten aanzien van het (moeten) verleggen van kabels van elektronische communicatienetwerken zijn de wettelijke geformuleerde regels (Telecommunicatiewet) van toepassing, gebaseerd op het principe “liggen om niet = verleggen om niet”.

Tweede lid

Ten aanzien van verleggingen van gas -en elektriciteitsleidingen zijn afspraken gemaakt met Continuon Netbeheer (voorheen Nuon) en Stedin (voorheen Eneco), die neergelegd zijn in de “Verleggingsovereenkomst Kabels en Leidingen” ondertekend op 22 december 2008”.

Ten aanzien van verleggingen van waterleidingen is de gemeente in 2002 een overeenkomst aangegaan met Waternet (voorheen de GWA).

Artikel 11 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

Zoals aangeven kunnen de voorschriften bij het instemmingsbesluit het medegebruik van voorzieningen bevorderen. Het medegebruik beperkt het graven in de openbare gronden wat een voordeel is voor de gemeente. Het medegebruik kan aan de orde komen in het vooroverleg over het af te geven instemmingsbesluit.

Derde lid

In lid 3 is de verplichting voor de aanbieder opgenomen van vooraangelegde voorzieningen, indien daartoe een redelijk aanbod wordt gedaan. De vraag wat een redelijk aanbod is kan worden beantwoord als volgt: de aanwezige voorziening is zowel in kwaliteit als in kosten een volwaardig alternatief voor het eigen graafrecht van de aanbieder.

Vierde lid

Het vierde lid behandelt de situatie indien de gemeentelijke leidingprofielen geen ruimte bieden voor de aanleg van kabels. Voor kabels ten behoeve van openbare telecommunicatienetwerken wordt verwezen naar artikel 5.12 van de wet.

Artikel 12 en 13 Overdracht voorzieningen en melding wijziging voorzieningen.

De rechter heeft uitgesproken dat de werking van het instemmingsbesluit eindigt zodra de werkzaamheden waarvoor instemming is gevraagd zijn, beëindigd. Dit betekent dat het college geen verplichtingen op basis van het instemmingsbesluit aan de aanbieder kan opleggen nadat deze zijn werkzaamheden heeft beëindigd. Echter het instemmingsbesluit dient voor de gemeente ook om een registratie up-to-date te houden van de in het openbaar gebied liggende kabels en de beheerders/eigenaren daarvan. Om deze reden zijn de artikelen 12 en 13 in de verordening opgenomen.

Artikel 14 Intrekking oude verordening

De (oude) Telecommunicatieverordening Amstelveen, vastgesteld bij raadsbesluit op 24 november 1999 moet worden ingetrokken zodat de nieuwe AVOI in werking kan treden.

Artikel 15 Overgangsrecht

Het moment van afgeven van het instemmingsbesluit bepaalt of de oude of nieuwe verordening van kracht is op de (voorgenomen) graafwerkzaamheden.

Artikel 16 Inwerkingtreding

Tenzij de gemeenteraad anders besluit treedt de verordening geheel overeenkomstig de Gemeentewet in werking met ingang van de achtste dag na publicatie. Op hetzelfde tijdstip dient de oude telecommunicatieverordening te worden ingetrokken. De nog lopende instemmingbesluiten voor kabel(s) die nog niet of niet volledig zijn gelegd blijven van kracht met dien verstande dat ze vallen onder de nieuwe verordening.