Mandaat- en volmachtbesluit Delfland 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie	Hoogheemraadschap van Delfland
Organisatietype	Waterschap
Officiële naam regeling	Mandaat- en volmachtbesluit Delfland 2024
Citeertitel	Mandaat- en volmachtbesluit Delfland 2024
Vastgesteld door	dagelijks bestuur
Onderwerp	bestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Mandaatbesluit Delfland 2023.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerkingtreding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerkingtreding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
01-01-2024			nieuwe regeling	18-12-2023 wsb-2023-16225

Tekst van de regeling

Intitulé

Mandaat- en volmachtbesluit Delfland 2024

Besluit van:

I.
dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland;

en van

II.
de dijkgraaf van het Hoogheemraadschap van Delfland,

houdende:

1.
algemene regels omtrent mandaat en volmacht, en
2.
overzicht van de mandaten.

Paragraaf I. Algemene bepalingen over mandaat, machtiging en volmacht

Artikel 1. Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

a.
besluit:
een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling zoals bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht;
b.
Delfland:
het Hoogheemraadschap van Delfland;
c.
Verenigde Vergadering:
het algemeen bestuur van Delfland zoals bedoeld in artikel 10 van de Waterschapswet;
d.
dijkgraaf en hoogheemraden:
het dagelijks bestuur van Delfland zoals bedoeld in artikel 10 van de Waterschapswet;
e.
dijkgraaf:
de voorzitter van het algemeen en dagelijks bestuur van Delfland zoals bedoeld in artikel 10 van de Waterschapswet;
f.
functionaris:
elke natuurlijke persoon werkzaam bij Delfland, niet zijnde een bestuurder of lid van de rekenkamer;
g.
gemandateerde:
de natuurlijke persoon aan wie een mandaat is verleend;
h.
mandaat en ondermandaat:
de bevoegdheid om in naam van dijkgraaf en hoogheemraden besluiten te nemen;
i.
volmacht en substitutievolmacht:
de bevoegdheid om namens de dijkgraaf in naam van Delfland privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten en om Delfland in en buiten rechte te vertegenwoordigen;
j.
machtiging:
de bevoegdheid om handelingen te verrichten die geen besluit of een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;
k.
regeling budgethouderschap:
besluit van de secretaris-directeur waarin hij de budgetten uit de vastgestelde programmabegroting aan functionarissen toekent, waarmee zij hun taak kunnen uitvoeren;
l.
secretaris-directeur:
de secretaris zoals bedoeld in artikel 53 van de Waterschapswet, tevens hoofd van de ambtelijke organisatie van Delfland, afgekort met SD;
m.
directeur:
de functionaris werkzaam bij Delfland in de functie van directeur benoemd is of extern ingehuurd is als directeur en die als zodanig lid is van het directieteam van Delfland;
n.
manager:
de functionaris werkzaam bij Delfland, als assetmanager, programmamanager, informatiemanager, afdelingsmanager, chief information officer, concerncontroller of projectdirecteur AWZI De Groote Lucht, die belast is met de leiding van een zelfstandig onderdeel van de ambtelijke organisatie van Delfland en/of met een eigen product en/of eigen procesinhoudelijke verantwoordelijkheid;
o.
projectdirecteur AWZI De Groote Lucht:
de functionaris werkzaam bij Delfland in de functie van projectdirecteur verantwoordelijk voor het project Toekomst AWZI De Groote Lucht;
p.
voorzitter van de rekenkamer:
het lid van de rekenkamer dat door de Verenigde Vergadering tot voorzitter van de rekenkamer is benoemd;
q.
Operationeel leider:
de als zodanig aangewezen functionaris in de Calamiteitenorganisatie;
r.
Coördinator Plaats Incident:
de als zodanig aangewezen functionaris in de Calamiteitenorganisatie.

Artikel 2. Reikwijdte mandaat en volmacht

Elk mandaat voor het nemen van een besluit en elke volmacht voor het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling omvat alle daarmee samenhangende (voorbereidende en/of uitvoerende) rechtshandelingen en feitelijke handelingen, waaronder het ondertekenen van elk document ter zake van de uitvoering, wijziging of intrekking van het besluit en van de privaatrechtelijke rechtshandeling.

Artikel 3. Generieke of specifieke aanwijzingen

1.
De uitoefening door een gemandateerde van een mandaat en gebruikmaking van een volmacht of machtiging geschiedt met inachtneming van:
- a.
  zijn taak;
- b.
  de beperkingen die voortvloeien uit de regeling budgethouderschap;
- c.
  de algemene en bijzondere aanwijzingen van degene die het (onder)mandaat, de volmacht of de machtiging heeft gegeven; en
- d.
  het beleid zoals door de bestuursorganen van Delfland vastgesteld of in praktijk gebracht.
2.
Een besluit kan niet in mandaat worden genomen:
- a.
  als daarbij wordt afgeweken van de toepasselijke (beleids)regels; en/of
- b.
  als daarbij gebruik wordt gemaakt van de in het beleid opgenomen hardheidsclausule en/of inherente afwijkingsbevoegdheid.
3.
In afwijking van het bepaalde in lid 1 onder d en lid 2, is het de secretaris-directeur toegestaan te besluiten om af te wijken van het Inkoop- en aanbestedingsbeleid.

Artikel 4. Bevoegdheden door machtiging

Elke functionaris is gemachtigd om een handeling te verrichten die een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling is, voor zover deze handeling binnen de normale uitoefening van zijn functie valt.

Artikel 5. Volmacht

1.
De dijkgaaf verleent volmacht aan:
- a.
  de hoogheemraad wiens portefeuille het betreft, voor het aangaan van overeenkomsten waarvan dijkgraaf en hoogheemraden hebben besloten die aan te gaan;
- b.
  de voorzitter van de rekenkamer voor het aangaan van overeenkomsten waarvoor hij mandaat heeft verkregen te besluiten die aan te gaan;
- c.
  de gemandateerden indien gebruikmaking van een mandaat strekt tot het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling.
2.
Dijkgraaf en hoogheemraden stemmen in met verlening van de in lid 1 van dit artikel vermelde volmachten.

Artikel 6. Ondermandaat en substitutievolmacht

1.
De gemandateerde/gevolmachtigde is bevoegd om schriftelijk ondermandaat en/of substitutievolmacht te verlenen.
2.
Verdergaande ondermandatering en/of verlenen van substitutievolmacht dan in lid 1 van dit artikel bedoeld, is niet toegestaan.
3.
Elk ondermandaat en/of elke substitutievolmacht kan schriftelijk worden gewijzigd of ingetrokken.
4.
Op ondermandaat en substitutievolmacht zijn de bepalingen van dit besluit van overeenkomstige toepassing.
5.
De secretaris-directeur draagt zorg voor een actueel register van de verleende ondermandaten.

Artikel 7. Vervanging

1.
In geval van afwezigheid van een lid van dijkgraaf en hoogheemraden aan wie mandaat of volmacht is verleend, kan het mandaat en/of de volmacht worden uitgeoefend door diens plaatsvervanger.
2.
In geval van afwezigheid van de voorzitter van de rekenkamer, kan een aan hem verleend mandaat en/of verleende volmacht worden uitgeoefend door zijn plaatsvervanger.
3.
In geval van afwezigheid van de secretaris-directeur kan een aan hem verleend mandaat en/of verleende volmacht worden uitgeoefend door de plaatsvervangend secretaris-directeur.
4.
In geval van afwezigheid van degene aan wie (onder)mandaat of is verleend, of bij een urgent geval, indien deze functionaris niet beschikbaar is, kan het aan hem verleende (onder)mandaat en/of volmacht worden uitgeoefend door zijn hiërarchisch leidinggevende, alsmede door elke functionaris die ten minste op hetzelfde functieniveau werkzaam is. Als hetzelfde functieniveau wordt hiertoe elke functie met dezelfde of een hogere loonschaal aangemerkt.

Artikel 8. Rapportage

De gemandateerde brengt op verzoek of uit eigen beweging, doch ten minste eenmaal per jaar verslag uit aan dijkgraaf en hoogheemraden over het gebruik van de verleende mandaten.

Paragraaf II. Budgethouderschap

Artikel 9. Verlening budgethouderschap

1.
Dijkgraaf en hoogheemraden verlenen opdracht, mandaat en volmacht aan de secretaris-directeur om de door de Verenigde Vergadering vastgestelde programmabegroting uit te voeren.
2.
Dijkgraaf en hoogheemraden verlenen opdracht aan de secretaris-directeur een regeling budgethouderschap op te stellen en die ter kennisneming aan dijkgraaf en hoogheemraden te zenden.

Paragraaf III. De mandaten

Artikel 10. De mandaten

1.
Dijkgraaf en hoogheemraden verlenen onderstaande mandaten aan de daarachter vermelde gemandateerden.

Nr.	Bevoegdheid	Bevoegd orgaan	Dele-gatie aan	Geman- dateerde	Toelichting
1	Gerechtelijke en niet-gerechtelijke procedures: Het voeren van en nemen van besluiten in bestuursrechtelijke, civielrechtelijke procedures inclusief arbitrage, en fiscaalrechtelijke procedures. Het deelnemen aan strafrechtelijke procedures inclusief voeging als benadeelde partij.	VV	D&H	SD directeur manager	De volmacht omvat mede het kunnen geven van een opdracht aan een interne en/of externe advocaat of gemachtigde om de procedure namens Delfland respectievelijk het bestuur van Delfland te voeren en in het geding alle daarbij behorende (proces) handelingen te verrichten.
2	Conservatoire maatregelen: Het nemen van conservatoire maatregelen en maatregelen ter voorkoming van verjaring of verlies van recht of bezit.	D&H		SD directeur manager	Hier geldt dezelfde toelichting als onder 1.
3	Aansprakelijkstelling: Het nemen van besluiten in aansprakelijkstellingen van derden voor schade aan eigendommen, rechten of belangen van Delfland inclusief het aangaan van schikkingen.	D&H		SD directeur manager	Delfland stelt aansprakelijk.
4	Aansprakelijkheid: Het nemen van besluiten in aansprakelijkstellingen door derden en verzoeken van derden om vergoeding van toegebrachte schade inclusief het aangaan van schikkingen.	D&H		SD directeur manager	Delfland wordt aansprakelijk gesteld.
5	Invordering: Het nemen van besluiten inzake (dwang) invorderingsmaatregelen ter zake van aan Delfland verschuldigde bedragen, niet zijnde belastingen of daarmee gelijk te stellen heffingen.	D&H		SD directeur manager
6	Algemene wet bestuursrecht: Het nemen van besluiten en het uitoefenen van bevoegdheden op grond van de Algemene wet bestuursrecht. Beperking: De bevoegdheid geldt niet voor titel 4.3 Algemene wet bestuursrecht (beleidsregels).	D&H		SD directeur manager	Toelichting: Met inachtneming van de genoemde beperking geldt dit mandaat voor alle besluiten en bevoegdheden, waaronder die welke betrekking hebben op: 1. klachtenprocedures, 2. bezwaarschriften, 3. bestuurlijke handhaving, 4. opleggen last onder dwangsom, 5. opleggen bestuursdwang, 6. subsidieverlenings- en subsidievaststellingsprocedures 7. toekennen nadeelcompensatie. NB. Vaststellen van beleidsregels en het afwijken daarvan blijft bevoegdheid D&H.
7	Wet open overheid: Het nemen van besluiten in het kader van deze wet.	D&H		SD directeur manager	De bevoegdheid betreft het nemen van alle soorten besluiten op grond van de Wet open overheid.
8	Algemene verordening gegevensbescherming: Het nemen van besluiten in het kader van deze verordening.	D&H		SD directeur manager	De bevoegdheid betreft het nemen van alle soorten besluiten op grond van de Algemene verordening gegevensbescherming.
9	Ambtelijke organisatie: Het nemen van besluiten inzake het aanbrengen van beperkte wijzigingen in de organisatiestructuur.	VV	D&H	SD	Dit geldt voor wijzigingen van beperkte aard voor de organisatie, zoals beperkte formatiewijzigingen, herverdeling van taken tussen afdelingen e.d.
10	Formatie- en functiestructuur: Het nemen van besluiten inzake beperkt wijzigen van de formatiestructuur van en functiestructuur in afdelingen	D&H		SD	Het mandaat geldt voor wijzigingen van beperkte aard in de formatie en functiestructuur binnen afdelingen, zoals beperkte wijzigingen in de formatie, herverdeling van taken tussen afdelingen, functiewijziging van medewerkers e.d..
11	Taak- en functie-inhoud: Het nemen van besluiten inzake aanbrengen van beperkte wijzigingen in taak- en functie-inhoud.	D&H		SD directeur	Dit geldt voor wijzigingen van beperkte aard in taak- of functie-inhoud van medewerkers, herverdeling van taken tussen medewerkers e.d.
12	CAO: Het nemen van besluiten op basis van de cao Werken voor Waterschappen	D&H		SD directeur	Betreft het uitvoeren van de cao. De bevoegdheid omvat het nemen van alle besluiten zoals het aangaan, wijzigen en opzeggen van overeenkomsten, het vaststellen, wijzigen en intrekken van regelingen.
13	Overige personele regelingen: Het nemen van besluiten over personele regelingen	D&H		SD	Betreft regelingen die niet zijn gebaseerd op de cao. De bevoegdheid omvat het nemen van alle besluiten zoals het vaststellen, wijzigen en intrekken van regelingen.
14	Vergoeding van schade personeel: Het nemen van besluiten op verzoeken van personeel om vergoeding van schade ontstaan bij of als gevolg van hun taakuitoefening.	D&H		SD
15	Toezicht: Het nemen van besluiten inzake aanwijzen van ambtenaren belast met toezicht.	D&H		SD directeur manager
16	Vergunningverlening: 1. Het nemen van besluiten inzake aanvragen om de verlening, wijziging en intrekking van een vergunning. 2. Het ambtshalve nemen van besluiten over verlening, wijziging en intrekking van een vergunning. 3. Het besluiten op aanvragen om het stellen van een maatwerkvoorschrift en op aanvragen om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen op grond van of krachtens de Omgevingswet en op grond van de Waterschapsverordening. 4. Het ambtshalve besluiten tot het stellen van een maatwerkvoorschrift.	D&H		SD directeur manager	Het afhandelen van meldingen en het afgeven van gedoogbeschikkingen zijn feitelijke handelingen die geschieden op grond van artikel 4 van dit besluit.
17	Samenloop: Het aanwijzen van het bevoegd gezag tot vergunningverlening ingeval van samenloop van bevoegdheden van meer dan één bestuursorgaan.	D&H		SD
18	Vaststelling projectbesluiten Omgevingswet: Het vaststellen van ontwerp-projectbesluiten en projectbesluiten op grond van de Omgevingswet.	D&H		SD
19	Advies en instemming Het geven van advies en het verlenen van instemming op grond van of krachtens de Omgevingswet.	D&H		SD directeur manager
20	Verkeersbesluiten en tijdelijke verkeersmaatregelen: Het nemen van besluiten op grond van - of krachtens de Wegenverkeerswet.	D&H		SD directeur manager
21	Verkeersbesluiten en tijdelijke verkeersmaatregelen op water: Het nemen van besluiten op grond van of krachtens de Scheepvaartverkeerswet.	D&H		SD directeur manager
22	Opleggen gedoogplichten: Het nemen van besluiten over gedoogplichten als bedoeld in artikel 10.17 Omgevingswet, alsmede over het wijzigen van gedoogplichtbeschikkingen als bedoeld in artikel 10.23 Omgevingswet.	VV	D&H	SD directeur manager
23	Calamiteiten: Het gebruik van alle mandaten en volmachten in dit Mandaat- en volmachtbesluit in verband met het bestrijden van calamiteiten 1. De Operationeel leider heeft dezelfde bevoegdheden als de SD. 2. De Coördinator Plaats Incident (CPI) heeft dezelfde bevoegdheden als de managers.	D&H		SD Ad 1. Operationeel leider Ad 2. Coördinator	Deze bevoegdhedenregeling is opgenomen in het Calamiteitenplan. D&H heeft het Calamiteitenplan vastgesteld als onderdeel van het Handboek calamiteitenzorg.
24	Privaatrechtelijke overeenkomsten: Het nemen van besluiten over privaatrechtelijke overeenkomsten.	VV	D&H	SD directeur manager voorzitter rekenkamer	De bevoegdheid omvat onder meer de besluiten tot het aangaan, wijzigen, ontbinden en beëindigen van overeenkomsten. De bevoegdheid omvat tevens het besluit elk mogelijk (juridisch bindend) standpunt in te nemen, zoals opschorting, ingebrekestelling, verrekening, etc. Het betreft onder meer overeenkomsten over: a. werken, leveringen of diensten b. financiële verplichtingen, c. vastgoedovereenkomsten, zoals onder andere verkrijging en vervreemding, vestiging, afstand en wijziging van goederenrechtelijke rechten, bedingen van kwalitatieve verplichtingen, (ver)huur, bruikleen, pacht. d. verzekeringsovereenkomsten e. verwerkersovereenkomsten persoonsgegevens f. toekennen tegemoetkoming in de kosten van plaatsing, onderhoud en werking van IBA’s. NB Arbeidsovereenkomsten, inhuur personeel, leer-werkovereenkomsten en stageovereenkomsten zijn een bevoegdheid van D&H en vallen dus niet onder dit mandaat. Feitelijke handelingen namens Delfland, zoals het geven inlichtingen en informatie, gebeuren op grond van artikel 4 van dit besluit.
25	Nadere besluiten: Het nemen van nadere en/of opvolgende besluiten ter uitvoering van door of namens D&H genomen besluiten.	D&H		SD directeur manager	Deze bevoegdheid omvat besluiten over de toepassing en uitvoering van overeenkomsten en andere privaatrechtelijke rechtshandelingen opvolgend of ter uitvoering van een primair besluit.
26	Leggerwijzigingen: a. Het wijzigen van de ligging van de duinvoet door middel van het wijzigen van de Legger Delfland, indien de jaarlijkse meting van de duinvoet daartoe aanleiding geeft. b. Het vaststellen van wijzigingen van de Legger Delfland voortvloeiend uit de vaststelling van projectbesluiten en de verlening van vergunningen. c. Het vaststellen van wijzigingen van de Legger Delfland gericht op technische aanpassingen als gevolg van in het veld aangetroffen situaties die niet stroken met de legger.	VV	D&H	SD directeur manager
27	Instellen verboden: Het nemen van besluiten op grond van artikel 1.10 Waterschapsverordening Delfland (instellen van verboden op het onttrekken of lozen van oppervlakte- of grondwater in geval van (dreigende of daadwerkelijke) grote schaarste of overvloed). Beperking: Slechts te gebruiken als het vergaderquorum van dijkgraaf en hoogheemraden -in een fysieke bijeenkomst of via een technisch communicatiemiddel– niet kan worden bereikt.	D&H		dijkgraaf	Wanneer van dit mandaat gebruik wordt gemaakt, wordt dit onverwijld aan D&H gemeld. Zie toelichting in bestuursvoorstel d.d. 23 aug 2022 dossnr. 2666. Zie voor de toepassing van artikel 1.10 Wsv ten behoeve van het beperken van het schutten van de scheepvaart zie nr. 28.
28	Instellen verboden: Het nemen van besluiten op grond van artikel 1.10 Waterschapsverordening Delfland (instellen van verboden op het onttrekken of lozen van oppervlakte- of grondwater in geval van (dreigende of daadwerkelijke) grote schaarste of overvloed) op basis van het ‘Droogteprotocol Schutten beheergebied Delfland’. a. opschalen naar code geel b. opschalen naar code oranje c. opschalen naar code rood d. opschalen naar code zwart e. afschalen naar lagere kleur code of beëindigen van de maatregelen op basis van ‘Droogteprotocol Schutten beheergebied Delfland’.	D&H		a. manager b. manager c. manager d. niet geman-dateerd e. manager	In het ‘Droogteprotocol Schutten beheergebied Delfland 2023’ (vastgesteld door D&H op 20 juni 2023) staan operationele afspraken uitgewerkt voor het instellen van schutbeperkingen bij de sluizen tussen zoet en zout water in Rotterdam, Schiedam en Vlaardingen. Dit is aan de orde indien Delfland bij een (dreigend) watertekort maatregelen dient te treffen op grond van de nationale verdringingsreeks droogte. Daar waar managers het mandaat krijgen voor de besluitvorming van op- of afschalen conform het Droogteprotocol Schutten, kan het besluit worden genomen door de manager die de rol van voorzitter van de Regiegroep Droogte vervult. Het college wordt geïnformeerd bij besluitvorming over opschaling en afschaling van alle codes van het Droogteprotocol Schutten Delfland. Het mandaat geldt alleen voor de toepassing van artikel 1.10 Wsv ten behoeve van de toepassing van het ‘Droogteprotocol Schutten beheergebied Delfland’. Zie voor de toepassing van artikel 1. 10 Wsv in andere gevallen bij nr. 27.
29	Cao-onderhandelingen: Het nemen van al zodanige besluiten als nodig voor een goede vertegenwoordiging van Delfland bij de cao-onderhandelingen	D&H		dijkgraaf
30	Nadeelcompensatie: Het nemen van besluiten inzake (toekennen) nadeelcompensatie	D&H		SD directeur manager
31	Arbeidsovereenkomsten: Het nemen van besluiten inzake arbeidsovereenkomsten.	D&H		SD	Dit mandaat betreft de vaste aanstelling van personeel.
32	Inhuur personeel, leer-werkovereenkomsten en stageovereenkomsten: Het nemen van besluiten inzake de genoemde overeenkomsten.	D&H		SD directeur manager	Dit mandaat betreft de tijdelijke aanstelling van personeel, stagiairs, leertrajecten in welke vorm dan ook.
33	Inkoop- en aanbestedingsbeleid: Het nemen van besluiten om af te wijken van het Inkoop- en aanbestedingsbeleid.	D&H		SD	Zie artikel 3 lid 3 van dit besluit.
34	Aanvragen van subsidie: Het nemen van besluiten ten behoeve van het aanvragen van een subsidie.	D&H		SD directeur manager	De bevoegdheid omvat alle besluiten die moeten worden genomen bij het doorlopen van gehele traject voor het aanvragen van een subsidie.
35	Legesverordening: Het op basis van een begroting vaststellen van de hoogte van de leges.	D&H		SD	De legesverordening kent een categorie van vergunningaanvragen waarvoor op basis van een begroting de hoogte van de leges wordt bepaald.
36	Waterschapsverordening: Het nemen van besluiten betreffende aanwijzen van werkingsgebieden in bijlage 3 van de Waterschapsverordening.	VV	D&H	SD directeur manager	De werkingsgebieden bij de Wsv worden via Bijlage 3 in het DSO ontsloten. De werkingsgebieden laten zien waar de regels van de Wsv werking hebben.

Paragraaf IV. Overgangsrecht

Artikel 11 Overgangsrecht

1.
Op de vaststelling van projectplannen als bedoeld in artikel 5.4 Waterwet waarvan het ontwerp voor de inwerkingtreding van afdeling 5.1 van de Omgevingswet ter inzage is gelegd, blijft het Mandaatbesluit Delfland 2023, zoals dat luidde tot aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, van toepassing.
2.
Op een ambtshalve opgelegde gedoogplichtbeschikking als bedoeld in artikel 5.21 Waterwet en artikel 5.24 Waterwet die voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet is bekend gemaakt, blijft het Mandaatbesluit Delfland 2023, zoals dat luidde tot aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, van toepassing totdat de betreffende gedoogplichtbeschikking onherroepelijk is.
3.
Indien voor een ambtshalve te nemen gedoogplichtbeschikking als bedoeld in artikel 5.21 Waterwet en artikel 5.24 Waterwet voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet toepassing is gegeven aan artikel 4:8 Algemene wet bestuursrecht, blijft het Mandaadbesluit Delfland 2023 van toepassing zoals dat luidde tot aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, totdat de te nemen gedoogplichtbeschikking onherroepelijk is.
4.
Indien voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet een aanvraag als bedoeld in artikel 5.22 lid 1 Waterwet is ingediend, blijft het Mandaatbesluit Delfland 2023 van toepassing, zoals dat luidde tot aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, totdat het besluit op de aanvraag onherroepelijk is.
5.
Op grond van voorgaande besluiten verleende ondermandaten en/of substitutievolmachten, worden geacht te zijn verleend op basis van dit besluit.

Paragraaf V. Slotartikelen

Artikel 12. Intrekking, inwerkingtreding citeertitel

1.
Het Mandaatbesluit Delfland 2023 wordt ingetrokken per de in lid 2 van dit artikel vermelde datum.
2.
Het Mandaat- volmachtbesluit Delfland 2024 treedt in werking de dag na publicatie in het Waterschapsblad, doch niet eerder dan 1 januari 2024.
3.
Dit besluit wordt aangehaald als ‘Mandaat- en volmachtbesluit Delfland 2024’.

Aldus besloten in de vergadering van dijkgraaf en hoogheemraden van 18 december 2023.