Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hardenberg

Gedragscode Integriteit raads- en schaduwfractieleden Gemeente Hardenberg 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHardenberg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGedragscode Integriteit raads- en schaduwfractieleden Gemeente Hardenberg 2023
CiteertitelGedragscode Integriteit raads- en schaduwfractieleden Gemeente Hardenberg 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 15, derde lid, van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-12-2023nieuwe regeling

19-12-2023

gmb-2023-553963

566745

Tekst van de regeling

Intitulé

Gedragscode Integriteit raads- en schaduwfractieleden Gemeente Hardenberg 2023

 

De raad van de gemeente Hardenberg;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2023;

gelet op artikelen 15, derde lid, ... van de Gemeentewet;

 

Besluit:

 

1. De gewijzigde versie van de Gedragscode integriteit voor raads- en schaduwfractieleden gemeente Hardenberg 2023 vast te stellen.

2. ......

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hardenberg van 19 december 2023.

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

F.G.S. Droste M.W. Offinga

 

Inleiding  

 

Deze inleiding maakt integraal onderdeel uit van deze gedragscode.

 

Integer bestuur

Goed bestuur is integer bestuur. Daarmee is integriteit niet alleen een verantwoordelijkheid van de individuele politieke ambtsdragers, maar een gezamenlijk belang dat de hele organisatie en het hele bestuur in al zijn geledingen aangaat.

De gedragscode richt zich daarom zowel tot de individuele politieke ambtsdragers als tot de bestuursorganen.

Ons democratische systeem en de democratische processen kunnen niet zonder integer functionerende organen en functionarissen. Integriteit van politieke ambtsdragers verwijst naar de zorgvuldigheid die politieke ambtsdragers moeten betrachten bij het invullen van hun rol in de democratische rechtsstaat. Dat betekent de verantwoordelijkheid nemen die met de functie samenhangt en bereid zijn verantwoording af te leggen, aan collega-bestuurders en/of (leden van) de gemeenteraad en bovenal aan de burger. In de democratische rechtsstaat dient eenieder zich te houden aan de wetten en regels die op democratische wijze zijn vastgesteld.

Deze plicht is voor de politieke ambtsdrager neergelegd in de eed of gelofte die de politieke ambtsdrager bij de ambtsaanvaarding aflegt: hij/zij zweert/belooft getrouw te zullen zijn aan de Grondwet, de wetten te zullen nakomen en zijn/haar plichten die uit het politieke ambt voortvloeien naar eer en geweten te zullen vervullen.

 

Gedragscode als richtsnoer voor integer handelen

De gemeenteraad stelt zowel voor de eigen leden als voor de dagelijkse bestuurders (voorzitter en overige leden van het college) een gedragscode vast. Dat is zo vastgelegd in de Gemeentewet. De gedragscode is een richtsnoer voor het handelen van individuele politieke ambtsdragers en heeft tot doel hen te ondersteunen bij de invulling van hun verantwoordelijkheid voor de integriteit van het openbaar bestuur.

Voor de twee groepen van politieke ambtsdragers (gemeenteraad en college) is er een afzonderlijke gedragscode. Onderhavige gedragscode heeft betrekking op de volksvertegenwoordigers: raads- en schaduwfractieleden. Veel bepalingen zijn voor de gemeenteraad en het college gelijk. Er zijn ook verschillen. Die hebben te maken met de staatsrechtelijke posities en met de voor hen geldende wettelijke (integriteit) regels.

Het rechtskarakter van de gedragscode is dat van een interne regeling, als nadere invulling en concretisering van de wettelijke regels. De gedragscode bevat in aanvulling op wettelijke regels gedragsnormen en regels over procedures die de transparantie van het handelen van politieke ambtsdragers evenals van de besluitvorming over en de naleving van de normen vergroten. Zij vormt een beoordelingskader en leidraad bij twijfel, vragen en discussies. Het niet naleven

van de gedragscode heeft geen rechtsgevolgen. Er is sprake van zelfbinding. De regels worden in gezamenlijk debat vastgesteld door de politieke ambtsdragers zelf. In dit licht moeten de regels in de code worden gezien. Dat maakt de gedragscode evenwel niet vrijblijvend. De raads- en schaduwfractieleden kunnen daarop worden aangesproken en zij dienen zich over de naleving ervan te verantwoorden. Het niet naleven van de gedragscode kan dus wel onderdeel worden van politiek debat en kan ook politieke gevolgen hebben. De gedragscode biedt politieke ambtsdragers een handvat om andere politieke ambtsdragers aan te spreken op hun gedrag en hieruit wellicht (politieke) consequenties te trekken.

Integriteit is een thema dat betekenis krijgt in het handelen. Een integriteitsbeleid dat alleen op papier bestaat is slechts een dode letter. Daarom moet het handelen van politieke ambtsdragers regelmatig onderwerp van gesprek zijn, juist ook onderling, en ook daarbij geeft de gedragscode ondersteuning. De code en de voorgestelde registraties zijn instrumenten.

Integriteit is uiteindelijk niet in regels te vangen. In de woorden van de schrijver C.S. Lewis gaat het om ‘doing the right thing, even when no one is watching’.

 

Voorbeeldfunctie

Een gemeenteraadslid/schaduwfractielid onthoudt zich van alles wat bij wet verboden is. Datzelfde geldt voor handelingen en uitlatingen die, mede in het kader van voorbeeldgedrag, niet passen bij het ambt van volksvertegenwoordiger, waarbij het nadrukkelijk zo is dat elke volksvertegenwoordiger een verantwoordelijkheid heeft jegens de gehele lokale samenleving. Om deze opdracht daadwerkelijk kracht en inhoud te geven, vindt er halfjaarlijks een gesprek plaats tussen raad, college en een afvaardiging vanuit de ambtelijke organisatie om te reflecteren op hoe zij hebben geacteerd in het kader van integriteit, hoe zij daar in gezamenlijkheid mee om zijn gegaan en wat er mogelijk beter kan.

 

Onderlinge omgangsvormen

Integriteit is niet alleen een kwestie van regels, maar ziet ook op de onderlinge omgangsvormen. Een respectvolle omgang met burgers en organisaties, tussen politieke ambtsdragers onderling en tussen politieke ambtsdragers en medewerkers, met behoud van eigen politieke inhoud en stijl, is van belang. In de omgang met burgers, ambtenaren, externe partijen en andere politieke ambtsdragers wordt van een politieke ambtsdrager correct, fatsoenlijk, en respectvol gedrag verwacht dat vrij is van ongewenste omgangsvormen en grensoverschrijdend en (seksueel) intimiderend gedrag zoals hinderlijk gedrag, intimidatie, dubbelzinnige opmerkingen, handtastelijkheden, agressie, pesten en discriminatie.

 

Integer opereren in netwerken

Politieke ambtsdragers opereren vaak in diverse (boven)lokale netwerken. Deze netwerken dragen bij aan het geworteld zijn van de politieke ambtsdrager. Tegelijkertijd ontstaat hierdoor het risico dat politieke ambtsdragers vanuit het gevoel van sympathie en loyaliteit, de belangen van de eigen netwerken vooropstellen ten koste van het algemeen belang. De schijn van oneigenlijke beïnvloeding kan snel gewekt zijn. Dit maakt duidelijk dat het nadenken over de eigen integriteit verder gaat dan het beoordelen van individuele handelingen. Het vraagt ook dat politieke ambtsdragers zich bewust zijn dat zij altijd verbonden zijn met professionele en persoonlijke netwerken. En dat deze netwerken ‘onbewust’ een invloed kunnen hebben op de keuzes en acties van de politieke ambtsdrager, die mogelijk tot een schending leiden. Dit risico van ‘netwerkcorruptie’ 1 kan de integriteit en de kwaliteit van het lokaal bestuur onder druk zetten.

 

Tot slot

Het ministerie van Buitenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een handboek Integriteit voor politieke ambtsdragers van decentrale overheden opgesteld. Graag verwijzen we naar dit handboek voor meer informatie, voorbeeldsituaties, model-gedragscodes en dergelijke.

    

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

 

Wettelijke grondslag

De gemeenteraad Hardenberg stelt een gedragscode vast voor hun leden (artikel 15, derde lid, Gemeentewet).

Artikel 1.1  

Deze gedragscode geldt voor de raads- en schaduwfractieleden, maar richt zich ook tot de bestuursorganen.

Artikel 1.2  

Deze gedragscode is openbaar en via internet beschikbaar.

Paragraaf 2 Voorkomen van belangenverstrengeling

 

Wettelijk kader

Afleggen eed of belofte ((artikel 14 Gemeentewet).

Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen leggen de raads- en schaduwfractieleden in de vergadering, in handen van de voorzitter, de volgende eed (verklaring en belofte) af: “Ik zweer (verklaar) dat ik om tot raads-(schaduwfractie)lid benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als raads- (schaduwfractie)lid naar eer en geweten zal vervullen.”

 

Persoonlijke belangen

  • Een lid van een gemeenteraad neemt niet deel aan de beraadslaging en stemming over een aangelegenheid die hem rechtstreeks of middellijk persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken;

  • de vaststelling of goedkeuring der rekening van een lichaam waaraan hij rekenplichtig is of tot welks bestuur hij hoort (artikel 28 Gemeentewet);

  • Het bestuursorgaan waakt ertegen dat tot het bestuursorgaan behorende of daarvoor werkzame personen die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, de besluitvorming beïnvloeden (artikel 2:4, tweede lid, Algemene wet bestuursrecht).

 

Incompatibiliteiten en nevenfuncties

  • Verboden overeenkomsten/handelingen gemeenteraadsleden mogen in geschillen, waar de gemeente(bestuur) partij is, niet als advocaat, adviseur of gemachtigde werkzaam zijn. Zij mogen bepaalde overeenkomsten, waar de gemeente bij betrokken is, niet rechtstreeks of middellijk aangaan. Van verboden overeenkomsten kan ontheffing worden verleend (artikel 15, eerste en tweede lid, Gemeentewet).

    Op overtreding staat uiteindelijk de sanctie van schorsing en vervallenverklaring van het lidmaatschap van de gemeenteraad(artikelen X7, X7a en X8 Kieswet).

  • Onverenigbaarheid van functies: het zijn van gemeenteraadslid sluit het hebben van een aantal andere functies uit (artikel 13 Gemeentewet). Dat leidt er uiteindelijk toe dat betrokkene ophoudt lid te zijn van de gemeenteraad (artikel X1 Kieswet).

    Openbaarmaking nevenfuncties gemeenteraadsleden maken openbaar welke nevenfuncties zij vervullen. De lijst met nevenfuncties ligt ter inzage op het gemeentehuis (artikel 12 Gemeentewet).

 

  • 1.

    Het raads- of schaduwfractielid levert de griffier de informatie aan over de (neven)functies die openbaar gemaakt moeten worden bij aanvang van het raads (schaduwfractie)lidmaatschap. Als gaande het lidmaatschap nieuwe (neven)functies aanvaard worden of de omstandigheden met betrekking tot bestaande (neven)functies wijzigen, wordt de informatie die hierop betrekking heeft binnen één maand aangeleverd bij de griffier.

  • 2.

    De informatie betreft in ieder geval:

    • a.

      de omschrijving van de (neven)functie;

    • b.

      de organisatie voor wie de (neven)functie wordt verricht;

    • c.

      of het al dan niet een (neven)functie betreft uit hoofde van het raads (schaduwfractie)lidmaatschap; en

    • d.

      of de (neven)functie bezoldigd of onbezoldigd is.

  • 3.

    De griffier legt hiervoor een register aan en beheert dit register. Het register is openbaar en via internet beschikbaar.

 

Toelichting

Het betreft een uitwerking van de wettelijke verplichting om nevenfuncties openbaar te maken. De informatie wordt neergelegd in een openbaar register. Het raads- en schaduwfractielid is verantwoordelijk voor de tijdige aanlevering van de informatie en voor de actualiteit daarvan.

 

Paragraaf 3 Informatie

 

Wettelijk kader

 

Informatieplicht

Burgemeester en wethouders van de gemeente Hardenberg en elk van zijn leden zijn verplicht alle inlichtingen te geven die de gemeenteraad nodig heeft voor de uitoefening van zijn taak. Het betreft zowel een actieve als een passieve informatieplicht.

Ook als individuele gemeenteraadsleden informatie vragen zal die informatie aan de gemeenteraad moeten worden verstrekt.

De informatie kan alleen worden geweigerd als die in strijd is met het openbaar belang (artikel 169 Gemeentewet).

Het Reglement van Orde voor de gemeenteraad kan bepalingen bevatten die betrekking hebben op informatieverstrekking en de omgang met informatie.

 

Geheimhouding

  • Een ieder die is betrokken bij de uitvoering van de taak van een bestuursorgaan en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit (artikel 2:5 Algemene wet bestuursrecht). Per 1 april 2023 ligt er automatisch geheimhouding op de informatie die is besproken tijdens een besloten vergadering, totdat de gemeenteraad de verplichting tot geheimhouding opheft.

  • Burgemeester en wethouders kunnen op grond van een belang, genoemd in 5.1 van de Wet open overheid, geheimhouding opleggen. Ook de burgemeester heeft die bevoegdheid. Ook de gemeenteraad, onderscheidenlijk (de voorzitter van) een commissie kan geheimhouding opleggen (hoofdstuk Va van de Gemeentewet).

  • Als gevolg van de Wet bevorderen integriteit en functioneren decentraal bestuur is er de mogelijkheid om op te treden tegen een raads- of schaduwfractielid dat de geheimhoudingsplicht heeft geschonden. De raad kan dat lid voor 3 maanden uitsluiten van informatie waar geheimhouding voor geldt.

  • Het schenden van de geheimhoudingsplicht is een misdrijf (artikel 272 Wetboek van Strafrecht).

 

Artikel 3.1  

Het raads- en schaduwfractielid zorgt ervoor dat vertrouwelijke en geheime informatie waarover hij beschikt veilig wordt bewaard.

Artikel 3.2  

Het raads- en schaduwfractielid maakt niet ten eigen bate of ten bate van derden gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen (nog) niet openbare informatie.

 

Toelichting

Artikel 3.1

Het is belangrijk de juiste maatregelen te treffen om te voorkomen dat onbevoegden vertrouwelijke en/of geheime gegevens kunnen bezitten, raadplegen of beschadigen. Daarbij moet in de digitale setting worden gedacht aan de beveiliging van de computer, smartphones e.d. met wachtwoorden en het niet onbeheerd achterlaten van USB-sticks met vertrouwelijke/geheime informatie.

 

Paragraaf 4 Omgang met geschenken en uitnodigingen

 

Wettelijk kader

 

Afleggen eed of belofte

De eed of belofte die het raads- en schaduwfractielid op grond van artikel 14 van de Gemeentewet moet afleggen heeft onder meer betrekking op het geven, aannemen of beloven van giften, gunsten of geschenken. Zie voor de wetstekst inzake de eed of belofte het wettelijk kader onder 2 voor de bepalingen ter voorkoming van belangenverstrengeling.

Artikel 4.1  

  • 1.

    Een raads- of schaduwfractielid accepteert geen geschenken, faciliteiten en diensten als zijn onafhankelijke positie hierdoor kan worden beïnvloed.

  • 2.

    Onverminderd het eerste lid kan het raads- of schaduwfractielid incidentele geschenken die een geschatte waarde van ten hoogste € 50,00 vertegenwoordigen behouden.

  • 3.

    Geschenken die het raads- of schaduwfractielid uit hoofde van zijn ambt ontvangt en die een geschatte waarde van meer dan € 50,00 vertegenwoordigen worden, als zij niet worden teruggestuurd, eigendom van de gemeente Hardenberg.

  • 4.

    De griffier legt een register aan van de geschenken met een geschatte waarde van meer dan € 50,00. In het register is aangegeven welke bestemming de gemeente Hardenberg hieraan heeft gegeven. Het register is openbaar en via internet beschikbaar

  • 4.

    Geschenken worden niet op het huisadres ontvangen.

 

Artikel 4.2  

  • 1.

    Deelname aan excursies en evenementen voor rekening van anderen dan de gemeente Hardenberg maakt het raads- of schaduwfractielid binnen één week na deelname openbaar. Daarbij wordt ook openbaar gemaakt wie de kosten voor zijn rekening heeft genomen.

  • 2.

    De informatie is openbaar en via internet beschikbaar.

 

Artikel 4.3  

  • 1.

    Een raads- of schaduwfractielid meldt de griffier de ondernomen buitenlandse reizen voor rekening van anderen dan de gemeente Hardenberg binnen één week na terugkeer in Nederland. Hij meldt in ieder geval het doel, de bestemming en de duur van de reis en wat daarvan de kosten waren.

  • 2.

    De griffier legt hiervoor een register aan en beheert dit register. Het register is openbaar en via internet beschikbaar.

 

Toelichting

Artikel 4.1

In de gedragscode is uitgangspunt dat geschenken, faciliteiten en diensten niet worden geaccepteerd als hiermee de onafhankelijke positie van het raads- of schaduwfractielid kan worden beïnvloed. Dat is in ieder geval aan de orde in onderhandelingssituaties.

Is daarvan geen sprake dan kunnen om praktische redenen incidentele kleine geschenken (met een geschatte waarde van € 50,00 of minder) door het raadslid worden aanvaard, echter nooit op het huisadres. Dit is een in de praktijk ontstaan gebruikelijk richtbedrag maar is geen scherpe grens. Er zijn omstandigheden denkbaar waar elk geschenk, ongeacht de waarde, onacceptabel is. Duurdere geschenken worden in elk geval niet aanvaard.

Zij worden teruggestuurd of worden eigendom van de gemeente Hardenberg die zorgt voor een goede bestemming van het geschenk. In een openbaar register worden opgenomen welke geschenken van meer dan € 50,00 de gemeente Hardenberg heeft aanvaard en welke bestemming daaraan is gegeven.

 

Artikelen 4.2 en 4.3

Het gaat hier om excursies, evenementen en buitenlandse reizen die betrokkene als raads- of schaduwfractielid aanvaardt. Excursies, evenementen en buitenlandse reizen in de hoedanigheid van lid van een politieke partij vallen hier dus niet onder.

 

Paragraaf 5 Gebruik van voorzieningen van de gemeente Hardenberg

 

Wettelijk kader

 

Procedure van declaratie:

Er zijn voor raads- en schaduwfractieleden voorschriften opgenomen in de gemeentelijke verordening Ambtelijke bijstand en fractieondersteuning over de wijze van declaratie (inclusief het overleggen van bewijsstukken) van vooruit betaalde (zakelijke) kosten en over rechtstreekse facturering van (zakelijke) kosten.

 

Buitenlandse excursie of reis voor raadsleden:

De gemeenteraad kan een raadscommissie (of een delegatie daaruit) toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. Die excursie/reis moet zijn georganiseerd door of vanwege de gemeente Hardenberg. De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente Hardenberg.

De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

Artikel 5.1  

  • 1.

    Het bestuursorgaan richt de financiële en administratieve organisatie zodanig in dat er een getrouw beeld mogelijk is van de juistheid en rechtmatigheid van de uitgaven en hanteren heldere procedures over de wijze waarop functionele uitgaven rechtstreeks in rekening worden gebracht of kunnen worden gedeclareerd bij de gemeente Hardenberg.

  • 2.

    Het raads- of schaduwfractielid verantwoordt zich over zijn gebruik van de voorzieningen volgens de in het kader van het eerste lid vastgelegde regels en procedures.

 

Artikel 5.2  

Een raads- of schaduwfractielid declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed.

Artikel 5.3  

Gebruik van voorzieningen en eigendommen van de gemeente Hardenberg ten eigen bate of ten bate van derden is niet toegestaan, tenzij dit wettelijk is geregeld.

 

Toelichting

Artikel 5.1

Aan raads- en schaduwfractieleden worden rechtspositionele voorzieningen, vergoedingen en andere verstrekkingen in bruikleen geboden die een goed functioneren van de raads- en schaduwfractieleden mogelijk maken. Wat betreft de uitwerking van de principes van dit stelsel zou kunnen worden aangesloten bij de werkwijze in het Voorzieningenbesluit dat geldt voor ministers en staatssecretarissen:

  • a)

    in beginsel worden voorzieningen en verstrekkingen in bruikleen ter beschikking gesteld;

  • b)

    indien een voorziening of verstrekking niet in bruikleen ter beschikking kan worden gesteld, wordt de factuur direct ten laste van de begroting van het bestuursorgaan betaald;

  • c)

    het vergoeden van voorzieningen en verstrekkingen achteraf door het indienen van declaraties, wordt tot een minimum beperkt;

  • d)

    voorzieningen, verstrekkingen en declaraties worden maandelijks openbaar gemaakt op internet.

 

Uitgangspunt is hier dat zo weinig mogelijk uitgaven door het raads- of schaduwfractielid zelf worden gedaan via zijn of haar privérekening. Geldstromen tussen de rekening van het bestuursorgaan en de persoonlijke rekening van het raads- of schaduwfractielid maken een zwaardere controle op de uitgaven noodzakelijk. Het raads- of schaduwfractielid zal zich uiteraard nauwgezet moeten houden aan de regels en procedures die er met het oog hierop voor hem of haar gelden.

 

Paragraaf 6 Uitvoering gedragscode

Artikel 6.1  

De gemeenteraad bevordert de eenduidige interpretatie van deze gedragscode. Ingeval van leemtes en onduidelijkheden in de gedragscode voorzien zij daarin.

Artikel 6.2  

  • 1.

    Op voorstel van de burgemeester maakt de gemeenteraad in ieder geval afspraken over:

    • a)

      de periodieke bespreking van het onderwerp integriteit in het algemeen en van de gedragscode in het bijzonder;

    • b)

      de aanwijzing van contactpersonen of aanspreekpunten integriteit;

    • c)

      de processtappen die worden gevolgd ingeval van een vermoeden van een integriteitschending door een politieke ambtsdrager van de gemeente Hardenberg;

    • d)

      in het geval van een integriteitsonderzoek door een extern bureau wordt alleen gebruik gemaakt van gecertificeerde onderzoeksbureaus.

  • 2.

    De afspraken, bedoeld in het eerste lid, worden vastgelegd in een bijlage en maken deel uit van deze gedragscode.

 

Toelichting

Artikel 6.1

De gemeenteraad is het hoogste bestuursorgaan en als zodanig verantwoordelijk voor de inhoud van de gedragscode, voor een eenduidige interpretatie daarvan en voor wijziging/aanvulling daarvan bij onduidelijkheden of leemtes.

 

Artikel 6.2

De Gemeentewet verplicht de gemeenteraad om voor zichzelf en voor het college van B&W een gedragscode vast te stellen.

Aanvullend op de wettelijke regels die gelden voor politieke ambtsdragers, bevat de gedragscode een aantal materiële normen waaraan de politieke ambtsdragers zich committeren. De burgemeester krijgt de wettelijke taak om de bestuurlijke integriteit van zijn/haar gemeente te bevorderen (artikel 170 lid 2 Gemeentewet).

Hiermee is de verantwoordelijkheid voor de portefeuille ‘integriteit’ duidelijk belegd. De wettelijke bepalingen bieden de ruimte om naar gelang de situatie handelend op te treden, waarbij niet alleen gedacht moet worden aan het optreden bij incidenten.

 

Belangrijk onderdeel is ook de preventie: ervoor te zorgen dat integriteit en integriteitsbewustzijn in de bestuurlijke gremia besproken blijven en daarbij afspraken te maken over een regelmatige bespreking van het thema integriteit, bijvoorbeeld een of twee keer per jaar, zowel met de raad als met college van B&W.

 

De burgemeester hoeft hier niet alleen voor te staan. Een daartoe aangewezen contactpersoon of vertrouwenspersoon (bijvoorbeeld de griffier) kan hier in relatie tot de gemeenteraad eveneens een belangrijke rol in spelen. Goed denkbaar is ook dat de gemeenteraad met de burgemeester, nadere afspraken maakt over de werkwijze die wordt gevolgd ingeval zich een incident of een vermoeden van een integriteitsschending voordoet. Dat geeft houvast en rust op het moment dat er gehandeld dient te worden. De gemeenteraad kan zelf onderling ook afspraken maken over hoe je elkaar aanspreekt.

 

Al deze processuele en procedurele afspraken zijn onderdeel van de gedragscode. De onderwerpen, genoemd in artikel 6.2, eerste lid, zijn niet uitputtend.

 

Bijlage 1 Afspraken Gedragscode

  • 1.

    De contactpersoon gedragscode voor raads- en schaduwfractieleden is de griffier of diens vervanger.

  • 2.

    Elk raads- en schaduwfractielid (nieuw of aan het begin van een nieuwe raadsperiode) voert een gesprek met burgemeester en griffier over integriteit. De griffier legt een kort verslag (beantwoording vragen) hiervan vast.

  • 3.

    Kandidaat-wethouders ondergaan voorafgaand aan hun benoeming een integriteitsscan door een gespecialiseerd bureau voor integriteitsonderzoek.

  • 4.

    Bij een (vermoeden van) schending van de integriteit, gaan de burgemeester en griffier eerst in gesprek met betrokkene(n). Indien nodig wordt vervolgens een gespecialiseerd bureau ingeschakeld voor een integriteitsonderzoek.

  • 5.

    Eén keer per halfjaar wordt er een informatieavond over integriteit/ondermijning voor raads- en schaduwfractieleden samen met college van B&W belegd.

 


1

Het begrip netwerkcorruptie is geïnspireerd door het promotieonderzoek van ‘Netwerkcorruptie; wanneer sociaal kapitaal corrupt wordt’ van Willeke Slingerland, 2018.