Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Berg en Dal

Verordening Stimuleringslening en subsidie duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBerg en Dal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Stimuleringslening en subsidie duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2024
CiteertitelVerordening Stimuleringslening en subsidie duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling heeft een looptijd tot en met 31-12-2026.

Deze regeling vervangt de Verordening Stimuleringslening duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2018.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 147 van de Gemeentewet
  2. artikel 149 van de Gemeentewet
  3. Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-12-2023nieuwe regeling

14-12-2023

gmb-2023-548382

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Stimuleringslening en subsidie duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2024

De raad van de gemeente Berg en Dal;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2023

 

gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende:

 

Verordening Stimuleringslening en subsidie duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2024

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

 

  • a.

    aanvrager: de rechtspersoon die een stimuleringslening en/of subsidie aanvraagt op basis van deze verordening;

  • b.

    eigenaar: rechtspersoon/instelling die het meest omvattend recht op een zaak heeft in de zin van artikel 1, Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, juridisch eigendomsrecht;

  • c.

    gebruiker: degene die het gebruiksrecht heeft;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal;

  • e.

    toekenningsbesluit: een positief besluit van het college op een aanvraag in de zin van deze verordening;

  • f.

    gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • g.

    Stimuleringslening: een gemeentelijke lening die door SVn wordt verstrekt ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van duurzaamheidsmaatregelen, die worden getroffen in of aan het gebouw waarvan de aanvrager eigenaar of gebruiker is;

  • h.

    subsidie: een geldbedrag verstrekt door een bestuursorgaan;

  • i.

    duurzaamheidsmaatregelen: energiebesparende en duurzame maatregelen en voorzieningen als bedoeld in artikel 4 van deze verordening;

  • j.

    werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden voor zover noodzakelijk voor het treffen van duurzaamheidsmaatregelen, eventueel vermeerderd met bijkomende kosten voor het verkrijgen van de stimuleringslening, een bouwkundig advies en/of energiescan en de kosten van door een deskundig vak bedrijf ter zake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren en verminderd met de van de gemeente en van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten (inclusief btw);

  • k.

    projectkosten: de kosten van materialen en werkzaamheden voor zover noodzakelijk voor het treffen van duurzaamheidsmaatregelen en de kosten van door een deskundig vakbedrijf ter zake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren aan kosten (inclusief btw);

  • l.

    SVn: de stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten, gevestigd te Amersfoort, financiële dienstverlener, geregistreerd onder AFM-vergunningnummer (12013647);

  • m.

    een energiescan: verkenning van mogelijkheden om maatregelen te treffen om energie te besparen en duurzame energie op te wekken, uitgevoerd door een gekwalificeerd adviseur in het bezit van een geldig Fedec-, EPA-U-, BREEAM-, of GPR- certificaat, of in het kader van het Ontzorgingsprogramma maatschappelijk vastgoed van de Provincie Gelderland of SportNLGroen, en de schriftelijke rapportage daarvan, die voor het betreffende gebouw in elk geval inzage geeft in:

    • a.

      het historisch energieverbruik op jaarbasis van de onderneming(en) of de organisatie(s) die eigenaar, huurder of gebruiker zijn van het gebouw;

    • b.

      de eigendomssituatie;

    • c.

      een overzicht van de mogelijke maatregelen om energie te besparen en duurzame energie op te wekken, en van de eventueel reeds genomen maatregelen;

    • d.

      de kosten en de terugverdientijd van de maatregelen;

  • n.

    leningverstrekking: verstrekking van de Stimuleringslening door SVn na een positieve krediettoets door SVn;

  • o.

    energieregistratie- en bewakingssysteem (EBS): Slimme meter met een energieverbruiks- manager/EBS voor elektriciteit, aardgas (a.e.) en/of warmte. Het systeem bestaat uit een slimme meter geïnstalleerd door erkende installateur, beeldscherm voor publieke visualisatie en (eventueel) energiemanagementsysteem met rapportagefunctie. Het systeem is bestemd voor het (realtime) monitoren en visualiseren van het energiegebruik van gas en elektriciteit en eventueel opgewekte energie ten behoeve van verbeterd energiegebruik.

  • p.

     

Artikel 2. Toepassingsbereik

Deze verordening is uitsluitend van toepassing op in de gemeente Berg en Dal gelegen gebouwen, in gebruik voor maatschappelijke doeleinden, zoals onderwijs, verenigingen en non-profitorganisaties die niet behoren tot de (semi)overheid zoals gebouwen van woningcorporaties. Deze verordening is niet van toepassing op gebouwen van zorginstellingen.

Artikel 3. Doelgroepen

Deze verordening is uitsluitend van toepassing voor de volgende doelgroepen:

 

  • a.

    In de gemeente Berg en Dal gevestigde verenigingen, stichtingen en andere non-profitorganisaties die eigenaar of huurder zijn van een gebouw, gelegen in de gemeente Berg en Dal, en die in hoofdzaak gericht zijn op activiteiten van sportieve aard;

  • b.

    In de gemeente Berg en Dal gevestigde verenigingen, stichtingen en andere non-profitorganisaties die eigenaar of huurder zijn van een gebouw, gelegen in de gemeente Berg en Dal, en die in hoofdzaak gericht zijn op activiteiten van educatieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard;

  • c.

    In de gemeente Berg en Dal gevestigde schoolbesturen die eigenaar of huurder zijn van een schoolgebouw gelegen in de gemeente Berg en Dal.

Artikel 4. Duurzaamheidsmaatregelen

  • 1.

    Tot de duurzaamheidsmaatregelen worden gerekend:

    • a.

      voor allen behorend bij de doelgroep onder artikel 3 sub a: de duurzaamheidsmaatregelen onder de categorie ‘energiebesparing’ uit de maatregelenlijst behorend bij de Subsidieregeling Stimulering Bouw en Onderhoud Sportaccommodaties (BOSA), publicatiedatum d.d. 19-12-2022, dan wel de daaropvolgende updates; (externe link: Bijlage aanvullende subsidie BOSA 2023 | Publicatie | Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (dus-i.nl)).

    • b.

      voor allen behorend bij de doelgroepen onder artikel 3 sub b en c: de duurzaamheidsmaatregelen uit de maatregelenlijst behorend bij de Subsidieregeling duurzaam maatschappelijk vastgoed, (publicatienummer RVO-121-2023/RP-DUZA, dan wel de daaropvolgende updates); (externe link: Maatregelenlijst DUMAVA 2023 - V3.pdf (rvo.nl)

    • c.

      voor allen behorend bij de doelgroepen onder artikel 3 sub a, b en c: de onderstaande aanvullende duurzaamheidsmaatregelen:

      • 1.

        Inductie koken i.p.v. koken op gas: kookplaat en aansluiting. Mits gecombineerd met gebouw definitief van het gas af halen;

      • 2.

        Lage-temperatuur centraal verwarmingssysteem (LTV-systeem) waarvan de ontwerp aanvoertemperatuur (T-aanvoer) maximaal 55° C bedraagt. Lage temperatuurverwarming is te koppelen aan vrijwel alle hr-ketels, stadsverwarming en warmtepompen en kan worden gebruikt in combinatie met lage temperatuur radiatoren, vloerverwarming of wandverwarming;

      • 3.

        Waterzijdig inregelen, ofwel het instellen van de radiatoren, voor een optimale werking van de warmteafgiftepunten in relatie met de afstand naar de ketel;

      • 4.

        Laadvoorziening voor elektrische auto’s, mits deze op eigen terrein geparkeerd en geladen wordt;

      • 5.

        Overige duurzaamheidsmaatregelen die naar oordeel van het college aantoonbaar bijdragen aan beperking van de energievraag van het gebouw, ofwel vermindering van de CO2-uitstoot van het gebouw, ofwel verhoging van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorzieningen van het gebouw.

  • 2.

    Het college kan de in het eerste lid vermelde lijst van duurzaamheidsmaatregelen wijzigen, uitbreiden en/of inkorten.

Artikel 5. Budget

In het kader van de in deze verordening gestelde beleidsdoelen, stelt de raad van de gemeente Berg en Dal het budget vast dat beschikbaar is voor het toewijzen van Stimuleringsleningen en subsidies.

Artikel 6. Bevoegdheid college

Het college is bevoegd om, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening, een Stimuleringslening en/of subsidie toe te kennen ten laste van de in artikel 5 bedoelde budgetten beschikbaar voor stimuleringsleningen en subsidies. Het college kan aan een toekenningsbesluit nadere voorwaarden verbinden.

Artikel 7. Wijze van aanvragen en aanvraagvereisten

Een aanvraag voor een Stimuleringslening en/of subsidie wordt digitaal via een door de gemeente aangewezen website/portal bij het college ingediend onder opgave van:

 

  • 1.

    de te treffen duurzaamheidsmaatregelen;

  • 2.

    bij een aanvraag stimuleringslening en of een aanvraag voor subsidie de projectkosten van het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen alsmede een financiële onderbouwing van deze opgave op basis van offertes van aannemers, installateurs en/of leveranciers ter zake van de te treffen duurzaamheidsmaatregelen;

  • 3.

    een planning van de uitvoering van de werkzaamheden;

  • 4.

    indien noodzakelijk een omgevingsvergunning en een verklaring van de constructeur;

  • 5.

    als een vereniging of stichting aanvrager is: een recent gewaarmerkt uittreksel van de inschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel, waaruit blijkt dat de aanvrager bevoegd is namens de rechtspersoon de aanvraag in te dienen;

  • 6.

    een energiescan die niet ouder is dan 36 maanden op het moment van aanvraag;

  • 7.

    bij een aanvraag voor subsidie een bewijs, in welke vorm dan ook, waaruit blijkt dat eerst alle subsidies beschikbaar voor duurzaamheidsmaatregelen van het Rijk en andere overheden zijn aangevraagd;

  • 8.

    om aanspraak te kunnen maken op subsidie waarbij op grond van deze verordening ook een lening is gevraagd is het toekenningsbesluit voor de lening voorwaarde voor subsidieverlening.

  • 9.

    voor zover van toepassing gegevens van de (externe) beheerder en een akkoordverklaring van de (externe) eigenaar dat hij/zij akkoord is met de door huurder voorgenomen investeringen en dat verhuurder de lening aflost wanneer huurder de accommodatie eerder verlaat dan dat de lening is afgelost.

Artikel 8. Afhandelen aanvraag

Op aanvragen voor een stimuleringslening en/of subsidie is de volgende procedure van toepassing:

 

  • 1.

    Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.

  • 2.

    Indien de aanvraag niet voldoet aan de aanvraagvereisten zoals beschreven in artikel 7 dan wel niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren. Deze termijn gaat in vanaf de verzenddatum van het verzoek om de aanvraag aan te vullen.

  • 3.

    Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, neemt het college de aanvraag niet in behandeling.

  • 4.

    Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af.

  • 5.

    Het college neemt binnen zes weken na ontvangst van de aanvraag, dan wel na het compleet worden daarvan, een beslissing en deelt die middels een toekenningsbesluit of afwijzingsbesluit mee aan aanvrager.

  • 6.

    Het college kan de beslissing, bedoeld in het vijfde lid, voor ten hoogste 4 weken verdagen. Van de verdaging wordt schriftelijk mededeling gedaan.

  • 7.

    In het toekenningsbesluit bij een aanvraag tot subsidie geeft het college aan op welke wijze de verantwoording van de te ontvangen subsidie plaats dient te vinden;

  • 8.

    Uit overschrijding van de in het vijfde en/of zesde lid bedoelde termijn kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt gehonoreerd.

Artikel 9. Weigeringsgronden

Het college wijst een aanvraag af, indien:

 

  • 1.

    de aanvraag niet is ingediend door een aanvrager behorende tot de vastgestelde doelgroep zoals bepaald in artikel 3 van deze verordening;

  • 2.

    het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren;

  • 3.

    de voorgestelde maatregel(en) waarvoor de lening en/of subsidie wordt aangevraagd, geen maatregel betreft bepaald in of ingevolge artikel 4 van deze verordening;

  • 4.

    de werkelijke kosten naar zijn oordeel niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat;

  • 5.

    de projectkosten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd minder bedragen dan € 10.000,- (inclusief BTW) ;

  • 6.

    het leningsdeel minder bedraagt dan € 7.500,-;

  • 7.

    de aanvraag wordt ingediend ná het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen;

  • 8.

    naar zijn oordeel gegronde redenen bestaan aan te nemen dan wel vastgesteld wordt, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening wordt of zal worden voldaan;

  • 9.

    het gebouw binnen een periode van tien jaar moet worden afgebroken of dat aannemelijk is dat deze binnen een periode van tien jaar zal worden afgebroken.

Hoofdstuk 2. Stimuleringslening

Artikel 10. Toekenningsbesluit lening onder voorbehoud van positieve krediettoets

  • 1.

    Het college besluit aanvrager een Stimuleringslening toe te kennen, indien uit de aanvraag blijkt dat met het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan een of meer van de hiernavolgende beleidsdoelen:

    • a.

      Een beperking van de energievraag, dan wel een vermindering van de CO2uitstoot;

    • b.

      Het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening van het gebouw van aanvrager.

  • 2.

    Het toekenningsbesluit wordt genomen onder voorbehoud van een positieve krediettoets van SVn;

  • 3.

    Dit toekenningsbesluit wordt door het college verzonden aan de aanvrager en aan SVn;

  • 4.

    Binnen 8 weken na bekendmaking van het toekenningsbesluit dient de aanvrager een krediettoets-verzoek bij SVn te hebben ingediend;

  • 5.

    Voor het aanvragen van de krediettoets dient de aanvrager gebruik te maken van een door SVn beschikbaar te stellen aanvraagformulier.

  • 6.

    Indien de krediettoets door SVn negatief is bevonden vervalt het toekenningsbesluit van rechtswege.

Artikel 11. Leningsverstrekking Stimuleringsleningen

  • 1.

    SVn verstrekt en beheert de Stimuleringslening.

  • 2.

    De lening wordt pas verstrekt, nadat de krediettoets door SVn is uitgevoerd en positief is bevonden en nadat de offerte voor de lening door de aanvrager is geaccepteerd en een onderhandse akte zoals bedoeld in artikel 13 lid 7 door de aanvrager is ondertekend.

  • 3.

    Stimuleringsleningen komen via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden, dan wel facturen van zelf aangeschafte materialen. Eigen arbeidsuren kunnen niet worden gedeclareerd. De facturen worden goedgekeurd door het college of een bevoegd ambtenaar.

Artikel 12. Kenmerken Stimuleringslening

  • 1.

    De hoofdsom van de door het college toegekende Stimuleringslening is gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten. Daarbij bedraagt de hoofdsom van de Stimuleringslening niet minder dan € 7.500,- (incl. BTW) per aanvraag. De werkelijke investering mag hoger zijn dan de hoofdsom van de Stimuleringslening.

  • 2.

    Op een stimuleringslening zijn de door SVN gestelde voorwaarden van toepassing.

  • 3.

    De looptijd van een Stimuleringslening bedraagt maximaal 15 jaar.

  • 4.

    Het rentepercentage dat van toepassing is, is het rentepercentage van de Duurzaamheidslening met een minimumrentepercentage van 1,6%, zoals SVn deze publiceert op het moment van toewijzing.

  • 5.

    De rente staat gedurende de gehele looptijd van de Stimuleringslening vast.

  • 6.

    Vervroegde aflossing van de Stimuleringslening is te allen tijde boetevrij toegestaan met een minimum van € 250,-.

  • 7.

    Binnen één jaar na het verstrekken van de Stimuleringslening zijn de werkzaamheden voltooid. De genoemde termijn kan door het college worden verlengd.

  • 8.

    De Stimuleringslening wordt vastgelegd in een onderhandse akte.

  • 9.

    De aanvrager mag meerdere keren de Stimuleringslening aanvragen.

Artikel 13. Tegemoetkoming in de afsluitkosten

Het college verstrekt de aanvrager een subsidie van € 1.500,-- ter compensatie van de afsluitkosten van de stimuleringslening.

Hoofdstuk 3. Stimuleringssubsidie

Artikel 14. Toekenningsbesluit voor subsidie duurzame maatregelen

  • 1.

    Het college kent een subsidie toe, indien deze aan de volgende voorwaarden voldoet:

    • a.

      uit de aanvraag blijkt dat met het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan één of meer van de hiernavolgende beleidsdoelen:

      • 1.

        Een beperking van de energievraag, dan wel een vermindering van de CO2uitstoot;

      • 2.

        Het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening van het gebouw van aanvrager.

    • b.

      er geen gronden zijn tot afwijzing van de subsidie gelet op artikel 9. van deze verordening;

  • 2.

    In de toekenning van subsidie door het college wordt meegenomen of de aanvrager voor dezelfde maatregel bijdragen of subsidie van derden ontvangt. Het totale bedrag aan bijdragen of subsidie kan nooit meer bedragen dan 100% van de kosten van de maatregel.

  • 3.

    Het college volgt bij de behandeling van aanvragen de procedure die in artikel 8 van deze verordening is vastgelegd.

Artikel 15. Voorwaarden en vaststelling stimuleringssubsidie

  • 1.

    Bij subsidieverlening dient de subsidieontvanger binnen één jaar na het toekenningsbesluit een aanvraag tot vaststelling in bij het college.

  • 2.

    Voor de aanvraag tot vaststelling wordt een door het college vastgesteld formulier gebruikt.

  • 3.

    De aanvraag tot vaststelling van een subsidie gaat vergezeld van een factuur voor de projectkosten op naam van de subsidieontvanger en een betalingsbewijs voor betalingen waaruit blijkt dat de subsidieontvanger de factuur heeft betaald.

  • 4.

    Het college stelt de subsidie vast binnen 13 weken na de ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling.

Artikel 16. Kenmerken stimuleringssubsidie

  • 1.

    De subsidie bedraagt in totaal maximaal 25% van de projectkosten tot een maximum van € 20.000 per aanvraag voor de duur van de looptijd van deze verordening.

  • 2.

    Subsidie wordt verstrekt als 100% bevoorschotting.

  • 3.

    Binnen één jaar na verstrekking van de subsidie dienen de werkzaamheden te zijn voltooid. De genoemde termijn kan door het college worden verlengd.

  • 4.

    De aanvrager mag meerdere keren subsidie aanvragen.

  • 5.

    Voor de subsidieregeling geldt dat het college kan besluiten het beschikbare budget niet te laten overschrijden.

Hoofdstuk 4. Overige bepalingen

Artikel 17. Nadere regels

Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Artikel 18. Hardheidsclausule

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 19. Intrekking en terugvordering

  • 1.

    Het college kan een besluit waarin wordt voorzien in de toekenning van een Stimuleringslening of subsidie intrekken indien:

    • a.

      de aanvrager niet voldoet aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen;

    • b.

      de Stimuleringslening of subsidie is toegekend of vastgesteld op grond van door de aanvrager onjuiste verschafte gegevens.

  • 2.

    Bij de intrekking van de stimuleringslening kan het college de contante waarde van het reeds genoten en of toekomstige rentevoordeel geheel of gedeeltelijk terugvorderen;

  • 3.

    Bij intrekking of lager vaststellen van de stimuleringssubsidie kan het college de bevoorschotte subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen.

Artikel 20. Overgangsbepaling

Op subsidieaanvragen, ingediend na 1 januari 2023 en vóór de inwerkingtreding van deze verordening, is artikel 9 lid 7 van deze verordening niet van toepassing.

Artikel 21. Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking en heeft een looptijd tot en met 31-12-2026.

  • 2.

    Wanneer deze verordening in werking treedt wordt de “Verordening Stimuleringslening duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2018”, vastgesteld op 8 februari 2018ingetrokken.

  • 3.

    Alle maatregelen gericht op energiebesparing van de maatregelenlijst BOSA-regeling en de maatregelenlijst van DUMAVA-regeling, zoals bedoeld in artikel 4, worden ter inzage gelegd bij de gemeente Berg en Dal, Dorpsplein 1 in Groesbeek (gemeentehuis).

Artikel 22. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening Stimuleringslening en subsidie duurzame maatregelen non-profitorganisaties Berg en Dal 2024”.

Aldus vastgesteld te Berg en Dal op, 14 december 2023

De raadsgriffier,

J.A.M. van Workum

De voorzitter,

mr. M. Slinkman