Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bodegraven-Reeuwijk

Verordening van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, houdende regels over vergoeding van schade bij rechtmatig overheidshandelen (Verordening nadeelcompensatie gemeente Bodegraven-Reeuwijk)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBodegraven-Reeuwijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, houdende regels over vergoeding van schade bij rechtmatig overheidshandelen (Verordening nadeelcompensatie gemeente Bodegraven-Reeuwijk)
CiteertitelVerordening nadeelcompensatie gemeente Bodegraven-Reeuwijk
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpnadeelcompensatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 108 van de Gemeentewet
  2. artikel 149 van de Gemeentewet
  3. artikel 156 van de Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024Nieuwe regeling

28-09-2022

gmb-2023-548139

Z/21/109706

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, houdende regels over vergoeding van schade bij rechtmatig overheidshandelen (Verordening nadeelcompensatie gemeente Bodegraven-Reeuwijk)

De raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 juli 2022;

 

gelet op de artikelen 108, 149 en 156 van de Gemeentewet, titel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht en afdeling 15.1 van de Omgevingswet;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening nadeelcompensatie gemeente Bodegraven-Reeuwijk

 

Artikel 1: Toepassingsbereik

  • 1.

    Deze verordening heeft betrekking op aanvragen om schadevergoeding als bedoeld in artikel 4:126, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, waarvan de aanvrager stelt dat die wordt veroorzaakt door een bestuursorgaan van de gemeente.

  • 2.

    Deze verordening heeft geen betrekking op aanvragen om schadevergoeding waarop een bijzondere regeling van toepassing is.

     

Artikel 2: Heffen recht

Voor het in behandeling nemen van de aanvraag om schadevergoeding wordt van de aanvrager een recht van € 500,- geheven.

 

Artikel 3: Delegatie beslissingsbevoegdheid

Als de aanvraag om schadevergoeding betrekking heeft op schade, waarvan de aanvrager stelt dat die wordt veroorzaakt door de gemeenteraad, beslissen burgemeester en wethouders op die aanvraag.

 

Artikel 4: Aanvraag

  • 1.

    De aanvrager van schadevergoeding maakt gebruik van een door de burgemeester en wethouders vastgesteld formulier.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 4:127 van de Algemene wet bestuursrecht bevat een aanvraag mede:

    • a.

      als het schade betreft wegens winst- of inkomstenderving: een door een accountant gewaarmerkte jaarrekening over het jaar waarin schade is geleden en voor zover van toepassing de drie daaraan voorafgaande jaren en de aanslagen vennootschapsbelasting of inkomstenbelasting.

    • b.

      als het schade betreft wegens gederfde huurinkomsten: een afschrift van de huurovereenkomst of gebruiksovereenkomst en een eigendomsakte.

    • c.

      als het schade betreft wegens lagere opbrengst bij de verkoop van een bedrijf of onroerende zaak: een afschrift van de eigendomsakte van de onroerende zaak dan wel bij verkoop van een bedrijf een taxatierapport van een onafhankelijk deskundige.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen zo nodig aanvullende gegevens en bescheiden opvragen. Conform artikel 4:5 Awb kan de burgemeester en wethouders besluiten de aanvraag niet te behandelen dan wel indien de aanvraag niet voldoet aan een wettelijk voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag of de verstrekte gegevens en bescheiden onvoldoende zijn voor de behandeling van de aanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking.

  • 4.

    Geen aanvraag kan worden ingediend indien de schade minder bedraagt dan € 500,- voor particulieren en € 1000,- voor bedrijven.

     

Artikel 5: Adviescommissie

  • 1.

    Burgemeester en wethouders winnen slechts advies in bij een adviescommissie voor zover dat naar zijn oordeel noodzakelijk is om op de aanvraag om schadevergoeding te kunnen beslissen.

  • 2.

    Advies als bedoeld in het eerste lid, wordt in ieder geval niet ingewonnen als:

    • a.

      de aanvraag naar het oordeel van burgemeester en wethouders kennelijk ongegrond is, omdat zich kennelijk een weigeringsgrond voordoet als bedoeld in artikel 4:126, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

    • b.

      de schade kennelijk niet kan worden toegerekend aan een door het bestuursorgaan genomen besluit of verrichte handeling;

    • c.

      de aanvraag naar het oordeel van burgemeester en wethouders voldoende gelijkenis vertoont met andere aanvragen waarvoor al advies is uitgebracht;

    • d.

      de schadevergoeding kennelijk minder bedraagt dan € 500,- voor particulieren en € 1000,- voor bedrijven, of

    • e.

      naar het oordeel van burgemeester en wethouders in de gemeentelijke organisatie voldoende deskundigheid voor de beoordeling van de aanvraag aanwezig is.

  • 3.

    Een adviescommissie bestaat uit één of meer deskundigen.

  • 4.

    Een adviescommissie als bedoeld in artikel 4:130 van de Algemene wet bestuursrecht kan worden benoemd als:

    • a.

      vaste commissie, waarbij de leden door burgemeester en wethouders voor een termijn van maximaal vier jaar worden benoemd met de mogelijkheid tot herbenoeming voor maximaal vier jaar, of

    • b.

      tijdelijke commissie voor advisering met betrekking tot één of meer aanvragen, door het bestuursorgaan dat de aanvragen behandelt.

  • 5.

    Burgemeester en wethouders kunnen voor een commissie als bedoeld in het vierde lid, onder a, een reglement vaststellen.

     

Artikel 6: Procedure

  • 1.

    Als advies wordt ingewonnen bij een adviescommissie, informeren burgemeester en wethouders de aanvrager en belanghebbenden.

  • 2.

    Bij de toepassing van de artikelen 4:7 en 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht wordt naast de aanvrager voor zover van toepassing betrokken:

    • a.

      degene die de activiteit verricht en met wie een overeenkomst als bedoeld in artikel 13.3c, eerste lid, van de Omgevingswet is gesloten, en

    • b.

      als sprake is van een schadeveroorzakend besluit naar aanleiding van een aanvraag, zoals geregeld in artikel 13.3d van de Omgevingswet, de aanvrager van dat besluit of degene die de toegestane activiteit verricht, tenzij:

      • 1 °

        de schadevergoeding redelijkerwijze voor rekening behoort te blijven van het bestuursorgaan, of

      • 2 °

        de schadevergoeding voldoende op een andere manier is verzekerd.

         

Artikel 7: Uitbetaling

Bij geheel of gedeeltelijke toewijzing van een aanvraag om schadevergoeding wordt de toegewezen schadevergoeding uiterlijk betaald bij het onherroepelijk worden van het besluit op de aanvraag.

 

Artikel 8: Aanvraag voorschot

Burgemeester en wethouders kunnen, vooruitlopend op de beslissing op een aanvraag om schadevergoeding, een voorschot verlenen als redelijkerwijs kan worden aangenomen dat een verplichting tot betaling zal worden vastgesteld.

 

Artikel 9: Overgangsrecht

  • 1.

    De Procedureverordening voor tegemoetkoming in planschade 2012 blijft gelden voor aanvragen die op grond van de overgangsbepalingen nadeelcompensatie van de Omgevingswet volgens het oude recht afgehandeld dienen te worden.

  • 2.

    Een omgevingsvergunning die wordt verleend op grond van een regel in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, als bedoeld in artikel 22.1 Omgevingswet, geldt niet als schadeveroorzakend besluit als bedoeld in artikel 15.1, tweede lid Omgevingswet.

     

Artikel 10: Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op het tijdstip dat titel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht in werking treedt. Voor zover de verordening betrekking heeft op afdeling 15.1 van de Omgevingswet treedt deze in werking op het tijdstip dat de Omgevingswet in werking treedt.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening nadeelcompensatie gemeente Bodegraven-Reeuwijk.

     

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, gehouden op 28 september 2022.

 

De griffier,

drs. J.H. Rijs MMC