Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bunschoten

Verordening op de heffing en de invordering van leges Bunschoten 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBunschoten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges Bunschoten 2024
CiteertitelLegesverordening Bunschoten 2024
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 2 januari 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 156, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 156, tweede lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
  4. artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet
  5. artikel 7 van de Paspoortwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-01-2024bijlage 1

02-01-2024

gmb-2024-25784

20-12-202316-01-2024nieuwe regeling

14-12-2023

gmb-2023-544183

1180860b

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges Bunschoten 2024

De raad van de gemeente Bunschoten;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders 7 november 2023, nr. 1180861;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

 

b e s l u i t:

vast te stellen de:

 

"Verordening op de heffing en de invordering van leges Bunschoten 2024"

(Legesverordening Bunschoten 2024)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • c.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • d.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • e.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag, of;

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het raadplegen van het gemeentelijk kadaster door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie;

  • b.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • c.

    het in behandeling nemen van aanvragen van vergunningen tot het houden van collecten;

  • d.

    het in behandeling nemen van aanvragen van vergunningen gericht op het inzamelen van kleding voor

    goede doelen;

  • e.

    het in behandeling nemen van aanvragen voor verklaringen omtrent gedrag (VOG), voor zover dit wordt aangevraagd om medewerking te kunnen verlenen aan een goed doel, waarbij deze vrijstelling slechts geldt voor het gemeentelijke deel van het legestarief (= geldende tarief exclusief rijksleges c.q. afdracht).

Artikel 5 Tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, (elektronische) nota, of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiking van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan, onverwijld;

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

    • 2.

      paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • 3.

      artikel 1.7.2.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 4.

      artikel 1.9.3 (wet op de kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Inwerkingtreding, overgangsbepalingen en citeertitel

  • 1.

    De "Legesverordening Bunschoten 2023” van 3 november 2022, zover laatstelijk gewijzigd, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerking-treding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Legesverordening Bunschoten 2024".

Artikel 12 Ter inzage

  • 1.

    De uitgave van ‘Bouwkostenkompas Woning- en Utiliteitsbouw’ ligt ter inzage op het gemeentehuis van Bunschoten;

  • 2.

    De uitgave van het normblad NEN 2699 ligt ter inzage bij het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN).

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bunschoten van 14 december 2023

de griffier,

E. Hoogstraten

de voorzitter,

M. v.d. Groep

Bijlage 1. Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening Bunschoten 2024

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

 

Paragraaf 1.1. Burgerlijke stand

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking en registratie partnerschap

1.1.1

Voor de voltrekking van een huwelijk dan wel registreren partnerschap bedraagt het tarief op:

1.1.1.1

Maandag en woensdag tot en met vrijdag van 08.30 uur tot 17.00 uur

€ 427,00

1.1.1.2

Dinsdag van 08.30 tot 17.00 uur, behalve op de tijdstippen genoemd bij 1.1.1.4

€ 427,00

1.1.1.3

de onder 1.1.1.1 en 1.1.1.2 genoemde dagen, na 17.00 uur

€ 717,00

1.1.1.4

Dinsdag om 08.45 uur en 09.00 uur

Nihil

1.1.1.5

Zaterdag

€ 853,00

1.1.2.1

Voor de voltrekking van een huwelijk dan wel registreren partnerschap welke in de raadzaal plaatsvindt worden de onder 1.1.1.1 t/m 1.1.1.3 en 1.1.1.5 vermelde bedragen verhoogd met:

€ 37,90

1.1.2.2

voor de voltrekking van een huwelijk dan wel registreren partnerschap, welke plaats vindt op een alternatieve locatie worden de onder 1.1.1.1 t/m 1.1.1.5 vermelde bedragen verhoogd met

€ 94,50

1.1.2.3

Het tarief bedraagt voor het aanwezig zijn van getuigen van de gemeente, per getuige

€ 24,10

1.1.2.4

Het tarief bedraagt voor het inschakelen van een eigen buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand / trouwambtenaar

 

 

  • -

    voor één dag, welke nog benoemd en beëdigd moet worden

€ 209,00

 

  • -

    voor één dag, welke reeds benoemd en beëdigd is in een andere gemeente

€ 7,50

1.1.3.1

Het tarief bedraagt ter zake van het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap (zonder ceremonie in de trouwzaal)

€ 45,90

1.1.3.2

Voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk gelden de onder artikel 1.1.1 t/m 1.1.1.5 vermelde bedragen (met ceremonie)

1.1.4

Het tarief bedraagt ter zake van:

1.1.4.1

het verstrekken van een standaard trouwboekje/partnerschapsboekje

€ 26,60

1.1.4.2

het kalligraferen in het trouwboekje/partnerschapboekje (aktepagina)

€ 12,05

1.1.4.3

het kalligraferen in het trouwboekje/partnerschapboekje (kerkpagina)

€ 5,95

1.1.4.4

het kalligraferen in het trouwboekje/partnerschapboekje (per kind)

€ 3,60

1.1.5

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.1.5.1

het verstrekken van een selectie uit de burgerlijke stand

€ 362,00

1.1.5.2

vermeerderd met een bedrag per verstrekking van

€ 0,10

1.1.6

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de register van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 22,45

1.1.7

Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand (Stb. 1879, 72) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand (Stb. 1969, 36) of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd

1.1.8

voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het aanwijzen van een alternatieve locatie als huwelijkslocatie dan wel voor het registreren van een partnerschap wordt een legesbedrag in rekening gebracht van

€ 311,00

1.1.9

voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlengen van een overeenkomst (max. 5 jaar) voor een alternatieve locatie als huwelijkslocatie dan wel voor het registreren van een partnerschap, wordt een legesbedrag in rekening gebracht van

€ 155,00

1.1.10

Annuleren of wijzigen datum

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een gereserveerde datum voor de huwelijksvoltrekking, registratie van het partnerschap of omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk te annuleren of te wijzigen binnen een periode van 3 maanden voorafgaand aan die gereserveerde datum:

€ 50,00

 

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Artikel 1.2 Paspoorten of andere reisdokumenten

1.2.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,85 (w)

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,40 (w)

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,85 (w)

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,40 (w)

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,85 (w)

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,40 (w)

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 63,40 (w)

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 75,80 (w)

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 40,90 (w)

1.2.6

Van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken person

€ 36,90 (w)

1.2.7

voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.6 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen

€ 57,05 (w)

 

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Artikel 1.3 Rijbewijzen 

1.3.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 51,10 (w)

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 39,65 (w)

 

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

Artikel 1.4 Verstrekken van gegevens uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.4 t/m 1.4.4.2 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van een uittreksel voor een persoon

tot het verstrekken van een uittreksel uit de BRP

€ 16,80

1.4.2.2

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 11,65

1.4.2.3

van een volledig overzicht van de persoonslijst van de ingeschrevene

€ 26,75

1.4.3.2

Voor het verstrekken van gegevens uit de basisregistratie personen aan aangewezen afnemers, per verstrekking

€ 3,00

1.4.3.3

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 22,00

1.4.4

Om een selectie van personen uit het geautomatiseerde basisregistratie personen bestand per standaardselectie

€ 435,00

1.4.4.1

Vermeerderd per aantal te selecteren personen van:

 

 

1 t/m 500 met

€ 81,00

 

501 t/m 1000 met

€ 162,00

 

1001 t/m 1500 met

€ 243,00

 

1501 t/m 2000 met

€ 324,00

 

2001 t/m 2500 met

€ 405,00

 

2501 t/m 3000 met

€ 486,00

 

3001 t/m 3500 met

€ 567,00

 

3501 t/m 4000 met

€ 648,00

 

4001 t/m 5000 met

€ 729,00

 

5001 en meer met

€ 810,00

1.4.4.2

Vermeerderd met:

  • -

    indien afgedrukt op etiketten per 50 stuks

€ 8,10

 

  • -

    indien de selecties verstrekt worden op CD

€ 28,15

 

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken

Artikel 1.5 Afschriften van bestuursstukken

1.5.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.5.1.1

een exemplaar van de gemeentebegroting (productenbegroting, meerjaren-beleidsplan, aanbiedingsbrief), per pagina

€ 0,40

1.5.1.2

een exemplaar van de begroting van een gemeentebedrijf met toelichting,

per pagina

€ 0,40

1.5.1.3

een exemplaar van de gemeenterekening, per pagina

€ 0,40

1.5.1.4

een exemplaar van de toelichting van de gemeenterekening, per pagina

€ 0,40

1.5.1.5

een exemplaar van de rekening van een gemeentebedrijf met toelichting, per pagina

€ 0,40

1.5.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.5.2.1

een afschrift van de stukken behorende bij de raadsvergadering, per pagina

€ 0,40

1.5.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op de stukken (excl. begrotingsstukken en beleidsnota's) behorende bij een raadsvergadering

€ 369,00

1.5.2.3

In afwijking van het bepaalde onder 1.5.2.2 bedraagt het tarief voor een abonnement, indien deze stukken worden afgehaald

€ 234,00

1.5.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.5.3.1

een exemplaar van de Algemene Plaatselijke Verordening, per pagina

€ 0,40

1.5.3.2

een exemplaar van de Bouwverordening, per pagina

€ 0,40

1.5.3.3

een exemplaar van een beleidsnota, per pagina

€ 0,40

 

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Artikel 1.6 Plan- of kaartinformatie, informatie uit registers en informatie uit adressenbestanden

1.6.1

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in het gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 11,40

1.6.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van inlichtingen omtrent de kadastrale danwel de plaatselijke aanduiding, per inlichting

€ 11,40

1.6.3

Het tarief bedraagt ter zake van het verlenen van inzage van de perceelskaarten, per perceelskaart

€ 11,40

1.6.4

Onverminderd het bepaalde in 1.6.1 t/m 1.6.3 bedraagt het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een fotokopie

€ 0,40

 

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

 

Artikel 1.7.1 Gemeentegarantie

1.7.1

Niet van toepassing.

  •  

 

Artikel 1.7.2 Overige publiekszaken

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.2.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent gedrag

(€ 33,85 rijk + € 7,50 gemeente =)

€ 41,35 (w)

1.7.2.2

tot het legaliseren van een handtekening of waarmerking van een stuk

€ 11,70

 

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Artikel 1.8 Naspeuringen gemeentearchief, afschrift of uittrekstel gemeentearchief

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporing in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 15,50

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.8.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk,

per pagina A4-formaat

€ 0,40

 

per pagina A3-formaat

€ 0,60

1.8.2.2

Een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk,

per pagina A4-formaat

€ 0,40

 

per pagina A3-formaat

€ 0,60

1.8.2.3

In afwijking van de artikelen 1.8.2.1 en 1.8.2.2. bedraagt het tarief 50% van het verschuldigde tarief, indien volstaan kan worden met een digitale scan in plaats van een papieren afdruk.

1.8.3

Leges Erfgoed

Foto's digitaal of fysiek

  • Digitale scan (JPEG 300dpi van het origineel formaat) | € 3,15 p/st.

  • Digitale scan (TIFF losless 300dpi van het origineel formaat) | € 21,95 p/st. | 2-5 stuks 25% korting | >5 stuks 50% korting

  • Kleur/ZW laserprint op normaal papier A4 formaat | € 3,15 p/st. | >5 stuks 25% korting

 

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Artikel 1.9.1 Huisvestingswet 2014

1.9.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1.1

tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014

€ 38,25

1.9.1.2

voor een indicatie tot verhuizing

€ 56,30

1.9.1.3

voor een medische indicatie tot verhuizing, wanneer een medische indicatie ingevolge een aanvraag met betrekking tot de Wet maatschappelijke ondersteuning wordt afgegeven

€ Nihil

 

Artikel 1.9.2 Leegstandswet

1.9.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.2.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet

€ 101,00

1.9.2.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandswet

€ 101,00

 

Artikel 1.9.3 Wet op de kansspelen

1.9.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning ingevolge artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.9.3.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50 (w)

1.9.3.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50 (w)

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00 (w)

1.9.3.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd

€ 226,50 (w)

1.9.3.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50 (w)

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00 (w)

1.9.3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 36,70

 

Artikel 1.9.4 Telecommunicatiewet

1.9.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 744,00

1.9.4.2

Indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van de aanvraag als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet, wordt artikel 1 verhoogd met

€ 143,00

1.9.4.3

In afwijking van het bepaalde in artikel 1.9.4.1 en 1.9.4.2 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van meldingen in geval van storing, een calamiteit en voor huisaansluitingen met een sleuflengte < 15 m

€ 279,00

 Overige graafwerkzaamheden:

1.9.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van graafwerkzaamheden anders dan bedoeld in de Telecommunicatiewet.

€ 744,00

Artikel 1.9.5 Wegenverkeerswetgeving

1.9.5

Het bedrag bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.5.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) voor een periode van maximaal 36 maanden

€ 119,00

1.9.5.2

tot het verkrijgen van een parkeervergunning op grond van de ‘Parkeerverordening Bunschoten 2011’ voor een periode van maximaal 36 maanden

€ 119,00

1.9.5.3

tot het wijzigen van een kenteken in een parkeerontheffing of parkeervergunning als bedoeld in artikel 1.9.5.1 en 1.9.5.2 

€ 33,00

1.9.5.4

tot het verkrijgen van een duplicaat van de ontheffing als bedoeld in artikel 1.9.5.1 of 1.9.5.2, vanwege vermissing van het origineel

€ 33,00

1.9.5.5

Gereserveerd

1.9.5.6

Gereserveerd

1.9.5.7.1

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart (GPK) als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 179,00

1.9.5.7.2

tot het verlengen van een gehandicaptenparkeerkaart (GPK) als bedoeld in artikel 49van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 33,00

1.9.5.7.3

tot het verkrijgen van een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 1.9.5.7.1 of 1.9.5.7.2, vanwege vermissing van het origineel

€ 33,00

1.9.5.8

tot het inrichten van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats, als bedoeld in artikel 26 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), voor het voertuig van de aanvrager

€ 186,00

1.9.5.8.1

tot het wijzigen van een kenteken behorend bij een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats als bedoeld in artikel 1.9.5.8

€ 33,00

1.9.5.9

indien een aanvraag tot het verkrijgen van een parkeerontheffing, parkeervergunning of ontheffing als bedoeld in artikel 1.9.5.1, 1.9.5.2 en 1.9.5.4 niet leidt tot honorering van de aanvraag wordt slechts 50% van het bedrag in rekening gebracht.

Ontheffing route gevaarlijke stoffen:

1.9.6

Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

1.9.6.1

ADR : Accord Européen au transport international des marchendises Dangereuses par Route

(Europese overeenkomst voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg).

1.9.6.2

De vastgestelde route voor het transport van gevaarlijke stoffen: De ingevolge artikel 18 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen door de gemeenteraad aangewezen wegen of weggedeelten, waarover de krachtens artikel 12 van die wet aangewezen gevaarlijke stoffen, bij uitsluiting mogen worden vervoerd. 

1.9.6.3

Een eenmalige ontheffing: Een ontheffing op grond van artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen met een geldigheidstermijn van drie maanden.

1.9.6.4

Een langdurige ontheffing: Een ontheffing op grond van artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen met een geldigheidstermijn van maximaal twaalf maanden.

1.9.6.5

Een verlenging van een langdurige ontheffing: Het verlengen van de geldigheidsduur van een langdurige ontheffing op grond van artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen met een termijn van maximaal twaalf maanden.

1.9.6.6

Een bijzondere toestemming voor het lossen of laden: Een bepaling op grond van de ADR 7.5.11-CV1-(1a) en op grond van de ADR 8.5-S1-(4a) voor het laden en lossen van bepaalde gevaarlijke stoffen binnen de bebouwde kom.

1.9.7

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

Tarieven:

 

1.9.7.1

Een eenmalige ontheffing van de vastgestelde route voor het transport van gevaarlijke stoffen

€ 206,00

1.9.7.2

Een langdurige ontheffing van de vastgestelde route voor het transport van gevaarlijke stoffen voor terugkerende, periodieke transporten

€ 311,00

1.9.7.3

Een verlenging van een langdurende ontheffing van de vastgestelde route voor het transport van gevaarlijke stoffen.

€ 155,00

1.9.7.4

Een bijzondere toestemming voor het lossen of laden van goederen op een voor publiek toegankelijke plaats binnen de bebouwde kom.

€ 101,00

 

Teruggaaf:

 

1.9.7.5

Een bijzondere toestemming voor het lossen of laden van goederen op een voor publiek toegankelijke plaats binnen de bebouwde kom gelijktijdig en tezamen met een eenmalige ontheffing van de vastgestelde route voor het transport van gevaarlijke stoffen.

€ 206,00

1.9.7.6

Indien binnen twee weken na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing of bijzondere toestemming deze aanvraag wordt ingetrokken, wordt op aanvraag teruggaaf van 75% van de overeenkomstig 1.9.7.1 t/m 1.9.7.5 geheven leges verleend.

 

 

Paragraaf 1.10 Diversen

Artikel 1.10 Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels

1.10

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van:

1.10.1

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voorzover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen,

 

 

per pagina A4-formaat

€ 0,40

 

per pagina A3-formaat

€ 0,60

1.10.2

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in onderdelen 1.19.1 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk:

1.10.2.1

per pagina op papier van A2-formaat

€ 8,15

1.10.2.2

per pagina op papier van A1-formaat

€ 11,05

1.10.2.3

per pagina op papier van A0-formaat

€ 14,75

1.10.2.4

In afwijking van de artikelen 1.10.1 tot en met 1.10.2.3 bedraagt het tarief 50% van het verschuldigde tarief, indien volstaan kan worden met een digitale scan in plaats van een papieren afdruk.

1.10.3

andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 33,00

1.10.4

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een ander wettelijk regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 10,90

Artikel 1.11 Diverse vergunningen of beschikkingen

Passagierschepenverordening:

1.11.5

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikel 2, lid 1 van de Passagiersschepenverordening, alsmede voor een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9, lid 1 van de genoemde verordening

€ 64,60

1.11.5.1

Het in 1.11.5 genoemde bedrag wordt verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die terzake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld.

1.11.5.2

Voor de toepassing van deze tabel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde Werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

1.11.5.3

Indien de werkelijke advieskosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

Lozingsvergunning:

1.11.6

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling van een aanvraag tot het verkrijgen van het lozen van afvalwater op de riolering

€ 725,00

 

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

 

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1.1 Definities

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

4.

In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ wordt onder de in die omschrijving genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 verstaan de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567.

5.

In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling wordt onder bouwkosten verstaan de normbouwkosten voor de bouwactiviteit, als daarin is voorzien in de bij deze tarieventabel behorende Bouwkostenkompas en de bij de aanvraag opgegeven bouwkosten meer dan [10]% afwijken van deze normbouwkosten.]

De bouwkosten zijn niet lager dan het referentiebedrag dat voortvloeit uit een berekening aan de hand van de kengetallen voor soortgelijke bouwwerken in het Bouwkostenkompas, zoals deze ten tijde van het indienen van de aanvraag golden. De berekening wordt uitgevoerd aan de hand van de benchmark ‘basis’. Indien het in de aanvraag opgegeven bedrag lager is dan het referentiebedrag, wordt het bedrag aan bouwkosten vastgesteld op het referentiebedrag, tenzij de afwijking met de benchmark “basis” kleiner is dan 10%.

In dat geval worden de door de aanvrager opgegeven bouwkosten vastgesteld. Indien het Bouwkostenkompas niet voorziet in kentallen voor de aangevraagde werkzaamheden, kan een onderbouwing worden opgevraagd die beoordeeld wordt op aannemelijkheid en worden de bouwkosten ambtshalve vastgesteld.

6.

Aanlegkosten: het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden de uitweg tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van een uitweg, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de uitweg geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de uitweg waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

 

Artikel 2.1.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

omgevingsoverleg;

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

 

Artikel 2.1.3 Bepalen tarief

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.13.

4.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

5.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2.2.1 Omgevingsoverleg

Voordat een formele aanvraag om een besluit als bedoeld in de overige paragrafen van deze titel wordt ingediend en betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

a.

voor een eerste informatie-overleg

€ 0,00

b.

Per intaketafel:

€ 500,00

c.

Per omgevingstafel:

€ 1.000,00

 

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2.3.1 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

over het deel van de bouwkosten tot € 2.000,00:

€ 116,00

b.

over het deel van de bouwkosten vanaf € 2.000,00 of meer bedragen:

0,96 %

 

Artikel 2.3.2 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit of het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

over het deel van de bouwkosten tot € 2.000,00:

€ 116,00

b.

over het deel van de bouwkosten vanaf € 2.000,00 of meer bedragen:

1,86 %

 

Artikel 2.3.3 Ambtelijke welstandsbeoordeling

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarover het advies van de welstandscommissie moet worden ingewonnen. Bedraagt het tarief:

a.

indien de bouwkosten tot € 23.000,00 bedragen:

€ 69,00

b.

indien de bouwkosten € 23.000,00 tot € 225.000,00 bedragen:

(((Bouwsom/1000)* € 2,00) + € 20,00

c.

indien de bouwkosten € 225.000,00 tot € 450.000,00 bedragen:

(((Bouwsom-225.000)/1000) * € 1,50) + € 470,00

d.

indien de bouwkosten € 450.000,00 tot € 2.250.000,00 bedragen:

(((Bouwsom-450.000)/1000) * € 0,44) + € 807,50

e.

indien de bouwkosten € 2.250.000,00 of meer bedragen:

(((Bouwsom-2.250.000)/1000) * € 0,11) + € 1.599,50

 

Artikel 2.3.4 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.5, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 262,00

 

Paragraaf 2.4 Omgevingsplanactiviteit: Buitenplanse omgevingsplanactiviteit

Artikel 2.4.1 Buitenplanse omgevingsplanactiviteit

1.

Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit in overeenstemming is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de artikelen 2.3.2 en 2.3.3 van dit hoofdstuk

 

 

  • -

    voor bouwkosten tot € 25.000,00

€ 250,00

 

  • -

    bouwkosten van € 25.000,00 tot € 50.000,00

€ 500,00

 

  • -

    bouwkosten van € 50.000,00 en hoger

€ 1.000,00

2.

Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit) en voldoet aan de voorwaarden zoals genoemd in bijlage A, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de artikelen 2.3.2 en 2.3.3 van dit hoofdstuk

 

 

  • -

    voor bouwkosten tot € 25.000,00

€ 250,00

 

  • -

    bouwkosten van € 25.000,00 tot € 50.000,00

€ 500,00

 

  • -

    bouwkosten van € 50.000,00 en hoger

€ 1.000,00

3.

Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (buitenplanse omgevingsplanactiviteit) en niet voldoet aan de voorwaarden zoals genoemd in bijlage A, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de artikelen 2.3.2 en 2.3.3 van dit hoofdstuk

€ 2.500,00

4.

In afwijking van artikel 2.4.1 geldt bij aanvragen voor “snippergroen” een afwijkende procedure, waarbij toetsing aan de nota Snippergroen als ruimtelijke toets volstaat. Het legesbedrag gemoeid met deze toets bedraagt dan

€ 326,00

 

Artikel 2.4.2 Wijzigen van het omgevingsplan

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan:

€ 6.000,00

 

Paragraaf 2.5 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Artikel 2.5.1 Omgevingsplanactiviteit: monumenten

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 300,00

b.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 300,00

 

Artikel 2.5.2 Rijksmonumentenactiviteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, met uitzondering van een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 575,00

b.

voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 575,00

 

Artikel 2.5.3 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 300,00

 

Artikel 2.5.4 Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een andere activiteit dan die genoemd in de artikelen 2.5.1, 2.5.2 en 2.5.3 en cultureel erfgoed of werelderfgoed betreft, waarvoor in het omgevingsplan met het oog op het behoud van cultureel erfgoed of van de uitzonderlijke universele waarde van werelderfgoed een verbod is opgenomen om zonder omgevingsvergunning deze activiteit te verrichten, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 287,00

 

Paragraaf 2.6 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.6.1 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

per milieubelastende activiteit

€ 4.000,00

 

Artikel 2.6.2 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 tot en met 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

per milieubelastende activiteit

€ 4.000,00

 

Artikel 2.6.3 Overige milieubelastende activiteiten (afdeling 3.4 tot en met 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten als bedoeld in de paragrafen 3.4 tot en met 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

per milieubelastende activiteit

€ 4.000,00

 

Paragraaf 2.7 Lozingsactiviteiten

Artikel 2.7.1 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 862,00

 

Artikel 2.7.2 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 862,00

 

Paragraaf 2.8 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.8.1 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven (gereserveerd)

Grondslag via omgevingsplan. Op dit moment heeft de gemeente nog geen omgevingsplan.

 

Artikel 2.8.2 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde (gereserveerd)

Grondslag via omgevingsplan. Op dit moment heeft de gemeente nog geen omgevingsplan.

 

Artikel 2.8.3 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 287,00

 

Artikel 2.8.4 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet, artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit of artikel 22.278 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, van de aanlegkosten, met een minimum van € 250,00 en een maximum van € 1.000,00

Dit tarief geldt onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten.

0,75%

 

Artikel 2.8.5 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief:

€ 257,00

 

Artikel 2.8.6 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, van de aanlegkosten, met een minimum van € 250,00 en een maximum van € 1.000,00

Dit tarief geldt onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten.

0,75%

 

Paragraaf 2.9 Overige activiteiten 

Artikel 2.9.1 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in Bomenbeleid 2018-2023 van de gemeente Bunschoten in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 0,00

 

Artikel 2.9.2 Omgevingsplanactiviteit: reclame

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in artikel 4:15 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

als de activiteit bestaat uit het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van die handelsreclame:

€ 116,00

b.

als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame op of aan die onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd:

€ 116,00

 

Artikel 2.9.3 Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken of objecten plaatsen op de weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2:10  vijfde lid van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken:

€ 33,00

b.

als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:

€ 33,00

 

Artikel 2.9.4 Andere activiteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen :

€ 300,00

 

Paragraaf 2.10 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.10.1 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:

a.

voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

  • 1.

    het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

  • 2.

    bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

  • 3.

    het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

  • 4.

    het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

 

 

per maatwerkvoorschrift:

€ 460,00

b.

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

€ 460,00

 

Artikel 2.10.2 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

Als de aanvraag op een maatwerkvoorschriften als bedoeld in het omgevingsplan of hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief:

€ 2.200,00

 

Artikel 2.10.3 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.10.1 en 2.10.2, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 460,00

 

Paragraaf 2.11 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.11.1 Gelijkwaardige maatregel

1.

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

a.

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, per uur:

€ 116,00

b.

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief, per uur:

€ 116,00

c.

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief, per uur

€ 116,00

d.

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief, per uur:

€ 116,00

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.12 Overige tarieven

Artikel 2.12.1 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

€ 287,00

 

Artikel 2.12.2 Intrekken omgevingsvergunning

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2.15.5 van toepassing is:

€ 0,00

 

Artikel 2.12.3 Beoordeling aanvullende gegevens

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, in behandeling is genomen:

€ 0,00

 

Artikel 2.12.4 Beoordeling onderzoeksrapporten 

De in artikel 2.13.3 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

  •  

 

Artikel 2.12.5 Niet genoemd besluit op aanvraag 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:

€ 116,00

 

Paragraaf 2.13 Modaliteiten

Artikel 2.13.1 Achteraf ingediende aanvraag 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

10%

Met een minimum van € 250,00 en een maximum van € 1.000,00

 

Artikel 2.13.2 Uitgebreide voorbereidingsprocedure 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

a.

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet zijnde een milieubelastende activiteit:

€ 2.000,00

 

Artikel 2.13.3 Beoordeling onderzoeksrapporten 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

a.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 172,00

b.

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€ 172,00

c.

voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting:

€ 172,00

d.

voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:

€ 172,00

e.

voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport:

€ 172,00

f.

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 2.700,00

g.

voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:

€ 172,00

 

Artikel 2.13.4 Advies 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

a.

voor een advies van de gemeenteraad:

€ 338,00

b.

voor een advies voor de agrarische beoordelingscommissie

€ 1.050,00

c.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting.

Volgens begroting

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Artikel 2.13.5 Instemming

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

Volgens begroting

2.

Het bedrag bedoeld in het eerste lid,wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Volgens begroting

 

Paragraaf 2.14 Vermindering

Artikel 2.14.1 Vermindering na omgevingsoverleg

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.7, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg of intaketafel als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

0%

van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.

2.

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

  • a.

    voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg en/of intaketafel betrekking had;

  • b.

    in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg en of intaketafel; en binnen zes maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

3.

Bij de toepassing van het eerste lid blijft voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning in ieder geval verschuldigd:

€ 100,00

 

Artikel 2.14.2 Vermindering bij meervoudige aanvraag (gereserveerd)

 

Paragraaf 2.15 Teruggaaf

Artikel 2.15.1 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

100%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.15.2 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt:

100%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

 

Artikel 2.15.3 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:

75%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken tot zes weken na de indiening van de aanvraag:

50%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag:

25%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.15.4 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag:

75%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag:

50%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag:

25%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.15.5 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

20%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2.15.6 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

a.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevings-vergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

20%

van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.

b.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

0%

 

Artikel 2.15.7 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.13.

 

Artikel 2.15.8 Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 75,00 wordt niet teruggegeven.

 

HOOFDSTUK 3 Dienstverlening vallend onder DE dienstenrichtlijn EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

 

Paragraaf 3.1 Horeca

Artikel 3.1.1 Exploitatie openbare inrichting (horecabedrijf)

3.1.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning horecabedrijf, als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 321,00

3.1.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijziging van een exploitatievergunning horecabedrijf, als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 33,00

Ontheffing sluitingsuur:

3.1.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing van het verbod als bedoeld in artikel 2:29 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 33,00

 

Artikel 3.1.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

3.1.2.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Alcoholwet

€ 321,00

3.1.2.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

€ 155,00

3.1.2.3

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

€ 33,00

 

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Artikel 3.2.1 Vergunning seksbedrijf of escortbedrijf

3.2.1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 737,00

 

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

Artikel 3.3.1 Ontheffing winkeltijden

3.3.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.3.1.1

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 3, derde lid, aanhef en onderdeel a, van de Winkeltijdenwet (Stb. 1996, 182)

€ 33,00

3.3.1.2

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 3, vierde lid, van de Winkeltijdenwet

€ 33,00

3.3.1.3

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van de Winkeltijdenwet

€ 33,00

3.3.1.4

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Winkeltijdenwet

€ 33,00

3.3.1.5

voor een ontheffing als bedoeld in artikel 7, tweede lid, van de Winkeltijdenwet

€ 33,00

3.3.1.6

tot het verlenen van toestemming om een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 33,00

3.3.1.7

tot een intrekking of wijziging van een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing

€ 33,00

 

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Artikel 3.4.1 Organiseren evenement

3.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening (evenementenvergunning) indien het betreft:

3.4.1.1

Een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel

€ 275,00

3.4.1.2

Een grootschalig evenement of een evenement zonder verhoogd risicoprofiel

€ 33,00

3.4.1.2

Een herdenkingsplechtigheid

€ 33,00

3.4.1.3

Een braderie

€ 33,00

3.4.1.4

Een optocht, niet zijnde een betoging, op de weg

€ 33,00

3.4.1.5

Een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg

€ 33,00

3.4.1.6

Een kleinschalig vergunningplichtig evenement

€ 33,00

Artikel 3.4.2 Organiseren markt

3.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 33,00

3.4.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een markt als bedoeld in de Marktverordening (vergunning organisatie)

€ 33,00

 

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

Artikel 3.5.1 Standplaatsvergunningen

3.5.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot het innemen van een standplaats, anders dan op gemeentegrond

€ 62,60

 

Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014 en Wet goed verhuurderschap

Artikel 3.6 Huisvestingsvergunningen en Wet goed verhuurderschap

Diverse woonruimtevergunningen

Niet van toepassing.

 

Paragraaf 3.7 Brandbeveiligingsverordening

Artikel 3.7. Brandveiligheid

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

3.7.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de Brandbeveiligingsverordening

€ 114,00

3.7.2

een aanvraag tot wijziging van een gebruiksvergunning, in afwijking van artikel 3.3.1, voor wijzigingen op gebruiksvergunningen:

 

a

in geval het een wijziging van administratieve aard betreft

€ 76,00

b

in geval er sprake is van een bouwkundige wijziging (zonder uitbreiding en eventueel aangevuld met een administratieve wijziging)

€ 76,00

c

in geval er sprake is van een uitbreiding van de bestaande bouwvergunning, zijn de in artikelen 3.7.2 a en b genoemde bedragen van toepassing, verhoogd per m2 aan uitbreiding met

€ 0,65

 

Paragraaf 3.8 Kinderopvang

Artikel 3.8 Kinderopvang

3.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

3.8.1.1

Het in exploitatie nemen van een kindercentrum (kinderdagverblijf en/of buiten-schoolse opvang) of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid van de Wet kinderopvang.

Hier valt eveneens het exploiteren van een nieuwe locatie of een verhuizing van een opvanglocatie onder.

€ 1.906,00

3.8.1.2

Het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid van de Wet kinderopvang,

3.8.1.2.1

Indien een voorziening voor gastouderopvang plaatsvindt op het woonadres van de vraagouder/gastouder en de voorziening verhuist naar een nieuwe locatie

€ 633,00

3.8.1.3

Een uitbreiding van het aantal kindplaatsen op de huidige locatie van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) of gastouderopvang

€ 535,00

3.8.2.1

Indien de in 3.8.1.1 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan, bedraagt de teruggaaf van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

75%

3.8.2.2

Indien de in 3.8.1.1 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van tien weken na het in behandeling nemen ervan, of wordt afgewezen op grond van de inspectie voor aanvang exploitatie, bedraagt de teruggaaf van de op grond van dit onderdeel voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

50%

3.8.2.3

Indien de in 3.8.1.2(.1) of 3.8.1.3 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van tien weken na het in behandeling nemen ervan, of wordt afgewezen op grond van het toetsingskader, bedraagt de teruggaaf van de op grond van dit onderdeel voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

50%

 

Paragraaf 3.9 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

Artikel 3.9 Niet benoemd besluit op aanvraag

3.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 33,00

 

Behorende bij raadsbesluit van 14 december 2023

De griffier van Bunschoten,

 

E. Hoogstraten

 

Bijlage A. Behorend bij artikel 2.4.1 Buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA)

 

Deze bijlage vormt onderdeel van de Legesverordening Bunschoten 2024 en bijbehorende tarieventabel.

 

  • 1. een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, wordt voldaan aan de volgende eisen:

    • a. niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf,

    • b. de oppervlakte niet meer dan 150 m2;

  • 2. een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening dat niet voldoet aan de in dat subonderdeel genoemd eisen, mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

    • a. niet hoger dan 5 m, en

    • b. de oppervlakte niet meer dan 50 m²;

  • 3. een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of een gedeelte van een dergelijk bouwwerk, mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

    • a. niet hoger dan 10 m, en

    • b. de oppervlakte niet meer dan 50 m²;

  • 4. een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw, de uitbreiding van een bouwwerk met een bouwdeel van ondergeschikte aard dan wel voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw;

  • 5. een antenne-installatie, mits niet hoger dan 40 m;

  • 6. een installatie bij een glastuinbouwbedrijf voor warmtekrachtkoppeling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder w, van de Elektriciteitswet 1998;

  • 7. een installatie bij een agrarisch bedrijf waarmee duurzame energie wordt geproduceerd door het bewerken van uitwerpselen van dieren tot krachtens artikel 5, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet aangewezen eindproducten van een krachtens dat artikellid omschreven bewerkingsprocedé dat ziet op het vergisten van ten minste 50 gewichtsprocenten uitwerpselen van dieren met in de omschrijving van dat procedé genoemde nevenbestanddelen;

  • 8. het gebruiken van gronden voor een niet-ingrijpende herinrichting van openbaar gebied;

  • 9. het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, en van bij die bouwwerken aansluitend terrein, mits, voor zover gelegen buiten de bebouwde kom, het uitsluitend betreft een logiesfunctie voor werknemers of de opvang van asielzoekers of andere categorieën vreemdelingen;

  • 10. het gebruiken van een recreatiewoning voor bewoning, mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

  • 11. ander gebruik van gronden of bouwwerken dan bedoeld in de onderdelen 1 tot en met 10, voor een termijn van ten hoogste tien jaar.

 

Behorende bij raadsbesluit van 14 december 2023

De griffier van Bunschoten,

 

E. Hoogstraten