Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024

Artikel 1 Heffingen waarvoor kwijtschelding wordt verleend

Kwijtschelding kan aangevraagd en verleend worden voor:

• 1.

  Afvalstoffenheffing;

  • a.

    voor de belastingen als bedoeld in artikel 4 van de verordening afvalstoffenheffing geldend tot en met 2023 en artikel 4, onderdeel a. van de verordening afvalstoffenheffing 2024;

  • b.

    voor de belastingen als bedoeld in artikel 4, onderdelen b. en c. van de verordening afvalstoffenheffing 2024, met dien verstande dat het kwijt te schelden bedrag wordt gesteld op maximaal:

    • i.

      wanneer de aanslag als bedoeld in artikel 4, onderdeel a. gebaseerd is op één persoon: 29 maal het tarief van artikel 5, lid 5, onder ii;

    • ii.

      wanneer de aanslag als bedoeld in artikel 4, onderdeel a. gebaseerd is op meer dan één persoon: het bedrag van artikel 5, lid 1 + 36 maal het tarief van artikel 5, lid 5, onder ii minus het berekende bedrag volgens artikel 5, lid 3 (= maximaal € 202,50)

• 2.

  Rioolheffing gebruik woningen.

Artikel 2 Uitgesloten van kwijtschelding

Voor alle overige gemeentelijke heffingen wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 3 Kosten van bestaan

• 1.

  Bij de kwijtschelding wordt in afwijking van artikel 16, eerste en tweede lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan gesteld op 100%.

• 2.

  Onverminderd het bepaalde in het eerste lid wordt overeenkomstig artikel 3 van de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden voor de vaststelling van de kosten van bestaan van pensioengerechtigden in plaats van de bijstandsnorm het netto-ouderdomspensioen gehanteerd.

Artikel 4 Netto kosten kinderopvang

Als uitgaven als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990  worden mede in aanmerking genomen de in artikel 28, derde lid van genoemde regeling bedoelde netto kosten van kinderopvang.

Artikel 5 Extra toegestane financiële middelen

In afwijking van artikel 12, tweede lid, onderdeel d, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 wordt het totale bedrag aan financiële middelen, bedoeld in dat onderdeel, verhoogd met:

• a.

  het maximumbedrag genoemd in artikel 4, onder a van de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden voor de belastingschuldige en zijn echtgenoot,

• b.

  75% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaande, en

• c.

  90% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaande ouder.

Artikel 6 Inwerkingtreding en citeertitel

• 1.

  De "Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023", vastgesteld bij raadsbesluit van 7 december 2022, wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van inwerkingtreding.

• 2.

  Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

• 3.

  Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2024”.