Organisatie | Zutphen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de raad van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over precariobelasting 2024 (Verordening precariobelasting gemeente Zutphen 2024) |
Citeertitel | Verordening precariobelasting gemeente Zutphen 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belastingen |
Deze verordening vervangt de Verordening precariobelasting gemeente Zutphen 2023.
artikel 228 van de Gemeentewet
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-12-2023 | nieuwe regeling | 11-12-2023 | 611917 |
De raad van de gemeente Zutphen,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 november 2023 met nummer 611917;
gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;
Verordening van de raad van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over precariobelasting 2024 (Verordening precariobelasting gemeente Zutphen 2024).
Onder de naam ‘precariobelasting’ wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of vermeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
De precariobelasting wordt geheven van degene die het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie dat voorwerp of die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.
In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt, als van gemeentewege een vergunning is verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, degene aan wie de vergunning is verleend of diens rechtsopvolger aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.
De precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond door de gemeente Zutphen of door haar diensten.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De precariobelasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van hetgeen verder in deze verordening is bepaald.
Artikel 6 Berekening van de precariobelasting
Als van gemeentewege een vergunning is verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, wordt voor de berekening van de precariobelasting aangesloten bij de geldigheidsduur van die vergunning, tenzij blijkt dat het belastbaar feit zich gedurende een kortere periode heeft voorgedaan. In dat geval bestaat aanspraak op ontheffing, waarbij het vijfde lid van overeenkomstige toepassing is.
In de gevallen waarin van gemeentewege een vergunning is verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, is het belastingtijdvak de periode waarvoor de vergunning is verleend, met dien verstande dat bij een kalenderjaar overschrijdende geldigheidsduur van de vergunning het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.
In afwijking van het eerste lid wordt de voor een dag verschuldigde precariobelasting geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Als de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt is de naar jaartarieven geheven precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Als de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet de precariobelasting worden betaald, als de kennisgeving bedoeld in artikel 8, tweede lid:
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
In afwijking van artikel 237, eerste lid van de Gemeentewet geschiedt het uitnodigen tot het doen van aangifte door het uitreiken of toezenden van een aangiftebrief waaruit blijkt de wijze van het doen van aangifte, een omschrijving van de geen gevolg zijn van vraagde gegevens of bescheiden en de termijn waarbinnen aangifte moet worden gedaan.
In afwijking van artikel 237, tweede lid van de Gemeentewet wordt aangifte gedaan door het op de in de aangiftebrief aangegeven wijze, inleveren of toezenden van de gevraagde gegevens of bescheiden.
Artikel 12 Overdracht van bevoegdheden, wijziging verordening
Het college kan deze verordening wijzigen als de wijzigingen:
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet al bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 14 Intrekking oude regeling
De Verordening precariobelasting gemeente Zutphen 2023, zoals vastgesteld bij besluit van 13 december 2022, wordt ingetrokken op 1 januari 2024, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering van
de raad van de gemeente Zutphen,
gehouden op: 11 december 2023
De voorzitter, de griffier,
Tarieventabel behorende bij de Verordening precariobelasting gemeente Zutphen 2024.
Hoofdstuk 1 Standplaatsen op openbare gemeentegrond
Hoofdstuk 2 Bouwmaterialen en dergelijke
Hoofdstuk 4 Installaties voor het al dan niet automatisch aftappen van motorbrandstoffen, olie, lucht of water
Hoofdstuk 5 Aankondigingsborden
Het tarief bedraagt voor een automatisch weeg- of verkooptoestel, een automatische verrekijker of ander dergelijk toestel, over de frontoppervlakte | |||||
Hoofdstuk 8 Overige voorwerpen
Het tarief bedraagt voor voorwerpen waarvoor in dit hoofdstuk en de voorgaande hoofdstukken geen afzonderlijk tarief is opgenomen: | |||||
Behoort bij besluit van de gemeenteraad van Zutphen van 11 december 2023.