Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Holland

Besluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond 2024 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Holland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingBesluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond 2024 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
CiteertitelBesluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond-Holland Noord 2024 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Besluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond 2016.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst IJmond
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

28-11-2023

prb-2023-14917

2142999/2143015

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond 2024 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

 

Overwegende dat de Omgevingswet in werking treedt en dat om die reden het Besluit mandaat, machtiging en volmacht Omgevingsdienst IJmond 2016 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland dient te worden aangepast;

 

Gelet op afdeling 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 16, tweede lid, van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst IJmond en het instemmingsbesluit d.d. 6 december 2023 van de directeur van de Omgevingsdienst IJmond;

 

Besluiten vast te stellen:

 

het Besluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond 2024 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit mandaatbesluit wordt verstaan onder:

  • a.

    GS: Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

  • b.

    ODIJ: Omgevingsdienst IJmond;

  • c.

    directeur: directeur van ODIJ;

  • d.

    Afsprakenkader): de dienstverleningsovereenkomst zoals bedoeld in artikel 17 van de gemeenschappelijke regeling getroffen door de opdrachtgever en opdrachtnemer;

  • e.

    Complexe bedrijven: bedrijven die door aard en omvang grote gevolgen kunnen hebben voor de leefomgeving zoals opgenomen in afdeling 3.3 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal).

  • f.

    IPPC installatie: een installatie als bedoeld in de bijlage van artikel 1.1 van de Omgevingswet; (Ow)

  • g.

    Seveso-inrichting: de milieubelastende activiteit zoals opgenomen in paragraaf 3.3.1 Besluit activiteiten leefomgeving;

  • h.

    basistaken: de taken zoals die zijn opgenomen in artikel 13.12 van het Omgevingsbesluit (Ob).

Artikel 2 Mandaat en machtiging

  • 1.

    GS verlenen mandaat en machtiging aan de directeur en zijn plaatsvervanger overeenkomstig de als bijlage I bij dit besluit behorende lijst.

  • 2.

    Het begrip besluit in dit mandaatbesluit omvat het ambtshalve of op verzoek weigeren, intrekken, wijzigen, overdragen en verlengen van besluiten.

Artikel 3 Clausulering van het mandaat

Buiten het mandaat valt:

  • a.

    een beslissing op bezwaar ingediend tegen een besluit dat in het kader van de uitoefening van het mandaat is genomen;

  • b.

    het vaststellen, wijzigen of intrekken van een beleidsregel.

Artikel 4 Ondermandaat en ondermachtiging

  • 1.

    De gemandateerde kan ondermandaat verlenen voor een bepaalde bevoegdheid aan een ondergeschikte.

  • 2.

    De gemandateerde verstrekt aan GS zo spoedig mogelijk een afschrift van het ondermandaat dat hij overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid, aan een ondergeschikte heeft verleend.

  • 3.

    In bijlage I wordt aangegeven wat het laagst toegestane niveau is voor het verlenen van ondermandaat.

Artikel 5 Instructies verbonden aan de uitoefening van het (onder)mandaat

  • 1.

    Uitoefening van bevoegdheden vindt plaats binnen het kader van toepasselijk(e) wetgeving en beleid en mag niet leiden tot een verschuiving van provinciale bevoegdheden of tot doorbreking van politieke verantwoordelijkheden van GS.

  • 2.

    Gemandateerde is verplicht GS te informeren en in de gelegenheid te stellen bijzondere aanwijzingen te geven of de bevoegdheid zelf uit te oefenen, indien uitoefening van het mandaat politieke of maatschappelijke gevolgen kan hebben of als de provincie Noord-Holland aansprakelijk kan worden gesteld.

  • 3.

    Ten behoeve van het bepaalde in het tweede lid kunnen GS nadere instructies geven over het omgaan met en het herkennen van gevoelige zaken.

  • 4.

    Als de uitoefening van een bevoegdheid betrekking heeft op een aangelegenheid waarbij de gemandateerde een direct of indirect persoonlijk of zakelijk belang heeft, of zich een situatie zou kunnen voordoen waarbij jegens derden de indruk van vooringenomenheid of belangenverstrengeling kan worden gewekt, wordt de bevoegdheid uitgeoefend op hoger niveau.

  • 5.

    Indien toepassing van het vierde lid niet mogelijk is, mag het mandaat niet worden uitgeoefend.

Artikel 6 Mandaat en machtiging

Tenzij anders is bepaald omvat de verlening van mandaat of ondermandaat mede de verlening van machtiging om in naam van GS handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 7 Informatieplicht

Gemandateerde verstrekt GS voor het einde van ieder kwartaal, of conform een in de Gemeenschappelijke regeling of Afsprakenkader vastgelegd schema, een rapportage van de besluiten die in de uitoefening van het mandaat zijn genomen.

Artikel 8 Communicatie en publiciteit

Gemandateerde is niet toegestaan bij de uitoefening van het mandaat zonder toestemming van GS in de publiciteit te treden als dat naar verwachting politieke of maatschappelijke gevolgen kan hebben of tot gevolg kan hebben dat de provincie of gedeputeerden aansprakelijk worden gesteld of anderszins aansprakelijk worden gehouden.

Artikel 9 Ondertekening

Indien op grond van het verleende mandaat besluiten worden genomen, luidt de ondertekening:

 

Gedeputeerde staten van Noord-Holland,

namens dezen,

 

Gevolgd door de handtekening en de naam van de functionaris.

Artikel 10 Slot- en overgangsbepaling

  • 1.

    Het besluit treedt, na de verkregen toestemming door de directeur ODIJ, in werking op het tijdstip waarop de Omgevingswet in werking treedt.

  • 2.

    Het Besluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond 2016 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland wordt ingetrokken en blijft van toepassing voor zover mandaat of machtiging is vereist bij de toepassing van overgangsrecht bij of krachtens de Omgevingswet.

  • 3.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond-Holland Noord 2024 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland.

Haarlem, 28 november 2023

Gedeputeerde staten van Noord-Holland,

A.Th.H. van Dijk, voorzitter

M.J.H. van Kuijk, provinciesecretaris

Bijlage I, behorende bij Besluit mandaat en machtiging Omgevingsdienst IJmond 2024 van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

 

In dit register staan de taken waarvoor mandaat wordt verleend door het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland aan de directeur van de Omgevingsdienst IJmond.

 

Het gaat daarbij om de taken uit het basistakenpakket zoals genoemd in het Omgevingsbesluit voor vergunningverlening, toezicht en handhaving voor milieubelastende activiteiten waarvoor Gedeputeerde Staten het bevoegd gezag zijn[1], gelegen in de provincie Noord-Holland. “Overeenkomstig het systeem van de Omgevingswet heeft de bevoegdheid betrekking op de gehele omgevingsvergunning, inclusief toestemmingen die daarin opgaan of magneetwerking, waaronder de toestemmingen voor slopen, bouwen, aanleggen, etc. Voor een compleet overzicht van de geïntegreerde en aangehaakte toestemmingen wordt verwezen naar de wettekst, de Memorie van Toelichting en de handreikingen van de Rijksoverheid.”

 

Voor de meest recente lijst van bedrijven, neem contact op via het e-mailadres: oga@noord-holland.nl

 

[ Inclusief de taken waarvoor Gedeputeerde Staten bevoegd zijn op grond van artikel 5.12, tweede lid van de Omgevingswet juncto artikel 4.6, tweede lid van het Omgevingsbesluit (magneetwerking) en de taken waarvoor Gedeputeerde Staten bevoegd zijn op grond van artikel 5.13, eerste lid van de Omgevingswet juncto artikel 4.16, eerste lid van het Omgevingsbesluit (eens bevoegd gezag altijd bevoegd gezag) en de taken waarvoor Gedeputeerde Staten bevoegd zijn op grond van artikel 5.10, eerste lid en 5.12, tweede lid Omgevingswet juncto artikel 4.6 van het Omgevingsbesluit juncto artikel 2.9 Bal (bevoegd gezag algemene regels in combinatie met een omgevingsvergunning).

 

A. de hieronder vermelde bevoegdheid:

B. LAAGSTE NIVEAU UITOEFENING EN ondermandaat:

C. onder de volgende voorwaarde(N):

1. VERGUNNINGEN

1.1

Het beslissen op aanvragen om omgevingsvergunningen bij of krachtens artikel 5.1 en 5.4 van de Ow en het nemen van besluiten op grond van paragraaf 5.1.5 van de Ow.

 

Ten aanzien van de bevoegdheden met betrekking tot de omgevingsvergunning voor projecten en activiteiten inzake complexe bedrijven met IPPC installaties, niet zijnde Seveso inrichtingen en niet RIE4 installaties.

 

De bevoegdheid betreft de gehele omgevingsvergunning, inclusief magneet en geïntegreerde toestemmingen, en omvat de bevoegdheid om inclusief de coördinatie van vergunningen als dat wettelijk is vereist. 

Leidinggevende vergunningverlening

Het mandaat is beperkt tot het grondgebied van de gemeenten Beverwijk, Bloemendaal, Edam-Volendam, Haarlem, Heemskerk, Heemstede, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Uitgeest, Velsen, Waterland, Wormerland en Zandvoort.

 

De bevoegdheid betreft de omgevingsvergunning, inclusief magneetactiviteiten, met uitzondering van de voorbereiding van de inhoud van besluiten en besluitonderdelen die betrekking hebben op:

 

  • -

    Nb Wet

  • -

    Provinciale verordeningen voor zover de bevoegdheid niet uitdrukkelijk in dit mandaatbesluit is gemandateerd.

Het is niet toegestaan besluiten te nemen die strijdig zijn met door GS voorbereide besluiten en besluitonderdelen,

 

Bij het toepassen van paragraaf 5.1.5 van de wet gaat het over het:

  • 1)

    wijzigen van voorschriften van omgevingsvergunningen (artikel 5.38, 5.39, 5.40 en 5.41 van de wet);

  • 2)

    intrekken van omgevingsvergunningen (artikel 5.39, 5.40 en 5.41 van de wet);

  • 3)

    verlenen van revisievergunningen (artikel 5.43 van de wet).

Tot de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid, onder a, behoort niet de toepassing van de Wet Bibob.

 

Tot de werkzaamheden behoort niet de toepassing van de Wet Bibob. De Bibob toetsing, onderzoek en besluitvorming verlopen geheel via GS.

 

Als sprake is van een overschrijding van het groepsrisico in aandachtsgebieden als bedoeld in artikel 5.15 van het Besluit kwaliteit leefomgeving, kan de bevoegdheid alleen worden uitgeoefend na afstemming met GS.

 

Hieronder valt tevens de vergunningverlening voor hergebruik stedelijke afvalwater

 

Uitgezonderd van het mandaat zijn de besluiten die betrekking hebben op de installatie Tata Steel enbesluiten t.b.v. het project Versterking Markermeerdijken zoals omschreven in het Projectplan Waterwet Versterking Markermeerdijken en de Projectplannen Durgerdam en Katwoude. Deze besluiten worden genomen door de OD NZKG. Het gebruik van het mandaat t.b.v. het project Markermeerdijken door de OD NZKG geldt tijdens de looptijd van het project Versterking Markermeerdijken.

1.2

Het afhandelen van meldingen als bedoeld in artikel 4.4, eerste lid, van de Ow.

Leidinggevende vergunningverlening

1.3

Besluiten inzake het treffen van gelijkwaardige maatregelen en het afhandelen van meldingen als bedoeld in artikel 4.7 van de Ow.

Leidinggevende vergunningverlening

Op grond van artikel 4.7 lid 1 van de Ow kan toestemming worden verleend om een maatregel te treffen die gelijkwaardig is aan een voorgeschreven maatregel. Soms is voorafgaande toestemming niet nodig, maar moet het treffen van de gelijkwaardige maatregel vooraf gemeld worden.

1.4

Besluiten inzake het stellen van maatwerkvoorschriften en het verbinden van voorschriften aan omgevingsvergunningen als bedoeld paragraaf 5.1.4 van de Ow, artikel 4.5 lid 1 van de Ow en de artikelen 13.5 en 13.5 van de Ow.

Leidinggevende vergunningverlening

Omvat ook het opleggen van voorschriften die de vergunninghouder verplichten tot financiële zekerheidstelling. Afdeling 8.3 van het Omgevingsbesluit bevat de regels voor het bevoegd gezag over het stellen van voorschriften over financiële zekerheid in omgevingsvergunningen

1.5

Het ontvangen van gegevens en bescheiden in het kader van een informatieplicht.

Medewerker

Betreft onder andere het verwerken van gegevens als de omgevingsvergunning gaat gelden voor een ander dan de aanvrager of de vergunninghouder als bedoeld in artikel 5.37, tweede lid van de Ow.

1.6

Uitoefenen van bevoegdheden en het uitvoeren van taken op grond van bij of krachtens paragraaf 16.4.2 van de Ow gestelde regels. betreffende de complexe bedrijven die worden genoemd in de aanhef van deze bijlage.

Leidinggevende vergunningverlening

Het gaat hier om besluiten inzake milieueffectrapportages voor mer-beoordelingsplichtige projecten en voorbereiden van besluiten inzake milieueffectrapportages voor mer-plichtige projecten als bedoeld in paragraaf 16.4.2 van de Ow, voor zover betrekking hebbend op omgevingsvergunningen voor milieubelastende activiteiten. 

 

Het mandaat is beperkt tot het grondgebied van gemeenten Beverwijk, Bloemendaal, Edam-Volendam, Haarlem, Heemskerk, Heemstede, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Uitgeest, Velsen, Waterland, Wormerland en Zandvoort en omvat het nemen van besluiten.

1.7

Uitvoeren van werkzaamheden en nemen van besluiten op grond van de hoofdstukken 1, 8, 10, 13 en 17, 19 en 20 en 21 van de Wm. 

Leidinggevende vergunningverlening

Voorzover passend binnen het kader en geografisch bereik van de in artikel 1.1 en 1.2 opgedragen vergunningstaken.

 

Omdat niet alle delen van deze hoofdstukken van de Wet milieubeheer en de daarop gebaseerde algemene maatregelen van bestuur worden geïntegreerd in de Omgevingswet en het Besluit activiteiten leefomgeving, blijft dit artikel bestaan. Het gaat bijvoorbeeld om activiteiten met afvalstoffen (Hfst 10), waaronder bestuurlijk rechtsoordeel status bijproduct/einde-afvalstof (art. 1.1 zesde en achtste lid) en ontheffingverlening stilliggend ontgassen, bevoegdheden in verband met de openbaarheid van gegevens (Hfst 19), maatregelen bij grote gevallen van milieuschade (Hfst 17), gesloten stortplaatsen en gesloten afvalvoorzieningen (Hfst 8).

1.8

Verstrekken van gegevens over externe veiligheid ten behoeve van het openbare register als bedoeld in artikel 20.11, sub b van de Ow

Leidinggevende vergunningverlening

Het gaat hierbij om gegevens van activiteiten zoals aangegeven in het Besluit kwaliteit leefomgeving (paragraaf 11.1.1) en het Omgevingsbesluit (paragraaf 10.8.1). De bevoegde gezagen voor deze activiteiten dienen gegevens over o.a. de soort stoffen, hoeveelheden en specifieke locatie te inventariseren en in te voeren in het risicoregister. Op basis van deze gegevens worden door de provincies de digitale provinciale risicokaarten gemaakt.

 

Het register wordt beheerd door de minister van Infrastructuur en Waterstaat (11.8 Bkl).

1.9

Uitvoeren van werkzaamheden op de e-MJV applicatie en IPPC applicatie inzake PRTR-verslagen, EEP-rapportages en IPPC-gegevens.

Medewerker

1.10

Het in verband met gemandateerde/gemachtigde taken aan andere bestuursorganen

  • -

    verzoeken om advies (en instemming), en

  • -

    verstrekken van advies (en instemming).

Leidinggevende vergunningverlening

Als bedoeld in artikel 16.15, 16.15a en 16.16 Ow juncto 4.25 Ob.

Betreft tevens advisering aan bevoegd gezag wateractiviteit in situaties als bedoeld in art. 16.11 Ow.

 

De regels over advies en instemming gelden ook voor:

  • -

    Een aanvraag tot wijziging van de voorschriften (artikel 4.18 Ob).

  • -

    Een aanvraag tot intrekking (artikel 4.18 Ob).

  • -

    Het ambtshalve (zonder aanvraag) wijzigen of intrekken van een besluit (artikel 16.19 Ow).

1.11

Voor de activiteit ‘exploiteren van een waterhergebruiksysteem ’ als bedoeld in paragraaf 19.1.2 van het Bal:

  • a.

    beslissen op aanvraag omgevingsvergunning;

  • b.

    stellen/wijzigen van voorschriften omgevingsvergunning;

  • c.

    intrekking of wijziging omgevingsvergunning;

  • d.

    stellen/ wijzigen of intrekken van een maatwerkvoorschrift als bedoeld in artikel 4.5 Ow;

  • e.

    besluiten op verzoeken om toestemming tot het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 Ow dan wel het wijzigen of intrekken daarvan.

Leidinggevende vergunningverlening

2. TOEZICHT EN HANDHAVING ALGEMEEN

Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunningstaken.

2.1

Het ambtshalve of naar aanleiding van een verzoek uitvoeren van toezicht op de naleving van de regels en voorschriften gesteld bij of krachtens de in hoofdstuk 1 genoemde (onderdelen van) wet- en regelgeving waarvoor bevoegdheden zijn gemandateerd.

Leidinggevende handhaving

Het uitvoeren van toezicht betreft onder meer het uitvoeren van een opleveringscontrole, een controle n.a.v. klachten/incidenten, ambtshalve controle, themacontrole.

2.2

Het ambtshalve of naar aanleiding van een verzoek houden van toezicht op de naleving van:

  • de verboden, bedoeld in de artikelen 5.5 en 5.6 van de Ow.

Leidinggevende handhaving

Het gaat om het verbod te handelen in strijd met een voorschrift van een omgevingsvergunning en het verbod een zonder vergunning gebouwd bouwwerk in stand te laten.

2.3

Het houden van toezicht op de zorgplichtbepalingen op grond van afdeling 1.3 Ow voor zover het gaat om een situatie die verband houdt met de taken die aan de ODIJ zijn opgedragen en de specifieke zorgplicht uit het Bbl.

Leidinggevende handhaving

Uitgezonderd van het mandaat zijn de besluiten die betrekking hebben op de installatie Tata Steel enbesluiten t.b.v. het project Versterking Markermeerdijken zoals omschreven in het Projectplan Waterwet Versterking Markermeerdijken en de Projectplannen Durgerdam en Katwoude. Deze besluiten worden genomen door de OD NZKG. Het gebruik van het mandaat t.b.v. het project Markermeerdijken door de OD NZKG geldt tijdens de looptijd van het project Versterking Markermeerdijken.

2.4

Besluiten over het nemen van maatregelen op grond van hetgeen is bepaald bij of krachtens afdeling 19.1 Ow

Leidinggevende handhaving

Betreft het uitoefenen van bevoegdheden en uitvoeren van taken n.a.v. een ongewoon voorval.

2.5

Toezicht op de naleving en besluiten tot bestuursrechtelijke handhaving van de regels t.a.v. de volgende activiteiten: exploiteren van een waterhergebruiksysteem als bedoeld in paragraaf 19.1.2 van het Bal

Leidinggevende handhaving

2.6

Het ambtshalve of naar aanleiding van een verzoek houden van toezicht op de naleving van de regels gesteld bij of krachtens de Omgevingswet en de Wet milieubeheer, over activiteiten die zijn aangewezen in bijlage VI, categorie 1 tot en met 6 van het Ob en andere milieubelastende activiteiten. 

Leidinggevende handhaving

Het gaat onder andere om de algemene regels gesteld in het Besluit activiteiten leefomgeving en het omgevingsplan.

Het kan gaan om milieubelastende activiteiten als bedoeld in het Bal of het omgevingsplan.

2.7

Ketentoezicht op de regels over activiteiten die zijn aangewezen in bijlage VI, categorie 7 Ob.

Leidinggevende handhaving

2.8

Besluiten (al dan niet op verzoek van derden) op grond van afdeling 18.1 Ow, art. 5:20 lid 3 Awb en Titel 5.3 Awb (herstelsancties) om wel of niet bestuursrechtelijk handhavend op te treden terzake de gemandateerde onderwerpen.

Leidinggevende handhaving

Onder het mandaat valt ook de Intrekking van een omgevingsvergunning (art. 18.10 Ow).

Hiervoor is voorafgaand overleg met GS vereist

Betreft mede het besluit tot het opleggen van een spoedeisende last onder bestuursdwang, dan wel het toepassen van spoedeisende bestuursdwang, conform art. 5:31 Awb dan wel de schriftelijke bekrachtiging van de mondelinge aanzegging daartoe.

Het mandaat omvat ook de mondelinge mededeling van het besluit indien onverwijlde tenuitvoerlegging noodzakelijk is.

2.9

Het aanwijzen van ambtenaren belast met een handhavingsbevoegdheid of -taak (zoals bedoeld in hoofdstuk 18 van de Omgevingswet) en toezicht op de naleving op grond van afdeling 18.1 Omgevingswet, voor zover de OFGV belast is met uitvoering van een wettelijke regeling op grond waarvan toezichthouders kunnen worden aangewezen.

Directeur

2.10

Het verzamelen en registreren van gegevens en de behandeling van klachten (art. 18.1 Ow), voor zover dit samenhangt met gemandateerde taken en bevoegdheden.

Leidinggevende handhaving

2.11

Het nemen van besluiten tot (al dan niet spoedeisende) op grond van art. 5:20 lid 3 Awb en Titel 5.3 Awb (herstelsancties) wegens bestuursrechtelijke handhaving verband houdende met schending van zorgplichtbepalingen op grond van afdeling 1.3 Ow voor zover het gaat om een situatie die verband houdt met de taken die aan de OD NZKG zijn opgedragen en de specifieke zorgplicht uit het Bbl.

Leidinggevende handhaving

Het mandaat omvat ook de mondelinge mededeling van het besluit indien onverwijlde tenuitvoerlegging noodzakelijk is.

 

Het gaat om toezicht op en handhaving van de algemene zorgplicht en de specifieke zorgplicht Bbl.

 

(o.a. artikelen 2.6 3.5, 6.4, 7.4 en 7.31 Bbl).

 

Algemene zorgplichten uit de Omgevingswet kunnen aan de orde zijn, wanneer de bescherming van de leefomgeving dit vergt en er geen specifieke zorgplicht of andere specifieke regels op de situatie van toepassing zijn. Bijvoorbeeld een bodemverontreiniging die heeft plaatsgevonden in een grondwaterbeschermingsgebied zonder dat daarbij sprake is van een activiteit/specifieke zorgplicht op grond van het Bal, de omgevingsverordening, het omgevingsplan of de waterschapsverordening.

 

Uitgezonderd van het mandaat zijn de besluiten die betrekking hebben op de installatie Tata Steel enbesluiten t.b.v. het project Versterking Markermeerdijken zoals omschreven in het Projectplan Waterwet Versterking Markermeerdijken en de Projectplannen Durgerdam en Katwoude. Deze besluiten worden genomen door de OD NZKG. Het gebruik van het mandaat t.b.v. het project Markermeerdijken door de OD NZKG geldt tijdens de looptijd van het project Versterking Markermeerdijken.

2.12

Beslissingen omtrent gedogen, en onder welke voorwaarden.

Leidinggevende handhaving

Let op: het weigeren van een gedoogbeschikking is voorbehouden aan de directeur voor zover deze besluiten passen binnen het vastgestelde beleid en voor zover er geen bestuurlijke gevoeligheden in het geding zijn

2.13

Nemen van een invorderingsbeschikking zoals geregeld in de artikelen 5:37 en 5:38, lid 2 van de Algemene wet bestuursrecht

Leidinggevende handhaving

2.14

Nemen van een kostenverhaalbeschikking als bedoeld in artikel 5:25, zesde lid, van de Algemene wet bestuursrecht

Leidinggevende handhaving

2.15

Besluiten of het nemen van maatregelen op grond van hetgeen is bepaald bij of krachtens afdeling 19.1 Ow betreffende ongewoon voorval,

Leidinggevende handhaving

2.16

Overleg voor het maken van afspraken met OM, politie en landelijke inspectie-en opsporingsdiensten, waaronder het periodiek afsluiten van handhavingsarrangementen met het OM en de politie onder meer op grond van paragraaf 18.3.4. Ow en artikel 2.2 Ow.

Leidinggevende handhaving

2.17

Het maken van afspraken met de politie c.q. de korpschef en het FP3 over het gebruik van opsporingsbevoegdheid door en de kwaliteit van de bij de omgevingsdienst werkzame BOA’s. onder meer op grond van paragraaf 18.3.4. Ow en artikel 2.2 Ow

Leidinggevende handhaving

2.18

Samenwerking met de landelijk opererende handhavingsorganisaties,

zoals de rijksinspecties, en de hiervoor als het aanspreekpunt voor die organisaties aan te wijzen O onder meer op grond van paragraaf 18.3.4. Ow en artikel 2.2 Ow

Leidinggevende handhaving

3.ALGEMEEN AWB BEZWAAR EN BEROEP

Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.

3.1

Proceshandelingen in bestuursrechtelijke procedures zoals:

  • -

    vaststellen/indienen van zienswijzen;

  • -

    het vaststellen/indienen van verweerschriften en andere processtukken;

  • -

    procesvertegenwoordiging namens het bevoegde gezag bij de administratieve rechter, inclusief het optreden ter zitting.

Leidinggevende

Onder deze bevoegdheid valt niet:

  • 1.

    het instellen van hoger beroep;

  • 2.

    de bevoegdheid tot schikken voorafgaande, tijdens of na afloop van de zitting;

Voor vertegenwoordiging ter zitting kan de directeur medewerkers schriftelijk machtigen.

3.2

Voeren van het woord in het kader van de informele aanpak of ten behoeve van de bezwaarschriftenprocedure bij de Hoor en adviescommissie

Medewerker

3.3

Besluiten op grond van/in het kader van:

  • a.

    artikel 4:5 en 4:6 Awb

    (buiten behandeling stellen aanvraag en afdoen herhaalde aanvraag);

  • b.

    artikel 4:7 en 4:8 Awb

    (horen);

  • c.

    afdeling 4.1.3 Awb, artikel 16.77 en 16.77a Omgevingswet (opschorten beslistermijn);

  • d.

    besluiten over dwangsommen bij niet tijdig beslissen;

  • e.

    titel 4.4 Awb (bestuursrechtelijke geldschulden) met uitzondering van afdeling 4.4.4 Awb

    (aanmaning en invordering bij dwangbevel);

  • f.

    artikel 8:51a, 8:51b, 8:51c, 8:80a en 8:80b Awb (bestuurlijke lus en tussenuitspraak);

  • g.

    afdeling 3.4 Awb

    (uniforme openbare voorbereidingsprocedure van toepassing verklaren);

  • h.

    artikel 16.24 lid 2 Omgevingswet (afdeling 3.4 Awb buiten toepassing verklaren bij kennelijke verschrijving)

Leidinggevende

3.4

Het in verband met gemandateerde/gemachtigde taken aan andere bestuursorganen

  • -

    verzoeken om advies (en instemming), en

  • -

    verstrekken van advies (en instemming)

Leidinggevende

De regels over advies en instemming gelden ook voor:

  • -

    Een aanvraag tot wijziging van de voorschriften (artikel 4.18 Ob).

  • -

    Een aanvraag tot intrekking (artikel 4.18 Ob).

  • -

    Het ambtshalve (zonder aanvraag) wijzigen of intrekken van een besluit (artikel 16.19 Ow).

3.5

Het voorbereiden van beslissingen op bezwaar

Leidinggevende

Het betreft alleen de voorbereiding, uitgezonderd het horen, GS besluiten zelf.

3.6

Het voeren van correspondentie over Awb-procedures, ontheffingen, vrijstellingen en vergunningen (uitnodigingen, toezending verslagen e.d.) niet zijnde correspondentie in het kader van bezwaarschriftprocedure.

Medewerker

3.7

Beantwoorden van vragen (schriftelijk).

Leidinggevende

Met uitzondering van schriftelijke vragen van PS-leden

3.8

Het schriftelijk opvragen van inlichtingen, stukken in het kader van de voorbereiding van besluitvorming ten aanzien van beroepschriften, goedkeuring, etc..

Leidinggevende

Met uitzondering van bevoegdheden op grond van de Wet Bibob.

3.9

De behandeling van en beslissing over klachten niet zijnde klachten als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht die het werkveld van de ODIJ betreffen

Leidinggevende

3.10

Beslissen tot het doorzenden van stukken op grond van artikel 2:3 van de Awb

Medewerker

3.11

Het sturen van een ontvangstbevestiging

Medewerker

4. WET BIBOB

Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.

4.1

Het verzoek aan GS om aanvragen te toetsen aan de hand van de Wet Bibob.

Leidinggevende vergunningverlening

De Bibob toetsing, onderzoek en besluitvorming verlopen geheel via GS.

5. Wet OPEN OVERHEID

Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.

5.1

Het nemen van besluiten op grond van de wet open overheid, en de wet hergebruik van overheidsinformatie alsmede besluiten tot actief openbaar maken van informatie op grond van hoofdstuk 19 Wet milieubeheer.

Medewerker

Betreft besluiten op verzoek en besluiten tot actief openbaar maken van informatie die de OFGV onder zich heeft in het kader van de uitoefening van een gemandateerde taak/bevoegdheid. Indien nodig vindt afstemming met GS plaats. Dit houdt in dat afstemming plaatsvindt via de Woo-coördinatiedesk van de provincie.

6. WKBP

Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.

6.1

Zorgdragen voor het (elektronisch) inschrijven en doorhalen van beperkingenbesluiten en alle daarmee samenhangende administratieve (rechts)handelingen in de openbare registers bij de Dienst voor het Kadaster en de openbare registers op grond van artikel 15 van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

Medewerker

Art 20.26 en 20.28 Ow