Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Berkelland

Verordening op de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBerkelland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing 2024
CiteertitelVerordening afvalstoffenheffing 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening reinigingsheffingen 2023.

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 15.33 van de Wet milieubeheer
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

06-12-2023

gmb-2023-536273

830611

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing 2024

De raad van de gemeente Berkelland;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2023;

 

gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en 15.33 van de Wet milieubeheer;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de:

 

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN DEAFVALSTOFFENHEFFING 2024

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder “gebruik maken”:

    gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer.

  • 2.

    “Basispakket 140 grijs” de per perceel beschikbaar gestelde combinatie van 1 grijze minicontainer voor het restafval met een inhoud van 140 liter, 1 groene minicontainer voor het groente, fruit en tuin afval met een inhoud van 140 of 240 liter en 1 grijze minicontainer met een oranje deksel voor het plastic, metaal en drankenkartons afval met een inhoud van 240 liter.

  • 3.

    “Basispakket 240 grijs” de per perceel beschikbaar gestelde combinatie van 1 grijze minicontainer voor het restafval met een inhoud van 240 liter, 1 groene minicontainer voor het groente, fruit en tuin afval met een inhoud van 140 of 240 liter en 1 grijze minicontainer met een oranje deksel voor het plastic, metaal en drankenkartons afval met een inhoud van 240 liter.

  • 4.

    “verzamelcontainers” de bij hoogbouw en/of bovenwoningen beschikbaar gestelde ondergrondse of bovengrondse verzamelcontainers of losse 240 liter en/of 140 liter containers voor gezamenlijk gebruik.

  • 5.

    Tarieventabel: tarieventabel 2024.

Artikel 2 Voorwerp van de belasting

  • 1.

    Voorwerp van de belasting is een perceel.

  • 2.

    Als perceel wordt aangemerkt:

    • a.

      de onroerende zaak, bedoeld in artikel 16, onder a, c, d en f, van de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      de roerende zaak, welke duurzaam aan een plaats gebonden is;

    • c.

      een gedeelte van een in onderdeel b bedoelde roerende zaak dat blijkens zijn indeling is bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;

    • d.

      een samenstel van twee of meer in onderdeel b bedoelde roerende zaken of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde belastingplichtige in gebruik zijn en die, naar de omstandigheden beoordeeld, bij elkaar behoren.

    • e.

      het binnen de gemeente gelegen deel van de in onderdeel b bedoelde roerende zaak, van een in onderdeel c bedoeld gedeelte daarvan of van een in onderdeel d bedoeld samenstel.

Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam “afvalstoffenheffing” wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.

  • 2.

    De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 4 Belastingplicht

De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 6 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel wordt geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    De belasting bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel wordt geheven door middel van een schriftelijke gedagtekende kennisgeving. Het gevorderde bedrag wordt door toezending van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekend gemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belasting schuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.

  • 4.

    Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar van een ander perceel gebruik maakt.

  • 5.

    De belasting bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel is verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.

  • 6.

    Belastingbedragen van minder dan € 10,00 worden niet opgelegd.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    De aanslagen moeten worden betaald uiterlijk twee kalendermaanden na de op het aanslagbiljet vermelde dagtekening.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid kunnen op verzoek van de belastingplichtige de aanslagen worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste twee bedraagt en maximaal 10, indien aan het navolgende wordt voldaan:

    • a.

      het totaal bedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen afvalstoffenheffing of andere belastingen moet minder zijn dan € 7.500,00;

    • b.

      de verschuldigde bedragen moeten door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven.

  • De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

  • 4.

    De gedagtekende nota bedoeld in artikel 7, lid 2, moet worden betaald op het moment van het uitreiken van de nota, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de nota.

Artikel 10 Kwijtschelding

Kwijtschelding van de belasting vindt plaats op basis van de Kwijtscheldingsverordening.

Artikel 11 Overgangsrecht

De ‘Verordening reinigingsheffingen 2023’ van 6 december 2022 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening afvalstoffenheffing 2024”.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van

6 december 2023.

de griffier,

de voorzitter,

Verordening afvalstoffenheffing 2024 TARIEVENTABEL 2024

 

Hoofdstuk 1 Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing

1.1

De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:

1.1.1

voor basispakket 140 grijs

€ 142,44

1.1.2

voor basispakket 240 grijs

€ 195,12

1.1.3

voor verzamelcontainers

€ 142,44

 

1.2

De belasting als bedoeld in de onderdelen 1.1.1 tot en met 1.1.3 worden vermeerderd voor een extra:

1.2.1

grijze container met een inhoud van 240 liter

€126,60

1.2.2

grijze container met een inhoud van 140 liter

€ 94,92

1.2.3

groene container met een inhoud van 140 liter

€ 0,00

1.2.4

groene container met een inhoud van 240 liter

€ 0,00

 

Hoofdstuk 2 Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing

2.1

onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1 bedraagt de belasting voor het op aanvraag omruilen van een kleine grijze container naar een grote grijze container of het bezorgen van een extra grijze container:

2.1.1

per keer

€ 31,67

2.1.2

als, ingeval van nieuwe vestiging op een perceel, de omruil plaats vindt binnen 2 maanden na de vestigingsdatum volgens de Basisregistratie Personen (BRP).

€ 0,00

2.1.3

Voor het omruilen van een grote grijze container naar een kleine grijze container worden geen omruilingskosten berekend.

€ 0,00

2.1.4

Voor het omruilen van een kleine of grote groene container worden geen omruilingskosten berekend.

€ 0,00

2.2

Voor het leveren van een afvalpas voor de toegang tot een verzamelcontainer.

€ 15,84

 

 

Behoort bij raadsbesluit van 6 december 2023.

 

De griffier,