Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
BAR-organisatie

BESLUIT mandaten, volmachten en machtigingen personeelsaangelegenheden BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBAR-organisatie
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBESLUIT mandaten, volmachten en machtigingen personeelsaangelegenheden BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) 2024
CiteertitelBESLUIT mandaten, volmachten en machtigingen personeelsaangelegenheden BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) 2024
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is tevens vastgesteld door de voorzitter van de BAR-organisatie.

Deze regeling vervangt het HRM mandaat en volmachtbesluit BAR-organisatie 2021.

Deze regeling vervangt de HRM mandaat- en volmachtregeling BAR-organisatie 2021.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 33b van de Wet gemeenschappelijke regelingen
  2. artikel 33d van de Wet gemeenschappelijke regelingen
  3. artikel 10:1 van de Algemene wet bestuursrecht
  4. artikel 60 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek
  5. Gemeenschappelijke Regeling BAR-organisatie
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

22-11-2023

bgr-2023-1281

914553

Tekst van de regeling

Intitulé

BESLUIT mandaten, volmachten en machtigingen personeelsaangelegenheden BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) 2024

Het dagelijks bestuur en de voorzitter van het openbaar lichaam BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner), ieder voor zover het zijn of haar bevoegdheden betreft;

 

gelet op het bepaalde in de artikelen 33b en 33d van de Wet gemeenschappelijke regelingen, artikelen 10:1 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 3:60 Burgerlijk Wetboek, en de gemeenschappelijke regeling BAR-organisatie;

 

besluiten vast te stellen:

 

BESLUIT mandaten, volmachten en machtigingen personeelsaangelegenheden BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) 2024

Artikel 1. Definities

  • 1.

    Onder mandaat wordt in dit besluit verstaan de machtiging tot het in naam en onder verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur dan wel de voorzitter van de BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) uitoefenen van een besluitbevoegdheid, zulks met inbegrip van de ondertekeningsbevoegdheid van het besluit en alle voorafgaande voorbereiding- en uitvoeringshandelingen.

  • 2.

    Onder volmacht word in dit besluit verstaan de bevoegdheid tot het in naam van de voorzitter van de BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, waaronder het ondertekenen van overeenkomsten met inbegrip van alle voorafgaande voorbereidings- en uitvoeringshandelingen.

  • 3.

    Onder machtiging wordt in dit besluit verstaan de bevoegdheid tot het in naam van het dagelijks bestuur dan wel de voorzitter van de BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) verrichten van handelingen, anders dan bedoeld in het eerste en tweede lid.

Artikel 2. Mandaten en volmachten personeelsaangelegenheden

  • 1.

    Ten behoeve van de uitoefening van de bevoegdheden aangaande personeelsaangelegenheden, zoals vermeld in het bij dit besluit behorend overzicht, wordt mandaat en volmacht verleend aan de daarbij aangegeven functionarissen onder wiens verantwoordelijkheid de betreffende personele aangelegenheid valt.

  • 2.

    Buiten de in het bijbehorend overzicht aangegeven gevallen is de gemandateerde c.q. ge(vol)machtigde niet bevoegd om ondermandaat of ondervolmacht te verstrekken ten aanzien van enige bij dit besluit aan hem verleende bevoegdheid.

Artikel 3. Kaderstelling

  • 1.

    De uitoefening van de bevoegdheden geschiedt met inachtneming van de kaders en specifieke voorwaarden, zoals aangegeven in het artikel 2 lid 1 bedoelde overzicht.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in het eerste lid geschiedt de uitoefening van de bevoegdheden binnen de grenzen van het recht waarop deze bevoegdheden steunen en de terzake geldende uitvoeringsregels, waaronder de cao SGO en het personeelshandboek van de BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner).

  • 3.

    Voor zover de uitoefening van de bevoegdheden financiële consequenties voor de organisatie met zich mee brengt, geschiedt zulks met inachtneming van de terzake gestelde budgettaire kaders.

  • 4.

    Indien in enig geval wordt getwijfeld of de voorgenomen uitoefening van de bevoegdheid in overeenstemming is met het bepaalde in lid 1 tot en met 3 van dit artikel, oefent de gemandateerde c.q. de ge(vol)machtigde zijn bevoegdheid niet uit dan nadat hij daarover overleg heeft gepleegd met de mandaatgever c.q. volmachtverlener.

  • 5.

    Het bepaalde in lid 4 van dit artikel vindt in elk geval plaats indien:

    • a.

      de mandaatgever c.q. de volmachtverlener de wens daartoe kenbaar heeft gemaakt;

    • b.

      de uitoefening van de bevoegdheid (vermoedelijk) bestuurlijke/politieke consequenties zal hebben;

    • c.

      precedentwerking is te verwachten.

Artikel 4. Ondertekening

De ondertekening van uitgaande stukken, waarop de besluitbevoegdheid betrekking heeft, geschiedt als volgt:

  • -

    namens de voorzitter van het openbaar lichaam BAR-organisatie, handelend onder de naam De Bedrijfsvoeringspartner,

gevolgd door de naam, functie, naam organisatieonderdeel/team en (digitale) handtekening van de gemandateerde c.q. ge(vol)machtigde.

Artikel 5. Vervanging

  • 1.

    Het aan een bepaalde functionaris verleende mandaat of volmacht wordt eveneens geacht te zijn verleend aan de betrokken hiërarchisch hogere functionaris(sen).

  • 2.

    Bij afwezigheid of verhindering van de gemandateerde c.q. ge(vol)machtigde zoals aangegeven in het bij dit besluit behorend overzicht worden de aan hem bij dit besluit toegekende bevoegdheden als volgt uitgeoefend:

    • a.

      bij afwezigheid of verhindering van de directeur een door de directeur aangewezen vervanger uit het concern MT;

    • b.

      bij afwezigheid of verhindering van het concern MT of het ontbreken van een meerderheid binnen het concern MT door de directeur;

    • c.

      bij afwezigheid of verhindering van de concernmanager door een andere concernmanager;

    • d.

      bij afwezigheid of verhindering van de teamleider door diens concernmanager, of een door deze concernmanager aan te wijzen teamleider binnen hetzelfde cluster.

Artikel 6. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024 onder gelijktijdige intrekking van het HRM mandaat en volmachtbesluit BAR-organisatie 2021 en de HRM mandaat- en volmachtregeling BAR-organisatie 2021, beiden vastgesteld op 31 maart 2021 en beiden in werking getreden op 1 april 2021.

  • 2.

    Dit besluit kan worden aangehaald als het “BESLUIT mandaten, volmachten en machtigingen personeelsaangelegenheden BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) 2024”.

Vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van de BAR-organisatie van 22 november 2022.

Het dagelijks bestuur,

De secretaris,

De heer G.J. Bravenboer

De voorzitter,

De heer R.E. Schneider

De voorzitter van de BAR-organisatie,

De heer R.E. Schneider

Overzicht behorend bij het “BESLUIT mandaten, volmachten en machtigingen personeelsaangelegenheden BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner) 2024”

 

Nr.

Aard HR bevoegdheid/beslissing

Gemandateerde c.q. ge(vol)machtigde

Kaders en specifieke voorwaarden

P1

INRICHTING ORGANISATIE

P1.1

Inrichting hoofdstructuur

n.v.t.

Geen mandaat/volmacht

P1.2

Inrichting fijnstructuur (verdeling in teams)

Concern MT

P1.3

Vaststellen functiebeschrijvingen

Concern MT

P1.4

Vaststellen functiewaarderingen

Concern MT

P2

FORMATIE

P2.1

Vaststellen toegestane formatie(budget)

n.v.t.

Geen mandaat/volmacht

P2.2

Formatie-/budgetverschuivingen (neutraal)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende

P2.3

Uitbreiden en inkrimpen formatie

Concern MT

Binnen het budget van de BAR-organisatie (De Bedrijfsvoeringspartner)

P3

HR BELEID EN ARBEIDSVOORWAARDEN

P3.1

Vaststellen HR beleid en arbobeleid

Concern MT

Betreft geen arbeidsvoorwaarden. Met inachtneming bevoegdheden medezeggenschapsorganen

P3.2

Vaststellen inhoudelijke wijzigingen collectieve arbeidsvoorwaarden-(regelingen) in het personeelshandboek

n.v.t.

Geen mandaat/volmacht bij inhoudelijke wijzigingen arbeidsvoorwaarden(regelingen)

P3.3

Vaststellen technische wijzigingen in het personeelshandboek naar aanleiding van wijzigingen in cao of wetgeving

Concern MT

Mandaat/volmacht alleen bij verplichte wijzigingen en technische aanpassingen

P3.4

Vaststellen nieuwe versie personeelshandboek

Directeur

P3.5

Toewijzen functies aan bijzondere regeling voor werktijden (werken met roosters)

Concern MT

Met inachtneming bevoegdheden medezeggenschapsorganen

P3.6

Uitvoeren salarisadministratie, uitbetaling salaris, declaraties, overlijdensuitkeringen, afdrachten, verhaal, vordering, loonbeslagen e.d.

Salarisadministrateur

P3.7

Ledenraadpleging Cao SGO

Concern MT

Het uitbrengen van stem na besluit concern MT door directeur.

P4

RECRUITMENT EN INDIENSTTREDING

P4.1

Openstellen en intrekken vacature

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P4.2

Recruitment

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Binnen kaders inkoop- en aanbestedingsbeleid

P4.3

Aangaan arbeidsovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P4.4

Aangaan arbeidsovereenkomst na AOW-gerechtigde leeftijd

Concern MT

P4.5

Aangaan inhuurovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P4.6

Aangaan stageovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P4.7

Aangaan werkervaringsovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P4.8

Aangaan detacheringsovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P4.9

Aangaan overeenkomst van (advies) opdracht (HR)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P4.10

Afnemen van eed of belofte na indiensttreding

De voorzitter van De Bedrijfsvoeringspartner

Geen mandaat/volmacht. Bijzondere bevoegdheid gekoppeld aan aandacht voor integriteit

P5

WIJZIGEN ARBEIDSOVEREENKOMST EN TOEKENNEN ARBEIDSVOORWAARDEN

P5.1

Wijzigen functie werknemer

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.2

Wijzigen salaris

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.3

Toekennen salaristoelagen (cao hoofdstuk 3 paragraaf 3)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.4

Toekennen functioneringstoelage

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.5

Toekennen arbeidsmarkttoelage

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.6

Toekennen vergoedingen en incidentele beloningen (cao hoofdstuk 3 paragraaf 4)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.7

Goedkeuren declaraties (Youforce)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.8

Wijzigen arbeidsduur (maximaal 36 uur per week)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.9

Tijdelijke wijziging arbeidsduur (> 36-40 uur per week)

Concern MT

Vooraf meldingsplicht bij OR conform cao.

P5.10

Werktijden

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.11

Reis- en thuiswerkpatroon

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.12

Toekennen vakantieverlof

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.13

Toekennen bijzonder/overig verlof (Wazo)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.14

Opdragen tot overwerk

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.15

Beschikbaarstelling dienstkleding

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.16

Toekennen opleidings- en ontwikkelingsfaciliteiten

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

Na overleg met hiërarchisch leidinggevende binnen financiële kaders. Bij geen budget eerst afstemming in concern MT

P5.17

Toestemming of weigering nevenwerkzaamheden

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P5.18

Oordeel financiële belangenverstrengeling

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

P5.19

Toestemming of weigering buitenlandse dienstreis

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

P6

FUNCTIONEREN EN BEOORDELEN

P6.1

Voeren van het goede gesprek, functionerings-, voortgangs-, ontwikkelings- en beoordelingsgesprekken

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P6.2

Vaststellen beoordelingsgesprekken

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P6.3

Besluit tot het starten en beëindigen van verbetertrajecten bij onvoldoende functioneren

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P6.4

Voeren van gesprekken bij verbetertrajecten

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7

BEËINDIGEN ARBEIDSOVEREENKOMST

P7.1

Afwikkelen beëindiging arbeidsovereenkomst bij opzegging door werknemer (ontslag op eigen verzoek, pensionering)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7.2

Opzeggen en afwikkelen bij beëindiging arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, van rechtswege of wegens ontbindende voorwaarden

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7.3

Opzeggen en afwikkelen bij beëindiging arbeidsovereenkomst tijdens proeftijd

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7.4

Beëindigen arbeidsovereenkomst door het aangaan van een vaststellingsovereenkomst (geen RVU)

Concern MT

Bijzondere bevoegdheid vanwege kosten

P7.5

Beëindigen arbeidsovereenkomst door het aangaan van een vaststellingsovereenkomst (RVU)

Concern MT

P7.6

Aanvraag toestemming beëindiging arbeidsovereenkomst wegens (langdurige) arbeidsongeschiktheid (UWV)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

P7.7

Aanvraag ontbinding arbeidsovereenkomst via kantonrechter

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

Bijzondere bevoegdheid vanwege juridische en financiële risico’s.

P7.8

Aanvraag toestemming voor beëindiging arbeidsovereenkomst bij cao ontslagcommissie (bij reorganisatie na afloop van Vwnw-traject)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

P7.9a

Beëindiging arbeidsovereenkomst wegens dringende reden(en) (ontslag op staande voet) bij negatief advies HRM

Directeur

Bijzondere bevoegdheid vanwege juridische en financiële risico’s

P7.9b

Beëindiging arbeidsovereenkomst wegens dringende reden(en) (ontslag op staande voet) bij positief advies HRM

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

Bijzondere bevoegdheid vanwege juridische en financiële risico’s

P7.10

Schorsing als ordemaatregel

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

P7.11

Opleggen sancties (BW) waaronder loonopschorting en loonstopzetting (7:629 BW)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

P7.12

Beëindigen inhuurovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7.13

Beëindigen stageovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7.14

Beëindigen werkervaringsovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7.15

Beëindigen detacheringsovereenkomst

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P7.16

Beëindigen overeenkomst van (advies) opdracht (HR)

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P8

GESCHILBESLECHTING

P8.1

Inschakelen mediation, bemiddeling of geschillencommissie namens werkgever

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

P8.2

Start juridische procedure bij rechtbank namens werkgever

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

Bijzondere bevoegdheid vanwege juridische en financiële risico’s

P8.3

Vertegenwoordigen werkgever tijdens procedure bij rechtbank

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Manager

  • 3.

    Teamleider

P9

VERZUIM EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

P9.1

Verzuimbegeleiding zieke werknemer

  • 1.

    Directeur

  • 2.

    Concernmanager

  • 3.

    Teamleider

P10

OVERIGE

P10.1

Besluit toepassen hardheidsclausule en onvoorziene gevallen (besluit om in individuele gevallen af te wijken van wetgeving, cao, personeelshandboek en/of gebruikelijk beleid)

Concern MT

Bijzondere bevoegdheid vanwege precedentwerking

P10.2

Aanwijzen preventiemedewerkers en vertrouwenspersonen

Concern MT

Bijzondere bevoegdheid

P10.3

Aanwijzen werknemers om andere werkzaamheden te verrichten bij buitengewone omstandigheden (art. 11.6 cao)

Directeur

Bij crisis, rampen, oorlog

Bijzondere bevoegdheid.

Indien mogelijk consulteert de directeur vóór besluitvorming het Concern MT

P10.4

Het voeren van lokaal overleg met de vakbonden

Directeur

Bijzondere bevoegdheid

P10.5

Benoemen/aanwijzen voorzitter en leden van de geschillencommissie

Concern MT

Bijzondere bevoegdheid, in samenspraak met vakbonden in het lokaal overleg

P10.6

Aanwijzen secretaris en plaatsvervangend secretaris geschillencommissie

Concern MT

Bijzondere bevoegdheid

P10.7

Benoemen/aanwijzen voorzitter en leden van de toetsingscommissie functiewaardering

Concern MT

Bijzondere bevoegdheid, in samenspraak met vakbonden in het lokaal overleg

P10.8

Besluit tot periodieke indexatie van de vergoeding voor de leden van personele adviescommissies

Concernmanager M&F

P10.9

Behandelen melding vermoeden misstand namens de werkgever

Directeur

Bijzondere bevoegdheid

P10.10

Besluiten over het advies van de externe klachtencommissie ongewenst gedrag

Directeur

Bijzondere bevoegdheid

 

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van de BAR-organisatie van 22 november 2022.

 

Het dagelijks bestuur,

 

De secretaris,

De heer G.J. Bravenboer

 

De voorzitter,

De heer R.E. Schneider

 

De voorzitter van de BAR-organisatie,

De heer R.E. Schneider