Organisatie | West Maas en Waal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening lijkbezorgingrechten 2024 |
Citeertitel | Verordening Lijkbezorgingsrechten 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening Lijkbezorgingsrechten 2024 |
Geen
artikel 229 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-12-2023 | nieuwe regeling | 07-12-2023 | Z.93407 |
Vastgesteld bij raadsbesluit van 7 december 2023, zaak kenmerk Z.93407
De raad van de gemeente West Maas en Waal;
Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2023,
Gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
Besluit vast te stellen de volgende verordening:
“Verordening op de heffing en invordering van LIJKBEZORGINGRECHTEN 2024”
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;
- algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;
- asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
- begraafplaats: de algemene begraafplaatsen gelegen aan de Hogeweg te Wamel en de Polstraat te Dreumel;
- begraven: het begraven van een lijk in een algemeen graf of een eigen graf, of het bijzetten van een urn in een algemeen graf, een eigen graf of een eigen urnengraf;
- eigen graf: een graf, ten aanzien waarvan het uitsluitend recht om daarin één lijk dan wel één urn bevattende de as van een lijk te begraven, voor bepaalde tijd, met het recht tot verlenging daarvan, wordt verleend;
- eigen kindergraf: een graf, ten aanzien waarvan het uitsluitend recht om daarin één lijkje van een kind jonger dan 12 jaar dan wel één urn bevattende de as van een lijkje van een kind, jonger dan 12 jaar te begraven voor bepaalde tijd met het recht tot verlenging daarvan, wordt verleend;
- grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf, gedenkplaats of verstrooiingsplaats;
- grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;
- particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om overledenen te gedenken;
- particuliere verstrooiingsplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om daarop as te doen verstrooien;
- particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
- particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
- particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
- urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;
- verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid.
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
De rechten worden niet geheven voor:
a. het lichten van een lijk of urn op rechterlijk gezag;
b. het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met de overleden moeder in één kist worden begraven.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Voor de rechten als bedoeld in artikel 8 en artikel 13, is het belastingtijdvak gelijk aan de periode, waarvoor wordt afgekocht.
1. De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.
2. Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel, worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 8 Ontstaan van belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
1. De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,-.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 5 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 10 Termijnen van betaling
1. In afwijking van artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.
De "Verordening Lijkbezorgingsrechten 2023" van 8 december 2022, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Lijkbezorgingrechten 2024".
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering op 7 december 2023.
De raad van West Maas en Waal,
Tarieventabel behorende bij de Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente West Maas en Waal 2024
Hoofdstuk 5 Onderhoud door gemeente van de graven
Voor het van gemeentewege verzorgen van het dagelijks onderhoud van de graven als omschreven in artikel 23 van de beheersverordening wordt geheven:
Hoofdstuk 6 Uitsluitend recht tot het doen begraven en begraven houden van lijken en het bijzetten en bijgezet houden van urnen
Hoofdstuk 8 Inschrijven en overboeken van particulier graf, particuliere urnen-nis, particuliere gedenkplaats of particuliere verstrooiingsplaats