Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Stroomopwaarts MVS

Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit dagelijks bestuur Stroomopwaarts MVS 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieStroomopwaarts MVS
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingAlgemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit dagelijks bestuur Stroomopwaarts MVS 2024
CiteertitelAlgemeen mandaat-, volmacht- en machtingsbesluit dagelijks bestuur stroomopwaarts MVS 2024
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Mandaatinstructie DB en Voorzitter Stroomopwaarts MVS 2018.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet gemeenschappelijke regelingen
  2. afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht
  3. titel 3 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek
  4. titel 9 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek
  5. titel 10 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

23-11-2023

bgr-2023-1265

Tekst van de regeling

Intitulé

Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit dagelijks bestuur Stroomopwaarts MVS 2024

Het Dagelijks Bestuur van Stroomopwaarts MVS;

 

De voorzitter van het bestuur van Stroomopwaarts MVS;

 

Ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

 

gelet op:

  • -

    de Wet gemeenschappelijke regelingen;

  • -

    afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 4 en 6 van de Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS;

  • -

    Titel 3 en 9 van Boek 3 en Titel 10 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek;

  • -

    de cao SGO, de cao SW, de cao Aan de Slag, het personeelshandboek SGO, het personeelshandboek AD en het personeelshandboek SW;

  • -

    de besluiten van de colleges van Maassluis, Vlaardingen en Schiedam, waarbij zij de gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS hebben gewijzigd en de bevoegdheden aan het dagelijks bestuur hebben gedelegeerd;

overweegt als volgt:

  • -

    dat de colleges van burgemeester en wethouders van Maassluis, Vlaardingen en Schiedam bij gemeenschappelijke regeling per 1 februari 2015 het openbaar lichaam Stroomopwaarts MVS hebben ingesteld;

  • -

    dat de vijfde wijziging van de gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS per 1 januari 2024 in werking treedt;

  • -

    dat het dagelijks bestuur en de voorzitter van de Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS naast de uitvoering van gedelegeerde taken eigen wettelijke bevoegdheden hebben op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen;

  • -

    dat het om redenen van doelmatigheid en uit praktisch oogpunt wenselijk is het Dagelijks Bestuur en de voorzitter van de Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS daarvoor in aanmerking komende bevoegdheden te mandateren aan ondergeschikte medewerkers, dan wel aan hen volmacht te verlenen tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen of aan hen machtiging te verlenen tot het verrichten van handelingen die geen besluit, en geen privaatrechtelijke handeling zijn;

besluit het

 

Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit dagelijks bestuur Stroomopwaarts MVS 2024

 

vast te stellen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    bestuur: het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Stroomopwaarts MVS;

  • b.

    budget: een bij begroting(swijziging) beschikbaar gesteld bedrag;

  • c.

    budgethouder: de functionaris die bevoegd is om vanuit aan hem toegewezen budgetten in naam van het bestuur besluiten te nemen met financiële gevolgen;

  • d.

    gemandateerde: degene die het (onder)mandaat ontvangt, alsook zijn/haar plaatsvervanger;

  • e.

    gevolmachtigde: degene die de volmacht of volmacht via substitutie ontvangt;

  • f.

    machtiging: de bevoegdheid om in naam van het bestuur handelingen te verrichten die geen besluit of een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • g.

    (onder)mandaat: de bevoegdheid om in naam van het bestuur besluiten te nemen;

  • h.

    mandaatgever: degene die het mandaat verleend heeft;

  • i.

    volmacht (via substitutie): de bevoegdheid om in naam van het bestuur privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

  • j.

    de voorzitter: de voorzitter van de Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS.

Artikel 2. Schakelbepaling mandaat, volmacht en machtiging

  • 1.

    Waar in dit besluit gesproken wordt over mandaat, moet daaronder ook worden begrepen machtiging en volmacht.

  • 2.

    De bevoegdheid om krachtens mandaat besluiten te nemen, omvat ook de bevoegdheid tot:

    • a.

      het stellen van voorschriften, niet zijnde nadere regels en beleidsregels en -plannen;

    • b.

      het verrichten van voorbereidings- en uitvoeringshandelingen;

    • c.

      het verzoeken om aanvullende informatie;

    • d.

      het voeren van correspondentie;

    • e.

      het verstrekken van informatie;

    • f.

      het vragen van adviezen en het inwinnen van inlichtingen;

    • g.

      het verzorgen van publicaties; of,

    • h.

      alle andere besluiten die genomen moeten worden en alle andere handelingen die verricht moeten worden binnen het kader van de uitvoering van de verleende bevoegdheid.

Artikel 3. Algemeen mandaat

  • 1.

    Het bestuur verleent mandaat om alle besluiten te nemen en alle overige (rechts)handelingen te verrichten die in het kader van een goede uitoefening van taken en verantwoordelijkheden nodig zijn, met in achtneming van artikel 4 van deze regeling, aan:

    • I.

      de directeur;

    • II.

      de unitmanagers;

    • III.

      de teammanagers.

  • 2.

    Aan de unitmanagers en teammanagers wordt de mogelijkheid verleend hun bevoegdheden onder te mandateren aan medewerkers, mits de directeur hiervoor toestemming heeft gegeven.

  • 3.

    De voorzitter draagt de vertegenwoordiging van de gemeente in en buiten rechte, als bedoelt in artikel 171 Gemeentewet, op aan de gemandateerde met betrekking tot de aan hem gemandateerde bevoegdheden als genoemd in het eerste lid, waaronder de bevoegdheid om besluiten en andere schriftelijke stukken met rechtskracht te ondertekenen.

Artikel 4. Voorwaarden en afwegingskader mandaat

Algemeen kader

  • 1.

    Het in het eerste lid van artikel 3 bedoelde (onder)mandaat oefent gemandateerde alleen uit wanneer en voor zover de uitoefening hiervan logischerwijs past binnen:

    • a.

      de werkzaamheden van de unit waar de gemandateerde deel van uit maakt en/of de werkzaamheden van een project of programma waar de gemandateerde onderdeel van uitmaakt, en;

    • b.

      de functie van de gemandateerde.

  • 2.

    De beperking in het eerste lid onder a geldt niet voor de directeur, gelet op zijn integrale taken en verantwoordelijkheden.

  • 3.

    De in mandaat te nemen besluiten en de krachtens volmacht/machtiging te verrichten (rechts)handelingen zijn in overeenstemming met alle ter zake geldende wetten, verordeningen, regelingen, voorschriften en beleidsuitgangspunten.

Afwegingskader

  • 4.

    Een besluit kan niet in mandaat worden genomen als:

    • a.

      dit zou kunnen leiden tot afwijking van vastgesteld beleid en verordeningen, tenzij sprake is van een hardheidsclause;

    • b.

      aan het besluit mogelijkerwijs bestuurlijke, maatschappelijke of publicitaire gevolgen of risico’s zijn verbonden, dan wel dat dit ongewenste precedentwerking tot gevolg kan hebben;

    • c.

      het een besluit betreft waarmee nadere regels of beleidsregels en -plannen worden vastgesteld;

    • d.

      de aard van de bevoegdheid zich tegen de mandaatverlening verzet, conform het bepaalde artikel 10:3 lid 1 en 2 Awb;

    • e.

      het besluit een overschrijding van een budget of krediet tot gevolg heeft of niet is begroot, dan wel een voor Stroomopwaarts (groot) financieel risico met zich brengt;

    • f.

      het bestuur dan wel de voorzitter heeft aangegeven dat geen gebruik mag worden gemaakt van het mandaat;

    • g.

      de raad de gelegenheid moeten worden geboden vooraf wensen en bedenkingen kenbaar te maken, of;

    • h.

      afgeweken wordt van een op grond van wet- en regelgeving ingewonnen extern advies van een adviescommissie.

Mandaat voorbehouden aan de directeur

  • 5.

    Aan de directeur blijft voorbehouden:

    • a.

      het besluiten op een verzoek als bedoeld in de Wet open overheid en de Wet hergebruik van overheidsinformatie wanneer de gevraagde informatie politiek gevoelig is;

    • b.

      het besluiten tot het aanwijzen van toezichthouders.

Personele en rechtspositionele aangelegenheden

  • 6.

    Aan de directeur, unitmanagers en teammanagers wordt volmacht verleend alle handelingen te verrichten die voortvloeien uit de toepassing van boek 7 titel 10 van het Burgerlijk Wetboek, de cao SGO, de cao SW, de cao Aan de Slag, het personeelshandboek Ambtenaren en het personeelshandboek SW.

  • 7.

    Aan de directeur wordt daarnaast volmacht verleend te besluiten tot het wijzigen van het personeelshandboek, wanneer deze wijzigingen voortvloeien uit de cao SGO, de cao SW of de cao Aan de Slag.

  • 8.

    De volgende bevoegdheden blijven voorbehouden aan het dagelijks bestuur:

    • a.

      het aangaan, wijzigen en beëindigen van de arbeidsovereenkomst met de directeur;

    • b.

      het aangaan, wijzigen en beëindigen van de arbeidsovereenkomst met de concerncontroller;

    • c.

      het besluiten tot het aanwijzen van de functionaris gegevensbescherming.

  • 9.

    De volgende bevoegdheden blijven voorbehouden aan de directeur:

    • a.

      het intrekken van verleend vakantieverlof wegens dringende redenen van dienstbelang;

    • b.

      het verbieden of beperken van het verrichten van nevenwerkzaamheden;

    • c.

      het besluiten over het verlenen van buitengewoon verlof voor politieke nevenfuncties;

    • d.

      het besluiten tot het aangaan van een vaststellingsovereenkomst in verband met het eindigen van een arbeidsovereenkomst met een medewerker;

    • e.

      het ontzeggen van toegang/verblijf tot kantoren, werkplaatsen of andere arbeidsterreinen;

    • f.

      het besluiten tot het opleggen van een disciplinaire sanctie; of,

    • g.

      het besluiten over ontslag, wanneer sprake is van:

      • i.

        reorganisatie, of;

      • ii.

        ontslag op staande voet.

Privaatrechtelijke rechtshandelingen, overeenkomsten

  • 10.

    Privaatrechtelijke overeenkomsten worden door de gemandateerde aangegaan wanneer de gemandateerde op grond van de geldende regeling omtrent budgethouderschap van Stroomopwaarts MVS de bevoegdheid heeft om de bijbehorende financiële verplichting aan te gaan.

  • 11.

    Overeenkomsten die strekken tot geldlening of zekerheidstelling, zoals borgtocht, pand, garantstelling en hypotheek, mogen niet in mandaat worden aangegaan, behalve wanneer dit noodzakelijk is als gevolg van een eerder aangegane overeenkomt tot geldlening of zekerheidstelling of wanneer sprake is van een krediethypotheek op grond van de Participatiewet.

  • 12.

    Het in lid 10 en 11 bedoelde mandaat wordt uitgeoefend met inachtneming van:

    • I.

      de geldende inkoop- en aanbestedingsregels van Stroomopwaarts MVS;

    • II.

      de geldende regeling omtrent budgethouderschap van Stroomopwaarts MVS;

    • III.

      de geldende financiële regelingen van Stroomopwaarts MVS.

Artikel 5. Mandaatverlening aan derden

Dit besluit geldt ook voor derden die niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het bestuur.

Artikel 6. Algemene correspondentie

Een gemandateerde of gevolmachtigde is ook bevoegd tot het afdoen, voeren en ondertekenen van algemene correspondentie ter voorbereiding en afwikkeling van gemandateerde bevoegdheden of zaken waarvoor volmacht is verleend en ter verkrijging dan wel ter uitwisseling van feitelijke routinematige informatie.

Artikel 7. Vermelding bevoegdheid

  • 1.

    In alle gevallen wordt tot uitdrukking gebracht dat besloten en ondertekend wordt namens het bestuur.

  • 2.

    Het gebruik van volmacht wordt als volgt tot uitdrukking gebracht:

    • a.

      In de aanhef van de privaatrechtelijke rechtshandeling:

  • de publiekrechtelijke rechtspersoon Stroomopwaarts MVS, gevestigd in Schiedam, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter van het bestuur, die daartoe een volmacht heeft afgegeven aan <naam gevolmachtigde>, die handelt ter uitvoering van het besluit van d.d.

    • b.

      In de ondertekening van de privaatrechtrechtelijke rechtshandeling:

  • De voorzitter van het dagelijks bestuur van Stroomopwaarts MVS

  • namens deze,

  •  

  • (handtekening functionaris)

  •  

  • (Naam functionaris)

  • Functieaanduiding van de (onder)gemandateerde en toevoeging: Stroomopwaarts MVS

  • 3.

    Ingeval van uitoefening van mandaat worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:

  • Het dagelijks bestuur van Stroomopwaarts MVS

  • namens deze,

  •  

  • (handtekening functionaris)

  •  

  • (Naam functionaris)

  • Functieaanduiding van de (onder)gemandateerde en toevoeging: Stroomopwaarts MVS

Artikel 8. Vervanging

  • 1.

    In geval van afwezigheid of vacature van de functionarissen aan wie bij of krachtens dit besluit bevoegdheden zijn gemandateerd, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door zijn plaatsvervanger:

    • I.

      de plaatsvervanger van de directeur is de unitmanager bedrijfsvoering;

    • II.

      de plaatsvervanger van een unitmanager is een andere unitmanager of de directeur;

    • III.

      de plaatsvervanger van een teammanager is een andere teammanager, een unitmanager of de directeur;

    • IV.

      de plaatsvervanger van een uitvoerende medewerker is een andere uitvoerende medewerker, een teammanager, een unitmanager of de directeur.

  • 2.

    Wanneer een bevoegdheid is uitgeoefend door een plaatsvervanger, wordt dit in de ondertekening tot uitdrukking gebracht door gebruikmaking van de woorden “plaatsvervangend”, gevolgd door plaatsvervangende functie en eigen naam.

Artikel 9. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Dit besluit wordt aangehaald als ‘Algemeen mandaat-, volmacht- en machtingsbesluit dagelijks bestuur stroomopwaarts MVS 2024’.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024.

  • 3.

    De Mandaatinstructie DB en Voorzitter Stroomopwaarts MVS 2018, inclusief het mandaatregister, wordt ingetrokken.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur Stroomopwaarts MVS van

23 november 2023,

de voorzitter,

A.J. Proos

de secretaris,

N.C. van der Wekken

BIJLAGE 1 FORMAT BESLUIT ONDERMANDAAT

 

Ondermandaat (naam)

 

De unitmanager/teammanager (naam unit/team),

 

gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht en het Algemeen mandaat-, volmacht- en machtingsbesluit dagelijks bestuur stroomopwaarts MVS 2024;

 

gelet op het akkoord van de directeur d.d. (datum)

 

overwegende dat (reden vermelden);

 

besluit:

 

I.

Aan (naam functie) ondermandaat te verlenen om:

 

(bevoegdheden opsommen)

 

II.

te bepalen dat dit besluit wordt aangehaald als: Ondermandaat (naam);

 

III.

te bepalen dat dit besluit de dag na publicatie in werking treedt.

 

Schiedam, (datum)

(naam)

Unit/Teammanager (naam team)