Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ouder-Amstel

Beleidsregels Eenmalige energietoeslag gemeente Ouder-Amstel 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOuder-Amstel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Eenmalige energietoeslag gemeente Ouder-Amstel 2023
CiteertitelBeleidsregels Eenmalige energietoeslag gemeente Ouder-Amstel 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervalt op 31 augustus 2024.

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 35 van de Participatiewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-12-2023nieuwe regeling

31-10-2023

gmb-2023-527508

2860

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Eenmalige energietoeslag gemeente Ouder-Amstel 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ouder-Amstel

 

gelet op:

 

  • titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 35 van de Participatiewet;

overwegende dat:

 

  • het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2023;

  • het daarom wenselijk is voor dit doel aanvullende beleidsregels vast te stellen.

besluit vast te stellen de beleidsregels Eenmalige energietoeslag gemeente Ouder-Amstel 2023.

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

 

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ouder-Amstel;

  • c.

    inkomen: totaal van het inkomen (zie toelichting), hierbij worden kinder- en partneralimentatie, inkomsten uit verhuur en periodieke giften buiten beschouwing gelaten.

  • d.

    zelfstandige huishoudens: alleenstaanden of personen die samen een huishouding voeren op hetzelfde woonadres;

  • e.

    Wsnp: Wettelijke traject via de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp);

  • f.

    Msnp: Minnelijk traject waarbij de schuldhulpverlener een regeling treft met de schuldeisers.

  • g.

    peildatum: aanvraagdatum of de datum waarop ambtshalve het recht wordt vastgesteld

  • h.

    referteperiode: de volledige kalendermaand voorafgaand aan de peildatum.

Artikel 2: Doelgroep eenmalige energietoeslag 2023

  • 1.

    De eenmalige energietoeslag 2023 van € 800 is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen en wordt ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

  • 2.

    Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen buiten beschouwing gelaten.

  • 3.

    Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120 % van de toepasselijke bijstandsnorm. De kostendelersnorm wordt buiten beschouwing gelaten. Bij wisselende inkomsten wordt voor de bepaling van het inkomen uitgegaan van het gemiddelde inkomen over de referteperiode en de drie daaraan voorafgaande kalendermaanden.

  • 4.

    Per huishouden verleent het college maximaal één energietoeslag van € 800,-.

  • 5.

    Tot de doelgroep van de eenmalige energietoeslag 2023 behoren ook huishoudens met een inkomen boven de inkomensgrens, die in een schuldhulpverleningstraject zitten of in een Wsnp of Msnp traject zitten.

  • 6.

    Tot een huishouden worden niet gerekend in een inrichting verblijvende personen die in aanmerking komen voor de zak- en kleedgeldnorm zoals bepaald in artikel 23 van de wet en indien de instelling voorziet in energiekosten en deze niet worden doorberekend aan de bewoner.

  • 7.

    Overeenkomstig artikel 35, lid 5 van de wet worden niet tot een huishouden gerekend degene die:

    • a.

      18, 19 of 20 jaar is;

    • b.

      in aanmerking komt voor studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1, eerste of tweede lid, van de Wet studiefinanciering 2000; of

    • c.

      is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres.

Artikel 3: Ambtshalve toekenning

  • 1.

    Huishoudens die voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en:

    • a.

      aan wie in 2022 of 2023 een energietoeslag 2022 is verstrekt; of

    • b.

      die een uitkering van de gemeente ontvangen; of

    • c.

      die algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet; of

    • d.

      een uitkering ontvangen op grond van de IOAW en IOAZ; of

  • ontvangen de eenmalige energietoeslag 2023 ambtshalve uiterlijk 31 december 2023.

  • 2.

    Tot de groep genoemd in het eerste lid onderdeel a worden niet gerekend studenten die in aanmerking komen voor studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1, eerste of tweede lid, van de Wet studiefinanciering 2000.

Artikel 4: Aanvraag

  • 1.

    Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de energietoeslag 2023 kunnen vanaf 2 januari 2024 een aanvraag indienen met gebruikmaking van het aanvraagformulier.

  • 2.

    De aanvraag voor de toeslag wordt digitaal ingediend via de website van de gemeente Ouder-Amstel. In afwijking van deze digitale aanvraag met DigiD is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.

  • 3.

    Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag kan worden ingediend tot en met 31 maart 2024.

Artikel 5: Hardheidsclausule

  • 1.

    Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 6. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 november 2024.

  • 2.

    Deze beleidsregels vervallen op 31 augustus 2024.

Artikel 7. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als:

Beleidsregels Eenmalige energietoeslag gemeente Ouder-Amstel 2023

Aldus vastgesteld op 31 oktober 2023

Het college van burgemeester en wethouders,

Toelichting

De beleidsregel eenmalige energietoeslag gemeente Ouder-Amstel 2023 staat niet op zich zelf, maar is gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag. Soms kan dat een hardheid inhouden. Daar voorziet artikel 5 in.

 

In artikel 2 wordt de doelgroep nader omschreven. Met vermogen wordt geen rekening gehouden. Voor het begrip ‘inkomen’ en ‘referteperiode’ is zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de uitvoering van de Energietoeslag 2022, de bijzondere bijstand in de gemeente en het inkomen dat het Inlichtingenbureau (IB) toetst voor de ambtshalve toekenningen. Het inkomen wordt inclusief vakantiegeld in aanmerking genomen, het vakantiegeld wordt berekend aan de hand van de regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ. Daar voorziet artikel 1 in.

 

Een ambtshalve toekenning is mogelijk als vaststaat dat de persoon op de peildatum recht heeft. Dit kan worden aangenomen bij huishoudens die in aanmerking kwamen voor een energietoeslag 2022 en volgens de toets op inkomen door het Inlichtingbureau ook voor de energietoeslag 2023 in aanmerking komen, die algemene bijstand ontvangen of een uitkering IOAW of IOAZ. Daar kan de gemeente andere groepen aan toe voegen, bijvoorbeeld personen die periodiek bijzondere bijstand ontvangen of een bijdrage op grond van gemeentelijke minimaregeling. Of dat mogelijk is zal afhangen van de vraag of de aanwezige gegevens voldoende zijn om vast te stellen dat zij op voorhand ook zullen voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2 en andere voorwaarden uit de Participatiewet.

 

Er zijn situaties denkbaar waarbij de aanvrager op de peildatum weliswaar niet voldeed aan de voorwaarden voor de energietoeslag, maar de (enige) uitsluitingsgrond slechts van korte duur was. De gemeente kan overwegen om in dergelijke situaties een toets op hardheid van de voorgenomen afwijzing uit te voeren (zie artikel 5) en hier zo nodig ook beleidsuitgangspunten voor te formuleren. De hardheidsclausule artikel 16 van de Participatiewet voorziet hier niet in.