Organisatie | Wierden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van de gemeenteraad van Wierden over vaststelling Verordening toeristenbelasting 2024. |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 224 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2024 | 31-12-2024 | wijziging | 04-12-2023 |
De raad, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 oktober 2023.
Gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;
Verordening op de heffing en de invordering van een toeristenbelasting
(Verordening toeristenbelasting 2024).
Voorwerp van de belasting; belastbaar feit.
Ter zake van het houden van verblijf met overnachten binnen de gemeente in hotels, pensions, vakantieonderkomens, mobiele kampeeronderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten en op vaste standplaatsen tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven, wordt onder de naam toeristenbelasting een directe belasting geheven.
Deze verordening verstaat onder:
a. vakantieonderkomens: woningen en andere verblijven, niet zijnde mobiele kampeeronder-
komens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie en
andere recreatieve doeleinden;
b. mobiele kampeeronderkomens: tenten, vouwwagens, kampeerauto’s, toercaravans en
soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen welke bestemd zijn voor dan wel
gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;
c. niet-beroepsmatig verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan,
niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak zijn
bestemd als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde
perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur worden aangeboden;
d. vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende een
seizoen of een jaar plaatsen van hetzelfde mobiel kampeeronderkomen of stacaravan.
1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid geeft tot verblijf als bedoeld in artikel 1 in hem ter
beschikking staande ruimten dan wel op hem ter beschikking staande terreinen.
2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene, ter zake van
wiens verblijf de belasting verschuldigd wordt.
3. Indien met toepassing van het eerste lid geen belastingplichtige is aan te wijzen, is
belastingplichtig degene die overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 verblijf houdt.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf door degene, die;
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar.
Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing.
1. Het aantal personen dat heeft overnacht, wordt met betrekking tot:
a. vakantie-onderkomens en niet-beroepsmatig verhuurde ruimten bepaald op het aantal slaapplaatsen;
b. mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op vaste standplaatsen bepaald op:
2,4 personen indien het aantal slaapplaatsen drie of minder bedraagt;
3,6 personen indien het aantal slaapplaatsen meer dan drie bedraagt;
c. mobiele kampeeronderkomens op niet-vaste standplaatsen bepaald op de som van het aantal kampeeronderkomens bestemd voor verblijf van maximaal drie personen, vermenigvuldigd met 2,4 en het aantal kampeeronderkomens bestemd voor verblijf van meer dan drie personen, vermenigvuldigd met 3,6.
2. Het aantal malen dat door de in het eerste lid bedoelde personen is overnacht wordt:
a. ingeval verblijf wordt gehouden in vakantie-onderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten dan wel op vaste standplaatsen, welke geschikt zijn voor gebruik of slechts gebruikt mogen worden gedurende een periode van: ten hoogste :
- meer dan drie doch ten hoogste zes maanden bepaald op 45;
- meer dan zes doch ten hoogste negen maanden bepaald op 56;
- meer dan negen doch ten hoogste twaalf maanden bepaald op 70.
Opteren voor niet-forfaitaire maatstaf van heffing.
In afwijking van het bepaalde in artikel 6 wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van de heffing vastgesteld op het werkelijk aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op grond van artikel 6 berekende aantal.
Het tarief bedraagt per overnachting € 1,25.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.
Geen belastingaanslag wordt opgelegd indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, gedurende het belastingjaar minder dan 50 bedraagt.
De belastingplichtige bedoelt in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
Inwerkingtreding en citeerartikel.
1 . De ‘Verordening toeristenbelasting 2023, vastgesteld bij raadsbesluit van 6 december 2022,
nummer 22-01516, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van
ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die
zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
4. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening toeristenbelasting 2024 gemeente
Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Wierden d.d. 4 december 2023