Organisatie | Reimerswaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Marktgeldverordening 2024 |
Citeertitel | Marktgeldverordening 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Marktgeldverordening 2023.
artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2024 | nieuwe regeling | 28-11-2023 | D23.251805 |
Onder de naam van "marktgeld" wordt in deze gemeente een recht geheven voor het innemen van een standplaats tot het ten verkoop uitstallen, aanbieden en voorradig hebben van goederen, eetwaren en andere artikelen op het aangewezen marktterrein.
Het recht wordt geheven van degene, die van een standplaats als bedoeld in het vorige artikel gebruik maakt.
€ 9,05 per eenheid van vier (4) meter frontbreedte of gedeelte daarvan voor een bij abonnement toegewezen standplaats per marktdag;
€ 11,90 per eenheid van vier (4) meter frontbreedte of gedeelte daarvan voor een incidenteel toegewezen standplaats per marktdag of gedeelte daarvan;
€ 11,90 per standplaats voor een standwerker per marktdag of gedeelte daarvan.
Artikel 5 Tarief energieheffing
Indien gebruik wordt gemaakt van een door de gemeente geleverde stroomvoorziening, wordt het in artikel 4 genoemde tarief per dagdeel per keer vermeerderd met:
Indien de betrokkene door omstandigheden, welke hem niet zijn toe te rekenen, geen gebruik van de standplaats heeft kunnen maken, vindt op aanvraag teruggaaf van het bij abonnement betaalde recht plaats tot een bedrag, overeenkomende met het recht voor het aantal malen, dat van de standplaats geen gebruik kan worden gemaakt.
Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.
Het verlenen van kwijtschelding als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) vindt ten aanzien van de rechten als genoemd in artikel 1 van deze verordening geen toepassing.