Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tiel

Verordening Gemeentelijke Rekenkamer gemeente Tiel 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTiel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Gemeentelijke Rekenkamer gemeente Tiel 2023
CiteertitelVerordening gemeentelijke rekenkamer gemeente Tiel 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening op de rekenkamercommissie van de gemeente Tiel 2016.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 81k van de Gemeentewet
  2. artikel 84 van de Gemeentewet
  3. artikel 149 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-12-2023nieuwe regeling

29-11-2023

gmb-2023-518923

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Gemeentelijke Rekenkamer gemeente Tiel 2023

De raad van de gemeente Tiel;

 

gelezen het voorstel van de rekenkamercommissie van de gemeente Tiel d.d. 20 december 2023;

 

gelet op de artikelen 84a, 84b, 81k, 84 en 149 van de Gemeentewet;

 

besluit vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening gemeentelijke rekenkamer gemeente Tiel 2023

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    rekenkamer: gemeentelijke rekenkamer als bedoeld in artikel 81a van de Gemeentewet;

  • -

    voorzitter: voorzitter van de rekenkamer;

  • -

    fractie: fractie zoals bedoeld in artikel 7 van het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad Tiel 2022.

Artikel 2. Rekenkamer

  • 1.

    Er is een rekenkamer en die bestaat uit drie leden, waaronder een voorzitter.

  • 2.

    Bij ontstentenis van de voorzitter treedt een door de commissie aan te wijzen lid op als voorzitter.

  • 3.

    De rekenkamer stelt een rooster van aftreden vast zodat voorkomen wordt dat meerdere leden van de rekenkamercommissie tegelijk zullen aftreden.

Artikel 3. Herbenoeming

De leden van de rekenkamer, waaronder de voorzitter, kunnen maximaal één keer voor een periode van zes jaar worden herbenoemd.

Artikel 4 Eed/gelofte

Ten aanzien van de leden is artikel 81 g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Ontslag en non-activiteit.

  • 1.

    De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een lid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamer overeenkomstig artikel 81 f wet;

    • c.

      wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft gekregen of wegens schulden is gegijzeld;

    • e.

      indien hij naar het oordeel van de raad ernstig nadeel toebrengt aan het in hem gestelde vertrouwen;

    • f.

      indien hij handelt in strijd met artikel 81h van de wet.

  • 3.

    De leden van de rekenkamer kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie te vervullen.

Artikel 6. Klankbordgroep voor de rekenkamer

  • 1.

    Er is een klankborgroep uit de gemeenteraad voor de rekenkamer.

  • 2.

    De fracties kunnen ieder één commissie- of raadslid, zoals bedoeld in artikel 4 van de Verordening op de raadscommissie Tiel 2022, per fractie afvaardigen om in de klankbordgroep aanwezig te zijn.

  • 3.

    De rekenkamer overlegt met de klankbordgroep over het volgende:

    • a.

      Jaarplan;

    • b.

      De verkenning van onderzoeksonderwerpen, de focus en het beoogde resultaat van het rekenkameronderzoek.

    • c.

      De benoeming van de leden van de rekenkamer

  • 4.

    De rekenkamer kan informatie uitwisselen met de klankbordgroep over lopende rekenkameronderzoeken.

  • 5.

    De vergaderingen van de klankbordgroep zijn niet openbaar.

Artikel 7. Budget

De voorzitter van de rekenkamer is bevoegd binnen het bij de gemeentebegroting aan de rekenkamer beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen voor de uitvoering van de werkzaamheden van de rekenkamer.

Artikel 8. Vergoeding

  • 1.

    De leden van de rekenkamer ontvangen voor het bijwonen van vergaderingen van de rekenkamer een vaste maandelijkse vergoeding.

  • 2.

    De vergoeding bedraagt voor de voorzitter € 348,40 en voor gewone leden € 259,91.

  • 3.

    Onverminderd het bepaalde in lid 2 bedraagt de uurvergoeding voor onderzoekswerkzaamheden door de voorzitter en de leden € 60,- per uur indien de rekenkamercommissie besluit een onderzoek in eigen beheer uit te voeren.

  • 4.

    De vergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd met dezelfde indexering die geldt voor de vergoeding voor raadsleden.

  • 5.

    De leden van de rekenkamer ontvangen daarnaast een vergoeding voor hun reiskosten. Dit is maximaal de belastingvrije kilometervergoeding. Kosten van openbaar vervoer worden geheel vergoed.

Artikel 9. Ondersteuning rekenkamer

  • 1.

    Er is een ambtelijk secretaris die belast is met de ondersteuning van de rekenkamer.

  • 2.

    De secretaris is organisatorisch ondergebracht bij de griffie.

  • 3.

    De voorzitter stuurt de ambtelijk secretaris aan bij de inhoudelijke werkzaamheden.

  • 4.

    De ambtelijk secretaris zorgt voor inhoudelijke ondersteuning van de commissie en verzorgt in overleg met de voorzitter de agendaplanning, de verslaglegging en de dossiervorming.

Artikel 10. Reglement van orde.

De rekenkamer stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.

Artikel 11. Onderwerpselectie en opdrachtverlening.

  • 1.

    De rekenkamer legt de raad jaarlijks ter kennisneming een onderzoeksplan en een jaarverslag voor.

  • 2.

    De rekenkamer bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 3.

    De raad kan de rekenkamer een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De commissie bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij dit motiveren.

Artikel 12. Werkwijze

  • 1.

    De rekenkamer is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De rekenkamer beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De rekenkamer is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren van de gemeente Tiel mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente Tiel zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamer gestelde termijn te verstrekken.

  • 4.

    De rekenkamer vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 5.

    De rekenkamer vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamer rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 6.

    De rekenkamer kan de uitvoering van een onderzoek opdragen aan één of meerdere onderzoekers. Daarbij houdt de rekenkamer rekening met de omvang van het beschikbare budget.

  • 7.

    Voor de uitvoering van een onderzoek kan de rekenkamer tevens, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 8.

    De rekenkamer stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar vast te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. De rekenkamer bepaalt wie als betrokkenen worden aangemerkt. In ieder geval worden degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest als betrokkenen aangemerkt.

  • 9.

    Na vaststelling door de rekenkamer worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 13. Monitoring aanbevelingen

De griffier verstrekt de raad jaarlijks voor 1 april een overzicht van de aan de raad gedane voorstellen van de rekenkamer welke door de raad zijn overgenomen en door de raad zelf moeten worden uitgevoerd, vergezeld van de wijze waarop aan de voorstellen vervolg is gegeven.

Artikel 14. Slotbepalingen

  • 1.

    Besluiten, genomen krachtens Verordening op de rekenkamercommissie van de gemeente Tiel 2016, die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

  • 2.

    De Verordening op de rekenkamercommissie van de gemeente Tiel 2016 wordt ingetrokken.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening gemeentelijke rekenkamer gemeente Tiel 2023.

Aldus besloten in de openbare raadvergadering van 29 november 2023

griffier,

voorzitter,

Toelichting

Algemeen

De raad moet een onafhankelijke rekenkamer instellen. Zie artikel 81a van de Gemeentewet. Deze verplichting geldt vanaf 1 januari 2023, met een overgangstermijn van een jaar. Uiterlijk 1 januari 2024 moet de raad een rekenkamer hebben ingesteld.

Daarnaast moet de raad op grond van artikel 81k van de Gemeentewet een verordening opstellen voor een vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van de rekenkamer en een tegemoetkoming in hun kosten. Voorts mag de raad op grond van artikel 149 van de Gemeentewet aanvullende regels stellen in het belang van de gemeente en met inachtneming van de wet.

 

Artikelsgewijs

Enkel die bepalingen die verdere toelichting behoeven, worden hieronder nader toegelicht.

 

Artikel 2. Rekenkamer

Artikel 81a van de Gemeentewet schrijft voor dat de raad een rekenkamer in stelt. Op grond van artikel 81b stelt de raad het aantal leden van de rekenkamer vast. Dit artikel voorziet in de instelling van een rekenkamer en de vaststelling van het aantal leden. Wij stellen u voor gelijk de huidige situatie te kiezen voor het aantal van drie leden door een combinatie van de volgende uitgangspunten:

  • a.

    niet te veel verantwoordelijkheid bij één persoon (dus een rekenkamer met meer dan één lid);

  • b.

    een oneven aantal leden, ter bevordering van soepele besluitvorming;

  • c.

    zo min mogelijk kosten aan overhead.

Artikel 5. Ontslag en non-activiteit

Dit artikel is in gelijk aan artikel 81c en d van de Gemeentewet.

 

Artikel 6 Klankbordgroep voor de rekenkamer

In de oude situatie was er een delegatie, genoemd een klankbordgroep, die overlegde over de onderwerpen voor onderzoek en de lopende onderzoeken van de rekenkamercommissie. Het is gewenst om in de nieuwe situatie de verbinding met de gemeenteraad te borgen. De memorie van toelichting van het wetsvoorstel noemt de volgend mogelijkheden:

  • een klankbordgroep van raadsleden;

  • een griffier die fungeert als verbindende schakel tussen raad en rekenkamer;

  • regelmatige gesprekken tussen de rekenkamer en afzonderlijke fracties;

  • een raadscommissie of auditcommissie die de rekenkamer adviseert over de algemene onderzoeksprogrammering en de presentatie van de rekenkamerrapporten aan de raad.

De rekenkamercommissie adviseert de contacten met de raad te borgen door:

  • a.

    een klankbordgroep in te stellen die vanuit de raad fungeert als het aanspreekpunt voor de rekenkamer. De commissie vindt het belangrijk dat er een goede afstemming is met de gemeenteraad en opteert voor een klankbordgroep uit de raad om afstemming te hebben over rekenkameronderzoeken, het jaarplan en het jaarverslag. De fracties kunnen daarvoor een vertegenwoordiging afvaardigen. Deze klankbordgroep kan afhankelijk van het onderwerp van wisselende samenstelling zijn. Gespreksonderwerpen: de verkenning van onderzoeksonderwerpen, onderzoeksopzet rekenkameronderzoek, de benoeming en het ontslag van leden van de rekenkamer, het jaarplan.

  • b.

    de rekenkamer jaarlijks gesprekken met de fracties uit de raad te laten voeren over mogelijke onderzoeksonderwerpen. Bij het jaarlijkse rondje langs de fracties kan de rekenkamer peilen welke mogelijke onderzoeksonderwerpen er zijn. Ook in de huidige situatie inventariseert de rekenkamercommissie jaarlijks bij de fracties of er mogelijke onderwerpen zijn die zich lenen voor rekenkameronderzoek. In de nieuwe situatie kan dit worden gecontinueerd. Een frequentie van één keer per jaar is toereikend het leveren van voor input aan het onderzoeksplan van de rekenkamercommissie.

De klankbordgroep is een raadscommissie op grond van artikel 84 Gemeentewet. Op grond van artikel 84 lid 3 regelt de raad de openbaarheid van de vergaderingen.

Het proces van rekenkameronderzoek is niet openbaar. De openbaarheid van rekenkameronderzoek en -rapporten is geregeld in artikel 185 Gemeentewet: Op grond van lid 6 zijn de vastgestelde rapporten van de rekenkamer openbaar. Gelet op de aard van de onderwerpen (lopend rekenkameronderzoek en benoeming van leden van de rekenkamer) zijn bijeenkomsten van de klankbordgroep niet openbaar.

 

Artikel 7. Budget

De raad moet de rekenkamer de nodige middelen ter beschikking stellen voor een goede uitoefening van haar werkzaamheden (artikel 81j van de Gemeentewet). Dit omvat de totale kosten van de rekenkamer en alle overige kosten voor de uitvoering van de taken. Bij de behandeling van wetsvoorstel in de Tweede Kamer is een motie aangenomen waarin de regering is gevraagd nader onderzoek te doen welk bedrag per inwoner per gemeente voor gemeenten toereikend zou moeten zijn om onafhankelijk rekenkameronderzoek te doen. De uitkomsten daarvan zijn nog niet bekend, die worden eind 2023 verwacht.

 

Het jaarbudget voor de rekenkamer(commissie) Tiel wordt jaarlijks in de gemeentebegroting opgenomen en bedraagt voor 2023 € 40.000,- Van het budget is € 10.500 voor vergoeding van de leden en € 29.500,- voor onderzoek. Dat bedrag is exclusief de ambtelijke ondersteuning (8 uur/week, 0,22 fte). De rekenkamer acht dit momenteel toereikend voor rekenkameronderzoek in Tiel.

 

Artikel 8. Vergoeding

De leden van de rekenkamer ontvangen een bij verordening van de raad vastgestelde vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten (artikel 81k van de Gemeentewet). Deze worden in lijn met de reeds gehanteerde werkwijze per kwartaal gedeclareerd.

 

In het raadsbesluit over de vergoeding van de rekenkamercommissie Tiel 2016 is besloten dat de rekenkamerleden een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie ontvangen. De vergoeding voor de voorzitter bedraagt € 200,- netto per vergadering en voor de overige twee leden € 150,- per vergadering. Daarnaast krijgen zij de helft van de netgenoemde bedragen voor het bijwonen van tussentijdse overleggen. Voor onderzoekswerkzaamheden was nog geen uurvergoeding.

 

De vergoeding voor de rekenkamerleden van Tiel was één van de laagste in Nederland en sinds 2016 niet meer geïndexeerd. De wijziging naar een vergoeding voor de voorzitter van € 348,40 en voor gewone leden € 259,91 brengt de vergoeding in Tiel weer gelijk met de andere gemeenten. Daarnaast geeft het uurtarief de Rekenkamerleden de mogelijkheid om zelf onderzoeken te doen.

 

Artikel 9. ondersteuning rekenkamer

In de nieuwe Wet is het toegestaan dat de rekenkamer wordt ondersteund door een medewerker van de griffie. Deze ambtelijk secretaris zorgt voor inhoudelijke ondersteuning van de rekenkamer en verzorgt in overleg met de voorzitter de agendaplanning, de verslaglegging en de dossiervorming. De secretaris is voor zijn werkzaamheden uitsluitend verantwoording schuldig aan de rekenkamer. In Tiel is de secretaris van de rekenkamer onderdeel van een combinatiefunctie binnen de griffie. De ondersteuning voor de rekenkamer bedraagt 8 uur per week, 0,22 fte.

 

Artikel 10. Reglement van orde

Dit artikel is in gelijk aan artikel 81i van de Gemeentewet.

 

Artikel 11. Onderwerpselectie en opdrachtverlening.

  • 1.

    Volgens artikel 185 lid 4 is de rekenkamer verplicht om jaarlijks het jaarverslag van het voorgaande voor 1 april op te stellen.

  • 3.

    Dit lid is gebaseerd op artikel 182 lid 2. De rekenkamer krijgt een maand de tijd om te reageren. Dit is continuering van de oude situatie.

Artikel 12. Werkwijze.

  • 2.

    Dit lid is gebaseerd op artikel 183 en 184 van de Gemeentewet. Deze artikelen geven verdere toelichting over het opvragen van documenten.

  • 6.

    Dit lid is gebaseerd op artikel 182 lid 3 van de Gemeentewet.

  • 7.

    Dit lid is gebaseerd op artikel 182 lid 3 van de Gemeentewet.

  • 8.

    Dit lid is gebaseerd op artikel 185 lid 2 van de Gemeentewet

  • 9.

    Dit lid is gebaseerd artikel 185 lid 3 van de Gemeentewet.

Artikel 13. Monitoring aanbevelingen

Volgens artikel 185a van de Gemeentewet moet het college jaarlijks aan de raad een overzicht sturen van de aan het college gedane voorstellen van de rekenkamer, vergezeld van zijn standpunt daaromtrent en van de wijze waarop aan de voorstellen vervolg is gegeven. Niet alle voorstellen, of meestal aanbevelingen genoemd, zijn voor wat betreft de uitvoering de verantwoordelijkheid van het college. Er zijn ook aanbevelingen die de raad zelf moet uitvoeren. Om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen van de status van alle aanbevelingen uit de rekenkamerrapporten, kan de raad ervoor kiezen om de griffie(r) jaarlijks ook een overzicht op te laten stellen met de status van de aanbevelingen die aan de raad zijn gericht, door de raad zijn overgenomen en door de raad zelf moeten worden uitgevoerd. Dit kan de raad helpen om een overzicht te behouden van de overgenomen aanbevelingen en de status hiervan.