Organisatie | Hoogheemraadschap van Delfland |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Peilbesluit Delflands Boezem peilgebied 26 |
Citeertitel | Peilbesluit Delflands boezem peilgebied 26 |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Peilbesluit Delflands Boezem, vastgesteld op 26 september 2019.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-12-2023 | nieuwe regeling | 30-11-2023 | 2898 |
Op 30 november 2023 heeft de verenigde vergadering van het Hoogheemraadschap van Delfland, conform art.5.2 van de Waterwet en art. 4.2 van de Waterverordening Zuid-Holland, de peilbesluiten cluster 2023 vastgesteld.
Deze peilbesluiten hebben betrekking op het diverse gebieden in het beheergebied van Delfland (Vlaardingen, Midden-Delfland, Westland, Den Haag, Pijnacker-Nootdorp en Rotterdam). De ligging van deze gebieden is terug te vinden op de diverse overzichtskaarten van de bekendgemaakte stukken.
In een peilbesluit worden voor een bepaald gebied de waterstanden of bandbreedtes waarbinnen waterstanden kunnen variëren vastgesteld, die gedurende daarbij aangegeven perioden zoveel mogelijk worden gehandhaafd.
Een ontwerppeilbesluit heeft vanaf 8 augustus 2023 zes weken ter inzage gelegen. Hierop zijn twee zienswijzen ingediend. De overige ontwerppeilbesluiten hebben vanaf 8 augustus 2022 zes weken ter inzage gelegen. Op deze ontwerppeilbesluiten zijn geen zienswijze ingediend.
De peilbesluiten treden in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking in het Waterschapsblad of op een in het peilbesluit specifieke aangegeven datum. U kunt het besluit en de daarop betrekking hebbende stukken vanaf 7 december 2023 raadplegen op internet: https://www.hhdelfland.nl/actueel/bekendmakingen/. Als u de stukken wilt inzien op de locatie van het hoofdkantoor van Delfland, Phoenixstraat 32 te Delft kunt u contact opnemen via onderstaande contactgegevens.
Belanghebbenden die bij de voorbereiding van dit besluit tijdig hun zienswijzen naar voren hebben gebracht, of belanghebbenden die kunnen aantonen dat zij tijdens de terinzageleggingstermijn hier redelijkerwijze niet toe in staat waren geweest, kunnen gedurende een periode van zes weken van de eerste dag, volgend op de datum van bekendmaking, in beroep gaan tegen dit besluit. Het beroepschrift moet worden gericht aan de Rechtbank te Den Haag, Sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag.
Een beroepschrift dient de gronden van beroep en een omschrijving van het besluit tegen welke het zich richt te bevatten. Verder dient het beroepschrift te worden gedateerd en te worden voorzien van naam, adres en handtekening van de belanghebbende. Indien mogelijk dient het afschrift van het besluit bij het beroep te worden gevoegd.
Een ingediend beroepschrift schorst de werking van het besluit niet. Indien u een beroepschrift heeft ingediend, kunt u zich in spoedeisende gevallen wenden tot de voorzieningenrechter van de Rechtbank te Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH, Den Haag, met het verzoek een voorlopige voorziening ter treffen als bedoeld in artikel 8:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
Het is ook mogelijk digitaal een verzoekschrift in te dienen bij de genoemde rechtbank via https://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Indien u vragen heeft naar aanleiding van deze bekendmaking kunt u, op werkdagen van 9.00 tot 16.00 uur, contact opnemen met het klantcontactcentrum (KCC) van Delfland. Het KCC is bereikbaar via één centraal telefoonnummer, namelijk (015) 260 81 08, of via e-mail loket@hhdelfland.nl.
Onderwerp Diverse peilbesluiten Cluster 2023
De verenigde vergadering van Delfland,
op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van dinsdag 24 oktober 2023, dossiernummer 2898;
gelezen het positieve advies van de commissie Waterkwantiteit en Waterkwaliteit.
het ontwerp-peilbesluit Schiezone gedurende zes weken van 8 augustus 2022 tot en met 29 september 2022 en de overige ontwerp-peilbesluiten gedurende zes weken van 8 augustus 2023 tot en met 29 september 2023 voor een ieder ter visie heeft gelegen op het kantoor van het Hoogheemraadschap van Delfland en via elektronische bekendmaking op internet;
de bepalingen in de Waterschapswet, de Waterwet en de Omgevingsverordening Zuid-Holland.
Vast te stellen het peil van de waterstand, het daarbij behorende schouwpeil en peilenkaarten voor de volgende peilgebieden:
en onder de navolgende bepalingen:
de overgang van zomerpeil naar winterpeil zal als regel plaatsvinden in de loop van de maanden september en oktober, de overgang van winterpeil naar zomerpeil in de loop van de maanden maart tot en met mei. Daarbij worden weersgesteldheid en verloop van de grondwaterstand ter plaatse in aanmerking genomen;
flexibel peilbeheer betekent dat het peil mag variëren tussen de aangegeven onder- en bovengrens, waarbij de variatie gedurende het gehele jaar wordt bepaald door natuurlijke omstandigheden, waaronder neerslag en verdamping. Wanneer het peil de ondergrens onderschrijdt, zal water worden ingelaten, echter niet meer dan nodig is om onderschrijding van de ondergrens te voorkomen. Wanneer het peil de bovengrens overschrijdt of -te beoordelen naar de te verwachten neerslag- zal gaan overschrijden, wordt via de stuwen het overtollige water afgelaten, echter niet meer dan nodig is om de overschrijding van de bovengrens te voorkomen.
In te trekken de peilbesluiten voor de delen die herzien worden en aangegeven zijn op de voornoemde peilbesluitkaarten van de Aalkeet Buitenpolder, vastgesteld 26 september 2013; Akkerdijksche polder, vastgesteld 27 september 2007; Dijkpolder (Poeldijk), vastgesteld 23 november 2006; Boschpolder, vastgesteld 23 mei 2013; Dorppolder, vastgesteld 23 april 2020; Delflands Boezem, vastgesteld 26 september 2019; Commandeurspolder, vastgesteld 25 september 2014; Duifpolder, vastgesteld 25 september 2014; Eshofpolder, vastgesteld 23 november 2006; Oude en Nieuwe Broekpolder, vastgesteld 23 november 2006; Oude Lierpolder, vastgesteld 23 mei 2013; Oude Polder van Pijnacker, vastgesteld 15 september 2011; Polder Schieveen, vastgesteld 15 september 2011; Tedingerbroekpolder, vastgesteld 15 september 2005; Polder Vlaardingen-Holierhoek, vastgesteld 6 november 2013; Vlietpolder, vastgesteld 23 november 2006; Partiele herziening peilbesluit Vlietpolder, vastgesteld 25 april 2020 en Zuidpolder van Delfgauw, vastgesteld 15 september 2011.
Aldus besloten in de openbare vergadering van donderdag 30 november 2023.
De verenigde vergadering voornoemd,
de secretaris,
de voorzitter,
Toelichting op het peilbesluit Delflandse boezem - peilgebied 26
Het beheergebied van Delfland heeft een oppervlakte van ongeveer 40.000 hectare en bestaat uit circa 75 polders met circa 700 peilgebieden. Voor elk peilgebied is een waterpeil vastgelegd in een peilbesluit. Dit vastgestelde peil kan om drie redenen worden gewijzigd:
Dit rapport geeft de toelichting op een ruimtelijke ontwikkeling in het gebied.
In 2019 is de bochtafsnijding van de Schie ter hoogte van de Oost-Abtspolder (gemeente Rotterdam) afgerond. Bij deze bochtafsnijding is er een eiland ontstaan aan de oostzijde van het nieuw gegraven deel van de Schie. Op dit eiland is een aantal nieuwe peilgebieden vormgegeven, de peilgebieden 19, 20 en 21 van de Delflandse Boezem. De peilbesluiten voor deze peilgebieden zijn in 2019 genomen.
Het peilgebied 21 bevindt zich aan de zuidzijde van het eiland. Het peil voor dit peilgebied is vastgesteld op NAP -1,71 m. Dit peil was vastgesteld in 2019, maar ook in het voorgaande peilbesluit (Oost-Abtspolder) uit 2013. De werkzaamheden hiervoor zijn vergund (vergunning 19249; DMS 1351064). Echter, bij de uitvoer van de werkzaamheden voor de bochtafsnijding bleek dat dit peil in de praktijk niet gehanteerd werd. Binnen dit peilgebied is het maaiveld relatief laag gelegen, en daarnaast bevindt zich aan de oostzijde binnen dit peilgebied een laaggelegen Veerhuis. Hoewel het peil al langere tijd op NAP -1,71 m gehandhaafd wordt is het daarom wenselijk het peil in een groot deel van peilgebied 21 te verlagen. Om deze reden is tijdens de werkzaamheden het peilgebied 21 met het plaatsen van een stuw opgesplitst in twee delen, waarbij een klein deel het oorspronkelijke peil van NAP -1,71m behoudt en het grote deel wordt verlaagd tot een hoogte van NAP -2,07 m. Voor deze nieuwe situatie is een nieuw peilbesluit noodzakelijk.
Het peilvoorstel is als volgt tot stand gekomen:
Het gebied waar dit nieuwe peilvoorstel voor geldt bevindt zich binnen de gemeente Rotterdam in de wijk Overschie. Het gebied bestaat agrarisch terrein en dijklichamen. De bodem in het gebied bestaat uit klei- en veengronden.
Het vigerend peilbesluit betreft het peilbesluit ‘Delflandse Boezem’ uit 2019. Peilgebied 21 is vastgesteld op een vast peil van NAP -1,71 m.
Figuur 1 - Huidig peilbesluitkaart
2.2.2Watersysteem in de praktijk
Aan de zuidzijde van het peilgebied bevindt zich een inlaat om het eiland van water te voorzien. Het ingelaten water wordt verdeeld in noordelijke en oostelijke richting via twee stuwen. Ook aan de oostzijde van het eiland bevinden zich enkele inlaatduikers om water vanuit de boezem in de lagere peilgebieden in te laten. In het laagstgelegen peilgebied aan de zuid-westzijde van het eiland bevindt zich het gemaal van de Oost-Abtspolder met de naam De Bocht. Dit gemaal loost het water op het nieuw gegraven deel van de Schie.
In de praktijk is het peilgebied 21 van de Delflandse Boezem opgesplitst in twee delen. De scheiding tussen de twee peilgebieden bevindt zich ter plaatse van stuw 22700088. In het westelijke deel, waar zich ook een inlaat vanuit de boezem bevindt, wordt het vastgestelde peil van NAP -1,71 m gehanteerd. In het oostelijke deel wordt het peil van NAP -2,07 m gehanteerd. Het oostelijke peilgebied watert via stuw 22701603 (figuur 2) af in noordelijke richting op peilgebied 20 van de Delflandse Boezem met peil NAP -2,57 m.
In de peilgebieden zijn de inlaten (22701618 en 22701603) en de dijksloten in beheer bij Delfland. De stuwen (22700088 en 22701603) zijn in beheer bij de gemeente Rotterdam.
Figuur 2 – Kaart met de situatie in de praktijk
In peilgebied 21 bevinden zich twee peilschalen: WP227 9 11 aan de westzijde en WP227 9 10 aan de oostzijde. Peilschaal WP227 9 11 bevindt zich binnen het peilgebied met het hogere peil (NAP -1,71 m) en peilschaal WP227 9 10 binnen het gebied met het lagere peil (NAP -2,07 m). Zoals te zien is in de gemeten waarden worden de peilen gedurende het jaar gehandhaafd. Bij peilschaal WP227 9 10 zijn twee momenten te zien dat een hoog peil is gemeten, maar deze metingen worden geweid aan invoerfouten.
De voorgestelde peilwijziging volgt op een al uitgevoerd project welke in 2019 is uitgevoerd. Er verandert met de wijziging niets meer in de situatie buiten.
Het nieuwe peil betekent dat het peil in een groot deel van het peilgebied 39 cm daalt ten opzichte van het vastgestelde peil. Dit is wenselijk omdat anders ter plaatse van het agrarisch land en bebouwing te hoge waterstanden optreden en er hierdoor waterschade op kan treden. Op verzoek van belanghebbenden is daarom deze peilverlaging afgewogen. Tijdens de aanleg van een natuurvriendelijke oever langs de Schie (vergunning 2019-019224) is onderzocht of het lagere peil tot verminderde stabiliteit van de kering zou leiden, dit is niet het geval.
Daaruit volgend worden er geen negatieve effecten door het lagere peil verwacht. De werkzaamheden zijn in 2019 uitgevoerd. Sindsdien zijn er geen knelpunten of klachten bekend.
Het voorstel is om peilgebied 21 van de Delflandse boezem ter hoogte van de schotbalkstuw 22700088 op te delen tot een kleiner peilgebied 21 en een nieuw peilgebied met de naam Delflandse Boezem peilgebied 26. Het nieuwe peilgebied krijgt een vast peil van NAP -2,07 m. Het schouwpeil (de nullijn waarop door de peilbeheerder het waterpeil wordt gestuurd) is ook NAP -2,07 m.
Deze wijziging is in overeenstemming met de praktijksituatie en de uitgevoerde werkzaamheden. Er zijn geen maatregelen nodig voor het vaststellen van het peil.