Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zwolle

BELEIDSREGEL DRAAGKRACHT BIJZONDERE BIJSTAND EN RESERVEREN ZWOLLE 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZwolle
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBELEIDSREGEL DRAAGKRACHT BIJZONDERE BIJSTAND EN RESERVEREN ZWOLLE 2024
Citeertitelbeleidsregel draagkracht bijzondere bijstand en reserveren Zwolle 2024
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpsociale zekerheid
Externe bijlagetoelichting

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 35 van de Participatiewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024nieuwe regeling

14-11-2023

gmb-2023-516013

Tekst van de regeling

Intitulé

BELEIDSREGEL DRAAGKRACHT BIJZONDERE BIJSTAND EN RESERVEREN ZWOLLE 2024

Gemeente Zwolle, bekendmaking beleidsregel draagkracht bijzondere bijstand en reserveren Zwolle 2024

Burgemeester en wethouders van de gemeente Zwolle,

Besluiten 14 november 2023

De beleidsregel draagkracht bijzondere bijstand en reserveren Zwolle 2024 vast te stellen.

Artikel 1 Begrippen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze beleidsregel worden gebruikt en niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet.

  • 2.

    In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

    • a.

      aanvraag: de aanvraag voor bijzondere bijstand voor noodzakelijke kosten;

    • b.

      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zwolle;

    • c.

      individuele inkomenstoeslag: de toeslag als bedoeld in artikel 36 van de wet;

    • d.

      norm: het bedrag voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan dat wordt vastgesteld in de artikelen 19a tot en met 28 van de wet;

    • e.

      ruimte in het inkomen: het deel van het inkomen dat meer is dan 130% van de norm,

    • f.

      wet: de Participatiewet;

Artikel 2 Uitgangspunt voor verlenen bijzondere bijstand

  • 1.

    Er kan bijzondere bijstand worden verleend voor noodzakelijke kosten als die bijzonder zijn, er geen voorliggende voorziening is en de bijzondere kosten niet door de aanvrager zelf kunnen worden voldaan.

  • 2.

    De hoogte van de bijzondere bijstand wordt bepaald door de noodzakelijke kosten te verminderen met de reserveringen, eventueel inclusief de individuele inkomenstoeslag, en de draagkracht.

Artikel 3 Aanvraag bijzondere bijstand voor noodzakelijke kosten

  • 1.

    De aanvraag bijzondere bijstand wordt gedaan op het van collegewege vastgestelde formulier.

  • 2.

    Aanvrager wordt niet verplicht een beroep te doen op een kredietverlenende instelling als voorliggende voorziening tenzij er sprake is van tekortschietend besef van eigen verantwoordelijkheid.

  • 3.

    Bijzondere bijstand voor noodzakelijke diensten of goederen wordt in de vorm van een gift verstrekt. Leenbijstand wordt verstrekt indien:

    • a.

      er sprake is van tekortschietend besef van eigen verantwoordelijkheid en bijzondere bijstandsverlening onuitstelbaar is;

    • b.

      het college van oordeel is dat de situatie een lening rechtvaardigt.

Artikel 4 Middelen, inkomen en vermogen

Artikel 31, 34 en 50 van de wet zijn overeenkomstig van toepassing op deze beleidsregel.

Artikel 5 Reserveren

  • 1.

    Reserveringen zijn de afgezonderde middelen binnen de norm zoals deze geldt op 1 januari van het kalenderjaar waarin de aanvraag is ontvangen voor noodzakelijk bijzondere uitgaven.

  • 2.

    De individuele inkomenstoeslag is een middel om te reserveren voor de aanschaf, reparatie en/of vervanging van duurzame gebruiksgoederen en of overige inrichtingskosten. In geval van aanspraak op een individuele inkomenstoeslag wordt geen rekening gehouden met de reserveringscapaciteit uit de norm zoals bedoeld in art 1 lid 2.

Artikel 6 Draagkracht en aanwending van de draagkracht

  • 1.

    Draagkracht is de som van:

    • a.

      het deel van het inkomen dat meer is dan 130% van de norm; en

    • b.

      overschrijding van het vrij te laten vermogen ex artikel 34 lid 2 van de wet.

  • 2.

    Het deel van het maandinkomen dat meer is dan 130% van de norm wordt vermenigvuldigd met 12. Bij de berekening van de ruimte in het inkomen wordt uitgegaan van de geldende normbedragen inclusief vakantiegeld minus het bedrag aan beslagleggingen. De berekening wordt gemaakt met het maandinkomen en de norm geldend in de voorafgaande maand waarin de aanvraag is ontvangen.

  • 3.

    In afwijking van het voorgaande lid wordt bij wisselende inkomsten uitgegaan van het gemiddelde inkomen en de gemiddelde norm in de 3 maanden voorafgaand aan waarin de aanvraag is ontvangen.

  • 4.

    De vastgestelde draagkracht boven 130% van het periodieke inkomen moet voor 100% aangewend worden om in de gevraagde kosten te voorzien.

  • 5.

    In afwijking van het gestelde in het derde lid kan de vastgestelde draagkracht worden verminderd met het bedrag van:

    • a.

      Toeslagen waar geen beroep op kan worden gedaan vanwege het inkomen boven de bijstandsnorm; of

    • b.

      bijzondere noodzakelijke bestaanskosten die gemaakt zijn of zullen worden tijdens de draagperiode en geen bijzondere bijstand is verleend.

  • 6.

    Een belanghebbende die een minnelijk of wettelijk traject schulddienstverlening doorloopt, heeft ondanks ruimte in het inkomen of overschrijding van het vermogen geen draagkracht.

Artikel 7 Draagkrachtjaar en wijziging tijdens draagkrachtperiode

  • 1.

    De vastgestelde draagkracht geldt voor een periode van 12 maanden

  • 2.

    De draagkrachtperiode gaat in op de eerste van de maand waarin de aanvraag is ontvangen tenzij de bijstandsverlening plaatsvindt met terugwerkende kracht.

  • 3.

    Eenmaal vastgestelde draagkracht wordt in beginsel niet meer aangepast. Tussentijdse herziening voor het resterende deel van de draagkrachtperiode kan plaatsvinden bij onvoorziene omvangrijke wijzigingen zoals het wegvallen van inkomsten.

Artikel 8 Ingangsdatum

Deze beleidsregel treedt in werking op 1 januari 2024.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 14 november 2023

P. Snijders, burgemeester

D. Emmer, secretaris