Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Heeze-Leende

Beleid Toeristisch-Recreatieve Bewegwijzering Gemeente Heeze-Leende 2023-2033

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHeeze-Leende
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleid Toeristisch-Recreatieve Bewegwijzering Gemeente Heeze-Leende 2023-2033
CiteertitelBeleid Toeristisch-Recreatieve Bewegwijzering Gemeente Heeze-Leende 2023-2033
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-12-2023nieuwe regeling

17-10-2023

gmb-2023-514413

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleid Toeristisch-Recreatieve Bewegwijzering Gemeente Heeze-Leende 2023-2033

 

1. Inleiding

1.1 Afbakening

Onder lokale bewegwijzering vallen verwijzingen naar objecten en voorzieningen op lokaal niveau. Het gaat hierbij om lokale object-, toeristische en industriële bewegwijzering. Lokale objectbewegwijzering is bewegwijzering naar algemene voorzieningen zoals het gemeentehuis of een begraafplaats. Toeristische bewegwijzering zijn de bruine doelverwijzingsborden, die verwijzen naar toeristische voorzieningen zoals VVV, hotels, campings en natuurgebieden. Met industriële bewegwijzering tenslotte wordt bedoeld de bewegwijzering naar en op bedrijventerreinen. Bewegwijzering op Rijks- of provinciale wegen en bebording van fiets- en wandelpaden vallen hier niet onder.

 

Voor de toeristisch-recreatieve bewegwijzering beperken wij ons tot lokale objecten naar algemene voorzieningen en toeristische voorzieningen.

 

1.2 Huidige situatie

Het huidig beleid met betrekking tot de bewegwijzering van lokale objecten en toeristische voorzieningen dateert uit 2015. In dit beleid is onder andere bepaald dat de gemeente zelf blijft zorgen voor beheer en onderhoud van deze bebording. Helaas moeten we constateren dat de huidige situatie in het veld rommelig, verouderd en niet uniform is. De wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan bijvoorbeeld toeristische bewegwijzering is na de herindeling in 1997 nog niet geüniformeerd. Dit houdt in dat er in de verschillende kernen afwijkende afspraken zijn gemaakt met ondernemers. Niet met alle ondernemers zijn contracten afgesloten. Daarnaast zijn veel borden op het einde van hun levensduur, beschadigd en wordt er geen onderhoud meer op gepleegd.

 

1.3 Gewenste situatie

We willen toe naar een situatie met uniforme afspraken voor ondernemers en een bewegwijzeringssysteem dat up-to-date is qua materiaal, vormgeving en informatie. Waarbij het streven is om het totaal aantal verwijzingsborden te verminderen en het beheer en onderhoud uit te besteden.

 

1.4 Wat is hiervoor nodig

Om de gewenste situatie te bereiken is het nodig een aantal keuzes te maken. Deze keuzes hebben betrekking op vragen als:

  • Welke richtlijn willen we als basis hanteren?

  • Wat willen we bewegwijzeren?

  • Wat worden onze plaatsingscriteria?

  • Welke lay-out willen we hanteren?

  • Welke keuzes maken we qua materiaal?

  • Op welke wijze wordt uitvoering gegeven aan het beleid?

  • Hoe wordt de uitvoering bekostigd?

Afweging en beantwoording van deze vragen leidt in deze nota tot bepaling van het uiteindelijke beleid.

2. Typen Borden

Binnen de gemeente worden verschillende typen borden gehanteerd:

  • Lokale objectbewegwjzering;

  • Toeristische bewegwijzering.

2.1 Lokale objectbewegwijzering

Lokale objectbewegwijzering verwijst naar algemene voorzieningen zoals bijvoorbeeld het gemeentehuis of begraafplaats. De kleuren van de borden die op dit moment voor dit doel binnen de gemeente worden toegepast lopen uiteen, er zijn gele, groene, blauwe maar ook witte borden.

 

2.2 Toeristische bewegwijzering

De bruine doelverwijzingsborden verwijzen altijd naar een toeristische bestemming. De borden bevatten de benaming van de bestemming, aangevuld met 1 of 2 categorie verduidelijkende pictogram(men) en een richtingspijl. Het kan nodig zijn om eenzelfde bord (met afwijkende richtingspijl) op meerdere locaties te plaatsen om juist te bewegwijzeren tot aan de bestemming. De borden worden waar mogelijk gebundeld en bevestigd op bestaande palen (lichtmast of flespaal) of als strokenbord op 1 of 2 flespalen.

3. Noodzaak, Doelstelling en Doelgroep

3.1 Noodzaak

Bewegwijzering is niet het aangewezen middel om de economie te bevorderen. Het is dus geen reclame-uiting, maar een verkeer ondersteunende maatregel (geleiden van verkeersstromen). Hierbij geldt dat het de verantwoordelijkheid van ondernemers is om te zorgen dat hun bedrijf vindbaar is. De taak van de wegbeheerder is het schetsen van een kader waarbinnen dit op een acceptabele wijze mogelijk wordt gemaakt.

 

Tegenwoordig zijn de meeste auto’s uitgerust met een navigatiesysteem. In dit licht doemt de vraag op of bewegwijzering nog wel noodzakelijk is. Bewegwijzering is niet alleen bedoeld voor automobilisten maar ook voor fietsers en wandelaars. Daarnaast kan bewegwijzering worden gezien als een aanvullende service. Er zijn onderzoeken die aantonen dat in de moderne tijd borden nodig blijven waarbij het geleiden minder belangrijk is geworden, maar dat de borden nodig zijn ter oriëntatie. Dit is belangrijker geworden als gevolg van gebruik van navigatie.

 

Daarnaast is het, zoals hiervoor al aangehaald, noodzakelijk het merendeel van de borden te vervangen omdat ze op het einde van hun levensduur zijn en hierdoor niet meer voldoen aan bijvoorbeeld de gewenste reflectiegraad.

 

3.2 Doelstellingen

De doelstellingen die met lokale bewegwijzering worden nagestreefd zijn:

  • 1.

    Weggebruikers adequaat informeren over de meest wenselijke route;

  • 2.

    Bevorderen van de verkeersveiligheid;

  • 3.

    Verkeersstromen reguleren;

  • 4.

    Zoekgedrag van weggebruikers voorkomen;

  • 5.

    Bestemmingen herkenbaar en uniform aanduiden;

  • 6.

    Aansluiting zoeken op nationaal geaccepteerde en toegepaste systemen;

  • 7.

    Voorkomen van wildgroei en verrommeling.

3.3 Doelgroep

De eigen inwoners kennen de weg, voor hen is geen bewegwijzering nodig, hoewel ook voor hen soms bewegwijzering een prettig hulpmiddel is. De bewegwijzering is vooral bedoeld voor die groep die de gemeente incidenteel bezoekt en de weg niet kent. Hierbij gaat het om vrachtwagenchauffeurs, automobilisten, motorrijders, fietsers, bromfietsers en wandelaars.

4. Afwegingskader

4.1 Basisuitgangspunten

Alvorens meer concreet te kunnen worden is het van belang een aantal basisuitgangspunten vast te stellen.

  • 1.

    Zo min mogelijk borden.

    Het aantal verwijzingen dient zo veel mogelijk te worden beperkt, zeker op kruispunten. Bij te veel verwijzingen op één punt kan de weggebruiker de informatie niet meer tot zich nemen, waardoor de bewegwijzering zijn waarde verliest. Tevens komt de verkeersveiligheid hiermee onder druk te staan. Tenslotte is minimalisatie in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente.

     

  • 2.

    Bewegwijzering van grof naar fijn.

    Er wordt pas gestart met lokale bewegwijzering als landelijke / provinciale bewegwijzering naar het gebied niet toereikend is. Er wordt niet van buiten de bebouwde kom naar binnen de bebouwde kom bewegwijzerd (maatwerk mogelijk).

     

  • 3.

    Bewegwijzering is een verkeer ondersteunende maatregel en géén reclame-uiting.

     

  • 4.

    Vormgeving, lay-out en materialisatie van borden van hetzelfde type dient uniform te zijn.

    Dit verhoogt de herkenbaarheid en zorgt voor een rustiger straatbeeld.

     

  • 5.

    Voor de toeristische bewegwijzering zijn de CROW-richtlijnen (publicatie 322) leidend.

    De nu hangende borden zijn op het einde van hun levensduur en veel borden zijn beschadigd. Hierdoor is het een geschikt moment om over te stappen op de CROW-richtlijnen. Deze onderscheidt zich qua lettertype en bord grootte van de huidige borden. Het is een beter leesbaar lettertype en de nieuwe borden worden iets groter waardoor de leesbaarheid nog verder toeneemt.

4.2 Selectiecriteria

Welke ondernemers, objecten en instanties komen in aanmerking voor bewegwijzering:

4.2.1 Lokale objectbewegwijzering:

Er wordt gekozen alleen objecten te bewegwijzeren met een aannemelijk aantal bezoekers van buiten de gemeente waarbij gering sprake is van herhaalbezoek aan de voorziening. Om deze reden is de volgende limitatieve lijst ontstaan:

  • Gemeentehuis;

  • Gemeenschapsaccommodaties;

  • Sportcomplexen;

  • Begraafplaatsen.

Onderwijsinstellingen, maatschappelijke instellingen, gemeentewerven/loodsen en bejaardenoorden worden NIET bewegwijzerd. Zij trekken met name lokale / regionale bezoekers die het object in de regel frequenter bezoeken.

 

Deze lokale objecten worden met blauwe borden met een wit vlak met zwarte tekst en eventueel pictogram en een richtingspijl conform CROW-richtlijn uitgevoerd.

4.2.2 Toeristische bewegwijzering:

Bruine doelverwijzingsborden conform CROW-richtlijn voor:

  • Voorzieningen / objecten gelegen in de gemeente Heeze-Leende, zowel binnen als buiten de bebouwde kom.

  • Toeristische voorzieningen / objecten die aantoonbaar gericht zijn op bezoekers van buiten de gemeente.

  • Voorzieningen / objecten die minimaal 6 maanden per jaar geopend zijn voor publiek.

  • Logiesverstrekkers met minimaal 10 bedden.

  • Lokale cafés, cafetaria en restaurants binnen de bebouwde kom worden uitgesloten tenzij er sprake is van een dubbelfunctie met andere toeristische voorziening bijv. hotel met meer dan 10 bedden, kegelbaan, partycentrum.

4.3 Plaatsingscriteria

4.3.1 Lokale object bewegwijzering

Omschrijving

Criterium

Vanaf welk punt wordt bewegwijzerd

  • Alleen op gemeentelijke wegen

  • Pas na binnenkomst in de bebouwde kom voor objecten die zich in de bebouwde kom bevinden

Maximaal aantal borden per object

8

Maximaal aantal borden per paal / drager

6

Combinatie met bruine doelverwijzingsborden mag

Minimale hoogte onderkant bord

2.30 meter indien aan een lichtmast

Bij flespalen geldt dit niet.

Hoeveel meter voor kruispunt

10-25 meter voor de zijweg

Volgorde van de borden

Van boven naar beneden:

  • eerst doorgaande richting (als voor deze uitzondering wordt gekozen);

  • dan links;

  • daarna rechts;

  • daarbinnen alfabetisch.

Indien combinatie met bruine doelverwijzingsborden dan staat lokale objectbewegwijzering bovenaan.

Aanduiding alleen als er van richting veranderd moet worden

Richting aanduiding “rechtdoor” in principe alleen als er sprake is van een onduidelijke verkeerssituatie

Type dragers

  • lichtmast

  • flespaal

4.3.2 Toeristische bewegwijzering

Omschrijving

Criterium

Vanaf welk punt wordt bewegwijzerd

  • Alleen op gemeentelijke wegen

  • Pas na binnenkomst in de bebouwde kom voor objecten die zich in de bebouwde kom bevinden

Maximaal aantal borden per ondernemer / object

6

Combinatie met lokale object bewegwijzering mag

Maximaal aantal borden per paal / drager

Maximaal 8

Combinatie mogelijk van een- en tweeregelige borden

Minimale hoogte onderkant bord

2.30 meter indien aan een lichtmast

Bij flespalen geldt dit niet.

Hoeveel meter voor kruispunt

  • Binnen de bebouwde kom 10-25 meter voor kruispunt

  • Buiten de bebouwde kom 25-50 meter voor kruispunt.

Volgorde van de borden

Van boven naar beneden:

  • eerst doorgaande richting (als voor deze uitzondering wordt gekozen);

  • dan links;

  • daarna rechts;

  • daarbinnen alfabetisch.

Bij combinatie met lokale object bewegwijzering staat lokale objectbewegwijzering bovenaan.

Aanduiding alleen als er van richting veranderd moet worden

Richting aanduiding “rechtdoor” in principe alleen als er sprake is van een onduidelijke verkeerssituatie

Type dragers

  • lichtmast

  • flespaal

4.4 Lay-outcriteria en materialisatie

4.4.1 Lokale object bewegwijzering

Omschrijving

Criterium

Type object in omschrijving

Pictogram plus beschrijving gemeentehuis, sportcomplex en begraafplaatsen

Ieder bord van hetzelfde object heeft dezelfde lay-out

Hoeveel letters

Maximaal 15 per regel

Hoeveel pictogrammen

1

Afmeting bord

Binnen de bebouwde kom

  • Eenregelige borden 1130x175 mm

  • Tweeregelige borden 1130x265 mm

Buiten de bebouwde kom

  • Eenregelige borden 1500x230 mm

  • Tweeregelige borden 1500x350 mm

Lettertype en letterhoogte

Lettertype: ANWB-Dd (beginnend met een hoofdletter gevolgd door kleine letters – in principe)

Letterhoogte:

  • Binnen de bebouwde kom 60x45 mm

  • Buiten de bebouwde kom 80x60 mm

Materiaal borden

Aluminium DOR-borden die voldoen aan de norm NEN 3381

Reflectieklasse

3

Kleurstelling

Blauwe borden met een wit vlak met zwarte tekst en pictogram. Witte pijl in blauw vlak.

4.4.2 Toeristische bewegwijzering

Omschrijving

Criterium

Type object in omschrijving

Niet benoemen als pictogram al duidelijk maakt wat het is. Bijv. “camping de vrije man”: Dan alleen het campingpictogram met de tekst “de vrije man”.

Ieder bord van hetzelfde object heeft dezelfde lay-out

Lettertype en letterhoogte

Lettertype: ANWB-Dd (beginnend met een hoofdletter gevolgd door kleine letters – in principe)

Letterhoogte:

  • Binnen de bebouwde kom 60x45 mm

  • Buiten de bebouwde kom 80x60 mm

Hoeveel letters en regels

  • Er zijn eenregelige en tweeregelige borden. In beginsel wordt zo veel mogelijk gebruik gemaakt van eenregelige stroken borden.

  • Een strook biedt ruimte voor een opschrift van 12 à 15 karakters

  • Is vermelding van een langer opschrift noodzakelijk dan wordt de tekst op twee regels geplaatst.

  • Lange opschriften moeten zo veel mogelijk vermeden worden om een overdaad aan informatie te voorkomen.

  • Te lange opschriften worden op twee regels geplaatst. Het eerste deel van het opschrift dient zo lang mogelijk te zijn. Op de eerste regel staat het opschrift zo veel mogelijk naar links, op de tweede regel zo veel mogelijk naar rechts.

Hoeveelheid en plaats pictogrammen

  • 1 of 2 (hoge uitzondering 3)

  • Bij meer dan 1 pictogram worden deze naast elkaar geplaatst

  • Pictogram wordt voor de naam van het object geplaatst.

Locatie pijlen

  • Doorgaande pijl > links op het bord ( als het bord aan de linkerzijde van de weg wordt geplaatst dan verhuist de pijl naar rechts)

  • Linksaf pijl > links op het bord

  • Rechtsaf pijl > rechts op het bord

Afmeting bord

Binnen de bebouwde kom

  • Eenregelige borden 1130x175 mm

  • Tweeregelige borden 1130x265 mm

Buiten de bebouwde kom

  • Eenregelige borden 1500x230 mm

  • Tweeregelige borden 1500x350 mm

Materiaal borden

Aluminium DOR-borden die voldoen aan de norm NEN 3381

Reflectieklasse

3

Kleurstelling

Witte opschriften op een bruin veld

Pictogrammen zwart op een wit veld

5 Uitvoering van beleid

5.1 Proces

Met het vaststellen van dit beleid krijgt REVIS Verkeerstechniek de opdracht de lokale bewegwijzering volledig te verzorgen.

 

5.2 Werkwijze REVIS

REVIS werkt met een leaseconcept. Zij bieden een totale ontzorging voor alle betrokken partijen. Dit is enerzijds de gemeente voor alle gemeentelijke borden en anderzijds ondernemers / instanties voor hun borden.

 

Ondernemers / instanties die op basis van de uitgangspunten in de nota in aanmerking komen voor bewegwijzering kunnen zich hiervoor, zonder tussenkomst van de gemeente, tot REVIS wenden. REVIS draagt vervolgens zorg voor productie, plaatsing, beheer en onderhoud van de borden.

 

Dit omvat:

  • Het opstellen van het bebordingsplan;

  • Factureren;

  • Verwerken van wijzigingen in het bebordingsplan;

  • Onderhoud van de borden (1x per jaar voorafgaand aan het toeristisch seizoen):

    • Inspecteren;

    • Schoonmaken;

    • Rechtzetten;

    • Toevoegen / verwijderen van borden;

    • Opstellen en versturen van een inspectierapport.

  • Verwerken van schademeldingen;

  • Herstellen na schade (ook niet verhaalbare schade valt binnen het concept);

  • Afhandeling van nieuwe verzoeken;

  • Bijhouden van een compleet bestand met alle locaties, tekstspecificaties en lay-out van alle borden.

5.6 Maatwerkclausule

Indien zich een situatie voordoet waarbij het in het algemeen belang wenselijk en verdedigbaar is om van het gestelde in deze nota af te wijken dan kan het college van B&W hiertoe een gemotiveerd besluit nemen.