Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling noodsteun culturele instellingen Den Haag 2023 |
Citeertitel | Subsidieregeling noodsteun culturele instellingen Den Haag 2023 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp | Subsidieregeling noodsteun culturele instellingen Den Haag 2023 |
Geen
Algemene subsidieverordening Den Haag 2020
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
02-12-2023 | 31-12-2025 | nieuwe regeling | 28-11-2023 | RIS317185 OCW/10626811 |
Door onvoorziene omstandigheden, zoals COVID-19 en de sterk gestegen energieprijzen als gevolg van de Russische invasie van Oekraïne, hebben meerdere culturele instellingen met ernstige financiële problemen te maken.
Koepelorganisaties als de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties, de Museumvereniging en de Taskforce culturele en creatieve sector uitten hierover eerder al hun zorgen en bepleitten steun. Deze landelijke problematiek blijkt uit recent ontvangen financiële tussenrapportages en recente contacten met instellingen ook in Den Haag bij meerdere instellingen te spelen. Om te voorkomen dat de lokale culturele infrastructuur hierdoor geschaad wordt, is een subsidieregeling opgesteld om culturele instellingen die in financiële moeilijkheden verkeren financieel te ondersteunen.
De Subsidieregeling noodsteun culturele instellingen Den Haag 2023 is een regeling die (een deel van) het verwachte exploitatietekort van culturele instellingen in 2023 of 2024 dekt, voor zover deze instellingen niet meer over weerstandsvermogen beschikken om dit tekort zelf te dekken. Daarbij vereist de regeling dat instellingen een herstelplan opstellen, waardoor de continuïteit van de instellingen voor de komende jaren geborgd is.
Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,
gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020,
besluit vast te stellen de navolgende Subsidieregeling noodsteun culturele instellingen Den Haag 2023:
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Deze subsidieregeling is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 1:4 bedoelde activiteiten.
Artikel 1:3 Doel van de subsidie
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het verlagen van exploitatietekorten die zijn ontstaan door omstandigheden buiten de invloedsfeer van de aanvrager.
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:
a. culturele instellingen zonder winstoogmerk die staan ingeschreven in het handelsregister met een SBI-code als genoemd in bijlage A;
b. culturele instellingen met winstoogmerk die staan ingeschreven in het handelsregister met een van de SBI-code als genoemd in bijlage A en die niet de mogelijkheid hebben om als onderdeel van een holding of ander vennootschapsrechtelijk verband tekorten of overschotten op de exploitatie te transponeren naar andere onderdelen binnen deze holding of dit verband;
c. culturele instellingen met winstoogmerk die naar het oordeel van het college blijkens de statuten cultureel van aard zijn en die niet de mogelijkheid hebben om als onderdeel van een holding of ander vennootschapsrechtelijk verband tekorten of overschotten op de exploitatie te transponeren naar andere onderdelen binnen deze holding of dit verband.
Artikel 1:6 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Niet voor subsidie in aanmerking komen:
a. kosten die eerder door het college op een andere wijze zijn gecompenseerd;
b. kosten die naar het oordeel van het college kunnen worden vermeden door het verlagen van het dienstverleningsniveau;
c. kosten die door een beroep op regelingen van het Rijk kunnen worden gecompenseerd.
Artikel 1:7 Hoogte van de subsidie
Artikel 1:9 Wijze van verdeling
Hoofdstuk 2 Aanvraag subsidie en termijnen
Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV legt de aanvrager de volgende gegevens over:
a. een verklaring waaruit blijkt in hoeverre de subsidieontvanger als btw belaste ondernemer is aan te merken;
b. een specificatie van verrekenbare en niet-verrekenbare btw;
c. een verklaring waaruit blijkt in hoeverre de subsidieontvanger als belastingplichtige op grond van de vennootschapsbelasting is aan te merken;
d. een begroting voor het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft, waaruit de omvang en oorzaak van het verwachte exploitatietekort duidelijk wordt;
e. een jaarrekening van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft;
f. een herstelplan bestaande uit:
i. een analyse van de oorzaken van de financiële problematiek;
ii. een beschrijving van de maatregelen die de aanvrager treft om het exploitatietekort zo klein mogelijk te maken;
iii. de financiële risico’s die de aanvrager ziet en welke beheersmaatregelen de aanvrager daarvoor treft;
iv. een meerjarig financieel overzicht, waarin de effecten van de uitvoering van het herstelplan expliciet zijn opgenomen en waaruit blijkt dat de continuïteit van de instelling de komende jaren geborgd is;
v. een gedetailleerde planning van de uitvoering van het herstelplan.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de ASV wordt een aanvraag om subsidie ingediend:
Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid en 4:35 van de Awb en artikel 11, eerste, tweede en derde lid, van de ASV kan het college de subsidie weigeren als:
a. het exploitatietekort naar het oordeel van het college grotendeels te wijten is aan de handelswijze van de bestuurders van de aanvrager;
b. uit het herstelplan naar het oordeel van het college niet blijkt dat de aanvrager al het redelijkerwijs mogelijke doet of nalaat om het exploitatietekort te beperken;
c. het herstelplan naar het oordeel van het college geen realistische voorstelling van zaken biedt, dan wel dat uit het herstelplan blijkt dat de continuïteit van de instelling na uitvoering van het herstelplan niet geborgd is;
d. de aanvrager naar het oordeel van het college geen of onvoldoende aanspraak gemaakt heeft op compensatieregelingen van andere opdrachtgevers en subsidieverstrekkers.
Hoofdstuk 4 Verplichtingen en betaling
Onverminderd de artikelen 12 en 14 van de ASV geldt voor de subsidieontvanger de verplichting om gedurende de looptijd van deze regeling aantoonbaar zo veel mogelijk aanspraak te maken op andere compensatieregelingen, waaronder de Regeling tegemoetkoming energiekosten (Stct. 2023, 6510).
Bevoorschotting vindt plaats op de volgende wijze: 100% van de verleende subsidie in één keer.
Hoofdstuk 5 Eindverantwoording en vaststelling na verlening vooraf
Artikel 5:1 Wijze van verantwoorden
De aanvraag tot vaststelling bevat:
a. een voor openbaarmaking geschikt inhoudelijk verslag conform artikel 17, vierde lid, van de ASV;
b. een voor openbaarmaking geschikt financieel verslag conform artikel 17, vijfde lid, van de ASV; en
c. een verklaring dat de verantwoording juist en volledig is. Bij verantwoording door een rechtspersoon wordt hiervoor een bestuursverklaring of directieverklaring ingediend volgens het door het college vastgestelde model.
In aanvulling op artikel 17, vijfde lid, van de ASV bevat het financieel verslag:
a. een overzicht van de inkomsten en uitgaven die vergelijkbaar aansluiten bij de posten in de begroting. Bij afwijkingen op de hoofdposten van de begroting die groter zijn dan 10% geeft de subsidieontvanger hierop een toelichting;
b. een toelichting op de gerealiseerde financiële effecten van de uitvoering van het herstelplan.
Artikel 5:2 Termijn vaststelling subsidie
Het college stelt in afwijking van artikel 20, eerste lid, van de ASV de subsidie vast binnen acht weken na ontvangst van de volledige aanvraag tot vaststelling.
Artikel 5:3 Vorming bestemmingsfonds
Het college kan toestemming verlenen om een eventueel overschot aan een bestemmingsfonds Noodsteun Den Haag toe te voegen indien dat bijdraagt aan het doel van deze regeling, mits de aanvrager uiterlijk bij het indienen van de subsidieverantwoording een schriftelijk onderbouwd verzoek daartoe heeft ingediend.
Hoofdstuk 6 Overige bepalingen
Het college kan een of meer artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing ervan gelet op het belang van het doel van deze regeling leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.
Het college evalueert deze subsidieregeling uiterlijk 1 september 2025.
Deze regeling treedt in werking op de dag na uitgifte in het Gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 31 december 2025.
Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling noodsteun culturele instellingen Den Haag 2023.
Het college van burgemeester en wethouders,