Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oosterhout

Verordening commissie bezwaarschriften Awb gemeente Oosterhout 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOosterhout
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening commissie bezwaarschriften Awb gemeente Oosterhout 2023
Citeertitel
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-12-2023nieuwe regeling

21-11-2023

gmb-2023-506662

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften Awb gemeente Oosterhout 2023

De raad van de gemeente Oosterhout;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 oktober 2023;

gelet op de artikelen 7:5 en 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening commissie bezwaarschriften Awb gemeente Oosterhout 2023

Paragraaf 1. Algemene bepalingen

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • ambtelijk hoorder: door het bestuursorgaan aangewezen persoon die bevoegd is om bezwaarschriften te behandelen en daarbij ambtelijk te horen;

  • ambtelijk horen: horen door een ambtenaar of meerdere ambtenaren namens het bestuursorgaan, als bedoeld in artikel 7:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • Awb: Algemene wet bestuursrecht

  • bestuursorgaan: gemeentelijk orgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • college: het college van burgemeester en wethouders;

  • commissie: Adviescommissie Algemene wet bestuursrecht Oosterhout, als bedoeld in artikel 7:13 van de Awb.

Paragraaf 2. Informele afhandeling en ambtelijk horen

 

Artikel 2. Vooronderzoek en informele behandeling

  • 1.

    Het bestuursorgaan onderzoekt of het bezwaarschrift informeel kan worden afgehandeld alvorens het verder in behandeling te nemen.

  • 2.

    Als het bezwaar in der minne wordt geschikt, legt het bestuursorgaan de gemaakte afspraken schriftelijk vast en neemt het zo nodig een nieuw besluit.

Artikel 3. Ambtelijk horen

  • 1.

    In de volgende categorieën van bezwaarschriften vindt het horen ambtelijk plaats:

    • a.

      bezwaarschriften tegen besluiten van het college op grond van de afvalstoffenverordening van de gemeente Oosterhout, voor zover deze betrekking hebben op het onjuist aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen of het dumpen.

  • 2.

    De ambtelijk hoorder wordt door het bestuursorgaan aangewezen.

  • 3.

    Het bestuursorgaan bepaalt de wijze en het tijdstip van het horen.

  • 4.

    Als de bezwaarmaker of het bestuursorgaan het bezwaarschrift aan de commissie wil voorleggen, kan het bestuursorgaan besluiten dat het horen door de commissie plaatsvindt.  

Paragraaf 3. Commissie

 

Artikel 4. Taak en bevoegdheid commissie

  • 1.

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De commissie is belast met het horen en adviseren over de volledige heroverweging van bestreden besluiten.

  • 3.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften waarvoor de Adviescommissie bezwaarschriften sociale zekerheid bevoegd is.

  • 4.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • a.

      een wettelijk voorschrift inzake belastingen (leges, retributies, kwijtscheldingen, e.d.) of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      personele aangelegenheden (rechtspositie, financiële regelingen, functiewaardering, medezeggenschap, e.d.).

  • 5.

    De commissie is niet belast met de behandeling van bezwaarschriften waarvan is bepaald dat de voorbereiding van de beslissing op bezwaar ambtelijk wordt afgedaan.

  • 6.

    Als de bezwaarmaker of het bestuursorgaan het niet nodig vindt dat het bezwaarschrift aan de commissie wordt voorgelegd, kan het bestuursorgaan besluiten dat het horen ambtelijk plaatsvindt.

Artikel 5. Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden en maximaal zes leden, waarvan één tevens plaatsvervangend voorzitter.

  • 2.

    De voorzitter, plaatsvervangend voorzitter en leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3.

    De (plaatsvervangend) voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan.

Artikel 6. Secretaris

  • 1.

    De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2.

    Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 7. Zittingsduur

  • 1.

    De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een termijn van vier jaar. Het is mogelijk één keer herbenoemd te worden.

  • 2.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

  • 3.

    De aftredende of ontslagnemende voorzitter of leden van de commissie blijven zo mogelijk hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 8. Uitoefening bevoegdheden

  • 1.

    De voorzitter oefent de volgende bevoegdheden van de hierna genoemde artikelen van de Awb zelfstandig uit: 

    • a.

      verzoeken om een schriftelijke machtiging aan een gemachtigde (artikel 2:1, tweede lid);

    • b.

      stellen van een termijn aan de bezwaarmaker (artikel 6:6);

    • c.

      verzenden van stukken tijdens de behandeling door de commissie (artikel 6:17);

    • d.

      ter inzage leggen van het bezwaarschrift en de op de zaak betrekking hebbende stukken, dan wel toezenden daarvan aan een belanghebbende (artikel 7:4, tweede lid);

    • e.

      al dan niet op verzoek van een belanghebbende afzien van het op de hoogte stellen van het verhandelde tijdens een hoorzitting van een andere belanghebbende, voor zover geheimhouding om gewichtige reden is geboden (artikel 7:6, vierde lid).

  • 2.

    De voorzitter kan deze bevoegdheden mandateren aan de secretaris.

Artikel 9. Voorbereiding hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de bezwaarmaker, eventuele andere belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het bestuursorgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 3.

    Binnen drie werkdagen na verzenddatum van de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het bestuursorgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de hoorzitting te wijzigen.

  • 4.

    De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het bestuursorgaan meegedeeld.

  • 5.

    De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het tweede tot en met het vierde lid.

  • 6.

    De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 7.

    Het bestuursorgaan verstrekt zo spoedig mogelijk de namens de voorzitter gevraagde informatie.

  • 8.

    De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

  • 9.

    De voorzitter beslist over het afzien van horen, als bedoeld in artikel 7:3 van de Awb.

Artikel 10. Quorum

Voor het houden van een hoorzitting is vereist dat ten minste de voorzitter of zijn plaatsvervanger, en ten minste één lid aanwezig zijn.

Artikel 11. Onpartijdigheid leden

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift als daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 12. Openbaarheid zitting

  • 1.

    De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2.

    De deuren kunnen worden gesloten als de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3.

    Als de commissie naar aanleiding van het tweede lid beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats achter gesloten deuren.

Artikel 13. Verslaglegging

  • 1.

    Het verslag, als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb, bevat in ieder geval:

    • a.

      namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid; 

    • b.

      zakelijke vermelding van wat over en weer is gezegd en wat verder op de hoorzitting is voorgevallen; 

    • c.

      vermelding als de hoorzitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of als belanghebbenden of hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord; 

    • d.

      verwijzing naar de op de hoorzitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht. 

  • 2.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

  • 3.

    De commissie kan besluiten om gebruik te maken van een digitale geluidsopname, die op verzoek aan de belanghebbende(n) ter beschikking wordt gesteld.

  • 4.

    De secretaris maakt op basis van de geluidsopname op hoofdlijnen een schriftelijke samenvatting van het besprokene wanneer het bestuursorgaan dat nodig acht voor zijn besluitvorming of wanneer een gerechtelijke instantie daarom verzoekt in geval van een (hoger) beroepsprocedure.

Artikel 14. Nader onderzoek

  • 1.

    De commissie is bevoegd nader onderzoek te doen als zij dit na afloop van de hoorzitting, maar voordat het advies wordt opgesteld, wenselijk acht. 

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3.

    De leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie schriftelijk reageren en indien gewenst aan de voorzitter vragen om een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op dit verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 15. Raadkamer en advies

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het uit te brengen advies.

  • 2.

    De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3.

    Als bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4.

    Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt als die minderheid dat verlangt.

  • 5.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6.

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 16. Uitbrengen advies en verdaging

  • 1.

    Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 13 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2.

    Als naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van twaalf weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.

Artikel 17. Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks vóór 1 juli aan de bestuursorganen van de gemeente verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Paragraaf 4. Slotbepalingen

 

Artikel 18. Intrekking oude regeling

De ‘Verordening commissie bezwaarschriften Awb gemeente Oosterhout 2010’ vastgesteld bij raadsbesluit van 13 juli 2010 wordt ingetrokken per de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 19. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 december 2023.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening commissie bezwaarschriften Awb gemeente Oosterhout 2023’.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 november 2023.

M. Buijs, voorzitter

E.C.A. Kaarsemaker, griffier