Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gouda

Mandatenbesluit Regionaal sociaal domein

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGouda
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMandatenbesluit Regionaal sociaal domein
CiteertitelMandatenbesluit Regionaal sociaal domein
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 160 van de Gemeentewet
  2. artikel 168 van de Gemeentewet
  3. artikel 171 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-02-2024artikel 6, 7, 10

13-02-2024

gmb-2024-86665

01-12-202327-02-2024nieuwe regeling

31-10-2023

gmb-2023-506614

Tekst van de regeling

Intitulé

Mandatenbesluit Regionaal sociaal domein

Het college van burgemeester en wethouders van Gouda en

de burgemeester van Gouda, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

 

gelezen het voorstel van 24 oktober 2023;

 

gelet op artikel 160, 168 en 171 van de Gemeentewet;

 

besluiten:

 

Artikel I

 

Het mandatenbesluit Regionaal sociaal domein als volgt vast te stellen:

 

1. Algemeen

Artikel 1  

  • 1.

    Aan de functionarissen genoemd in hoofdstuk 2 van dit besluit wordt mandaat verleend voor de uitoefening van de bevoegdheden die voor de desbetreffende functionarissen in die onderdelen zijn aangegeven.

  • 2.

    Onder mandaat wordt mede verstaan de verlening van volmacht voor het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en machtiging voor het verrichten van feitelijke handelingen.

Artikel 2  

  • 1.

    In geval van afwezigheid van functionarissen, aan wie bevoegdheden zijn toegekend, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door hun aangewezen plaatsvervanger.

  • 2.

    Toekenning van een mandaat aan een functionaris houdt tevens in de toekenning van dit mandaat aan diens hiërarchisch leidinggevende(n).

  • 3.

    Toekenning van een beslissingsmandaat houdt tevens in de toekenning van een ondertekeningsmandaat.

Artikel 3  

  • 1.

    Het verlenen van ondermandaat is niet toegestaan, tenzij dit nadrukkelijk in het mandaatbesluit is aangegeven.

  • 2.

    Tenzij anders bepaald, is ondermandaat alleen toegestaan aan hiërarchisch ondergeschikten.

  • 3.

    Ondermandaat wordt in een schriftelijk besluit vastgelegd, deugdelijk geregistreerd en op de voorgeschreven wijze bekendgemaakt.

  • 4.

    Ondermandaat moet in de betreffende uitgaande stukken tot uitdrukking worden gebracht.

2. Inhoudelijke mandaten

2.1 Bestuurlijke mandaten

Regionale samenwerking: Samenwerkingsovereenkomst Jeugd en Wmo Regio Midden-Holland 2022-2024

Artikel 4 Portefeuillehouder(s) belast met:

  • Portefeuille Maatschappelijke ondersteuning, waaronder onder meer valt de Wmo en het bieden van beschermd wonen en opvang;

  • Portefeuille Jeugd, waaronder onder meer valt de Jeugdwet;

  • Portefeuille doelgroepenvervoer, waaronder onder meer valt Collectief Vraagafhankelijk Vervoer);

  • Portefeuille Integraal Zorgakkoord (IZA) en Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA).

Artikel 5 Vertegenwoordigen - ondermandaat toegestaan

  • 1.

    Het aan de Portefeuillehouder(s) met een of meer van de in artikel 4 vermelde portefeuilles, met de macht van substitutie (ondervolmacht), de bevoegdheid te verlenen tot:

    • het vertegenwoordigen van de gemeente ten behoeve van het maken van regionale en bovenregionale samenwerkingsafspraken voor zover deze betrekking hebben op een of meer van de in artikel 4 vermelde portefeuilles. Hieronder vallen in ieder geval de volgende aandachtsgebieden:

      • 1.

        samenwerking met regio's die accounthouder zijn voor bovenregionale aanbieders;

      • 2.

        ZuidWest (provincie ZH): transformatie Jeugdzorg plus;

      • 3.

        Haagland/Holland Rijnland, ZHZ: Samenwerking m.b.t. de Gecertificeerde Instellingen (GI);

      • 4.

        Rotterdam: expertisecentra Jeugd;

      • 5.

        Provincie Zuid-Holland: portefeuilles als vermeld onder artikel 4.

    • a.

      het vertegenwoordigen van de gemeente ten behoeve van de invulling van het aanspreekpunt voor het Rijk, namens de regio, als vermeld in de samenwerkingsovereenkomst.

    • b.

      het vertegenwoordigen van de gemeente in het geval van acuut optredende problemen in het doelgroepenvervoer (waaronder Collectief Vraagafhankelijk Vervoer). Waarbij onder “acuut optredende problemen” wordt verstaan: acute financiële problemen bij, (dreigende) surseance van betaling van en/of (dreigend) faillissement van een of meer vervoerders.

Artikel 6 Het nemen van besluiten tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    Het aan de Portefeuillehouder(s) met een of meer van de in artikel 4 vermelde portefeuilles, met de macht van substitutie (ondervolmacht), de bevoegdheid te verlenen tot:

    • het nemen van besluiten tot het verrichten van onderstaande privaatrechtelijke rechtshandelingen, binnen het doel van het hen toegekende budget en tot het bedrag van het hen toegekende budget, dit onder voorwaarde van het gestelde in artikel 7:

      • aangaan van overeenkomsten;

      • aangaan van financiële verplichtingen;

      • aangaan van convenanten en andere samenwerkingsovereenkomsten.

    Onder het aangaan van een overeenkomst wordt tevens verstaan alle daarmee verband houdende of daaruit voortvloeiende handelingen:

    • het wijzigen, verlengen, beëindigen of ontbinden van die overeenkomst;

    • het verrichten van (rechts)handelingen voortvloeiend uit of strekkende tot nakoming van die overeenkomst, waartoe kan worden gerekend de ingebrekestelling;

    • het verrichten van (rechts)handelingen in reactie op (rechts)handelingen van de wederpartij(en).

    • vertegenwoordigen van de gemeente bij het verrichten van (rechts)handelingen als hierboven bedoeld, waaronder het ondertekenen van overeenkomsten, alsmede het voeren van onderhandelingen in de voorbereidende fase.

  • 2.

    Het aan de Portefeuillehouder(s) met een of meer van de in artikel 4 vermelde portefeuilles, zonder de macht van substitutie (ondervolmacht), de bevoegdheid te verlenen tot:

    • Het vaststellen van tarieven en indexatie-afspraken voor alle diensten welke vallen onder de (deel)overeenkomsten Jeugdzorgplus en Jeugdbescherming en Jeugdreclassering.

    • Het aanpassen van tarieven in 2024 voor de in te kopen diensten vanaf 2025 op basis van het inkoopplan jeugd en Wmo 2025 voor zover dit niet leidt tot een verbreding van de doelgroep.

Artikel 7 Voorwaarden aan gebruik van bevoegdheden

  • 1.

    Het gebruik van bevoegdheden in het voorgaande artikel vindt alleen plaats onder de volgende voorwaarden:

    • a.

      De uitvoering van het vastgestelde jaarprogramma vindt plaats op grond van gezamenlijke besluitvorming in het Bestuurlijk overleg Sociaal Domein Midden Holland.

    • b.

      De uitvoering van het vastgestelde jaarprogramma vindt plaats conform de inhoud van het jaarprogramma en binnen de daarin gegeven instructies/kaders.

    • c.

      De vaststelling van tarieven en indexatie- afspraken vindt plaats op grond van bovenregionale afstemming en wordt formeel bekrachtigd in het Bestuurlijk overleg Sociaal Domein Midden Holland.

    • d.

      De aanpassing van tarieven genoemd in artikel 6.2 2e lid vindt plaats na besluitvorming in het Bestuurlijk Overleg Sociaal Domein Midden-Holland.

2.2 Overige mandaten

Regionale samenwerking: Regionale Werkorganisatie en uitvoering Dienstverleningsovereenkomst Sociaal Domein

Artikel 8 Leidinggevenden Regionale Werkorganisatie (RWO) - ondermandaat toegestaan

  • 1.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd verweerschriften en andere stukken te verzorgen en in te dienen in het kader van rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratieve beroepsprocedures of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten. Rechtsgedingen omvat ook een kort geding, de voeging in strafzaken, beroepszaken, schorsing van een aangevochten beslissing of het aanvragen van een voorlopige voorziening

  • 2.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd verweerschriften en andere stukken te verzorgen en in te dienen in het kader van een geschillen- of arbitragecommissie of in het kader van zaken die bij een mediator aanhangig zijn gemaakt.

  • 3.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd de gemeente te vertegenwoordigen in hoorzittingen in het kader van rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratieve beroepsprocedures of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten. Rechtsgedingen omvat ook een kort geding, de voeging in strafzaken, beroepszaken, schorsing van een aangevochten beslissing of het aanvragen van een voorlopige voorziening

  • 4.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd de gemeente te vertegenwoordigen in hoorzittingen in het kader van een geschillen- of arbitragecommissie of bij zaken die bij een mediator aanhangig zijn gemaakt.

  • 5.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd te beslissen op verzoeken om informatie op grond van de Wet open overheid en de Wet hergebruik overheidsinformatie, voor zover deze verzoeken betrekking hebben op het werkterrein van de afdeling.

  • 6.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd correspondentie van feitelijke aard te voeren ten behoeve van de gemeente, zoals het opvragen dan wel verstrekken van informatie.

  • 7.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd tot het doen van aangifte indien aan de gemeente schade is veroorzaakt, het verhalen van die schades op de veroorzaker daarvan, waaronder begrepen het desgewenst voegen in eventuele strafrechtelijke procedures.

  • 8.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn bevoegd om namens de gemeente toestemming te geven voor feitelijke handelingen voor zover deze feitelijke handelingen betrekking hebben op het werkterrein van de afdeling Regionale Werkorganisatie.

     

Regionale samenwerking: Beschermd wonen en opvang

Artikel 9 Beschermd wonen en opvang Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 - ondermandaat toegestaan

  • 1.

    Het aan de wethouder van de gemeente Gouda die belast is met de portefeuille beschermd wonen en opvang, verlenen van mandaat, met de bevoegdheid tot het verlenen van ondermandaat, voor het uitoefenen van de volgende bevoegdheden op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015:

    • a.

      artikel 2.3.2, 2.3.3 en 2.3.4 en de overeenkomstige bepalingen in de gemeentelijke verordening houdende regels omtrent maatschappelijke ondersteuning (waaronder beschermd wonen en opvang), indien sprake is van een behoefte aan beschermd wonen en opvang (o.a. het ontvangen van meldingen en het doen van onderzoek) en het bepalen van de toegang tot een maatwerkvoorziening ten behoeve van beschermd wonen en opvang, waaronder begrepen het nemen van beslissingen tot (her)indicatie;

    • b.

      artikel 2.3.5 ten aanzien van het beslissen op aanvragen om een maatwerkvoorziening ten behoeve van beschermd wonen en opvang;

    • c.

      artikel 2.3.6 ten aanzien van het beslissen op aanvragen om een maatwerkvoorziening ten behoeve van beschermd wonen en opvang;

    • d.

      artikel 2.3.8 tot en met 2.4.4 voor zover sprake is van een beslissing inzake een maatwerkvoorziening of persoonsgebonden budget ten behoeve van beschermd wonen en opvang.

Het mandaat behelst tevens de bevoegdheid tot het verrichten van feitelijke en privaatrechtelijke handelingen, het nemen van beslissingen en het uitvoeren van voorbereidingshandelingen, het voeren van rechtsgedingen, het vertegenwoordigen van het college in bezwaarprocedures en (administratieve) beroeps- en hoger beroepsprocedures alsmede het verrichten van handelingen ter voorbereiding daarop. Rechtsgedingen omvat ook het instellen van een kort geding, de voeging in strafzaken, de instelling van beroep, het verzoek tot schorsing van een aangevochten beslissing of het aanvragen van een voorlopige voorziening.

 

Regionale samenwerking: Regionale Werkorganisatie en Dienstverleningsovereenkomst Sociaal Domein

Artikel 10 Programmadirecteur Regionale Werkorganisatie (RWO) – ondermandaat toegestaan

  • 1.

    Het aan de Programmadirecteur RWO verlenen van volmacht tot het verrichten van alle feitelijke handelingen en rechtshandelingen ter voorbereiding en uitvoering van in artikel 3 van de Dienstverleningsovereenkomst Sociaal Domein regio Midden-Holland 2018-2020, verder “DVO”, opgenomen taken. Een en ander met de macht van substitutie (ondervolmacht). Aan de uitoefening van bepaalde bevoegdheden zijn hieronder vermelde voorwaarden verbonden.

    Bevoegdheid:

    Verleend onder de volgende voorwaarden:

    Contractering en contractmanagement (3 lid 3 onder a. en b. DVO)

    Indien het aangaan, wijzigen of verlengen van een contract leidt tot:

    • aanzienlijke financiële consequenties; of

    • mogelijke politiek-bestuurlijke complicaties;

    is de voorwaarde dat voorafgaand aan contractering het voornemen daartoe eerst ter akkoord voorgelegd wordt aan het Bestuurlijk overleg Sociaal Domein Midden Holland (BOSD) dan wel voorafgaande aan contractering het door het BOSD vastgestelde bestuurlijke besluitvormingsprocedure volgen.

     

    Indien juridische aspecten daartoe aanleiding geven (bijv. juridische escalatie bij niet-nakoming) wordt de kwestie eerst ter besluitvorming voorgelegd aan het BOSD.

  • 2.

    Indien de programmadirecteur RWO afwezig is, vervangt het afdelingshoofd RWO de programmadirecteur RWO in de uitoefening van de bevoegdheden als vermeld in het lid 1. van dit artikel.

  • 3.

    Het aan de Programmadirecteur RWO verlenen van volmacht tot het verrichten van (rechts)handelingen strekkende tot het aangaan, wijzigen, verlengen en beëindigen van een overeenkomst inzake JeugdMATCH, de verwijsindex voor risicojongeren.

  • 4.

    Het aan de Programmadirecteur RWO verlenen van volmacht en machtiging tot het doen van aanbestedingen en nemen van besluiten in het kader van een aanbestedingsprocedure betreffende producten of diensten, met inachtneming van het (Europese) aanbestedingsrecht en het inkoopbeleid. Dit ter (voorbereiding van de) inkoop van maatwerkvoorzieningen als vermeld in artikel 3 DVO.

  • 5.

    Het aan de Programmadirecteur RWO verlenen van volmacht en machtiging te verlenen voor onderstaande (beslissings)bevoegdheden in verband met de inkoop van maatwerkvoorzieningen als vermeld in artikel 3 DVO:

    • i.

      Het uitvoeren van de inkoopprocedure;

    • ii.

      Het ongeldig verklaren van inschrijvingen;

    • iii.

      Het uitsluiten van aanbieders die niet voldoen aan gestelde uitsluitings-, geschiktheids- en/of overige (selectie-)eisen;

    • iv.

      Het onderhandelen met aanbieders over de deelovereenkomst(en);

    • v.

      Het nemen van besluiten tot toelating tot de Open House-constructie;

    • vi.

      Het uitvoeren van alle feitelijke handelingen ter voorbereiding op en uitvoering van de in dit besluit opgenomen bevoegdheden;

    • vii.

      Het opnieuw openstellen van de mogelijkheid tot toetreding tot de Open Houseconstructie.

Regionale samenwerking: Regionale uitvoering toezicht

Artikel 11 Leidinggevenden Regionale Werkorganisatie (RWO) – ondermandaat toegestaan

  • 9.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn, ieder afzonderlijk, bevoegd tot het aanwijzen van een ambtenaar belast met het toezicht op de naleving van de verplichtingen ten aanzien van kwaliteit en rechtmatigheid van de Wmo 2015 en toezicht op de naleving van de verplichtingen ten aanzien van rechtmatigheid van de Jeugdwet.

  • 10.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn, ieder afzonderlijk, bevoegd een legitimatiebewijs aan toezichthouders als bedoeld in artikel 5:12,eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht af te geven.

  • 11.

    De Programmadirecteur RWO en het afdelingshoofd RWO zijn, ieder afzonderlijk, bevoegd tot het aanwijzen van personen als vermeld in artikel 6a.7 Regeling Jeugdwet.

  • 12.

    De Programmadirecteur RWO is bevoegd tot het namens het college verrichten van controles, onderzoeken en risicoanalyses en uitvoeren van overige verplichtingen als vermeld in artikel 6b.1 6b.2, 6b.3, 6b.4, 6b.5 en 6b.6 Regeling Jeugdwet.

  • 13.

    De Programmadirecteur RWO is bevoegd tot het namens het college opleggen van een last onder bestuursdwang ter handhaving van artikel 5:20 lid 1 Algemene wet bestuursrecht.

     

Regionale samenwerking: Regionale Jeugdbeschermingstafel

Artikel 12 Voorzitter Jeugdbeschermingstafel – geen ondermandaat

De voorzitter van de Jeugdbeschermingstafel is bevoegd ten behoeve van een jeugdige die zijn woonplaats heeft binnen de gemeente een individuele voorzieningen te treffen op het gebied van jeugdhulp indien en voor zover het betreft:

 

  • voorzieningen inzake preventieve jeugdbescherming; of

  • voorzieningen inzake preventieve drang.

Dit mandaat wordt verleend voor het treffen van individuele voorzieningen tot maximaal zes maanden preventieve jeugdbescherming of preventieve hulpverlening binnen het drangkader.

 

  • 1.

    De voorzitter van de Jeugdbeschermingstafel is bevoegd bij de raad voor de kinderbescherming een verzoek tot onderzoek te doen over een maatregel met betrekking tot gezag over een minderjarige op grond van artikel 2.4, eerste lid, van de Jeugdwet.

Regionale samenwerking: IZA-SPUK

Artikel 13 Gemeente Gouda – ondermandaat toegestaan

  • 1

    Het verlenen van een volmacht aan de gemeente Gouda voor het mede namens de gemeente aanvragen en beheren en verdelen van de IZA-SPUK middelen, conform de afspraken in het IZA. Onder het volmacht valt tevens de bevoegdheid om op te treden als penvoerder en het verrichten van alle uitvoeringshandelingen met betrekking tot de IZA-SPUK middelen.

3 Slotbepalingen

Artikel 14 Vervallen van separate besluiten

De volgende (eerder verleende) mandaten en volmachten worden opgenomen in dit mandatenbesluit en kunnen daardoor in de vorm van separate besluiten vervallen:

  • 1.

    Het op 27 juni 2017 aan de gemeente Gouda verleende volmacht. Het volmacht betreft de in het kader van de voorbereiding en uitvoering van de in artikel 3 van de Dienstverleningsovereenkomst regio Midden-Holland 2018-2020 opgenomen taken.

  • 2.

    Het in het kader van de samenwerkingsovereenkomst Jeugd en Wmo regio Midden-Holland 2022-2024 verleende volmacht.

  • 3.

    Het op basis van artikel 2.3.2 en verder van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 aan de wethouder van Gouda, belast is met de portefeuille beschermd wonen en Opvang, verleende mandaat.

  • 4.

    Het aan het afdelingshoofd RDS van de gemeente Gouda verleende mandaat tot aanwijzing als toezichthouder Wmo en Jeugdwet.

  • 5.

    Het aan de gemeente Gouda verleende volmacht inzake Jeugdmatch.

  • 6.

    Het aan de gemeente Gouda verleende volmacht inzake de IZA-SPUK middelen.

Artikel 15 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandatenbesluit Regionaal sociaal domein.

 

Artikel II inwerkingtreding

Dit besluit treedt één dag na bekendmaking in werking.

Aldus besloten in de vergadering van 31 oktober 2023.

Burgemeester en wethouders van Gouda,

de secretaris,

de burgemeester,