Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Purmerend

Beleidsregels Eenmalige energietoeslag Purmerend 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatiePurmerend
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Eenmalige energietoeslag Purmerend 2023
CiteertitelBeleidsregels eenmalige energietoeslag Purmerend 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervalt op 1 april 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 35 van de Participatiewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-11-202307-10-2023nieuwe regeling

30-10-2023

gmb-2023-503890

1589697

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Eenmalige energietoeslag Purmerend 2023

Burgemeester en wethouders van de gemeente Purmerend,

 

gelet op:

  • -

    titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 35 van de Participatiewet;

overwegende dat:

  • -

    het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2023;

  • -

    het daarom wenselijk is voor dit doel aanvullende beleidsregels vast te stellen op de Beleidsregels bijzondere bijstand, kindregeling en maatschappelijke participatie Purmerend 2023;

b e s l u i t e n :

 

vast te stellen de: Beleidsregels Eenmalige energietoeslag Purmerend 2023

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Purmerend;

  • b.

    draagkracht: dat deel van het inkomen (exclusief vakantietoeslag) dat meer bedraagt dan 120% van de toepasselijke norm in de referteperiode, vermenigvuldigd maal 12 (jaardraagkracht);

  • c.

    inkomen: totaal van het inkomen waarover een inwoner (en partner) redelijkerwijs kan beschikken als bedoeld in artikel 32, eerste lid, van de wet;

  • d.

    peildatum: is 1 november 2023, of de datum waarop ambtshalve het recht wordt vastgesteld;

  • e.

    referteperiode: de volledige maand vanaf peildatum;

  • f.

    120% van de toepasselijke norm: aangesloten wordt bij artikel 1 lid 1 onderdeel d van de beleidsregels bijzondere bijstand, kindregeling en maatschappelijke participatie Purmerend 2022;

  • g.

    wet: Participatiewet.

Artikel 2: Doelgroep eenmalige energietoeslag 2023

  • 1.

    De eenmalige energietoeslag 2023 van € 800,- is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen en wordt ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

  • 2.

    Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen.

  • 3.

    Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120 % van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • Bij wisselende inkomsten wordt voor de bepaling van het inkomen uitgegaan van het gemiddelde inkomen over de referteperiode en de 2 daaraan voorafgaande kalendermaanden.

  • 4.

    Bedraagt het inkomen meer dan 120%, dan zijn de beleidsregels bijzondere bijstand, kinderregeling en maatschappelijke participatie Purmerend 2022 van toepassing.

  • Is er sprake van draagkracht, dan wordt dit in mindering gebracht op de eenmalige energietoeslag van € 800,-.

  • 5.

    Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

    • a.

      in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet, mits de inrichting voorziet in de energiekosten en deze energiekosten niet in rekening brengt bij de bewoners;

    • b.

      een inwonende kostendeler is.

Artikel 3: Ambtshalve toekenning

  • 1.

    Huishoudens die voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2 en:

    • a.

      die een uitkering op grond van de Participatiewet ontvangen; of

    • b.

      een uitkering ontvangen op grond van de IOAW en IOAZ; of

    • c.

      algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet;

  • ontvangen ambtshalve de eenmalige energietoeslag 2023.

  • 2.

    Bij huishoudens die in 2023:

    • a.

      de aanvullende energietoeslag van € 500,- hebben ontvangen; of

    • b.

      bijzondere bijstand en/of een bijdrage via de Meerdoen-regeling hebben ontvangen;

  • vindt een inkomensonderzoek plaats via het Inlichtingenbureau, om te verifiëren of wordt voldaan aan artikel 2 lid 3. Wordt hieraan voldaan en behoren zij niet tot de huishoudens genoemd in artikel 2 lid 5, dan ontvangen deze huishoudens ook ambtshalve de eenmalige energietoeslag.

  • 3.

    Tot de groep genoemd in het eerste lid onderdeel a worden niet gerekend studenten die in aanmerking komen voor studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1, eerste of tweede lid, van de Wet studiefinanciering 2000

Artikel 4: Aanvraag

  • 1.

    Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de energietoeslag 2023 kunnen vanaf 1 januari 2024 een aanvraag indienen met gebruikmaking van het aanvraagformulier.

  • 2.

    De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt schriftelijk ingediend.

  • 3.

    Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag kan worden ingediend tot en met 31 maart 2024.

Artikel 5: Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken. Het college kan tevens van de beleidsregels afwijken als toepassing ervan in een individueel geval wegens bijzondere omstandigheden onevenredig is in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen. Dit is geregeld in artikel 4.84 Awb.

Artikel 6. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag na publicatie in het gemeenteblad en werkt terug tot en met 7 oktober 2023.

  • 2.

    Deze beleidsregels vervallen op 1 april 2024.

Artikel 6. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels eenmalige energietoeslag Purmerend 2023.

Purmerend,

Burgemeester en wethouders van Purmerend,

De secretaris,

A. Heiner

de burgemeester,

E. van Selm

Toelichting  

De beleidsregel eenmalige energietoeslag 2023 is gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet.

De gemeente heeft dan ook beleidsvrijheid ten aanzien van de vormgeving.

Door het kabinet wordt veel belang gehecht aan een landelijk uniforme uitvoering van de energietoeslag. Eén van de richtlijnen is om geen vermogenstoets toe te passen. Door de gemeente Purmerend wordt deze richtlijn overgenomen.

Voor de 120% van de toepasselijke norm en de berekening van de draagkracht wordt aansluiting gezocht bij de beleidsregels bijzondere bijstand, kinderregeling en maatschappelijke participatie Purmerend 2022.

 

Artikel 2:

In artikel 2 wordt de doelgroep nader omschreven. Kamerhuurders komen ook voor de regeling in aanmerking. Kamerhuurders die geen commerciële huur betalen worden in de praktijk aangemerkt als kostendeler. Zij komen niet in aanmerking voor een energietoeslag.

 

Artikel 2 lid 3

Huishoudens met een inkomen tot 120% komen in aanmerking voor de eenmalige energietoeslag. Ook als er sprake is van vermogen. Voor huishoudens zonder vermogen maar met een inkomen boven de 120% zijn de beleidsregels bijzondere bijstand, kinderregeling en maatschappelijke participatie Purmerend 2022 van toepassing.

In artikel 35 lid 5 van de Participatiewet is opgenomen wie niet in aanmerking komt voor de energietoeslag 2023.

  • -

    de 18, 19 en 20 jarigen;

  • -

    degene die in aanmerking komt voor studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1, eerste of tweede lid, van de Wet studiefinanciering 2000; of

  • -

    degene die is ingeschreven als ingezetene met enkel een briefadres in de basisregistratie personen.

Artikel 2 lid 4 b

Onder inwonende kostendeler wordt verstaan de inwoner die de kosten deelt met de hoofdhuurder/eigenaar. Vaak zal het gaan om inwonende meerderjarige kinderen of samenwonende broers/zussen. In deze situaties komt de hoofdhuurder/eigenaar, als hij/zij voldoet aan de voorwaarden, wel in aanmerking voor de energietoeslag.

 

Artikel 3:

Een ambtshalve toekenning is mogelijk als vaststaat dat de persoon op de peildatum recht heeft. Dit kan worden aangenomen bij huishoudens die algemene bijstand ontvangen of een uitkering IOAW of IOAZ en bij huishoudens die algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet.

 

Ook huishoudens die in 2023 aanvullende energietoeslag hebben ontvangen van € 500,- en huishoudens die in 2023 bijzondere bijstand en/of een bijdrage via de MeerDoen-regeling hebben ontvangen kunnen ambtshalve in aanmerking komen voor de energietoeslag 2023.

Duidelijk moet zijn dat er op de peildatum sprake is van een zelfstandig huishouden (hoofdhuurder/kamerhuurder). Voor deze huishoudens worden de inkomsten opgevraagd bij het Inlichtingenbureau.

Als wordt voldaan aan een zelfstandig huishouden en aan de financiële voorwaarden, dan wordt ambtshalve de energietoeslag betaald.

Huishoudens waarbij niet (direct) duidelijk is of zij voldoen aan de voorwaarden ontvangen een aanvraagformulier, zodat alsnog een individuele beoordeling kan plaatsvinden of er recht bestaat op de energietoeslag.

Studenten ( als bedoeld in artikel 3.1, eerste of tweede lid, van de Wet studiefinanciering 2000) die de aanvullende energietoeslag van € 500 hebben ontvangen, komen nu niet in aanmerking voor de gemeentelijke energietoeslag. Hiervoor is het DUO verantwoordelijk.

 

Artikel 4:

Het streven is om de energietoeslag 2023 die ambtshalve wordt verstrekt voor 1 januari 2024 uit te betalen.

Als er geen ambtshalve toekenning heeft plaatsgevonden, kan er vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 maart 2024 een aanvraag worden ingediend. De datum 1 januari 2024 is gekozen om te voorkomen dat huishoudens die in aanmerking komen voor de ambtshalve verstrekking van de energietoeslag 2023 een aanvraag in gaan dienen.

 

Artikel 5 Hardheidsclausule:

Er zijn situaties denkbaar waarbij de aanvrager op de peildatum weliswaar niet voldeed aan de voorwaarden voor de energietoeslag, maar de (enige) uitsluitingsgrond slechts van korte duur was. De gemeente kan overwegen om in dergelijke situaties een toets op hardheid van de voorgenomen afwijzing uit te voeren (zie artikel 5) en hier zo nodig ook beleidsuitgangspunten voor te formuleren. De hardheidsclausule artikel 16 van de Participatiewet voorziet hier niet in.

 

Artikel 6:

De inwerkingtreding is 7 oktober 2023, dat is de datum dat de wetswijziging in werking is getreden.

Aanvragen kunnen tot en met 31 maart 2024 worden ingediend. De beleidsregels kunnen dan ook per 1 april 2024 vervallen.