Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zoeterwoude

Beleidsregels eenmalige energietoeslag Zoeterwoude 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZoeterwoude
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels eenmalige energietoeslag Zoeterwoude 2023
CiteertitelBeleidsregels eenmalige energietoeslag Zoeterwoude 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze beleidsregels vervallen op 1 september 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 35 van de Participatiewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-11-2023nieuwe regeling

24-10-2023

gmb-2023-500900

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels eenmalige energietoeslag Zoeterwoude 2023

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Zoeterwoude,

 

gelet op:

 

  • titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 35 van de Participatiewet

overwegende dat:

 

  • het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking komen voor een eenmalige energietoeslag 2023, mede met inachtneming van het raadsbesluit van 19 januari 2023;

  • het daarom wenselijk is voor dit doel beleidsregels vast te stellen.

besluit vast te stellen de Beleidsregels eenmalige energietoeslag Zoeterwoude 2023.

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaand onder:

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zoeterwoude;

  • c.

    inkomen: het totale netto inkomen van de alleenstaande, de alleenstaande ouder met zijn ten laste komende kinderen of het gezin, als bedoeld in de artikelen 31, 32 en 33 van de wet; dan wel het inkomen als bedoeld in artikel 6 van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 voor zover er sprake is van een zelfstandig ondernemer;

  • d.

    peildatum: datum van aanvraag of de datum waarop ambtshalve het recht wordt vastgesteld;

  • e.

    referteperiode: periode van tenminste één maand voorafgaand aan de peildatum of bij wisselende inkomsten tenminste drie maanden voorafgaand aan de peildatum voor personen in loondienst.

Artikel 2: Doelgroep eenmalige energietoeslag 2023

  • 1.

    De eenmalige energietoeslag 2023 bedraagt € 1.300 voor een huishouden met een laag inkomen tot 120% van de bijstandsnorm en € 750 voor een huishouden met een inkomen tussen de 120 en 130% van de bijstandsnorm. De eenmalige toeslag wordt ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

  • 2.

    Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen;

  • 3.

    Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 130% van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 4.

    Een huishouden met een inkomen hoger dan 130% van de toepasselijke bijstandsnorm dat vanwege problematische schulden en deelname aan een schuldhulptraject (WSNP of MSNP) over een daadwerkelijk beschikbaar inkomen beschikt van minder dan 130% van de bijstandsnorm komt ook in aanmerking voor de eenmalige energietoeslag.

  • 5.

    Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

    • a.

      niet ingeschreven staat in de basisregistratie personen van de gemeente Zoeterwoude;

    • b.

      in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet, de inrichting zelf voorziet in de energiekosten en deze energiekosten niet in rekening brengt bij de persoon;

    • c.

      jonger is dan 21 jaar, tenzij deze persoon bijzondere bijstand voor leveronderhoud ontvangt omdat van de ouders/verzorgers geen onderhoudsplicht kan worden verwacht;

    • d.

      in aanmerking komt voor studiefinanciering op grond van artikel 3.1, eerste of tweede lid, van de Wet studiefinanciering 2000;

    • e.

      dak- en thuislozen is of die is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres;

    • f.

      een kostendeler is waarbij een andere huisgenoot de toeslag al heeft ontvangen;

    • g.

      anderszins bij een op aanvraag ingediend verzoek geen energiekosten heeft.

  • 6.

    Huishoudens die van een vorige woongemeente de energietoeslag 2023 hebben ontvangen, hebben geen recht op de energietoeslag 2023 van het college.

Artikel 3: Ambtshalve toekenning

Huishoudens die voldoen aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en:

  • a.

    algemene bijstand van het college ontvangen of;

  • b.

    algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet of;

  • c.

    een uitkering ontvangen op grond van de IOAW en IOAZ; of

  • d.

    aangesloten zijn bij de collectieve aanvullende zorgverzekering van de gemeente Zoeterwoude of;

  • e.

    aan wie in 2022 of 2023 de energietoeslag 2022 is verstrekt én op grond van een toets op actuele inkomensgegevens recht heeft op de energietoeslag 2023 ontvangt de betaling van de eenmalige energietoeslag 2023 vóór 1 januari 2024 ambtshalve behoudens de groep zelfstandig ondernemers.

Artikel 4: Aanvraag

  • 1.

    Huishoudens die niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning van de energietoeslag 2023 kunnen schriftelijk een aanvraag indienen met gebruikmaking van een daartoe door het college beschikbaar gesteld aanvraagformulier.

  • 2.

    Indien de aanvraag na 31 december 2023 wordt ingediend dan geldt, in afwijking van artikel 1 sub d. en e., de maand november 2023 als vaste peilmaand en als referteperiode tenminste de maand hieraan voorafgaand of bij wisselende inkomsten de hieraan voorafgaande drie maanden.

  • 3.

    Zelfstandig ondernemers kunnen ook een aanvraag indienen voor de eenmalige energietoeslag 2023. In afwijking van artikel 1 sub e. wordt het inkomen gebaseerd op het definitief (jaar)inkomen.

  • 4.

    Een aanvraag voor de eenmalige energietoeslag 2023 kan worden ingediend tot 1 mei 2024.

Artikel 5: Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 6: Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1.

    De Beleidsregels eenmalige energietoeslag Zoeterwoude 2023 treden in werking de dag na publicatie.

  • 2.

    De beleidsregels vervallen op 1 september 2024.

Artikel 7: Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘Beleidsregels eenmalige energietoeslag Zoeterwoude 2023’.

Aldus vastgesteld op dinsdag 24 oktober 2023

Het college van burgemeester en wethouders,

T.N Kramer

secretaris

F.Q.A van Trigt

burgemeester

Toelichting

De beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2023 staan niet op zich zelf, maar zijn gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag. In bijzondere omstandigheden mag hier van afgeweken worden op grond van artikel 5.

 

Artikel 2

In artikel 2 wordt de doelgroep nader omschreven. Per huishouden kan maximaal één energietoeslag verstrekt worden. Met vermogen wordt geen rekening gehouden. Voor het begrip ‘inkomen’ is aansluiting gezocht bij de bepalingen van de Participatiewet.

 

De vraag of het inkomen van een huishouden gedurende de referteperiode niet hoger mag zijn dan 120% respectievelijk 130% van de toepasselijke bijstandsnorm, moet niet al te rigide worden beoordeeld. Een marginale overschrijding van dit inkomen kan worden genegeerd.

Gaat het inkomen van een huishouden gedurende de referteperiode de toepasselijke inkomensgrenzen met € 5 of meer te boven, dan is geen sprake meer van een marginale overschrijding van de bijstandsnorm en heeft dit gevolgen voor het recht op energietoeslag. Voor deze bepaling is aansluiting gezocht bij de bepalingen van de Verordening individuele inkomenstoeslag van de gemeente Zoeterwoude en de hieraan ten grondslag liggende jurisprudentie.

 

Voor deze beleidsregels geldt een schuldhulppardon. Dat wil zeggen dat huishoudens met een inkomen boven 130% van de geldende bijstandsnorm wel in aanmerking komen voor de energietoeslag wanneer zij problematische schulden hebben, deelnemen aan een schuldhulptraject (WSNP of MSNP) en het inkomen waarover men daadwerkelijk beschikt door schuldaflossing onder de 130% van de bijstandsnorm terecht komt.

 

Artikel 3

Een ambtshalve toekenning is mogelijk als vaststaat dat de persoon op de peildatum recht heeft. Dit kan worden aangenomen bij huishoudens die algemene bijstand ontvangen of een uitkering IOAW, of IOAZ . Daar voegt de gemeente de groepen inwoners aan toe die een aanvullende collectieve zorgverzekering ontvangen. Voor inwoners die AIO ontvangen, zal de gemeente de gegevens ontvangen van SVB via het Inlichtingenbureau. Zodra de gemeente die heeft ontvangen, kan tevens aan hen de energietoeslag ambtshalve verstrekt worden.

 

Nieuw is dat ambtshalve toekenning ook mogelijk is als vaststaat dat huishoudens eerder de energietoeslag 2022 hebben ontvangen en waarbij opnieuw wordt vastgesteld dat het inkomen niet hoger is dan respectievelijk 120 en 130% van de bijstandsnorm. Als startpunt voor de ambtshalve verstrekking kan het college de gegevens van de groep huishoudens die de energietoeslag 2022 hebben ontvangen hergebruiken. Het gaat hierbij om zowel de huishoudens die deze ambtshalve hebben ontvangen als de huishoudens die de energietoeslag 2022 op aanvraag hebben ontvangen. Om te weten of deze huishoudens ook voor de energietoeslag 2023 in aanmerking komen, kan het college vanaf de inwerkingtreding van de Wet energietoeslag 2023 een toets op het inkomen laten uitvoeren door het Inlichtingenbureau. Het college maakt hiervan gebruik. Hiertoe biedt het college het Inlichtingenbureau het doelbestand van aanvragers energietoeslag 2022 aan voor een toets op inkomen. Na het sluiten van de aanlevertermijn, die eindigt vóór de 26e van de maand, bepaalt het Inlichtingenbureau met gegevens uit de Basisregistratie Personen de leefvorm van de aanvrager. Vervolgens vindt een inkomenstoets plaats. Het Inlichtingenbureau levert binnen een maand na de aanvraag de informatie terug. Hiermee kan het college bepalen welke huishoudens voldoen aan de inkomensvoorwaarden voor het verstrekken van de energietoeslag 2023. De inkomenstoets door het Inlichtingenbureau is in deze gevallen bepalend. Voor de doelgroep zelfstandig ondernemers geldt dit niet omdat het Inlichtingenbureau niet over de volledige gegevens beschikt. Zij moeten daarom een nieuwe aanvraag indienen.

 

Artikel 4

Voor zelfstandig ondernemers geldt dat het definitieve (jaar)inkomen pas na afloop van het boekjaar kan worden vastgesteld. Of de ondernemer een inkomen heeft onder de voor de energietoeslag geldende inkomensgrens, kan daarom alleen achteraf worden vastgesteld. Aan de ondernemer kan de energietoeslag worden toegekend in de vorm van een renteloze lening. Na afloop van het boekjaar kan worden getoetst of er daadwerkelijk recht bestond en of de lening omgezet kan worden in een bedrag om niet.

 

Artikel 5

Er zijn situaties denkbaar waarbij de aanvrager op de peildatum weliswaar niet voldeed aan de voorwaarden voor de energietoeslag, maar de (enige) uitsluitingsgrond slechts van korte duur was. De gemeente kan overwegen om in dergelijke situaties en andere dringende situaties een toets op hardheid van de voorgenomen afwijzing uit te voeren. De hardheidsclausule artikel 16 van de Participatiewet voorziet hier niet in.

 

Artikel 6

De energietoeslag 2023 kan op grond van artikel 35, vierde lid onder uiterlijk van de Participatiewet worden verstrekt tot 1 september 2023. Voor de vervaldatum van de beleidsregels is hierbij aangesloten. Een aanvraag kan ingediend worden tot 1 mei 2024, hierbij rekening houdend met de afwikkeling van bezwaarschriften tegen de op grond van deze beleidsregels genomen besluiten.