Organisatie | Oude IJsselstreek |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van reclamebelasting De Rieze Ulft 2024 |
Citeertitel | Verordening reclamebelasting De Rieze Ulft 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlagen | gebiedsomschrijving overzichtskaart |
Geen
artikel 227 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2024 | nieuwe regeling | 06-11-2023 |
Raadsvergadering d.d. 6 november 2023
De raad van de gemeente Oude IJsselstreek,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 oktober 2023,
gelet op artikel 227 van de Gemeentewet;
Vast te stellen de volgende verordening
Verordening op de heffing en de invordering van reclamebelasting De Rieze Ulft 2024
Deze verordening verstaat onder:
a.openbare aankondiging : een openbare aankondiging in letters, symbolen, kleuren of een combinatie daarvan, zichtbaar vanaf de openbare weg als bedoeld in artikel 227 van de Gemeentewet;
b.onroerende zaak : een onroerende zaak zoals afgebakend overeenkomstig artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken. Indien verschillende gebruikers gebruik maken van een onroerende zaak die is afgebakend conform artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken en deze ieder hun eigen openbare aankondigingen voeren, wordt de onroerende zaak opgesplitst in evenzoveel deelobjecten als er verschillende gebruikers zijn, en wordt elk van deze deelobjecten als onroerende zaak aangemerkt;
c.tussenpersoon : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn bedrijf maakt van het verlenen van bemiddeling bij het tot stand brengen en sluiten van overeenkomsten in opdracht en op naam van personen tot wie hij niet in vaste betrekking staat;
d.voorziening : specifiek hulpmiddel bestemd voor het aanbrengen, tonen of vertonen van één of meer (al dan niet wisselende) openbare aankondigingen;
e.exploitant : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn beroep of bedrijf maakt van het ten behoeve van derden tegen vergoeding aanbrengen van openbare aankondigingen op door hem daartoe beschikbaar gestelde oppervlakken.
Onder de naam 'reclamebelasting' wordt een directe belasting geheven voor openbare aankondigingen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg.
Deze verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting De Rieze Ulft is van toepassing voor bedrijventerrein De Rieze in Ulft, zoals vermeld op de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende gebiedsomschrijving.
1. De reclamebelasting wordt geheven van degene die de openbare aankondiging heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie de openbare aankondiging is aangebracht.
2. In afwijking in zoverre van het bepaalde in het eerste lid wordt de reclamebelasting voor een openbare aankondiging die is aangebracht, in stand gehouden of verwijderd door tussenkomst van een exploitant, zoals bedoeld in artikel 1 van deze verordening, geheven van die exploitant.
3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt de reclamebelasting voor openbare aankondigingen, die met vermelding van de naam van een tussenpersoon zijn aangebracht in verband met de (ver)huur of de verkoop van roerende of onroerende zaken, geheven van die tussenpersoon.
De reclamebelasting wordt niet geheven ter zake van openbare aankondigingen:
i. die korter dan 13 weken aanwezig zijn, tenzij deze openbare aankondigingen zijn aangebracht, getoond of vertoond in een voorziening waarin, waaraan of waarop wisselende openbare aankondigingen worden aangebracht, getoond of vertoond, die individueel korter dan 13 weken aanwezig zijn, maar waarbij de verschillende openbare aankondigingen gezamenlijk 13 weken of meer aanwezig zijn;
Artikel 6 Maatstaf van heffing en belastingtarief
1. Het vaste bedrag voor de reclamebelasting bedraagt € 225 per jaar per onroerende zaak.
2. Voor zover de waarde van de onroerende zaak in het heffingsjaar hoger of gelijk is dan
€ 500.000 en lager dan € 1.000.000 wordt het in het eerste lid genoemde bedrag vermeerderd met € 225 per jaar.
3. Voor zover de waarde van de onroerende zaak in het heffingsjaar hoger of gelijk is dan
€ 1.000.000 wordt het in het eerste lid genoemde bedrag vermeerderd met € 650 per jaar.
4. Indien de waarde in het heffingsjaar naar beneden wordt bijgesteld, wordt de aanslag ambtshalve verminderd indien de lagere waarde leidt tot een lager belastingbedrag voor de reclamebelasting.
5. Indien de waarde van de onroerende zaak in het heffingsjaar enkel uit delen bestaat die, tot in hoofdzaak, tot de woning dient, is het tarief gelijk aan het tarief genoemd in artikel 7, lid 1.
6. Indien er sprake is van deelgebruik van één onroerende zaak en er voor deze delen, volgens de wet WOZ, in het heffingsjaar geen waarde wordt toegekend, is elke belastingplichtige een tarief verschuldigd zoals vermeld in artikel 7, lid 1.
Artikel 8 Het ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang
1. De belastingschuld ontstaat bij het begin van het belastingtijdvak.
2. Indien de belastingplicht na het begin van het belastingtijdvak aanvangt, ontstaat de belastingschuld bij de aanvang van de belastingplicht.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de reclamebelasting verschuldigd voor zoveel maanden als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle maanden overblijven.
4. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, wordt de aanslag op verzoek van belastingplichtige verminderd met zoveel maandelijkse gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclamebelasting als er in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
5. Het derde en het vierde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige verhuist binnen het gebied dat aan de reclamebelasting binnenstad onderhevig is en aldaar een andere onroerende zaak in gebruik neemt.
Artikel 10 Termijnen van betaling
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
1. De 'Verordening reclamebelasting De Rieze Ulft 2023' van 15 december 2022, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
4. Deze verordening wordt aangehaald als Verordening reclamebelasting De Rieze Ulft 2024.