HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET |
Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen | Tarief 2024 |
Artikel 2.1 Definities | |
1. | Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. | |
2. | In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. | |
3. | In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: | |
| - | binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan; | |
| - | binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet; | |
4. | In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving: - -
onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567; - -
onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk; - -
onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting.
| |
Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven |
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: | |
a. | omgevingsoverleg; | |
b. | een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit; | |
c. | een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet; | |
d. | toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet; | |
e. | een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning; | |
f. | intrekking van een omgevingsvergunning; | |
g. | wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d; | |
h. | een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g. | |
Artikel 2.3 Bepalen tarief |
1. | De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk. | |
2. | Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten. | |
3. | Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12. | |
4. | Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13. | |
5. | Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. | |
6. | In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | |
Paragraaf 2.2 Voorfase |
Artikel 2.4 Omgevingsoverleg |
1. | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, per overleg: | |
| a. | als de activiteit betreft het verbouwen van een bestaande woning, en/of (ver)bouw van een bouwwerk op het bijbehorende erf: | € 175,00 |
| b. | voor alle overige activiteiten: | € 250,00 |
2. | Indien in geval van activiteiten als bedoeld in het eerste lid, sub b, sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit zonder vereist advies van de gemeenteraad, wordt het tarief bij elk vervolgoverleg verhoogd met: | € 500,00 |
3. | Indien in geval van activiteiten als bedoeld onder lid 1 sub b, sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit met een vereist advies van de gemeenteraad, wordt het tarief bij elk vervolgoverleg verhoogd met: | € 1.500,00 |
4. | Onverminderd het bepaalde in het eerste, tweede en derde lid, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om informeel overleg of formeel vooroverleg met de Adviescommissie voor Omgevingskwaliteit, per overleg: | € 200,00 |
Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken |
Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel) |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | |
a. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 0 tot € 1.000.000: | 1,14% |
| van de bouwkosten, met een minimum van: | € 43,74 |
b. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 1.000.000 tot € 5.000.000: | € 1.700,00 |
| vermeerderd met: van de bouwkosten; | 0,97% |
c. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 5.000.000 tot € 20.000.000: | € 14.200,00 |
| vermeerderd met van de bouwkosten; | 0,72% |
d. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 20.000.000 | € 60.200,00 |
| vermeerderd met: van de bouwkosten; | 0,49% |
| met een maximum van: | € 230.397,60 |
Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijk deel) |
1. | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | |
| a. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 0 tot € 1.000.000: | 1,71% |
| | van de bouwkosten, met een minimum van: | € 65,61 |
| b. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 1.000.000 tot € 5.000.000: | € 2.600,00 |
| | vermeerderd met: van de bouwkosten; | 1,45% |
| c. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 5.000.000 tot € 20.000.000: | € 20.600,00 |
| | vermeerderd met van de bouwkosten; | 1,09% |
| d. | over het deel van de bouwkosten vanaf € 20.000.000 | € 92.600,00 |
| | vermeerderd met: van de bouwkosten; | 0,73% |
| | met een maximum van: | € 345.596,40 |
2. | Als de in het eerste lid bedoelde aanvraag een buitenplanse activiteit betreft, worden de in het eerste lid genoemde tarieven verhoogd met, afhankelijk van de bouwsom: | |
| 1. | bij bouwkosten tot € 100.000 | € 282,30 |
| 2. | bij bouwkosten van € 100.0000 tot € 300.000 | € 750,00 |
| 3. | bij bouwkosten van € 300.000 tot € 1.000.000 | € 2.500,00 |
| 4. | bij bouwkosten van € € 1.000.000 tot € 20.000.000 | € 7.500,00 |
| 5. | bij bouwkosten van € 20.000.000 of meer | € 10.000,00 |
Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | |
a. | voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit: | € 554,00 |
b. | voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: | € 554,00 |
Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten |
1. | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | |
| a. | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument: van de som van sloop- en bouwkosten | 1,30% |
| | 1° | met een minimum van | € 163,55 |
| | 2° | met een maximum van | € 163.371,45 |
Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit | |
Gereserveerd | |
Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht | |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: van de sloopkosten | 1,50% |
| a. | met een minimum van | € 163,55 |
| b. | met een maximum van | € 163.371,45 |
Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed | |
Gereserveerd | |
Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten |
Gereserveerd artikel 2.12 t/m 2.20 |
Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten |
Gereserveerd artikel 2.21 t/m 2.22 |
Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten |
Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven |
Gereserveerd | |
Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde |
Gereserveerd | |
Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg of spoorweg |
Gereserveerd | |
Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:8 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 564,60 |
Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit |
Gereserveerd | |
Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 564,60 |
Paragraaf 2.8 Overige activiteiten |
Artikel 2.29 Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie | |
Gereserveerd | |
Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden | |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 1 van de Bomenverordening Delft 2013 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 140,85 |
Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame |
Gereserveerd | |
Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken |
Gereserveerd | |
Artikel 2.33 Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen |
Gereserveerd | |
Artikel 2.34 Andere activiteiten |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit: | |
a. | betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 126,05 |
b. | betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: | € 126,05 |
Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften |
Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten |
Gereserveerd | |
Artikel 2.36 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten |
Gereserveerd | |
Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten |
Gereserveerd | |
Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid |
Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel | |
1. | Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op: | |
| a. | een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, per uur: | € 95,00 |
| b. | een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief, per uur: | € 95,00 |
| c. | een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief, per uur: | € 95,00 |
2. | Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
Paragraaf 2.11 Overige tarieven |
Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit: | |
| a. | als de omgevingsvergunning is aangevraagd voor 1 januari 2024: 60% van het opgelegde legesbedrag; | |
| b. | als de omgevingsvergunning is aangevraagdop of na 1 januari 2024: het bedrag dat is opgelegd op grond van artikel 2.6 | |
Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft. | |
Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning |
Gereserveerd | |
Artikel 2.42 Intrekken omgevingsvergunning |
Gereserveerd | |
Artikel 2.43 Beoordeling aanvullende gegevens |
Gereserveerd | |
Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten |
De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. | |
Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan |
Bij een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan is afdeling 3.6 Omgevingswet (kostenverhaal) van toepassing. | |
Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan: | € 561,45 |
Paragraaf 2.12 Modaliteiten |
Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met: | 15% |
Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit: | € 500,00 |
Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld: | |
a. | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: | € 319,90 |
b. | voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport: | € 111,20 |
c. | voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport: | € 319,90 |
Artikel 2.50 Advies |
1. | Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet: | |
| a. | voor een advies van de gemeenteraad: | € 319,90 |
| b. | voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de Verordening op de Adviescommissie Omgevingskwaliteit 2022 dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet: | € 319,90 |
| c. | voor een verplicht advies van de agrarische commissie indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is: | € 319,90 |
| d. | voor een archeologisch advies wanneer geen archeologisch bodemrapport is ingediend | € 319,90 |
| e. | voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met c: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2. | Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
Artikel 2.51 Instemming |
1. | Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan: | |
| het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn. | |
2. | Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken | |
Paragraaf 2.13 Vermindering |
Artikel 2.52 Vermindering na omgevingsoverleg |
1. | Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt: | 100% |
| van de voor het omgevingsoverleg geheven leges. | |
2. | Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan: | |
| a. | voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had; | |
| b. | in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en | |
| c. | binnen 12 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving. | |
3. | Bij de toepassing van het eerste lid blijft voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning in ieder geval verschuldigd: | € 109,35 |
Artikel 2.53 Vermindering bij meervoudige aanvraag |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op vijf of meer activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van leges voor de milieubelastende activiteiten als bedoeld in paragraaf 2.5 en het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. De vermindering bedraagt: | |
a. | bij 5 tot 10 activiteiten: | 1% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | |
b. | bij 10 tot 15 activiteiten: | 2% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | |
c. | bij 15 of meer activiteiten: | 4% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges.] | |
Paragraaf 2.14 Teruggaaf |
Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig |
Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | 100%. |
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. | |
Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten |
1. | Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt: | 75%. |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. | |
2. | Als de gemeente een omgevingsvergunning verleent, bestaat aanspraak op gedeeltelijke teruggaaf van de leges van eerdere aanvragen voor dezelfde activiteit(en) die eerder buiten behandeling zijn gesteld of ingetrokken. De aanvraag voor de verleende omgevingsvergunning dient te zijn ingediend binnen één jaar nadat de eerdere aanvragen buiten behandeling zijn gesteld. Bij berekening van de teruggaaf wordt rekening gehouden met de eerder verleende teruggaaf volgens deze paragraaf. | |
| De teruggaaf bedraagt onder verrekening van eerdere teruggaaf: van de voor de betreffende activiteit verschuldigde leges: | 90% |
Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift |
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | |
a. | indien de aanvraag langs digitale weg wordt ingetrokken binnen 24 uur nadat deze digitaal is ingediend: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges | 100% |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; | |
b. | indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat de brief is verstuurd waarin staat dat de aanvraag volledig is en in behandeling is genomen van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | 75% |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; | |
c. | indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat het besluit de vergunning te verlenen of te weigeren is verzonden van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | 50% |
| van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. | |
d. | Als de gemeente een omgevingsvergunning verleent, bestaat aanspraak op gedeeltelijke teruggaaf van de leges van eerdere aanvragen voor dezelfde activiteit(en) die eerder buiten behandeling zijn gesteld of ingetrokken. De aanvraag voor de verleende omgevingsvergunning dient te zijn ingediend binnen één jaar nadat de eerdere aanvragen buiten behandeling zijn gesteld. Bij berekening van de teruggaaf wordt rekening gehouden met de eerder verleende teruggaaf volgens deze paragraaf. | |
| De teruggaaf bedraagt onder verrekening van eerdere teruggaaf: van de voor de betreffende activiteit verschuldigde leges: | 90% |
Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure |
Gereserveerd | |
Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: | 25% |
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. | |
Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
a. | Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | 25% |
| van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges. | |
b. | Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. De teruggaaf bedraagt in dit geval: | 75% |
Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten |
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12. | |
Artikel 2.61 Minimumbedrag |
1. | Bij teruggaaf blijft tenminste verschuldigd een bedrag van | € 109,35 |
2. | Lid 1 is niet van toepassing bij de teruggaaf volgens artikel 2.56 onder a. en artikel 2.57 onder a. | |