Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Schiermonnikoog

Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2023 gemeente Schiermonnikoog

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSchiermonnikoog
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels eenmalige energietoeslag 2023 gemeente Schiermonnikoog
CiteertitelBeleidsregels eenmalige energietoeslag gemeente Schiermonnikoog 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze beleidsregels vervallen op 1 september 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 35 van de Participatiewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

22-11-2023nieuwe regeling

14-11-2023

gmb-2023-493682

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2023 gemeente Schiermonnikoog

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiermonnikoog

gelet op:

  • titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • artikel 35 van de Participatiewet;

overwegende dat:

  • het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag;

  • het daarom wenselijk is voor dit doel aanvullende beleidsregels vast te stellen op de Beleidsregels rechtmatigheid Participatiewet, IOAW en IOAZ 2023 gemeente Schiermonnikoog.

besluit vast te stellen de beleidsregels eenmalige energietoeslag 2023 gemeente Schiermonnikoog.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van Schiermonnikoog;

  • c.

    energietoeslag: de eenmalige energietoeslag voor het jaar 2023, zoals bedoeld in artikel 35, lid 4 van de wet.

  • d.

    inkomen: totaal van het inkomen als bedoeld in artikel 32 en 33 van de wet, met uitzondering van de middelen bedoeld in artikel 31 lid 2 en artikel 33 lid 5 van de wet;

  • e.

    peildatum: de eerste dag van de maand waarin de aanvraag om de energietoeslag is ingediend;

  • f.

    referteperiode: periode van drie maanden voorafgaand aan 1 december 2023. Voor huishoudens met een eigen onderneming geldt dat deze hun inkomsten aannemelijk kunnen maken op basis van de aangifte omzetbelasting over het derde kwartaal van 2023.

  • g.

    huishouden: de alleenstaande, alleenstaande ouder of het gezin, zoals bedoeld in artikel 4, lid 1 onderdeel a, b, of c van de wet;

  • h.

    bijstandsnorm: de toepasselijke bijstandsnorm als bedoeld in artikel 5 onderdeel c van de wet.

Artikel 2. Doelgroep en voorwaarden

  • 1.

    De energietoeslag in het kalenderjaar 2023 is bedoeld voor een huishouden met een laag inkomen en wordt ambtshalve of op aanvraag als bijzondere bijstand verleend.

  • 2.

    Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 130 % van de toepasselijke bijstandsnorm.

  • 3.

    Voor de toepassing van deze regeling wordt het vermogen niet in aanmerking genomen.

  • 4.

    De feitelijke energiekosten zijn voor het recht op of de hoogte van de energietoeslag niet relevant.

Artikel 3. Uitsluiting

Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:

  • a.

    in een inrichting verblijft als bedoeld in artikel 1 aanhef en onderdeel f van de wet; of

  • b.

    jonger is dan 21 jaar, met uitzondering van de jongere zoals bedoeld in artikel 12 van de wet; of

  • c.

    is ingeschreven in de basisregistratie personen als ingezetene met enkel een briefadres; of

  • d.

    aanspraak maakt op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000.

Artikel 4. Aanvraag en toekenning

  • 1.

    Huishoudens die voldoen aan artikel 5 hoeven geen aanvraag in te dienen op grond van dit artikel, maar ontvangen de energietoeslag ambtshalve.

  • 2.

    Huishoudens welke niet in aanmerking komen voor een ambtshalve toekenning kunnen uiterlijk vanaf 1 december 2023 een aanvraag indienen. De periode waarbinnen een aanvraag kan worden ingediend loopt tot en met 30 april 2024.

  • 3.

    De hoogte van de energietoeslag bedraagt:

    • a.

      maximaal € 1.300,- voor huishoudens met een laag inkomen tot 120% van de bijstandsnorm;

    • b.

      maximaal € 650,- voor huishoudens met een laag inkomen van 120% tot 130% van de bijstandsnorm.

  • 4.

    Bij huishoudens die in het kalenderjaar 2023 eerder een energietoeslag hebben ontvangen in een andere gemeente, wordt de hoogte hiervan in mindering gebracht op de maximale energietoeslag.

  • 5.

    De energietoeslag wordt per woonadres eenmalig toegekend. In het geval van meerdere huishoudens op één adres wordt de energietoeslag toegekend aan de persoon welke op de peildatum de hoofdbewoner is. Bij onduidelijkheid hieromtrent wordt de persoon, welke op de peildatum het energiecontract voor het betreffende woonadres op zijn naam heeft staan, als hoofdbewoner aangemerkt.

  • 6.

    De aanvraag wordt schriftelijk ingediend via een op de gemeentelijke website beschikbaar gesteld formulier.

Artikel 5. Ambtshalve toekenning

  • 1.

    De energietoeslag wordt ambtshalve toegekend aan huishoudens waaraan eerder een energietoeslag is toegekend van op grond van de Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022-3 gemeente Schiermonnikoog. De ambtshalve toekenning betreft:

    • a.

      een bedrag van € 800,-, voor huishoudens met een laag inkomen tot 120% van de bijstandsnorm, zodat de totale toegekende energietoeslag in het kalenderjaar 2023 € 1.300,- in totaal is;

    • b.

      een bedrag van € 400,- voor huishoudens met een laag inkomen van 120% tot 130% van de bijstandsnorm, zodat de totale toegekende energietoeslag in het kalenderjaar 2023 € 650,- in totaal is.

  • 2.

    De energietoeslag wordt tevens ambtshalve toegekend aan huishoudens die niet vallen onder het eerste lid en:

    • a.

      die algemene bijstand ontvangen; of

    • b.

      die een uitkering ontvangen op grond van de IOAW en IOAZ; of

    • c.

      die een Bbz-uitkering voor levensonderhoud ontvangen; of

    • d.

      die algemene bijstand ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank op grond van artikel 47a van de wet.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid vindt geen ambtshalve toekenning plaats aan huishoudens waarbij het college op voorhand kan vaststellen dat er geen recht meer bestaat, of dat op voorhand niet is vast te stellen. Hierbij kan onder meer gedacht worden aan een verhuizing of wanneer er een wijziging in de woon- en/of leefsituatie is ontstaan.

  • 4.

    De ambtshalve toekenning vindt uiterlijk 30 november 2023 plaats.

Artikel 6. Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 7. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Deze beleidsregels vervallen op 1 september 2024.

Artikel 8. Citeeartitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels eenmalige energietoeslag gemeente Schiermonnikoog 2023.

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiermonnikoog in zijn vergadering van 14-11-2023.

Secretaris

T. Kroeze

Burgemeester

I. van Gent

Toelichting op beleidsregels eenmalige energietoeslag 2023

De ‘Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2023’ zijn gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag.

 

Met vermogen wordt geen rekening gehouden. Voor het begrip ‘inkomen’ is aansluiting gezocht bij het beleid dat daarvoor al in de gemeente geldt in de eigen beleidsregels bijzondere bijstand, onder hoofdstuk 4 van de Beleidsregels rechtmatigheid Participatiewet, IOAW en IOAZ 2023.

 

De energietoeslag wordt ambtshalve toegekend aan huishoudens waaraan een energietoeslag is toegekend op grond van de Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2023. Daarnaast kan ambtshalve toegekend worden aan huishoudens met een uitkering en die voldoen aan de voorwaarden en waaraan niet eerder een energietoeslag is toegekend. Voor deze doelgroepen, zoals benoemd in artikel 5 lid 2, hanteren wij 1 oktober 2023 als peildatum.

 

Aan de ondernemer met een uitkering levensonderhoud op grond van de Bbz 2004, kan de energietoeslag ook ambtshalve worden toegekend. Voor zelfstandig ondernemers die al dan niet een uitkering voor levensonderhoud ontvangen geldt dat het definitieve (jaar)inkomen pas na afloop van het boekjaar kan worden vastgesteld. Of de ondernemer een inkomen heeft onder de voor de energietoeslag geldende inkomensgrens, kan daarom alleen achteraf worden vastgesteld. Er is besloten om het inkomen niet achteraf te toetsen omdat dit tot onredelijke situaties kan leiden. Bij ambtshalve toekenning kan bijvoorbeeld de toeslag automatisch worden toegekend en vervolgens achteraf geen recht meer bestaan. Om onderscheid te voorkomen is ervoor gekozen om het inkomen op één moment te toetsen.

 

Er zijn situaties denkbaar waarbij de aanvrager op de peildatum weliswaar niet voldeed aan de voorwaarden voor de energietoeslag, maar de (enige) uitsluitingsgrond slechts van korte duur was. Denk daarbij bijvoorbeeld aan situaties waarbij een dreigende afsluiting van gas en elektriciteit speelt. Wanneer een huishouden een inkomen heeft dat marginaal hoger is dan de inkomensgrens, kan alsnog een toeslag worden toegekend wanneer dit verdere problematiek kan voorkomen.

 

Huishoudens kregen afhankelijk van de inkomensgrens in 2022 een energietoeslag van € 1.300 of € 650. Op grond van de ‘Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022-3’ kregen deze huishoudens ambtshalve € 500 of € 250 aan toeslag toegekend. Hoewel deze ambtshalve toekenning feitelijk in 2023 is uitgekeerd, is dit juridisch gezien een ophoging van de energietoeslag van 2022. Het totaal aan ontvangen toeslag voor 2022 komt neer op € 1.800 of € 900. Op grond van de huidige beleidsregels ontvangt deze groep ambtshalve een bedrag van € 800 of € 400, vanuit het oogpunt dat het totaal aan ontvangen energietoeslag over het kalenderjaar 2023 maximaal € 1.300 of € 650 bedraagt.

Er wordt voor gewaarschuwd dat in theorie er een beroep op het gelijkheidsbeginsel gedaan kan worden. Het mogelijke gevolg hiervan is dat huishoudens die de toeslag begin dit jaar ambtshalve hebben ontvangen daar bovenop recht hebben op maximaal € 1.300. Er wordt daarom geadviseerd om de energietoeslag voor 2023 vast te stellen op € 800. De vraag is echter of een beroep op het gelijkheidsbeginsel zal slagen bij de Rechtbank.

Om te voorkomen dat een beroep op het gelijkheidsbeginsel gedaan kan worden, is in beleid vastgelegd dat wij uitgaan van de ontvangst van de toeslag per kalenderjaar. Dit met het oogpunt dat elk huishouden in de kalenderjaar 2022 of 2023 een maximaal bedrag van € 1.300 of € 650 ontvangt. Op deze wijze hebben ook huishoudens die niet eerder de toeslag hebben ontvangen, recht op dit bedrag.