Organisatie | Ede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2024 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
Deze regeling vervangt de Verordening afvalstoffenheffing 2023.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-11-2023 | nieuwe regeling | 09-11-2023 | 417357 |
gelezen het voorstel "Belastingverordeningen 2024" van burgemeester en wethouders d.d. 03-10-2023 met zaaknummer 417357;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2024
Artikel 3 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht als bedoeld in artikel 5,lid 1, in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht als bedoeld in artikel 5,lid 1, in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 9,00.
Artikel 7 Termijnen van betaling
voor de belastingen als bedoeld in artikel 5 lid 1 en lid 2 geldt:
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de belasting worden betaald in vier gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking in zoverre van onderdeel a, geldt ingeval een machtiging tot automatische incasso is verstrekt en het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen afvalstoffenheffing en/of andere heffingen meer is dan € 50,--, doch minder dan € 4.540,--, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.
In afwijking in zoverre van onderdeel a, geldt ingeval een machtiging tot automatische incasso is verstrekt en het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen afvalstoffenheffing en/of andere heffingen minder is dan of gelijk is aan € 50,--, dat de aanslagen moeten worden betaald in drie gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.
Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
De volgende besluiten gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening tot op een door het college te bepalen tijdstip:
Vastgesteld in de openbare vergadering van 9 november 2023, zaaknummer 417357.
De raad voornoemd,
dr. G.H. Hagelstein
de griffier,
mr. L.J. Verhulst
de voorzitter.
Tarieventabel behorende bij de ‘Verordening afvalstoffenheffing 2024’
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.