Organisatie | Oude IJsselstreek |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Afvalstoffenverordening gemeente Oude IJsselstreek 2023 |
Citeertitel | Afvalstoffenverordening Gemeente Oude IJsselstreek 2023 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Toelichting Afvalstoffenverordening OIJ 2023 |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-11-2023 | nieuwe regeling | 21-09-2023 |
Besluit van de raad van de gemeente Oude IJsselstreek tot vaststelling van de Afvalstoffenverordening Gemeente Oude IJsselstreek 2023
De raad van de gemeente Oude IJsselstreek;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 augustus 2023;
Gelet op de artikelen 10.23, eerste lid, 10.24, tweede lid, 10.25 en 10.26, eerste lid, van de Wet milieubeheer en artikel 3.5, eerste lid, van de Wet dieren en artikel 2, eerste lid, van het Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen;
Rekening houdend met het gemeentelijk milieubeleidsplan VANG (Van Afval Naar Grondstof) 2022-2030;
Besluit vast te stellen de volgende verordening:
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- gezelschapsdier: een dier dat de mens in of rond het huis houdt en verzorgt, niet zijnde een hobby- of landbouwhuisdier.
- inzamelmiddel: voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, ten behoeve van een huishouden. Bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer, (ondergrondse) verzamelcontainer of GFT+e Cocon;
- inzamelplaats: daartoe op grond van artikel 5 aangewezen plaats;
- inzamelvoorziening: voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats ten behoeve van meerdere huishoudens;
- KWD-sector: bedrijven uit de kantoor-, winkel- en dienstensector
- perceel: perceel waar geregeld huishoudelijke afvalstoffen kunnen ontstaan;
§ 2. Huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 3. Aanwijzing van de inzameldienst
1. De raad verleent voor de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2024 een uitsluitend recht aan Buha BV, zetelende te Doetinchem, voor de inzameling in de gemeente Oude IJsselstreek van huishoudelijke afvalstoffen (restafval, gft+e-afval, papier en karton en PBD).
2. Burgemeester en wethouders leggen in een dienstverleningsovereenkomst met Buha BV nadere regels vast over de voorbereiding en uitvoering van de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen over de wijze waarop de inzameldienst huishoudelijke afvalstoffen inzamelt.
Artikel 4. Regulering van andere inzamelaars
1. Het is voor anderen dan de inzameldienst verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen, tenzij de inzamelaar:
Deze zijn te vinden in het uitvoeringsbesluit.
2. Burgemeester en wethouders kunnen aan een aanwijzing, bedoeld in het eerste lid, onder a, voorschriften verbinden en beperkingen stellen. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.
Artikel 5. Aanwijzing van inzamelplaats
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor ten minste één daartoe ter beschikking gestelde plaats, waar in voldoende mate gelegenheid wordt geboden om huishoudelijke afvalstoffen, met inbegrip van grof huishoudelijk afval, achter te laten.
Artikel 7. Gescheiden afvalinzameling
1. Burgemeester en wethouders stellen regels over de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk door de inzameldienst/of aangewezen inzamelaar worden ingezameld, over de frequentie van de inzameling van elk van deze bestanddelen en over de locaties van deze inzameling bij of nabij elk perceel.
2. In ieder geval de volgende bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen worden afzonderlijk ingezameld:
- groente- fruit- en tuinafval + etensresten (GFT+E);
- plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankenkartons;
- luiers en incontinentiemateriaal;
- afgedankte elektr(on)ische apparaten;
3. In het belang van een doelmatig afvalstoffenbeheer kunnen burgemeester en wethouders de aanwijzing van afzonderlijk in te zamelen bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in het tweede lid, of fracties daarvan, achterwege laten.
Artikel 8. Gescheiden aanbieding
1. Het is verboden de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in artikel 7, anders dan afzonderlijk:
2. In afwijking van het eerste lid is het verboden de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen waarvoor geen gescheiden inzameling geldt als bedoeld in artikel 7 anders aan te bieden dan afzonderlijk of gezamenlijk met de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, genoemd in artikel 7, derde lid.
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen. Deze regels kunnen voor categorieën van gevallen of personen een vrijstelling inhouden van het verbod, bedoeld in het eerste lid.
Artikel 9. Tijdstip van aanbieding
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan op de door burgemeester en wethouders daartoe bepaalde dag en tijden. Deze kunnen voor verschillende bestanddelen verschillend worden vastgesteld.
Artikel 10. Wijze en plaats van aanbieding
1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door burgemeester en wethouder te stellen regels over het gebruik van:
2. Het is verboden om een inzamelmiddel na afloop van de bepaalde dag en tijden, bedoeld in artikel 9, buiten een perceel te laten staan.
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen voor categorieën van percelen. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod inhouden.
4. Burgemeester en wethouders kunnen, via een aanwijsbesluit, vastleggen waar nieuwe boven-, of ondergrondse container geplaatst worden.
Artikel 11. Inzameling bedrijfsafvalstoffen door inzameldienst
1. De raad verleent voor de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2024 een uitsluitend recht aan Buha BV, zetelende te Doetinchem, voor de inzameling in de gemeente Oude IJsselstreek van met (aan hoeveelheid) huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare afvalstoffen (restafval, gft+e-, papier en karton en PBD) bij bedrijven uit de KWD-sector, in gevallen waarin de voor deze inzameling krachtens de verordening op de heffing en de invordering van reinigingsrechten verschuldigde heffing is voldaan.
2. Burgemeester en wethouders leggen in een dienstverleningsovereenkomst met Buha BV nadere regels vast over de voorbereiding en uitvoering van de inzameling van de in lid 1 bedoelde bedrijfsafvalstoffen.
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen over het inzamelen van bedrijfsafvalstoffen.
Artikel 12. Aanbieding ter inzameling van bedrijfsafvalstoffen
Het is verboden anders dan in overeenstemming met artikel 11 bedrijfsafvalstoffen ter inzameling door de inzameldienst aan te bieden of over te dragen, of bij een inzamelplaats als bedoeld in artikel 5, achter te laten.
Artikel 13. Regeling van inzameling van bedrijfsafvalstoffen
1. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door burgemeester en wethouders te stellen regels over de dagen, tijden, wijzen en plaatsen van inzameling van de op grond van artikel 11 aangewezen bedrijfsafvalstoffen.
2. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen voor het aanbieden, overdragen of achterlaten van bedrijfsafvalstoffen. Deze regels kunnen mede worden vastgesteld voor anderen dan de inzameldienst. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod inhouden.
1. Het is verboden zonder ontheffing van burgemeester en wethouders, buiten een inrichting, hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu te veroorzaken, door een afvalstof, een stof of een voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins daar te plaatsen.
2. Het eerste lid is niet van toepassing op:
3. Als de overtreder van dit artikel onbekend is, wordt de persoon tot wie de aangetroffen afvalstof, stof of voorwerp kan worden herleid, geacht te hebben gehandeld in strijd met dit artikel.
Artikel 15. Zwerfafval in de openbare ruimte
1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen van beperkte omvang en gewicht die zijn ontstaan buiten een perceel, achter te laten in de openbare ruimte, anders dan in daartoe bestemde afvalbakken of andere middelen ter inzameling van deze afvalstoffen.
2. Reclamedrukwerk, ander promotiemateriaal en de verpakking daarvan, die in weerwil van het eerste lid in de openbare ruimte wordt weggeworpen of achtergelaten, wordt terstond opgeruimd door degene die het in de betreffende omgeving onder het publiek verspreidde.
3. Het is verboden zwerfafval te veroorzaken door ter inzameling gereedstaande afvalstoffen of inzamelmiddelen te doorzoeken of te verspreiden, te stoten, te schoppen, omver te werpen of door deze anderszins te behandelen.
Artikel 15a. Ongeadresseerd drukwerk
1. In dit artikel wordt verstaan onder:
- huis-aan-huisblad: ongeadresseerd blad dat met een vaste frequentie gratis huis aan huis wordt verspreid in een geografisch beperkt gebied, waarvan tenminste 30% van de inhoud bestaat uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, niet zijnde reclame;
- ongeadresseerd reclamedrukwerk: reclamedrukwerk of proefmonsters van producten die gratis huis aan huis worden verspreid zonder vermelding van naam, adres of postbus en woonplaats van de ontvanger, niet zijnde:
2. Een huis-aan-huisblad mag worden bezorgd bij een perceel, tenzij de bewoner of gebruiker expliciet kenbaar heeft gemaakt geen prijs te stellen op het ontvangen ervan.
3. Ongeadresseerd reclamedrukwerk mag uitsluitend worden bezorgd bij een perceel als de bewoner of gebruiker kenbaar heeft gemaakt prijs te stellen op het ontvangen ervan.
Artikel 16. Zwerfafval rondom inrichtingen
1. Degene die een inrichting drijft waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, draagt zorg voor de aanwezigheid in of nabij de inrichting van een steeds voor gebruik door het publiek beschikbare en tijdig geleegde afvalbak of soortgelijk middel voor het houden van afval.
2. Degene die de inrichting drijft verwijdert zo vaak als nodig etenswaren, verpakkingen, afval of andere materialen, die kennelijk uit de inrichting afkomstig zijn of voor de inrichting zijn bestemd, binnen een straal van ten minste 25 meter van de inrichting.
3. De vorige leden gelden niet voor situaties waarin wordt voorzien door het Activiteitenbesluit milieubeheer.
Artikel 17. Afval en verontreiniging op de weg
1. Het is verboden een weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994, te verontreinigen of het milieu nadelig te beïnvloeden door afvalstoffen, stoffen of voorwerpen te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten.
2. Degene die in strijd met het eerste lid de weg verontreinigt of het milieu nadelig beïnvloedt, of diens opdrachtgever, zorgt terstond na de beëindiging van de werkzaamheden van die dag voor het reinigen van de weg, of zoveel eerder als nodig is om de veiligheid van het verkeer of de bescherming van het wegdek te verzekeren.
Artikel 18. Geen opslag van afval in de open lucht
Het is verboden afvalstoffen op een voor het publiek waarneembare plaats in de open lucht en buiten een inrichting als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben, anders dan door het in overeenstemming met paragraaf 2 van deze verordening aanbieden, achterlaten of overdragen van huishoudelijke afvalstoffen.
§ 4a. Kadavers van gezelschapsdieren
Artikel 19a. Kadavers van gezelschapsdieren
1. Burgemeester en wethouders kunnen een ondernemer aanwijzen die ook belast is met de inzameling van kadavers van gezelschapsdieren.
2. Van ingezamelde kadavers wordt aangifte gedaan bij Rendac Son B.V. De kadavers worden bewaard en overgedragen aan Rendac Son B.V. in overeenstemming met het bepaalde bij of krachtens artikel 3.1 van de Wet dieren.
4. Uiterlijk op de eerste werkdag die volgt op de dag waarop het gezelschapsdier dood is aangetroffen, geeft de houder van het kadaver dit af aan de ondernemer, bedoeld in het tweede lid.
5. Tot het tijdstip van afgifte bewaart de houder het kadaver zodanig dat er geen vermenging is met ander materiaal.
6. Het vierde lid is niet van toepassing op het kadaver dat wordt begraven op een terrein dat ter beschikking staat van de houder van het kadaver of dat uiterlijk de eerste werkdag na overlijden wordt afgegeven aan een ondernemer die is erkend op grond van artikel 24, eerste lid, onder b, c of d, van de Verordening 1069/2009/EG.
§ 6. Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 22. Wijzigingen als gevolg van de Omgevingswet
Op het tijdstip waarop de Omgevingswet in werking treedt, wordt deze verordening gewijzigd als volgt:
Artikel 23. Intrekking oude verordening
De Afvalstoffenverordening Gemeente Oude IJsselstreek 2022, vastgesteld op 29 september 2022, wordt ingetrokken op het moment van inwerkingtreding van deze verordening.
1. Vergunningen en ontheffingen verleend op grond van de verordening als bedoeld in artikel 23, - indien en voor zover het gebod of het verbod waarop de vergunning of ontheffing betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken, blijven nog gedurende 1 jaar na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht.
2. Voorschriften en beperkingen opgelegd op grond van de verordening als bedoeld in artikel 23, indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken, blijven nog gedurende 1 jaar na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht.
3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning of ontheffing op grond van de verordeningen als bedoeld in artikel 23, is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de onderhavige verordening toegepast.
4. Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, over een vergunning of ontheffing bedoeld in het artikel 22, ingekomen binnen de voordien geldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening als bedoeld in artikel 23.