Organisatie | West Maas en Waal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag West Maas en Waal 2023 |
Citeertitel | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag West Maas en Waal 2023 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag West Maas en Waal 2023 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-11-2023 | 01-11-2023 | 01-09-2024 | nieuwe regeling | 07-11-2023 |
inkomen: Het in aanmerking te nemen inkomen wordt bepaald aan de hand van het netto inkomen over de referteperiode. Bij onregelmatige inkomsten is het gemiddelde netto inkomen in de drie maanden voorafgaande aan de peildatum bepalend. Bij zelfstandigen is het geschatte gemiddeld netto inkomen in de drie maanden voorafgaand aan de peildatum bepalend. De middelen bedoeld in artikel 31 lid 2,worden niet tot het inkomen gerekend. Onder inkomen wordt in ieder geval verstaan:
gemeentelijke beleidsregels minima: de door het college voor 2023 vastgestelde beleidsregels voor Waardebonnen, Compensatie Ziektekostenverzekering, Meedoen-regeling, Sport- en recreatieregeling, Computerregelingen, Voortijdige- en vroegschoolse educatie, Maatschappelijke participatie en duurzame gebruiksgoederen (Witgoedregeling).
Artikel 2: Doelgroep eenmalige energietoeslag 2023
Een huishouden (alleenstaande of gezin) heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm. Bij wisselende inkomsten wordt voor de bepaling van het inkomen uitgegaan van het gemiddelde inkomen over de referteperiode en de 3 (drie) daaraan voorafgaande volledige kalendermaanden.
De aanvraag voor de toeslag wordt digitaal ingediend via https://www.werkzaakrivierenland.nl/energietoeslag. In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.
Het college handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.
Het college van burgemeester en wethouders gemeente West Maas en Waal
P.G. (Perry) Arissen V.M. (Vincent) van Neerbos
gemeentesecretaris burgemeester
De beleidsregel eenmalige energietoeslag 2023 staat niet op zichzelf, maar is gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag. Soms kan dat een hardheid inhouden. Daar voorziet artikel 5 in.
In artikel 2 wordt de doelgroep nader omschreven. Met vermogen wordt geen rekening gehouden. Voor het begrip ‘inkomen’ en ‘referteperiode’ is aansluiting gezocht bij het beleid dat daarvoor al in de gemeente geldt in de eigen beleidsregels bijzondere bijstand. Daar voorziet artikel 1 in.
Een ambtshalve toekenning is mogelijk als vaststaat dat de persoon op de peildatum recht heeft. Dit kan worden aangenomen bij huishoudens die in aanmerking kwamen voor een energietoeslag 2022 en volgens de toets op inkomen door het Inlichtingbureau ook voor de energietoeslag 2023 in aanmerking komen, die algemene bijstand ontvangen of een uitkering IOAW of IOAZ. Daar zijn door de gemeente andere groepen aangevoegd, t.w. de huishoudens / personen die periodiek bijzondere bijstand ontvangen of een bijdrage op grond van gemeentelijke minimaregeling.
Er zijn situaties denkbaar waarbij de aanvrager op de peildatum weliswaar niet voldeed aan de voorwaarden voor de energietoeslag, maar de (enige) uitsluitingsgrond slechts van korte duur was. De gemeente kan overwegen om in dergelijke situaties een toets op hardheid van de voorgenomen afwijzing uit te voeren (zie artikel 5).