Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sliedrecht

Participatie- en inspraakverordening gemeente Sliedrecht

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSliedrecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingParticipatie- en inspraakverordening gemeente Sliedrecht
CiteertitelParticipatie- en inspraakverordening gemeente Sliedrecht 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 149 van de Gemeentewet
  2. artikel 150 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024Nieuwe regeling

13-12-2022

gmb-2023-490400

Tekst van de regeling

Intitulé

Participatie- en inspraakverordening gemeente Sliedrecht

De raad van de gemeente Sliedrecht;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 oktober 2022;

 

gelet op de artikelen 149 en 150 van de Gemeentewet;

 

gelezen het 'Participatiebeleid Sliedrecht' van het college van burgemeester en wethouders d.d.

15 november 2022;

 

tevens gelet op de aanstaande invoering van de Omgevingswet;

 

besluit vast te stellen de volgende verordening:

 

 

Participatie- en inspraakverordening gemeente Sliedrecht

 

 

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

 

Artikel 1 Definities

De verordening verstaat onder:

  • a.

    Belanghebbende: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit betrokken is;

  • b.

    Beleidsvoornemen: voornemen van een bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid;

  • c.

    Ingezetene: ieder die met een adres in de gemeente Sliedrecht is ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens;

  • d.

    Initiatief: een (ruimtelijk) plan van de gemeente dat geen beleidsvoornemens betreft;

  • e.

    Inspraak: de finale mogelijkheid voor ingezetenen en belanghebbenden om – door het indienen van een zienswijze op een beleidsvoornemen – betrokken te worden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid of initiatief;

  • f.

    inspraakprocedure: de wijze waarop de inspraak gestalte wordt gegeven;

  • g.

    Participatie: het in een vroeg stadium betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding, uitvoering of evaluatie van gemeentelijk beleid of initiatief.

 

Artikel 2 Reikwijdte verordening

Deze verordening is van toepassing op de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van gemeentelijk beleid of initiatief.

 

Artikel 3 Onderwerp van participatie of inspraak

  • 1.

    Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of participatie of inspraak wordt toegepast.

  • 2.

    Cumulatie van participatie en inspraak wordt in beginsel vermeden.

  • 3.

    Participatie of inspraak wordt altijd toegepast als de wet daartoe verplicht.

  • 4.

    Er is geen participatie of inspraak mogelijk:

    • a.

      Als participatie bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;

    • b.

      Als sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;

    • c.

      Inzake de vaststelling van de kadernota, begroting, jaarrekening, rapportages, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;

    • d.

      Wanneer het een voornemen betreft dat betrekking heeft op intern organisatorische aangelegenheden van de gemeente.

  • 5.

    Het bestuursorgaan kan in de volgende gevallen ervan afzien om ten aanzien van beleidsvoornemens participatie toe te passen of inspraak te verlenen:

    • a.

      Ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen;

    • b.

      Als de uitvoering van een beleidsvoornemen of initiatief dermate spoedeisend is dat participatie niet kan worden afgewacht;

    • c.

      Als het belang van participatie niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving;

  • 6.

    Het in het eerste lid bedoelde besluit is in de regel onderdeel van een collegevoorstel of raadsvoorstel over het inhoudelijk onderwerp waar de inspraak of participatie betrekking op heeft.

 

Paragraaf 2 Participatie

 

Artikel 4 Reikwijdte paragraaf

Deze paragraaf is van toepassing op de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van gemeentelijke ruimtelijke initiatieven.

 

Artikel 5 Procedure participatie

  • 1.

    Bij het volgen van een participatieproces wordt het Participatiebeleid Sliedrecht in acht genomen.

  • 2.

    Als een participatieproces wordt gestart, besteedt het bestuursorgaan, aanvullend op het gestelde in artikel 3, eerste lid, in het collegevoorstel of raadsvoorstel in ieder geval ook aandacht aan:

    • a.

      Hoeveel tijd en ruimte er is voor het opzetten en uitvoeren van het participatieproces;

    • b.

      Welke middelen beschikbaar zijn om het participatieproces uit te kunnen voeren;

    • c.

      Wat de doelgroep is;

    • d.

      Welk(e) participatieniveau(s) toegepast worden en hoe hier invulling aan gegeven wordt.

  • 3.

    In geval van het opstellen en/of wijzigen van het Omgevingsplan geeft het bestuursorgaan actief kennis van de wijze waarop zij het participatietraject zal vormgeven.

 

Artikel 6 Participatieverslag

  • 1.

    Ter afronding van het participatieproces maakt het bestuursorgaan een eindverslag op.

  • 2.

    Het eindverslag zoals bedoeld in lid 1 bevat in ieder geval:

    • a.

      Een beschrijving van de ruimtelijke een maatschappelijke impact van het initiatief;

    • b.

      Een beschrijving van het gehele participatieproces;

    • c.

      Een onderbouwing voor het gekozen niveau van participatie;

    • d.

      De betrokkenen en de reden waarom deze personen betrokken zijn;

    • e.

      Wie daadwerkelijk geparticipeerd hebben;

    • f.

      Samenvatting van wat de initiatiefnemer heeft gezegd/gecommuniceerd

    • g.

      Een uiteenzetting van welke inbreng van deelnemers is overgenomen en welke niet, en waarom wel/niet;

    • h.

      Eventuele toezeggingen die zijn gedaan.

  • 3.

    Het bestuursorgaan maakt het eindverslag openbaar.

 

Artikel 7 Verplichte participatie

Indien sprake is van een initiatief dat, gelet op artikel 16.15a, onder b, onder 1˚ en 2˚ en artikel 16.55, lid 7 van de Omgevingswet, onder de lijst met categorieën valt van gevallen waarvoor advies van de gemeenteraad is vereist, is een initiatiefnemer verplicht het participatieproces te doorlopen met inachtneming van artikel 4 en 5 van deze Verordening.

 

Paragraaf 3 Inspraak

 

Artikel 8 Reikwijdte paragraaf

Deze paragraaf is van toepassing op de gevallen waarin de wet niet zelf al een openbare voorbereidingsprocedure regelt waarmee ingezetenen en belanghebbenden betrokken worden bij de voorbereiding van beleid of initiatief.

 

Artikel 9 Inspraakgerechtigden

Inspraak wordt verleend aan ingezetenen en belanghebbenden.

 

Artikel 10 Inspraakprocedure

  • 1.

    Op inspraak is de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

  • 2.

    Het bestuursorgaan kan voor een of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen.

 

Artikel 11 Eindverslag

  • 1.

    Ter afronding van de inspraak maakt het bestuursorgaan een eindverslag op.

  • 2.

    Het eindverslag bevat in ieder geval:

    • a.

      Een overzicht van de gevolgde procedure;

    • b.

      Een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;

    • c.

      Een reactie op de zienswijzen waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen wordt overgegaan.

  • 3.

    Het bestuursorgaan maakt het eindverslag openbaar.

 

Paragraaf 4 Slotbepalingen

 

Artikel 12 Intrekking oude regeling

De Verordening inzake de wijze waarop ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken (Inspraakverordening gemeente Sliedrecht 2007), vastgesteld 19 maart 2007, wordt ingetrokken.

 

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de datum waarop de Omgevingswet in werking treedt.

 

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als 'Participatie- en inspraakverordening gemeente Sliedrecht 2022'.

 

 

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Sliedrecht op

13 december 2022

De griffier, De voorzitter,

mr. R.P.A. van Aalst mr. drs. J.M. de Vries